Staatsloteril
53ste Jaargang
Woensdag 14 Mei 1941
No. b;
Texelsche Berichten
ANTON DRUKKER
Uitgave
N. V. Boekhandel en Drukkerij
v. h. Langeveld en De Rooij
Den Burg Telefoon 11
VERANTWOORDELIJK REDACTEUR:
G. Joh. Duinker, Parkstr. 10, Den Burg
VERSCHIJNT: Woensdags- en Zater
dags ('s morgens). Adv. opdrachten in
zenden daags tevoren, vóór 4 uur n.m.
ADVERTENTIES: 121/* cent per regel;
minimum 5 regels. Eenzelfde adv. voor
vier plaatsingen opgegeven, wordt drie
maal berekend. Vraagt ons zeer voor-
deelig tarief voor neringdoenden.
Omzetbelasting inbegrepen.
TEXELAARTJES: 50 ct. (4 regels, ge
heel met kleine letters gezet, hoogstens
vier; vooruit betaald).
Omzetbelasting inbegrepen.
ABONNEMENTEN: f 0.79 per kwartaal;
buiten Den Burg f 1.05; losse nrs 4 ct.
Omzetbelasting inbegrepen.
POSTREKENING no. 652.
HOE LAAT
DE ZON.
Wo 14 Mei op 5.48; onder 21,27
Do. 15 Mei op 5,46; onder 21,28
Vr. 16 Mei op 5,44; onder 21,29
Verduisteren: van zonsondergang tot
zonsopgang.
DE MAAN.
Wo 14 Mei op onder 8,57
Do. 15 Mei op 0.53; onder 10,02
Vr. 16 Mei op 1,37; onder 11,10
Laatste Kwartier: 18 Mei 3,17.
HOOG WATER OP TEXELS REE.
Wo 14 Mei 0,02 en 12,27
Do. 15 Mei 0,51 en 13,17
Vr. 16 Mei 1,42 en 14,07
Springtij 26 Mei.
WAT ER GEBEURDE..
14 MEI: Opening van de nieuwe ha
ven te Harderwijk (1934). Gene
raal Schuurman verklaart, dat de
Nederlandsche Weermacht, met uit
zondering van de troepen in Zee
land, de wapens neerlegt (14 Mei
1940, n.m. 7 uur).
15 MEI: Bouwmeester Hendrick de
Keijser te Utrecht geboren (1565).
Napoleon trekt over de St.-Bern-
hard (15-21 Mei 1800). Oprich
ting Zeevaartschool te Den Burg
1912).
16 MEI: Het Haagsche verdrag ge
sloten tusschen Frankrijk en de Ba-
taafsche republiek (1795). Hono-
ré de Balzac te Tours geboren.
(1799).
MET GYMNASTIEKVEREENIGING
TEXEL NAAR HET TURN-
FEEST TE SCHAGEN.
Prachtig weer. Een prima stem
ming. Terug met vele prijzen!
(van een speciale verslaggever).
Zondagmorgen vertrok met de boot
van 7.45 van Texel een aantal leden en
belangstellenden naar Schagen, waar het
Groote Turnfeest van de Turnkring Hol
lands Noorder Kwartier zou worden ge
houden en waaraan ook dames- en hee
renleden van G. V. Texel zouden deel
nemen. Op de fiets vertrok het gezel
schap van de Groeneplaats naar de ha
ven. Met de trein van 9,45 werd de reis
naar Schagen voleind. Direct na aan
komst moesten de jongeren reeds „in het
touw" en volgden de turners en turn
sters elkaar de heele dag volgens graad
en klasse op. Vijfentwintig le, 2e en 3e
prijzen werden behaald, alsmede een
vereenigingsprijs.
Zoowel onder de jongeren als de ou
deren heerschte de heele dag een pret
tige stemming. En dat was te begrijpen.
Er was immers goed geturnd. De leider,
de heer C. Mets, komt dan ook een
woord van waardeering en dank toe.
