Sue
¥1
mL&sM
De winst van de waterleiding moet zijn:
Een bloeiend vreemdelingenverkeer
Natuurschoon moet dus beschermd blijven!
Brammetje Flapoor en z'n vrienden
Op wacht in een uitgestorven wereld
De aardappelen
worden oud
vindt het geluk.
Zeer geachte heer
Mag ik mijn copy over „de waterlei
ding" opgenomen in uw blad van 30
Maart nog iets aanvullen?
1 De watermeter. Betekent dit zoiets
als de manoeuvres van bijvoorbeeld
de apotheker, die zijn drankje in een
flesje van 300 gr. klaar maakt, angstval
lig zijn meter observeert? Geenszin
Een aangeslotene heeft een abonnement,
laten we aannemen van 25 m3. Per kwar
taal krijgt hij van het bedrijf een inge
vuld girobiljet, dat hij maar aan 't post
kantoor heeft te storten en klaar. Over
schrijdt hij deze 26 m3 niet, dan hoort
hij niets meer, maar komt hij er wel bo
ven, dan moet hij voor het meerdere vol
gens de geldende bepalingen bijbetalen.
Dit voorkomt watervermorsen.
Neemt dit dan zo'n omvang aan? Wat
ongebruikt blijft, wat verknoeid wordt,
komt in elk geval op de rekening van het
bedrijf. Als ik hierover ging uitweiden,
zou ik uitlokken, wat ik juist wil tegen
gaan. Bij de leiding van de bedrijven
zijn de excessen genoeg bekend. Ter wil
le van de watereconomie (zuinigheid hij
watergebruik) zijn watermeters zeker
gewenst Misschien acht iedere bedrijfs
leiding ze zelfs wel noodzakelijk.
Verloren water.
2. Hoeveel regenwater valt er per jaar
op mijn huis? (Of op de gebouwen, waar
over ik het beheer heb?) Wil iedere
Texelaar dit eens voor zichzelf bereke
nen? Misschien is het beter te zeggen:
Wil ieder deze hoeveelheid voor zichzelf
benaderen? Wanneer gedurende 1 jaar
liet regenwater niet wegvloeide, mam-
bleef staan, dan zou dit een hoogte be
reiken van 688 m.m. Omdat het ons som
metje zo eenvoudig maakt, nemen w>
hiervoor 500 nun. Dit is '/t meter.
Ais. de voorgevel van ons huis nu 20
meter en de zijmuur 30 m. is, dan is de
oppervlakte van de grond, waar het huis
op staat, 20x30 m'2 is 600 vierk. meter.
Op dit huis valt dus 600x'/2 m3 is 300 m.1
water. Dit is 300,000 liter. In de regrt
gaat dit. met uitzondering dan van zo'n
regenbakje vol, vrijwel verloren. Lezer,
wat doet u liever, dit water bewaren of
in de droge lijd na zware dagtaak met 'n
juk met twee emmers hoog op 50 liter
halen, dikwijls uit. een drinkput, die een
kwartier ver ligt? Een boer laat het on
der werktijd halen in een groot vat op
een slee. 't Kost tijd en geld en hoe is
dan nog en hoe wordt dan de kwaliteit
van het water, voordat het is opge
bruikt?
Zo wordt het behouden.
2a. Opberging van het regenwater. U
heeft, wei boertlerijicn gezien, waar men
„silo's" heeft voor gekuild gras, grote
betonnen ringen. Nu vraag ik weer: Wel
keldei-s voor gekuild gras en niet voor
regenwater? Ais zo'n waterkelder ge
plaatst moet worden, staat men voor re
uitgave ineens. Men vergete niet, dat
de waarde van het huis of van het be
drijf blijvend hoger wordt. Wanneer een
boet- .30 jaar op een bedrijf woont, kan
'hn dus 1/30 van de kosten op elk be-
dryfsjaar brengen, terwijl na die 30 jaar
de kelder bij goed gebruik nog in tact is
Laten we nu de inhoud ber -kenen van
zo n silo. U heeft al kunnen vaststellen,
dat ze geleverd kunnen worden.
