Kameraad Moeder. ||||||iiiiiiinium llllllllllll Mededeelingen lllllllllll) llllllllllll van Texels Bioscoop-Theater, llllllllllll lllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll^HIIIIIIII"""!!!""'!!""""'"''"""""!!!!!! BURGEMEESTER-COMEDIANT. Deze film geeft de geschiedenis weer van Gordian von Schwingenbeutel, ge westelijk hoofd, die in de volksmond de bijnaam van „de tiran" heeft gekregen, omdat hij optrad als een almachtig en eigenmachtig heerscher en als een vij and van vooruitgang. Zijn ondergeschik ten van de assessor Von Planck tot de bode Högl toe beven voor hem. Zijn nicht Francisca kan, ondanks haar meer derjarigheid, geen toestemming tot haar huwelijk met Von Planck van hem krij gen. De beide jongelui komen hierdoor op het romantische denkbeeld van een ontvoering en een geheim huwelijk. Maar Gordian maakt zich meester van de papieren, die voor het meisje om te trouwen onontbeerlijk zijn. Een poging, ze uit de brandkast weg tenemen, heeft geen resultaat. In zijn vertwijfeling roept Von Planck de hulp in van de theater directeur Ferdinand Silvernagel, die hij overhaalt de rol van de tiran te spelen, om zich als zoodanig in het bezit te stel len van de waardevolle papieren van Francisca. Van dit spel van Silbernagel weten alleen de assessor en de comedi- ant af, noch mevrouw Reseda, de vrouw van de theaterdirecteur, noch de aange bedene van Von Planck hooren er iets van. En nu begint een dolle klucht van ver warringen. Silbernagel speelt zijn rol als Gordian zoo voortreffelijk, dat nie mand hem herkent, zelfs niet de oude huisdokter. In het huis ontmoeten dan de valsche en de echte Gordian elkaar. Nieuwe sensatie De volgende dag wordt hij op onaangename wijze tot de werke lijkheid teruggeroepen. Von Planck eischt van Silbernagel de papieren van Fran cisca, die de tooneelspeler niet heeft kun nen bemachtigen, 't Gewestelijke Hoofd zelf wordt er, pijnlijk genoeg, van ver dacht een drinkebroer te zijn en Ster- zinger behandelt zijn vriend ook daar naar. Kortom, de ongelukkige begint aan zichzelf te twijfelen. Alles zou goed zijn gegaan, indien hij niet plotseling was komen te staan tegenover de landsheer. Dan verliest hij de helft van zijn snor enEn ook dit is nog het einde niet van deze werkelijk bijzonder amusante film. „Ze" krijgen elkaar, maar hoe. Het is een lust daarvan getuigen te zijn. IIIIHIIIIIIIIIIII SPORT llllllllllllllllll S. V. TEXEL. Zondag speelt Texel 1 op het Texel terrein tegen de Boys 1, aanvang half 3. We verwachten, dat het een sportieve wedstrijd wordt, hetgeen nu beide elf tallen al in zoo'n lange tijd niet tegen elkaar speelden, stellig het spelgehalte ten goede zal komen. Mogen we even wijzen op een fout in de aanvalslinie, n.l. te veel solospel? Snel combineeren en de halflinie in het spel betrekken is een belangrijke factor We hopen dit keer op mooi voetbalweer en een flinke belangstelling. Elftal: B.Beumkes Jac.Koorn W.Langeveld H.Neijens H.Boon P.Keijser H.v.d.Woude A.Huizinga J.v.d.Pijl D.Huizinga Ab.Keijser Res.: P. Vlaming en W.Geus. Athletiek. Trainen Dinsdag- en Vrij dagavond 8 uur. D.D. TEX. BOYS-NIEUWS. Morgenmiddag 2.30 gaan we naar „Texel" met ons 1ste elftal. We hopen op goed voetbalweer. Dan belooft het een prettige middag te worden. Dins dagavond beginnen we met de training op 't veld. Laat ieder aanwezig zijn. Elftal: Jac.Schrama C.Ran Jn.Schrama N.v.Heerw. J.v.Sambeek Jac.v.Heerw. Cv.Swinderen Jn.Hopman W.Ran C.Witte Dz D.Witte. Res.