Ook voor de leiding op de reis. Hij had
vaak heel wat te stellen met het jonge
goed en moest gedurig appèl houden om
er toch vooral niet een te verliezen. Dat
dit niet meeviel, is te begrijpen Reeds te
Oudesluis meenden enkelen, dat ze daar
nog een „boodschap" hadden en maar 'n
treintje moesten overblijven, doch tot
hun eer moet gezegd worden: ze waren
op tijd present. Ook in Schagen was er
soms heel wat te zoeken. Dan was een
ploegje hier, dan weer daar. Het was
voor „Kees" zeker een zware dag. Doch
toen we weer uit Schagen vertrokken,
was er niet één achtergebleven. De vroo-
lijke stemming bleef en zelfs in het sta
tion moest tot stilte worden aangemaand
Zingende trokken we door Den Helder.
Bij het zien van de vele verwoeste hui
zen werd echter vaak het lied gestaakt.
Dan kon je merken, dat al deze ravage
indruk maakte. Onwillekeurig moet het
door het brein van velen zijn gegaan:
Gelukkig, dat we aan Den Burg zulks
nog niet meemaakten!
Op de boot kwamen de mondorgels
voor de dag en weer werd gezongen,
hoewel met ietwat heesche kelen. Het
spreekt vanzelf, dat Het lied van de
Turners niet ontbrak.
Te acht uur werd weer Den Burg be
reikt en met de wensch, volgende keer
TEXELSCH E COU RANT
weer zoo'n dagje te mogen meemaken,
werd de stoet ontbonden.
Hier volgt de uitslag:
Meisjes le graad: 6 deelneemsters:
Corrie Bobeldijk, 23 p., le prijs; Sien-
tje Witte, 23 p., le pr.; Nelie Room, 21 5
p., 2e pr.; Nel Logman, 21,5 p., 2e pr.;
Anme Koorn 21 p., 3e pr.; Tea Room
20.5 p., 3e pr.
Meisjes 2e graad: 6 deelneemsters:
Anneke de Boer 21.5 p., 2e pr.; Linie
Vos 21 p., 3e pr.; Tini Schrama 20,5 p.,
3e pr.; Hanna Bakker 20,5 p., 3e pr.; Cor
rie Bakker 20 p., 3e pr.
Heeren, 3e graad, 3 deelnemers:
D. Lemstra 35.5 p., 2e pr.; A. Zegel 35
p., 3e pr.
Heeren 2e graad, 3 deelnemers:
G. Kikkert 34 p., 3e pr.; Jac. Witte 33
p. 3e pr.
Heeren, le graad, 1 deelnemer:
C. Mets, 37.5 p., 2e prijs.
(38 le prijs) no 4 van de heele
kring.
Dames, 3e graad, 11 deeln.:
N. Bremer 23 p., le pr.; N. Koorn 23
p., le pr.; Tr. Koorn 22,5 p., 2e pr.; Nelie
Boon 22 p., 2e pr.; H. van Santen 22 p.,
2e pr.; M. Witte 21.5 p., 2e pr.; A. Koorn
21 p., 3e pr.; M. Eelman 21 p., 3e prijs.
Dames 2e graad, 1 deeln.:
M. van der Ley 21 p., 3e prijs.
Vereenigingsprijzen Meisjes le graad:
le pr. „Hercules" Oudkarspel, 113 pt.
2e pr. „Wieringen", 111 pt.
3e pr. „Texel" Texel 110 p.
(Dit zijn de gezamenlijke cijfers van de
5 hoogsten per ploeg van 6 deelneem
sters).
Totaal dus 31 deeln., van wie 25 een
prijs behaalden. Bovendien legden de
meisjes nog beslag op een vereenigings
prijs. In totaal namen 14 vereenigingen
aan de wedstrijden deel.
Over het toekennen van punten kan
nog worden meegedeeld, dat in de da-
mes- en meisjesafd. (vrije oef., brug,
paard) voor een le prijs noodig waren
driemaal 7,5 punt plus een halve punt
(23); voor een tweede prijs driemaal 7
punten plus een halve punt (21,5 p.);
voor een derde prijs driemaal 6,5 punt
plus een halve punt (20). Voor de heeren
(die ook aan rek en ringen werkten)
was de berekening als volgt:
5X6,5 plus 0,5: 3e prijs.