Nemen we de middellijn 6 en de hoog
te 4 meter, dan is de inhoud 4x22/7x3x3
m8 =792/7 m3 113 1/7 m3. Voor onze
300 m3 onder 2 genoemd hebben we eoh-
ter niet 3 zulke bakken nodig, want er
wordt geregeld van gebruikt en bij re
genweer komt er ook geregeld weer
water bij. Bovendien weten we niet pre
cies hoeveel een koe per jaar drinkt. Als
men nu begint met één zo'n waterkeldei-,
van 113 ni3, dan blijkt na een jaar wel
of dit voldoende is. Zo niet, dan kan men
in de loop van de tijd naar behoefte bij
bouwen. Nieuwe boerderijen liefst met
pannen dekken. Een rieten dak zuigt
zoveel water op. En om mee te komen
met de tijd: 1, waterkelder (drinken); 2
silo (eten) en 3 ierkeïder (mest). En nu
de mest op no. 3 en niet op no. 1.
Ook het regenwater van burgerwoon
huizen en arbeiderswoningen opvangen
en bewaren. Denk aan het wassen van
kleren, besproeien van bloementuinen,
maar soms ook bij planten iu groentetui
nen, straatschrobben, schoonmaak enz
3. De Koog en Everstekoog. Aanhaling
uit de Tex. Crt. van 9 Maart, pag. 1, ko
lom 2. „Binnen enkele jaren waarschijn
lijk een pompstation ten zuiden van Di
Koog". Wat zullen die ingelanden daar
blij mee zijn! Uit dezelfde krant pag. 2,
kolom 2: „Vanaf 1792 varen de polderlas-
ten 57'/2 pet. van de lasten der andere
polders". En nu:
Dat zou niet goed gaan.
Tex. Crt van 19 Maart pag. 1, kolom
1: „Nu is er ierbetering, want die pol
ders zjj-i in de loop der tijden dank zij
bewatering e.d. in vruchtbare gronden
herschapen". Conclusie: De bewatering
was in orde gekomen, men gaat er een
pompstation plaatsen, haalt het water
dus weer weg en de twee polders ver
vallen weer In de oude ongewenste toe
stand.
4. Nu weer IV v. Crt. vm 9 Maart, pag.
1, kolom 2: „De duinen bevatten vol
doende water - ooi een gnv u- gebied dan
het eiland zelf." Nergens emi simpel zin
netje als: Hoe komen we aan voldoende
water, zonder schade aan te richten?
M.d.R. Er is werkelijk een historische
door G. Th. Rotman
-SAAk
(Nadruk verboden)
41. Luid schreeuwend en wild om zich
heenslaand holden de achtervolgers, d-e
nu achtervolgden geworden waren, dooi
de straten, waar Ihet gelukkig in da:
vroege morgenuur niet druk was. Maar
er kwam spoedig enige verademing voor
de stakkers in de vorm van een banket-
bakkersjongen, die met de lekkernijen
in zijn manden de bijen naar zich toe-
lokte en nu een beurt kreeg!
42. Tingeling. Vijf minuten laler ging
de bel bij dokter Slikmaar. Jongens, jon
gens, zoveel patiënten had hij nog nood
tegelijk gehad! Het waren namelijk
Brain's achtervolgers, die binnenkwa
men, allemaal met opgezwollen neuzen,
wangen en gezichten, vanwege de bijen
steken!
achterstand, die zo gauw mogelijk beëin
digd moet worden. En !och geloof ik, dat
we er blij om moeten zijn. Hoe was nl.
de toestand in het duingebied tussen
Den Helder en Hoek van Holland vóór
dat er water voor de waterleidingen aan
onttrokken werd en vóór dat het Ka
naal er was door Holland op zijn smalst?
Nu zijn we trots nog op het Zwanenwa-
ter, maar we betreuren ten zeerste, dat
dit een laatste rest is van een groot ge
bied, dat precies zo was. Gelukkig ia
men nu al-gemeen op zijn hoede, waar
bij we oak even denken aan de afsluiting
van de Oude Maas en de Brieise Nieuwe
Maas. Het duingebied op het vasteland
van Holland is misschien nog groten
deels te redden door overschakeling op
het IJselmeer. Het duingebied van Texel
zou na uitdroging niet te herstellen zijn
geweest. Nu is Texel gelukkig gewaar
schuwd.