- H. Witte Pz., W. v. Heerwaarden. Afbericht uiterlijk Zaterdagavond bij Jac. Schrama. llllllllllll FEUILLETON llllllllllll Roman van CHRISTEL BROEHL—DELHAES. 80.) Romana klemde haar lippen opeen. Ze was woedend. Zooeven dacht ze nog „arm ding" en vroeg ze zich af hoe zij haar kon helpen; verlangde ze dan ei genlijk wel hulp? Wilde ze het beter hebben dan nu? Het leek wel of ze er behagen in schepte de gedrukte stem ming en onaangename verstandhouding nog zooveel mogelijk te bevorderen. Alk liet zich niet twee maal vragen; MHIIMH IN DE LACHHOEK HRIIIIHII WAAR HET OM GING U houdt zeker veel van zang? Toch niet, maar ik ben tandarts. ||||||iiiniiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii!iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii!iiiiiiiiiiinii!iii|||||| llllll OM VOORUIT TE KOMEN. Hllll lllll|i!iuiniiiiiiiniiuiiiii)iiiiiiiiiiiiDiiiiuniuiiiiiiiiiiiiiiiinmiiiiiiniiiiuj|tlIO WAAROM NU RECLAME? Op deze vraag wordt een duide lijk antwoord gegeven in dit ar tikel, dat we ontleenen aan het Alg. Weekblad voor de Midden stand. Geen reclame maken beteekent „in het vergeetboek raken". Dag in dag uit gaan duizenden menschen de eeuwige rust in. Tegelijkertijd treden duizenden jonge menschen toe tot de koopkrachtige scha ren; die jonge menschen zijn de nieuwe contingenten, die dagelijks door 'doeltref fende reclame gewonnen moeten worden. Maakt men geen reclame, dan knab belt zoo langzamerhand de bekendheid van de zaak af; die afknabbeling gaat vlugger in zijn werk dan men op het eerste oog vermoedt; immers: dagelijks gaan vele menschen de eeuwige rust in, zij, die overblijven van de „oude" schare vergeten; zij, die de nieuwe schare vor men kennen de zaak niet. Thans reclame maken is het bewaren van bekendheid. Gaat de bekendheid ver loren, dan zal men zich, eenmaal weer normale tijden gekomen, gelijk aan het beginpunt vinden met hen, die tot nu toe een achterstand hadden, m.a.w. men „moet opnieuw beginnen". Zoo bezien is reclame een geldbelegging. In de periode 1914-1918 ging een on derneming met reclame door, ondanks het feit, dat zij niet althans niet vol doende leveren kon. Zij getroostte zich groote offers. De belooning kwam, zoodra de omstandigheden anders wer den: de zaak was bekend gebleven en bij de nieuwe contingenten bekend gemaakt; deze groepen nu kwamen in zeer groote mate, meer dan vóór genoemde periode het geval was, tot de zaak. Aldus: een aansporing tot ad verteeren, ook in deze, ja, juist in deze tijd. Een aansporing van bevoegde zijde. Ieder za kenman trekke daaruit zijn conclusie. Hllll ONDERWIJS EN OPVOEDING. WAT IS OPVOEDING? Uit het boekje „Helpende Hand" van J. M. Kaan-Hoff- meyer, nemen we hier de in leiding over. Groot is het aantal definities, hier als antwoord op gegeven door verschillende paedagogen van naam. We wiillen ze hier niet herhalen, we willen ook geen nieuwe er aan toevoegen toch moeten wij ouders voor onszelf we ten, wat we er onder verstaan. En nu is 't merkwaardig, dat we, zoo dra we het begrip formuleeren moeten, slechts komen tot een gestamel: „Opvoe den, wel, ja hm eh, opvoeden, nou, dat is opvoeden, grootbrengen". Hoe begrijpelijk dit voor de spreker mag zijn, voor een ander klinkt het nog al waterig en verward, en laten we het maar liever bekennen: ook onszelf staat daarbij