5X7,0 plus 0,5: 2e prijs.
5X7,5 plus 0,5: le prijs.
WINTERHULP.
Winterhulp! Daarvoor is in ons blad in
het afgeloopen seizoen meer dan eens uw
aandacht gevraagd, en, naar gebleken is,
met een zeer behoorlijk resultaat. Wan
neer de mopperaars en de pessimisten
gelijk hadden gekregen, zou er geen
spaan van al dat gecollecteer terecht zijn
gekomen; de een beweerde, dat al het
geld toch naar Duitschland ging; de an
der onthield zich van steun, omdat toch
alleen maar behoeftige NSB'ers van de
Winterhulp profiteerden en no. 3 moest
er niets van hebben, „omdat de gesteun-
den er toch maar 't haar van lieten per
manenten" of „van de Winterhulp-gul
dens een electrisch keteltje kochten"
We noemen voorbeelden uit de practijk,
lezers en u zult deze verzinsels nog wel
met eenige kunnen vermeerderen.
Gelukkig waren er ook menschen, die
er anders over dachten. Die keken ver
der dan hun neus lang was. Die zetten
hun bezwaren en hun vooroordeelen op
zij en hebben iedere keer, dat hun de
bus werd toegestoken of de inteekenlijst
werd voorgelegd, een bijdrage verleend,
waarvoor zij zich niet hadden te scha
men.
Wij spreken min of meer als ingewij
den. Wij hebben een kijkje achter de
schermen mogen nemen en weten pre
cies, waar het geld op Texel belandde.
Op grond hiervan kunnen wij u met de
hand op het hart verzekeren: Het geld
is goed besteed. Zonder onderscheid, zon
der aanzien des persoons en zonder te
letten op religie of politieke overtui
ging. Het is niet mogelijk allen te ver
gunnen een blik te slaan in het leven van
menschen, in onze onmiddellijke omge
ving niet zelden, die trachten moeten
week aan week met een paar guldentjes
al hun levensbehoeften te dekken. Daar
komt heel wat voor kijken in deze tijd.
Zelfs de zuinigste huisvrouw heeft
moeite om de eindjes aan elkaar te
knoopen, wanneer het met de centen
krap gesteld is. Nu zijn er menschen, die
gerust om steun durven aankloppen.
Daar heb je Winterhulp voor. Maar er
zijn er ook, die daar nooit toe komen
Dat zijn de stille armen en in de huizen
van dezulken nu wordt het meest gele
den. Ook daar tracht Winterhulp een
bijdrage te verleenen tot leniging van de
nood. Aan de leden van de comité's, op
alle dorpen, is opgedragen de plaatselijk
Directeur op de hoogte te brengen en te
houden met de nooden van hen, die voor
een uitkeering vanwege Winterhulp in
aanmerking komen en het verheugt ons
te kunnen verklaren, dat hierdoor reeds
in vele gevallen wat zon is gebracht in 't
troosteloos bestaan van menige ingezete
ne. Wel f 5200 is de laatste maanden
aan Winterhulp-steun verleend, dat is
nog een kleine tweehonderd gulden meer
dan de collecten op Texel hebben opge
bracht.
(Het bovenstaande was bedoeld als in
leiding tot het verslag van de laatste
Winterhulpvergadering, opgenomen in
vorig nummer. Plaatsgebrek noopte ons
het artikeltje te laten liggen.)
||||||iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiriiiiiin||||||
GEMEENTE TEXEL.
||||||llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllUIIIIIIIIIIII!lllllllllllllllll||||||
LAMMERENMARKTEN.
Burgemeester en Wethouders der Ge
meente Texel brengen het volgende in
herinnering:
De groote lammerenmarkten zullen
hier dit jaar worden gehouden op de
Maandagen 19 en 26 Mei, Dinsdag 3 Juni
en de Maandagen 9 Juni, 16 Juni en 23
Juni. De toelating tot deze markten ge
schiedt, bijzondere gevallen uitgezonderd
alleen wanneer vooraf, hetzij mondeling
of schriftelijk de noodige hokken zijn
besproken.