4a. Wat dan wel? M. d. R., nu uw ei
gen woorden Tex. Crt. van 30 Maart,
pag. 3 kolom 2: „Van Den Hoorn tot De
Coeksdoru water ontfutselen aan de
duincomplexen". M.a.w. Een lange en
smalle prise d' eau (niet open natuurlijk)
aan de blnnenvoet der ^eerste duinenrij
(aan de oostzijde dus).
Het duin moet ongeschonden blijven.
Tex. Crt. van 23 Maart, pag. 1, kolom
i: De dijkgraaf van Eieriand, dhr De
Graaf, zegt, dat tussen „Madura en
„Breda" niet minder dan negen windwa
termolens het overtollige water weg
maaiden. Nu weet ik dit niet maar ik
veronderstel, dat dit water uit de duinen
afkomstig was, welk water altijd werd
aangeduid met „duinval". Bii pompen in
de boven aangeduide lange smalle prise
d' eau zouden deze molens wier taak door
een modern gemaal is overgenomen, niet
nodig zijn geweest, zodat een nadeel zou
zijn omgezet in een voordeel! En dan
zou het oppompen in elk geval zo moe
ten, dat het duingebied tussen de 2de
duinenrij en het strand ongeschonden
blijft.
5. De winst. Dit bedrijf mag geen
winst maken door maar zoveel mogelijk
water te veitkopen. De winst voor Texel
moet zijn een bloedend vreemdeling m-
verkeer, dat wordt bevorderd le. door 'n
waterleiding in te stellen; 2e. door de
handhaving van het bestaande natuur
schoon.
Hier moet evenwicht gebracht worden
Natuurlijk moet het bedrijf elk jaar af
schrijven en ook moet een reserve ge
vormd worden. Dreigt een tekort dan bv.
verhoging van de prijs per m.3 of iets
andere, maar nooit door productieverho
ging.
Doel: Zo spoedig mogelijk een water
leiding. In de behoefte van mens eu
dier moet worden voorzien uit water, dat
verloren gaat (Mok, Slufter, regenwater,
duinval). Dan wordt het duin-gebied niet
geschonden..Ook'zou men dan geen land
'doen uitdrogen.
Bij een prise d' eau als omschreven
onder 4a zijn in elk geval De Koog en
Everstekoog niet alleen de dupe.
M. d. R. U wees terecht ook nog op
verhoogde melkproductie bij zoet drink
water voor het vee. Ik zal wel wat ver
gelen hebben, maar we houden vast aan
ons doel, hiervoor omschreven.
t. t.
UW POSTABONNEE.
Commissies rijzen gewoonlijk in luxe
wagens. Huzaar le klas van Vinkenstein
uit Den Haag reist in Midden-Sumatra
echter per drietonner. Reizen, in de nor
male zin van het woord, is zoiets eigen
lijk niet meer te noemen.
Hotsebotsend over de weg van Padang
naar Fort de Koek denkt hij dan menig
maal met weemoed aan het devies van
de Ned. Spoonw'egen: „Veilig, vlug -n
voordelig".
Als een voortdurende bedreiging staat
midden in de wagen een kast met inhoud
te dansen. Boem. een flinke kuil. De
kast wipt omhoog en belandt juist op de
tenen van van Vinkenstein. Even komt
hem de prachtige straatweg van Amster
dam naar Den Haag voor ogen, dan
klemt hij zijn tanden op elkaar en pro
beert de inhoud weer in de kasl te prop
pen. Met de nodige inspanning gaat hij
daarna zitten om prompt met zijn hoofd
in onzachte aanraking met een of ande
re ijzeren pin te komen
Tenslotte arriveert alles euhter veilig in
Fort de Kook, voor het oude „Merdeka
Hotel", dat thans de naam draagt van
„Topi Hitam", de „zwarte pet"
Vandaar is het nog een aardig rukje
naar Paloepoe. Een „slad" van twaalf
huizen er. een schuur. Daar .s de we
reld dichtgeplakt met -kranten, zoals do
soldaten onder elkaar beweren In deze
totaal dichtgegroeide kampong, waar de
varkens eens per week „gedropt" wer
den, daar leven en werken de jongens
van de stoottroepen, van 'het 5e bataljon
Prinses Irene en van het 5e eskadron
Pantserwagens en nog andere broeder
lijk sa-men.