gewoonlijk geen scherp omlijnd plan voor de geest en nu is 't maar al te waar, dat dit in verband met het groote verschil in kinderen, zelfs uit hetzelfde gezin, ook niet goed mogelijk is. Maar al is dat zoo, en al vraagt ieder kind zijn aparte behandeling, toch zijn er eenige punten, die wij ons zoo in 't algemeen realiseeren moeten en kunnen. En deze dingen staan in verband met onszelf, met onze levenshouding en onze idealen; ze houden weer verband met menschen en toestanden, die wij maar al te dikwijls aanvaarden moeten zooals ze zijn. Met bijna net zulke menschen en in soortgelijke toestanden moeten straks ook onze kinderen leven; in die samenle ving moeten ze passen, en wel zóó, dat zij, zonder hun persoonlijkheid te ver liezen, zonder te worden tot een cliché, zonder dus hun speciale eigenschappen kundigheden, enz., kwijt te raken, wor den tot één onder velen. Dus wel zich aanpassend, maar niet de eigen plaats verliezend in die massa. Bij die zelfstan- hij scheen er zin |Jn te hebben. Zonder muziek speelde hij, teere eenvoudige me lodieën, die op de een of andere manier aan Kerstmis en de kerk deden denken, maar toch niets met werkelijk christelij ke liederen gemeen hadden. Zijn slanke, buigzame gestalte stond midden in het vertrek; er ging van zijn spel een zeld zame bekoring uit. Nochtans kon Roma na zich niet aan de indruk onttrekken, dat hij er uitzag als de duivel, die de reinheid van een hemelsch instrument misbruikte voor minderwaardige doel einden. Bijna een uur lang speelde hij, zonder eenige onderbreking. Romana had zooiets nog nooit meegemaakt. Dit ge weldige uithoudingsvermogen leek haar een symbool van zijn taaie wilskracht in andere dingen. Camilla moest tegen hem in bescherming worden genomen. Ze besloot er eens met haar man over te spreken. Het toeval wilde echter, dat Tiebruck haar voor was, want nadat er eenige dagen geen gelegenheid was geweest voor een gesprek over huishoudelijke za ken, kwam hij op een avond eenigszins opgewonden de kamer binnen, waar Ro mana met een boek bij de leeslamp zat. Op zijn ernstig gezicht lag een trek, als of hij in de studeerkamer, waar hij eeni ge uren had doorgebracht, lang over iets had zitten tobben en toen hij, zonder aanvankelijk een woord te spreken, schier geruischloos het vertrek op en neer begon te loopen, wachtte Romana rustig af tot hij het met zichzlf eens zou zijn geworden. Eindelijk trad hij op haar toe en om zijn mond lag een weemoedig glimlachje ||||||iiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii:iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiili|||||| llllll PLANTEN IN KAMER EN TUIN. lllll|lllllllllllllllll!lllllll!lllllllllllll'i!lllllllll!lll'lllllllllllllll"l"ll"ll!lll"llllll 317. VOORZICHTIG. De zon wordt al warmer, daarom zorge men, dat door het stoken de temperatuur in de kamer niet te hoog stijgt. Men late zich niet verlei den om bij enkele warme dagen de pot planten al buiten te zetten. In één nacht kan alles bevriezen. Sommige hardere planten als Granaten, Laurieren, Oranje- boomen kunnen op 't einde van de maand naar buiten. 318. UITGEBLOEIDE geforceerde vas te planten moeten in de tuin uitgeplant worden. 319. UITGEBLOEIDE bollen en knol len worden na het afsterven uit de grond genomen, in de lucht gedroogd en goed droog opgeborgen. 