Daartoe zal gelegenheid bestaan:
a. ter gemeente-seccretarie op alle
werkdagen, uitgezonderd marktdagen,
gedurende de gewone bureau-uren van
9—1 uur;
b. op de marktdagen van 9 uur v.m.
tot 2 uur n.m. aan de kiosk op of nabij
het' martterrein;
c. ten gemeentehuize des Zaterdags
avonds van 79 uur.
Zij, die lammerenhokken bespreken,
worden dringend uitgenoodigd daarbij
het verschuldigde marktgeld onmiddel
lijk te voldoen en gepast geld mede te
brengen.
Aangiften, hetzij mondeling, of schrif
telijk ter secretarie of door den markt
meester ontvangen na Zaterdagavond 9
uur voor de markt van Maandag d.a.v.,
worden niet meer ten uitvoer gebracht.
Het vee mag ter markt enkel worden
aangevoerd voorm. tusschen 6 en 10 uur.
De aanvoer van alle vee behoort te
geschieden door de Parkstraat, met dien
verstande, dat de Parkstraat niet anders
bereikt mag worden dan door den ingang
bij de Weverstraat.
De aanvoerders zijn verplicht zoowel
op den openbaren weg als op het markt-
||||||iii!iiiiii!iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii:iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii[iniiniii3i||||||
VAN OVER DE GRENS.
U||||lllllllllllllllllllllllllllllllll!llllllllllllllillllllllllllllllllllHlllllllllllllllH|lllll
TWEE PROBLEMEN:
Amerika en de strijd rond Irak.
Kan deelname van Amerika aan
de oorlog 't Britsche wereldrijk
nog redden?
Na een volledige onderwerping van
Joego-Slavië en Griekenland dringen
twee vraagstukken naar voren, waarvan
het eene plotseling is opgekomen, het
andere ons reeds maanden bezig houdt.
Het eene vraagstuk is: „Wat zal Ame
rika doen?" Het andere. „Hoe zal zich
het probleem-Irak verder ontwikkelen?"
De houding van Amerika.
Het vraagstuk Amerika is reeds gerui
me tijd aan de orde. Van een volledige en
correcte neutraliteit zijn de machtige Ver
eenigde Staten van N.-Amerika geleide
lijk dichter bij het oorlogsvaarwater ge
raakt. Uit de berichten, welke ons berei
ken, kan men nu maar alleen maar op
maken, dat Roosevelt op oorlog aan
stuurt, ondanks zijn vroegere verklarin
gen.
De pers en de geldmacht schijnen hem,
naar gemeld wordt, daarbij met volle
kracht te steunen Zal ook de meerder
heid van het Amerikaansche volk zich
vóór de oorlog met de asmogendheden
verklaren? Een half jaar geleden sprak
de overgroote meerderheid zich tegen
oorlog uit en waren beide presidents-
candidaten gedwongen te verklaren, dat
zij Amerika niet aan de oorlog zouden
doen deelnemen, wel wetende, dat een
tegengestelde uitspraak elke kans om
gekozen te worden, zou vernietigen.
Zijn er sedert dien dan enkele dingen
gebeurd, die de deelname voor Amerika
noodzakelijker of wenschelijker maken?
Van Duitsche zijde, zoo schrijft men
ons, wordt er angstvallig voor gewaakt,
de groote democratie aan de overzijde
van de Oceaan geen reden voor oorlog te
geven. Er wordt veelal zelfs niet inge
gaan op de hoogst vijandige aanvallen
van de de V.S. uit op de leiders der as
mogendheden.
Het ligt wel voor de hand, dat Duitsch
land en Italië geen oorlog met Amerika
willen.
Het sprookje over het gevaar vooreen
inval van de zijde der dictator-landen
maakt zelfs in Amerika geen opgang
meer. Maar even sterk als Duitschland
en Italië tegen een deelname van Ame
rika zijn, is Engeland er voor.