Het leven van deze mannen bestaat uit
wachtkloppen, patrouille lopen en eten,
om dan 's avonds, na een bezoek aan de
cantine. de dag op -het veldbed te beëin
digen. Veel vertier is hier niet. Een
bioscoop zal men er nu vruchteloos zoe
ken.
De schuur is gedeeltelijk ingericht als
cantine. Een 6 meter brede strook gras
scheidt de cantine van de veestapel, 20
-koeien, die met neerhangende koppen
om vader stier heen staan. Deze robuste
stier heeft op de mannen blijkbaar veel
indruk gemaakt. Boven de deur van de
cantine prijkt tenminste een bord: „Wat
niet als vriend -hier binnenhuppelt, wordt
er met stierengan'g weer uitgpknuppeld".
Van Vinkenstein doezelt bij het aan
schouwen van deze veestapel weg. Voor
zijn geest doemt een Hollandse boerde
rij op. Mestgeurtjes dringen in zijn neus.
Bij elke windvlaag koont er een vleugje
bij, tot plotseling een rauwe kreet hem
tot de werkeJijikfheid brengt. Het is Je
stem van „Jan de brennschutter", Jantje
Volkerts uit de Burgbussestraa'. in Bor
ne, die schreeuwt met een vervaarlijke
stem naar de radio-telegrafist. Oor Bes
je: „Ho, hou eens op met steeds maar .ie
Anna aan te roepen, het huis staat er
van te trillen!"
Cor Besje zoekt contact met een an
der detachement en deed dat door een
tonig in zijn microfoon te vragen: „An
na hoort u mij. Anna wat is mijn sterk
te?" Als iemand -liet in zijn hoofd haalt,
om een snoepreisje naar Paloepoe te ma
ken, dan zorge hij er echter voor een
certificaat van de dokter bij zich te heb
ben. Is dat niet zo, dan slingert men tl
daar onherroepelijk voor twee uren op
wadht. Ze hebben daar geen greintje
medelijdon met bezoekers. Dank zij de
tweede man, die altijd wel wat sterke
veilhalen beschikbaar heeft, zijn twee
van zulke uurtjes todh weer gauw ge
noeg om. Laat u dus niet al te zeer af
schrikken. Ook de huzaar, die we hier
op zijn tocht volgen, gaat voor 2 uurtjes
op wacht. Zijn maat is de soldaat Roos
van de 80e Hu-pva. Samen met. de korpo
raal Uitenbogaard heeft deze in het de
tachement een „ziekenkist", waar ka
meraden, die een bloedneus, een schram
metje of een andere kleinigheid hebben,
terecht kunnen. Is 't een zwaar geval,
dan gaat de patiënt voor behandeling
naar de stad. Deze gevallen ziin geluk
kig maar zeldzaam
Naast de ziekenkist staat de kok sid.
Ie kl. v.d. Linde met zijn potten en pan
nen te smijten. Volgens de bewoners van
het detachement smaken zijn kokerei-leii
altijd prima. Ook over een ander punt is
men tot hier roerend eens. „Het is hier
een uitgestorven, door de mensen en
zelfs door de duivel vergeten stinkgat",
zo drukt een mortierist dit in kernachti
ge bewoordingen uit. Daar is men het
over eens tot en met de commandant,
Majoor S. de Vlieger, toe.
De enige afwisseling in dit vrij eento
nige leventje is de komst van een Dako
ta of Pipe-raiib. De Dakota brengt het
eten en de Bipercub strooit mot de post.
VOOR DE VROUW.