320. CHRYSANTEN. Men zet de Chry- santenstekken over in de grootere met graszodengrond gevulde bloempotten, en knijpe ze in. Ook geeft men veel water en 14 dagen na de verpotting herhaalde lijk mest, hetzij verdunde, koemest of opgeloste kunstmest. 321. GOUDLELIES. Buiten plant men goudlelies; 15 cM. diep op een afstand van 25 30 cM. en half April DAHLIA'S in gewone tuingrond op onderlinge af stand van 80 90 cM. 322. ASTERS. Men zaaie asters in een bak voor het venster van een warm ver trek. Na het zaaien drukt men de aarde voorzichtig aan; dan wat besproeid en met dunne aarde bedekt. De aarde houde men vochtig. Als de plantjes 2 a 3 blaad jes hebben, verplant men ze en zet ze begin Mei op de perken. Groote soorten op een afstand van 2535 cM. Kleine 15—20 cM. 323. IN DE VOLLE GROND zaaie men Riddersporen, Papavers, Scabioca's, Leeuwenbekken, Melope, Lupinen, Afri- kaantjes, Clarkia's en andere. dige plaats behoort een eigen houding te genover geestelijke en zedelijke vraag stukken. Aangezien nu dit boekje een „helpen de hand" wil zijn voor ieder ouder, afge zien van religieuze en politieke vraag stukken, kunnen wij ons dus met de meer speciale kant van deze kwesties niet bezighouden. Hoewel onze bespre kingen dus zullen gaan over de proble men van alle dag, waar ieder ouder mee te doen krijgt, onverschillig van welke overtuiging ook, moet in verband met geestelijke waarden toch wel even het volgende worden opgemerkt: Wij volwassenen meenen zoo vaak, dat de overtuiging, die óns persoonlijk vre de brengt, ook kant en klaar is voor onze kinderen; hierin nu zullen vele ouders bedrogen uitkomen. Tot vele diepe con flicten kan deze gedachte aanleiding zijn, ja, tot een volkomen breuk tusschen ou ders en kinderen leiden. Toch dient hier te worden gezegd, dat, zoo ouders maar met liefdevol begrip tegenover hun kin deren staan, en deze dat gedurende hun geheele leven ervaren hebben, ook in de moeilijkste jaren, zoo tusschen 16 en 21, dit. zijn invloed zal doen gelden. Bij veel verschil en veel misverstand blijft dan toch de liefde bewaard. Dit is alles wat we in verband met de bedoeling van dit boekje over dit on derwerp kunnen en willen zeggen. Een voornaam ding, dat wij opvoeders echter moeten weten, is dit: Opvoeden zal meestal niet beteekenen doen, maar laten! Dat lijkt heel eigenaardig, maar is toch zoo vreemd niet, want wat is het geval? Een kind is een persoontje met 'n geheel eigen aanleg. Wat er van die aan leg terecht zal komen, hangt van de omstandigheden af, waarin het kind leeft, en van zijn opvoeders, n.l. in hoe verre deze weten te laten en te doen. Wat hieronder verstaan wordt, zal hope lijk uit de inhoud van dit werkje duide lijk worden. Prijs f 1.30. toen hij zei: Ik zoek weer eens m'n kame raad. Kan jij me niet helpen, Romi? Hij ging op de rand van haar stoel zit ten en legde zijn arm om haar schou ders. Ze reageerde niet op dit gebaar, maar terwijl hij met zijn hand haar glan zend bruin haar streelde, zag hij, dat ze nadacht en in zakelijkheid niet voor hem onder walde doen. En in haar toon lag geen hulpeloosheid, al schenen haar woorden daar dan ook op te duiden. Hoe moet ik je helpen, Gerold? Waar tob je over? Wat zou het anders kunnen zijn, dan dat serum, Romana, waarmee Alk me de laatste tijd geen rust meer laat. Natuurlijk, wat zou een medicus als Tiebruck anders aan het piekeren kun nen brengen? En toch moest ze oppas sen het niet af te raden. De kwestie moest van