Na al de ontgoochelngen en nederlagen
die dit land reeds moest ondergaan,
(in zijn hoop op revolutie in Dutschland,
in zijn hoop op de uitwerking der blok
kade, in zijn hoop op de inval in Noor
wegen, in zijn hoop op de volken van de
Balkan) is Amerika thans de laat
ste steun geworden, waaraan het land
zich thans vastklampt.
Nu zijn de V.S. rijk door de natuur ge
zegend: tarwe, mais, vee, petroleum, ko
len bezit het in overstelpende mate, rijk
dommen, die men met milloenen moet
berekenen bij een volk van ruim 130 mil
lioen zielen.
Een haast onuitputtelijke bron, waar
achter nog een enorme scheepsbouw- en
vliegtuigindustrie staat. Geen wonder dat
Engeland daarop gaarne een beroep doet.
Voor velen in Amerika dringt zich ech
ter hierbij de vraag op, of zijn hulp En-
plein zich te onderwerpen aan de bevelen
omtrent orde en regelmaat, het rijden in
een bepaalde richting, het oprijden, drij
ven en stilhouden, welke worden gege
ven door de marktmeester of de politie
in belang van een geregelden aanvoer, de
geldelijke controle of ter voorkoming van
opstoppingen of wel door de met de keu
ring belaste personen met het oog op den
eisch van een deugdelijk veeartsenij kun
dig onderzoek.
Alvorens vee op het marktterrein wordt
toegelaten, zal het bij den toegang van
gemeentewege veeartsenij kundig worden
onderzocht. Het is verboden de met dit
onderzoek belaste personen in de uit
oefening van hun taak te belemmeren.
Zonder daarmede van gemeentewege
belast te zijn is het verboden:
a. de namen of nummers, voorkomende
op de hokken, boomen of palen, staande
op het marktterrein, uit te wisschen, of
op die hokken, boomen of palen namen
of nummers bij te schrijven.
b. strooisel op het marktterein te
brengen, te hebben of daarvan weg te
voeren;
c. strooisel in de hokken te verwisse
len, uit de hokken te verwijderen of in
eenig of in een ander hok te brengen.
Zonder vergunning van Burgemeester
en Wethouders is het verboden met het
wegvoeren der op het marktterrein aan
wezige lammeren vóór 10,30 uur voor-
middags een aanvang te maken.
Tijdens de groote lammerenmarkten
mag het marktterrein met rij- of voer
tuigen of vee niet worden verlaten door
de Parkstraat.
Ter voorkoming van stagnatie is het
noodzakelijk, dat de aanvoerder der lam
meren met het nummer van het hok be
kend is.
Texel 10 Mei 1941.
Burgemeester en Wethouders vnd.,
KAMP
De Secretaris, JONKER.
DE 5e KLAS begint MAANDAG a.s.
100.000. 50.000, 10.000. 5000? 2000, 3 500
55 1000, 65 A 400. *ns.
Loten i I/, k 72. l/x k 36, >/4 k 18, k 14.40, l/,0 k 7.20,
I/» k 3.60. Naar bulten franco na ontvangt! van poitwliiel
en 71 Ij cl. voor frankearlng Giro 79244. Tel. 46654.
Collect. Amtterdem,
Warmoe sitraat 163
geland nog wel zal kunnen helpen.
Zooals wij onlangs gezien hebben is
kolonel Lindbergh daar volstrekt niet
van overtuigd, evnmin als vele anderen,
die als hij, zich tot een comité tegen
deelname hebben vereenigd.
Amerika kan Engeland slechts helpen
door oorlogsmateriaal en schpen. Het
doet dat thans reeds en zal dat, hoe lan
ger de oorlog duurt, in steeds sterkere
mate gaan doen, doch of het ook ooit
'n leger over de Oceaan zal zenden, is
een andere vraag.
Waar Duitschland in staat bleek, te
land in zoo korte tijd machtige legers
neer te slaan, moet het volgens ingewij
den uitgesloten worden geacht, dat het
zelfs aan een vereenigde Engelsch-Ame-
rikaansche vloot ooit lukken zou, een le
ger te ontschepen op het vasteland van
Europa, zonder dat dit op een ramp zou
uitloopen.