Als de tijd van de oude aardappelen
ten einde loopt, gaan wij verlangend uit
zien naar de nieuwe oogst. Niet alleen,
omdat nieuwe aardappelen zo'n delica
tesse vormen, maar ook omdat de oude
tegen liet beigïn van de zomer minder
smakelijk worden. Het lange bewaren
heeft de schil dik en kurkadhtig ge
maakt, de aardappelen krijgen lange uit
lopers en vertonen vaak blauwe plekkto.
Met schillen gaat er zeer veel verloren.
Toch zullen wij, zolang de nieuw,
aardappelen nog niet verkrijgbaar zijn,
of nog te duur om ze geregeld te gebrui
ken, moeten proberen, de oude zo mooi
mogelijk op tafel te brengen. Als ze erg
rimpelig zijn, zet men ze eerst een nacht
ongeschild in water; dit vergemakkelijkt
het schillen. Daarna kookt mien ze in
ruim water. Op deze manier blijven de
aardappelen blanker, de smmak wordt
verbe-terd en ze komen kruimiger op
tafel. Het spreekt vanzelf, dat dit
slechts een noodmaatregel moet zijn, een
uitzondering op de regel: „koolrt kort en
in weinig water, dan blijven vitamines
en voedingszouten beter behouden".
Daar zowel door deze behandeling ais
door het lange bewaren de oude aardap
pelen nog maar heel weinig vitamine G
bevatten, is liet juist in deze tijd zeer
gewenst om dagelijks wat rauwe groen
te te gébruiken, bv in de vorm van oia
Verschillende bladgroenten: andjjvi-,
spinazie, raapstelen, sla, kunnen ook
heel goed rauw in stamp-pot worden ver
werkt. Dil maakt de maaitijden rijki r
aan liet onmisbare vitamine C.
Af en toe kunnen we de oude aardap
pelen ook eens vervangen door een har
tige schotel van macaroni, bami, gort of
rijst, of door een peulviuclitengerec-ht
(bv. dikke erwten- of bonensoep, waar'n
.vlees en-of melk zijn verwerkt om liet
peulvruchten-eiwit aan vullen), met een
stevig nagerecht.
Om de smaak van de aardappelen ie
verbeteren, is de verwerking tot pikan
te aardippelschotels heel geschikt. Als
voorbeeld noemen we: jachtschotel, pan-
vis, aardappelen gestoofd in kerriesaus.
RUNDERHORZELBESTRIJDING OP
DE GOEDE WEG!
De meeste pinken en vaarzen in N -
Hollaud zijn nu tweemaal gewassen met
derrispoeder en liet -blijkt dat er veel
minder horzelbulten worden waargeno
men dan vorig jaar. Dat is een verheu
gend verschijnsel, ja, wij zijn op de goed-
weg!
Dat betekent ook: meer rust in de wei
de, dus meer melk, meer vlees, beter
hulden.
Toch kon het nog beter!
Nog altijd zijn er veehouders, die er
min of meer afwijzend tegenover staan.
In het noorden van N.-Holland gaat 't
goed, maar daar spanden de zuivelfa
brieken er zieli reeds jaren lang voor in.
Het ls daar dus bter Ingeburgerd dun
in het zuiden. Toch komt er ook daar
verandering ten goede. En, in die ge
meenten of complexen van gemeenten,
waar speciaal daarvoor aangestelde per
sonen (uitvoerders genaamd) deze was
singen uitvoeren, daar ziet men ook de
beste resultaten. Deze uitvoerders gaan
boerderij aan boerderij langs en dat is
ook de juiste manier. Alle boeren mo
ten hieraan meedoen, want wie er niet
aan meedoet, benadeelt niet alleen zich
zelf, maar ook zijn goedwillende buur
man, die er wel aan meedoet.
Bovendien is liet wettelijk verplicht
om de rundeihorzels te bestrijden. Als
gevolg daarvan oefent de Veeartsenij-
knridige Dienst door middel van de daar
bij betrokken ambtenarep een intensieve
controle uit over de gehele provincie.
Er zijn verschillende veehouders in de
provincie, die zelf hun dieren behande
len. Mocht, u door drukke werkzaamhe
den aan deze behandeling nog niets of
niet genoeg gedaan hebben, doe liet da:i
onmiddellijk, want het is „hoogste tild!"