beteekenis zijn, als een man er zich zoo ernstig mee bezig hield. Ik zou het me natuurlijk eenvoudig uit het hoofd kunnen zetten, vervolgde Tiebruck na een korte pauze, als ik zeg, dat ik er van afzie, is het uit. Maar als ik maar een greintje verantwoorde lijkheidsgevoel heb, zal ik de groote be teekenis er van moeten erkennen. Het is tenslotte een zaak, waarmee de geheele menschheid geholpen kan zijn, Romana. Zij gaf geen rechtstreeksch antwoord. Schijnbaar eenigszins onsamenhangend, zei ze: Vertel me eens, Gerold, is Alk nu werkelijk de begaafde medicus, die je in het begin zoo geïmponeerd heeft? Tiebruck staarde haar verbaasd aan. Dat is een zeer zonderlinge vraag. Je zegt dat op een toon, alsof je aan zijn begaafdhend twijfelt. Ik weet niet, lllllliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiininiiiitiiiiiiillllll llllllllllll UIT ONZE TAALTUIN. ||||||IIH lllll|llll!lllllllllllllllllllllllllllllillllllllllllllllllllllll!llll!l!llllllllillllllllllll||||ll MISPLAATSTE BOUWZUCHT. In het Maandblad van het Genoot schap „Onze Taal", dat herhaaldelijk de aandacht vestigt op het slechte gebruik van het Nederlandsch, is een gedichtje gepubliceerd waarin 't on-Nederlandsche gebruik van het werkwoord „bouwen" gehekeld wordt. De inzender heeft opge merkt, dat men de laatste tijd zelfs van een „stoelenbouwer" spreekt. Het gedicht met verlengstuk luidt: Wij bouwen in ons goede land, Maar al te graag naar vreemde trant. Wij bouwen u i t, wij bouwen a f, Wij bouwen 't koren en 't kaf. Wij bouwen onze taal een graf. Wij bouwen straten en machines, Wij bouwen sporen en misschien 'es Gaan wij in al te goed vertrouwen Nog bergen naast violen bouwen. Wij bouwen radio's bij millioenen, Wij bouwen steunen in de schoenen Wij bouwen wegen en kanalen De drommel zal dat bouwen halen! Dit gedicht krijgt nu een verlengstuk: Wij bouwen stoelen, vroeg en spa, Wij bauwen het elkaar maar na. llllllllllll GRABBELTON EEN GROOTE LOCOMOTIEF. Een der grootste locomotieven ter we reld werd in een fabriek bij Valencien nes gebouwd. Ze is 30 m. lang, weegt 160 ouizend kg en telt 28 wielen. SEISMOGRAAF Het seismografisch instituut te Tokio beschikt over een instrument voor het re- gistreeren van aardbevingen; het geeft veroorzaakte trillingen wel 1500 maal vergroot weer. Een zeer gevoelig toestel dus. HOEVEEL HONDEN Vorig jaar werden alle honden in Lon den geteld. Het bleken er wel 204.000 te zijn. Het stadsbestuur ontving over dat jaar 76000 p. st. aan hondenbelasting. Nu ziin duizenden honden in verband met de tijdsomstandigheden afgemaakt. VISSCHERS-LATIJN. In een, hoofdzakelijk door hengelaars bezocht hotel in 't Noorden van Duitsch- land werd een kind geboren van een jong paar, dat daar met vacantie was. Natuurlijk moest de nieuwe wereldbur ger gewogen worden. De wijzers van de eenige weegschaal, waarop de hengelaars hun vangst gewoonlijk wogen, wezen, toen de baby er op werd gelegd, één en twintig pond WAT IS EEN BILLIOEN? Hoeveel tijd heeft men noodig om een billioen te tellen? Een millioen maal een millioen dat is gemakkelijk uitgesproken, maar tellen kan het niemand. Al is men ook in staat om in een mi nuut tot 200 te tellen, dan zou men in een uur nog maar tot 12000 komen, in een dag van 24 uren tot 288.000. Er zouden derhalve 9512 jaren, 34 dagen, 5 uren en 20 minuten noodig zijn, om een billioen te tellen, waarbij we dan voor