■Z3
Gemeenteraad van Texel
Tweede blad
Texel se Courant
Geref. Gemeente Den Burg ontving
haar predikant
Taak en betekenis van het „Volksonderwijs"
De heer J. Duiker sprak in hotel „Texel"
Geen goede Sint
(Vervolg van pagina 1)
Verkoudheid
AM
ZATERDAG 2 DECEMBER 1950.
ZON, MAAN EN HOOGWATER.
De zon komt 2 Dec. op om 8,30; onder
om 4,28. Maan: 2 Dec. L.K., 9 Dec. N.M.
Hoog water ter rede van Texel: 2 Dec.
1,35 en 2,06. 3 Dec. 2,31 en 3,00. 4 Dec.
3,33 en 4,04. 5 Dec. 4,43 en 5,18. 6 Dec.
5,53 en 6,28. 7 Dec. 6,55 en 7,21. 8 Dec.
7,48 en 8,13.
Aan het strand Is het ongeveer 1 uur
eerder hoog water.
DIENSTREGELING N.V. T.E.S.O.
tot en met 29 April 1951:
Op werkdagen:
Van Texel: 5,30; §6,25; 7,50; 11,50; 14,50:
17,55.
Van Den Helder: 6,30; §8,15; 10,30; 13,20
16,20; 19,30.
Op Zon- en Alg. erkende Chr. Feest
dagen:
Van Texel: 7,50; 11,50; 17,55;
Van Den Helder: 10,30; 13,20; 19,30.
Ingaande 2 April 1951 iedere Maan
dag
Nr. 50.
DU DY BOON.
Dudy wordt Vrij
dag 1 December acht
jaar. Ze zit in de 2e
klas. Ze heeft heel
wat liefhebberijen: ze
is wat je noemt een
natuurvriendin en ze
gaat dan ook dikwijls
met haar vader op
pad. Ze verzamelt in
de herfst altijd prach
tige paddestoelen. Als
de zomer in het land
is, gaat ze fijn zwem
men en door de dui
nen dwalen. (Zij woont aan de rand van
de Dennen). Ja, Dudy, de winteravonden
hebben ook hun bekoring. Dan kun je
volop knutselen, wat je zo graag doet
met carton en je kunt, zo horen we, ook
al goed met naald en draad omgaan.
Veel plezier op je verjaardag.
De afdeling Texel van „Volksonder-
wijs" heeft Maandag een propaganda-
avond georganiseerd in Hotel Texel. De
zaal was goed bezet. De avond werd ge
opend door de voorzitter, de heer D.
Dapper, die opmerkte, dat hier reeds
vóór 1940 een afdeling van „Volkson
derwijs" bestond. Spreker dacht terug
aan de activiteit van de afdeling (to
neel, zang, tentoonstelling, maar ook de
o.l. school genoot steeds de volle aan
dacht van de afd.) Na de bevrijding leek
het alsof de scheidsmuren waren wegge
vallen en wij hoopten dan ook, dat de
actie van Volksonderwijs niet meer no
dig zou zijn, aldus spreker. Deze hoop
bleek ijdel en opnieuw zal de strijd voor
het openbaar onderwijs moeten worden
gevoerd. Onze afdeling moet weer
nieuw leven worden ingeblazen en daar
om verheugt het ons dat vanavond de
betekenis van „volksonderwijs" uiteen
te zetten.
Nadat het eerste deel van de film van
„Volksonderwijs" was vertoond, was
het woord aan de heer J. Duiker uit
Amsterdam.
De heer Duiker zei: „Na de oorlog had
u mischien de gedachte, dat de school
strijd volstreden was, maar gebleken is,
dat daar helaas geen sprake van is".
Hierop schetste spreker taak en bete
kenis van „Volksonderwijs" en de plaats
en de taak van de o.l. school. In aanslui
ting op art. 201 van de Grondwet staat
in art. 19, le lid der Lageronderwijswet
'20: „In elke gemeente wordt voldoend
lager onderwijs gegeven in een genoeg
zaam aantal scholen, welke voor alle
kinderen zonder ondei scheid van gods
dienstige gezindheid toegankelijk zijn".