't Is niet alleen uw belang, 't is ook
hot belang van uw buurman, het is ook
een algemeen belang!
De Dir. Prov. Gezonrih. Dienst
v. Dieren,
D. REMPT.
60.) maar als u dat weet.
riep mr. Hedley, opgelucht omdat hij op
dit punt geen vertrouwen behoefde te
schenden. Ik heb hem de opdracht voor
dat portret bezorgd, omdat hij inderdaad
geld nodig had, en, zoals ik zeide: het
was een groot succes. Wat mjj betreft, ik
vind dat hij zijn model te vee! geflat
teerd heeft. Een beetje is altijd gort,
natuurlijk. Maar sir Archibald was zeer
met liet portret ingenomen. Het was
voor mij een gro'te opluchting, kan ik u
zeggen, want ik wist niet goed wat Dar-
nay zou doen hij was in een zc -r
treurige stenuning.
Ge liadt u niet ongerust behoeven
te maken, zei Sue. Mr. Darnay had het
geld immers al aangenomen en hij moest
hun dus geven wat zij vroegen, niet
waar?
Zo heeft hij het zeker gezien, zei
Sue.
H-m! zei mr. Hedley weer. Hoe het
ook zij, ze waren zeer tevreden. Darnay
kreeg daardoor verscheidene andere op
drachten heel goetde maar hij heeft
ze nog niet definitief genomen en als
u het mij vraagt zal hij dat niet doen
ook! Hij maakte weer een wanhopig ge
baar met ziin handen. Stel u voor, miss
Priiigle hij is er vandoor gegaan! Hij
is eenvoudig verdwenen I En hij heeft
mij hier laten zitten met die vijf schil
derijen, die hij in Schotland gemaakt
heeft. Ik had niet de minste hoop ze te
zullen verkopen (ik voor mij achtte ze
onverkoopbaar).
Maar wat gebeurt er?
Verleden week komt hier een klant
van me een zeer rijke Amerikaan, die
geweldig veel belang stelt in moderno
kunst en een prachtige collectie heeft in
zijn huis op Long Island. Hij komt altijd
bij mij aan als hij in Engeland is. Ik
vertelde ham van Damay's laatste rage
on liet hem zijn nieuwe schilderijen zien,
want ik was nieuwsgierig naar zijn oor
deel natuurlijk.
En wat zei hij? vroeg Sue gretig
Hii kocht, ze alle vijf, antwoordde
Hedley veelbetekenend.
Het bleef eiven stil na deze veelzeg
gende woorden. Toen vervolgde Hedley:
U begrijpt waarschijnlijk niet wat dit
zeggen wil. Het wil zeggen, dat Darna.v's
nieuwe metbode erkend is. Het feit, dat
mr. Toll-macher vijf Darnay's gekocht
'heeft, is Nieuws met een grote N. Ame
rika koopt nu alle schilderijen, die Dar
nay maar maken kan dat betekent het.
Maar Darnay is verdwenen, spoor
loos
O wat heerlijk! riep Sue opge
wonden. O mr. Hedley, wij móéten
hem vinden en liet hem zeggen. Het
moet toch mogelijk zijn, hem te vinden?
Wij móéten hem vinden, herhaalde
mr. Hedley. Maar of wij het kunnen?
Ik kan het u niet zeggen. Ik heb 't ge
probeerd bij zijn vrouw, zijn bank, zijn
advocaat, maar ze weten geen van allen
waar hij is. Ik. ik dadht...toen ik
zag, dat u belang stelde in zijn werk.
en toen u zei, dat u hem kende, dat u
misschien meer zou weten...
Maar Sue kon mr. Hedley evenmin
helpen als de anderen, die hij genoemd
had.
Er zijn hier veel mensen geweest,
die naar hem vroegen, vervolgde Hedley
teleuigesteid en en- zijn ook veel brie
ven voor hem gekomen. Ik weet niet,
wat ik daar mee aan moet. Het enige wat
ik zal kunnen doen is: wachten, tot hij
iets van zich laat horen, 't Is een wan
hopige toestand, want al dit wachten is
alleen maar verlies in elk opzicht.