het ge mak maar aannemen, dat we met de zelfde snelheid van begin tot eind zou den tellen. HOE DE BAJONET ONTSTOND. Men zegt dat de bajonet haar naam ontleent aan de Fransche stad Bayonne, waar dit wapen het eerst zou gemaakt zijn. Een Baskisch regiment werd in de bergen bij Bayonne zwaar geteisterd. Een der soldaten stelde voor, dat als de am munitie opgebruikt was, zij hun lange messen aan de loop hunner geweren zou den vastmaken. Dit plan vond bijval en de eerste bajonetcharge werd gehouden, die met de overwinning der Baskiërs ein digde. Kort daarna werden in Bayonne der gelijke geweermessen of bajonetten op zettelijk vervaardigd en spoedig waren zij in alle Europeesche legers ingevoerd. welke reden je daarvoor hebt. maar dit kan ik je wel zeggen, kind: Alk beschikt inderdaad over buitengewone medische kwaliteiten. Misschien laat hij zich nog wat al te veel door zijn idealisme mee- sleepen, zijn jeugdige overmoed dient van tijd tot tijd te worden geremd, maar dat zal met de jaren wel anders worden. Stellig speelt ook bij deze serumontdek king zijn levendige fantasie nog 'n groote rol, maar dat neemt niet weg, dat ook de practische beteekenis ervan niet kan worden ontkend. Alleen.... volmaakt, is is het nog niet. Hij gunde zich nauwelijks tijd om tusschen de zinnen adem te scheppen, het was of hij snel moest spre ken om mets te vergeten. Vroeg of laat zal hij zijn vinding voltooien, daar ben ik van overtuigd, maar wanneer dat het geval zal zijn, is nu nog niet met ze kerheid te zeggen. In ieder geval, Gerold, geloof ik, dat het raadzaam is, hem niet zoo vrij en ongehinderd hier in huis te laten ver- keeren, antwoordde Romana. Tiebruck's verbazing nam nog toe. Jij hebt een persoonlijke antipathie tegen hem, liefste! Dat laat ik op het oogenblik geheel buiten beschouwing. Wat mij betreft, mag hij hier gerust komen. Er staan be langrijker dingen op het spel: Milla! Maar Romi, neem me niet kwalijk, wat steekt er nu toch in 's hemelsnaam achter als die twee jonge menschen el kaar zien, elkaar' wat nader leeren ken nen? Je weet, dat ik een eventueele ver bintenis tusschen mijn dochter en mijn vermoedelijke opvolger allerminst in de weg zou staan. (Wordt vervolgd.) CRITIEK. Een ieder beoordeelt werk, dat hem wordt voorgelegd, naar zijn eigen maat staf. De maatstaf van de kunstenaar is zijn Geweten; de maatstaf van de uit gever is zijn Omzet. Jan Greshoff in „Het Hollandsche Weekblad". EEN DOZIJN BORRELS. Ja, mevrouw, zei Honoré de Balzac eens tegen een bewonderaarster: Inspira tie moet langzaam komen. Ik werk al leen 's avonds laat. Gisteren b.v. ging ik om negen uur aan mijn schrijftafel zit ten. Ik dronk een cognac.er viel me niets in, ik dronk een tweede.... niets; een derde, een vierdeMen mag de moed niet opgeven. Eindelijk.... om 12 uur was de avond gered. Toen was de inspiratie gekomen? meende de bewonderaarster. Vroolijk antwoordde de dichter: Dat nu juist niet.... maar ik had twaalf heerlijke cognacjes genoten. HEEFT U DRUKWERK NOODIG Moet het in de puntjes verzorgd zijn Stelt U prijs op zorgvuldige correctie Wilt U eerst een drukproef, modellen? Deskundige voorlichting Foto's Wilt U voorat prijsopgaaf Een degelijk stuk papier? Moderne lettertypen Smaakvol gezet Heeft U haast Vraagt U bij ons eens aan. Wij zijn tip-top ingericht en hebben een ma chinecapaciteit van 5000 8000 druks in een enkel uur. DRUKKERIJ TEXELSCHE COURANT. llllllllllll WEET U ZE ALLE VIJF !l|||||||]|| 961 Is Malta grooter dan Texel? 