Blijft slechts over een bestoken van
het vasteland van Europa van Engeland
uit door middel van vliegtuigen. Ook
tegen dit gevaar is door jarenlange voor
bereiding zoo'n afweer op te bouwen,
dat een land daaronder niet gemakkelijk
tot overgave te dwingen is.
Zoo blijft de Amerikaansche hulp be
perkt tot een taak, welke slechts leiden
kan tot een verlenging van de oorlog,
niet tot een voor Engeland gunstig re
sultaat.
Deze meening heeft Dr. Goebbels dezer
dagen nog eens heel zakelijk en scherp
aan een Amerikaansch journalist te ken
nen gegeven met de bedoeling natuurlijk
deze aan alle Amerikanen over te bren
gen.
De kwestie-Irak.
Het tweede probleem, dat plotseling
het beeld van de oorlog heeft gewijzigd,
is de kwestie Irak.
Irak is maar een klein land, gelegen
tusschen de Bijbelsche rivieren Euphraat
en Tigris. Het kan circa 300.000 man on
der de wapenen brengen en heeft
zeer belangrijke petroleumvelden.
Over een verdrag met Engeland is on-
eenigheid ontstaan, daar Engeland dit
land als onbeperkt doorvoerland a oor
zijn versterkingen in Palestina en Egjpte
wilde gebruiken, waartegen de Regee-
ring van Irak zich verzette. De oorlog is
in volle gang en reeds zouden de be
langrijke olieleidingen naar de haven
stad Haifa in Palestina zijn afgesneden.
Bagdad, de hoofdstad van het land, is
een middelpunt voor de Islam en reeds
laat het zich aanzien, dat de Mohamme-
daansche wereld in de naburige landen
als Syrië en Egypte in beweging komt en
sympthie betuigt jegens de strijd van
Irak. Dat ziet er voor Engeland allesbe
halve rooskleurig uit.
Wij weten niet over welke strijd
krachten Engeland op deze punten nog
beschikt, doch indien Brittannië deze be
weging en deze oorlog niet in de kiem
weer te smoren, dreigen hier zeer groote
gevaren voor het Britsche rijk.
Nog altijd is de Arabiscche wereld ont
stemd over de handelwijze van Enge
land na de oorlog in 1918. Het had aan
de Arabieren een vrij Palestina beloofd
met een beperkt aantal joden, doch tege
lijkertijd dit land eveneens onbeperkt
aan de joden beloofd. Wegens deze twee
slachtige houding, duidelijker gezegd, uit
deze schending van zijn beloften, zijn
reeds herhaaldelijk gevaarlijke opstan
den ontstaan en het schijnt, dat de Ara
bieren het vertrouwen in Engeland nu
volkomen verloren hebben.
Het spreekt eveneens vanzelf, dat de
asmogendheden deze ontevredenheid
zooveel mogelijk aanwakkeren en steu
nen, zoodat het volstrekt niet uitgesloten
is, dat de geheele Arabische wereld rond
om het Oostelijke deel van de Middel-
landsche Zee, in Syrië, in Palestina, in
Egypte en eigenlijk Arabië in beweging
komt, nu ze de kans ziet de Engelsche
overheersching af te schudden.
Indien deze beweging deze loop zou
nemen is het met de macht van Brittan
nië in de Middellandsche Zee gedaan.
Het is zelfs mogelijk, dat een afslui
ting van de olietoevoer uit Irak de oor
logvoering der Engelschen reeds zoo
bemoeilijkt, dat hun positie onhoudbaar
wordt en zoo komt er plotseling bij alle
andere moeilijke vraagstukken dit lastige
probleem voor Engeland nog bij.
En Turkije?
Op zeer opvallende wijze hebben bo
vendien de laatste weken besprekingen
plaats tusschen Berlijn en Ankara.