Sue keek bedenkelijk. Ze vermoedde,
dat Darnay wel niets van zich zou laten
horen. Hii had wel gedaan alsof hij iels
gaf om liet oordeel der wereld over zijn
nieuwe werkwijze, maar diep in zijn hart
was hij smartelijk gewond en te moeten
terugkeren tot zijn oude techniek was
zeker een nieuwe slag voor hem ge
weest, al had hij er dan ook honderd
guineas voor gekregen om zijn schulden
te betalen.
O waarom hebt ge niet in hem
geloofd! riep Sue. Hoe hebt ge dat niet
kunnen doen, mr. Hedley? Het zou zo
veel verschil voor hem gemaakt hebban
als ge hem wat aanmoediging hadt gege
ven. Ge moet toch veel goeds in dia
nieuwe schilderijen gezien hebben!
U kunt me geen hardere verwijten
maken dan ik mijzelf maak, zei mr. Hed
ley bitter. Natuurlijk wist ik, dat er veel
goeds was in de nieuwe schilderijen. Ik
vermoedde alleen, dat ze onverkoopbaar
waren. Het leek mij zulk een verkwis
ting, omdat ik de andere zo gced veiko-
pen kon... en Ik hoopte, dat hij dat
eenmaal óók zou inzien en vanzelf tot z'n
oude m in-ier van werken zou terugkeren.
Dan kent u hem niet, zei Sue mei
nadruk.
Hierop wist mr. Hedley geen antwoord
te geven.
Ik ben maar een zakenman, zei hij,
zijn armen uitbreidend.
O juist! Maar ik dacht, dat ge
goede kijk had op kunst, zei Sue met on
bewuste ironie.
Mr. Hedley's gezicht betrok. Een paar
stekelige antwoorden kwamen in hem
op, maar hij hield ze vóór zich, want het
was tegen zijn belang, het met miss
Pringle, die Darnay zo goed kende, aan
de stok te krijgen. Zij zou hem kunnen
helpen, Darnay w eer. op te sporen en 't
betekende alles voor hém, Darnay weer
te vinden en hem naar-de veilige 3tal
terug te brenlgen. Een geregelde ver
koop van Darnay's schilderijen naar
Amerika zou hem grote commissies in
brengen. Daarom gaf hij tenslotte een
vriendelijk antwoord op Sue's beledi
gende woorden en stond op om haar te
laten voelen, dat hij het onderhoud als
geëindigd beschouwde.
Sue stond ook op, gaf hem, op zijn
verzoek, haar adres en beloofde, zodra
zij weer in de buurt kwam, een kijkje te
zullen komen nemen in de toonzaal.
Daarna vertrok ze.
I
Wie is ze precies? vroeg mr. Heu-
ley, toen Sue vertrokken was. Wie en
wat is ze?
Het was natuurlijk een ihetoriscbe
vraag, want Edward kon evenmin weten
wie en wat miss Pringle was als mr.
Hedley zelf ja, hij kon het nog veel
minder weten, want hij had niet 't voor
recht genoten van een half uur conver
satie met miss Pringle.
Edward trok een idiote grimas en
schudde zijn hoofd, als wilde hij zeggen:
Ik geloof niet, dat ze helemaal snik is.
Mr. Hedley begreep dit woordenloze
antwoodd maar al te goed
Hoor es, Edward, zei hij, die dame
is niet zo'n idoot als jij, waarschijnlijk
nog wel denkt, maar dat doet er ook niet
veel aan toe wat ze is; wie ze is. Zij kent
Darnay van nabij, dat, is een feit.
Ze heeft hem in Schotland leren
kennen, natuurlijk op die boerderij, die
hij daar gehuurd heeft, zei Edward.
Mr. Hedley bleef enige ogenblikken
in gedachten verzonken staan. Toen zei
bij: Ja ja, dat is het. Darnay heeft
me verteld dat hij daar kennis heeft
gemaakt met sir James Faulds of Bell
en hij sprak ook over een nichtje van
sir James, is 't niet?
(Wordt vervolgd.)
J.