962 Wie vond de slangbrandspuit uit? 963 Hiëroglyphen heeten de....? 964 's Werelds hoogste gebergte heet? 965 Meindert Hobbema was een Antwoorden: 961 Ja, 316 vk. M. (Texel 190). 962 Jan v. d. Heyden (1637-1712). 963 Teekens v.h. beeldschrift der ou de Egyptenaren. 964 De Himalaya (Azië). 965 Holl. landschapsschilder (1638 1709). Nieuwe vragen. 966 Hoe breed is de Straat v. Gibral tar? 967 Wanneer zijn de gilden opgehe ven? 968 Wie was Bernard ter Haar? 969 Waar ligt de stad Frascati? 970 „Don" is de titel van. ||||||iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiiiiliiiiiiiiiii<>iiiliiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiiiiin|||||| llllllllllll VAN DE BOEKENPLANK, llllllllllll ||lll|lllllllllllllllllllllllllllllllllll!llllllllUIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII!llill|||||| MAGISTRAAT IN MINIATUUR. door F. Ie M a i r e. Een boek, dat aan Dickens doet denken. Een bijzondere Ca mera Obscura. Van bovengenoemd boek treffen we in het Orgaan van de Alg. Ned. Politiebond deze recensie aan: Als ware het in eene bijzondere Came ra Obscura, valt hier licht en schaduw op de gecultiveerde Nederlandsche def tigheid, die onsterfelijk is; het toont, hoe deze deftigheid .boven de personen uit gaat en op hen haar onvervreemdbaar stempel drukt. Wat Dickens is in het for midabele, vindt men hier in het beschei- dene: humor in gematigde Nederlandsche vorm. Wij zien hier de kleinere en voor namere ambtsdragers nu eens in vol komenheid hun ambt vervullen, dan weer in zwakkere oogenblikken hun ei gen ik botsen tegen wat aan die waar digheid onverbiddelijk is verschuldigd. Alleen hij, die deze polen in het ambte- telijk bestaan kent, kan de door Le Maire geschapen beelden verstaan. Het is in deze geheimtaal, dat de kenners wor den herinnerd aan de oneindige charme, die alle Gemeenten, zooals Graafwijk, ei gen is. Het geeft hun tevens de rust, dat de buitenstaander, vermits hij daarvoor blind is, hun dit „eigen" nimmer zal we ten te ontnemen. Zooals Burgemeester van Doorn de stroom van de Elder vervormt tot een luisterrijk natuurbad en daarop 'n heer lijk festijn weet te geven, zoo sorteert Le Maire de zonnige verscheidenheden van het Graafwijksche bestaan tot een tooi van fonkelende vaderlandsche pracht. En deze schoonheid zal nimmer ten on der gaan, want in 't slot van deze fraaie „Alphenrijnsche confectie" verzekert ons de Burgemeester van Graafwijk, dat hij zijn post en daarmede zijn magistraten in miniatuur, voor geen klinkende munt ter wereld zal verlaten! Met deze woorden bevelen wij de bo vengenoemde novelle gaarne onze le zers aan. BOEKHANDEL PARKSTRAAT - Tel. 11 llllllllllll HYGIENE EN VEILIGHEID 308. NIERSTEENEN zijn verhardingen die ergens in de urineafvoerbuizen ont staan; deze beginnen al in de nier. Van 't nierbekken af loopt de urineleider naar de blaas omlaag. Van de blaas naar bui ten voert de urineuitvoergang. Overal in deze urinewegen kunnen niersteenen aangetroffen worden. Het is wel zeker, dat ze alle in de fijne kanaaltjes ont staan, waar deze nog in het nierweefsel ingebed liggen. Op hun weg omlaag, vooral ook bij langer verblijf in het nier- bekken, kunnen ze beduidend grooter worden (zie vorig nr.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1941 | | pagina 4