In verband met de gebeurtenissen in
Irak zou het geen verwondering wekken,
indien Turkije tot het inzicht kwam, dat
het beter voor het land was, zoo het zijn
betrekkingen met de asmogendheden ver
sterkte. We lazen reeds van een handels
verdrag vaak de eerste stap voor ver
dere verdragen dat aan Duitschland
de geheele Turksche tabaksoogst zou
doen toekomen. Indien Berlijn het eens
wordt met Ankara zou voor Duitschland
toch nog weer de oude droom kunnen
herleven van BerlijnBagdad en vooral
nu de spoorweg naar de hoofdstad van
het tweestroomenland gereed is geko7
Het nabije Oosten.
De ontwikkeling dezer gebeurtenissen
kan verstrekkende gevolgen hebben.
Duitschland heeft een sterk en getraind
leger in de Balkan vrij gekregen. Zouden
de Duitsche strategen niet bezig zijn plan
nen te ontwerpen voor grootsche veld
tochten, die het de tabak van Turkije, de
oliebronnen van Irak en de katoen van
Egypte zou kunnen verschaffen? Zullen
deze strategen, die in Europa zoo ont
zaglijke veroveringen boekten, niettrach
ten Afrika te onderwerpen en de resten
van de Italianen in Abessinië willen be
vrijden uit de gevaarlijke Britsche om
helzing?
Wat men van deze oorlog ook zeggen
moge, aan de stootkracht van het Duit
sche wapen kan niet worden getwijfeld.
De verovering van Polen in zestien da
gen, de bezetting van duizenden k.m.
kusten in Noorwegen en Denemarken;
de bedwinging van West-Europa in een
paar maanden en de voor Duitschland
zoo gunstig verloopen veldtocht op de
Balkan (drie weken) leggen daarvan ge
tuigenis af.
Aan de strategen, die zulk een presta
tie leverden in een betrekkelijk korte
spanne tijds, moet wel 't denkbeeld voor
oogen zweven van een grootsche operatie
om Europa met een enkele slag van zijn
boeien te bevrijden door zich in de tro
pische zone de producten te verschaffen,
welke het veelal te kort heeft en in een
langdurige oorlog zeker zou ontberen.
Wij weten, zoo schrijft men ons van be
voegde zijde, dat Afrika nog geen Indie
is, waar koffie en thee zoo overvloedig
worden voortgebracht, dat de behoeften
van Europa daardoor geheel zouden kun
nen worden gedekt. Doch Afrika in 't
bezit van de actieve Duitsche organisa
tiegeest, Duitschland in het bezit van de
onuitputtelijk rijke gronden van Abessi
nië, Kenya. Duitsch Oost-Afrika of de
Congo, zou ons in enkele jaren de produc
ten van ons Insulinde doen vergeten.
„Nog betere wapens"
De Fuehrer van 't Duitsche Rijk heeft
een overzicht gegeven van de oorzaken
het verloop en het einde van de strijd
op de Balkan. Met ongelooflijk geringe
verliezen, zoo sprak hij, nog geen 5000
man aan dooden en gewonden, werden 2
rijken volledig onderworpen en een
Britsch expeditieleger van het vasteland
verjaagd onder achterlating van 9000 ge
vangenen en al het zware oorlogstuig.
Ook richtte Hitier zijn blikken naar
Amerika. Hij wilde n.l. een eind maken
aan de droom der Britten door te zeggen,
dat geen poging, welke ook, in staat zal
zijn de voorsprong in bewapening, welke
Duitschland heeft, in te halen. Daarvoor
staat de arbeidskracht en het aaneen
gesloten binnenlandsche front borg. Wa
ren reeds in 1939, 1P40 en 1941 uitzonder
lijke successen mogelijk door de tot in
de puntjes verzorgde uitrusting en be
wapening en de onovertroffen aanvals-
geest van de Duitsche soldaat, in 1942
zouden die wapenen zelfs nog beter zijn.
In felle bewoordingen richtte spr. zich
tot Churchill, die z.i. moet beschouwd
worden als de oorzaak van de voortzet
ting van 'n verder doellooze oorlog, die
tot de totale ineenstorting van zijn eigen
land voeren zal en tot onnoemelijke scha
de voor de welvaart der geheele wereld.