Toch zijn er nog luim 300 gemeenten
zonder openbaar onderwijs. Daarmede
kunnen wij geen genoegen nemen, aldus
spr. In Heer (bij Maastricht) bestonden
voor de oorlog 2 r.k. scholen en 1 open
bare school. De o.l. school werd gevor
derd en het gemeentebestuur van Heer
besloot na de oorlog tot opheffing van
de o.l. school. Spreker noemde meer
voorbeelden, „waaruit blijkt, dat aan
het beheer van de overheid nogal het
een en ander mankeert" Spreker las
voor art. 42 van de l.o.-wet. „Het school
onderwijs wordt onder het aanleren van
gepaste en nuttige kundigheden dienst
baar gemaakt aan de ontwikkeling van
de verstandelijke vermogens der kinde
ren, aan hun lichamelijke oefening en
aan hun opleiding tot alle christelijke en
maatschappelijke deugden. 2. De onder
wijzer onthoudt zich van iets te leren, te
doen of toe te laten wat strijdig is met
de eerbied, verschuldigd aan de gods
dienstige begrippen van andersdenken
den". De geestelijke grondslag van het
openbaar onderwijs ligt in het eerste
en tweede lid van iit art. verankerd, zo
vervolgde spreker, die hierop art. 3 uit
de Statuten van de Vereniging van
Christelijke Onderwijzers en Onderwij
zeressen in Nederland en de Overzeese
(Ingezonden mededeling).
voor ccn vrouw of meisje wan*
neer ze als geschenk niet een tube
Hamea Gelei heeft ontvangen.
U. D. I.
Naar wij vernemen zal de Rederijkers
kamer op veelvuldig verzoek een twee
de uitvoering geven van het blijspel
„Mijn dochter kiest een man", op Zater
dag 16 December a.s. met gezellig bal.
Wilt u genieten van een vrolijk stuk,
voorziet u dan tijdig van kaarten, die
vanaf heden in „De Oranjeboom" ver
krijgbaar zijn met direct plaatsbespre-
tken Zie ook adv. Voor deze uitvoering
zijn de donateurskaarten niet geldig.
VOORBEREIDING VASTSTELLING
HERZIENING UITBREIDINGS
PLANNEN.
Het hoofd van het gemeentebestuur
van Texel maakt bekend, dat door de
Raad dier gemeente op 29 November
1950 is besloten tot voorbereiding van
de herziening van de plannen van uit
breiding in onderdelen voor Den Burg
en De Koog en de vaststelling van der
gelijke plannen voor De Cocksdorp, Den
Hoorn, Oost, Oosterend, Oudeschild en
De Waal, alsmede de vaststelling van
een plan in hoofdzaak voor dat gedeelte
van het eiland, waarvoor nog geen plan
in onderdelen in voorbereiding of van
kracht is.
Texel, 30 November 1950
Het Hoofd van het gemeentebestuur
voornoemd,
DE KONING.
Gebiedsdelen voorlas: a. onderwijs en
opvoeding zijn niet te scheiden; b. de
opvoeding moet zijn Christelijk Natio
naal ....dat daardoor duidelijk aan
het licht trede de waarde van de begin
selen der Hervorming in de strijd tegen
het Roomse bijgeloof en het Revolution-
nair ongeloof".
Spreker trok hieruit de conclusie, dat
het bovenstaande in dienst is van een
bepaalde levensovertuiging en dus in
druist tegen het streven van Volksonder
wijs, dat op het standpunt staat, dat een
school toegankelijk moet zijn voor alle
kinderen. Volksonderwijs treedt in het
strijdperk voor dat openbaar onderwijs.
Spreker wekte op Volksonderwijs (dat
125,000 leden telt) te steunen en zich aan
te melden als lid.
Na de pauze werd gelegenheid gege
ven tot het stellen van vragen, maar
daarvan werd geen gebruik gemaakt.
Hierna werden hei 2e en 3e deel van
de film vertoond.
Naar men ons mededeelt heeft de af
deling Texel Maandagavond 30 nieuwe
leden geboekt.
HIJ WAS ERG BOOS OP DE BELAS
TINGEN EN DE ONTVANGER MOEST
DE BUI OPVANGEN.
M. de W. van Texel is een merkwaar
dig scribent. Daarover moet men niet te
licht denken, zijn onversneden pen zou
waarlijk menige broodschrijver jaloers
maken. Wat dunkt u bv. van een zinsne
de als: „Je moet je lieve vaer en je vuile
moer afpersen, maar geen werkman",
vooral wanneer we er dan nog bij vertel
len, dat dit slechts een enkele passage
was uit een kattebelletje aan het adres
van de ontvanger van belastingen te
Den Helder Verder kwam de Koningin
er op een uiterst grove wijze aan te
pas.
't Was eerst even heel moeilijk om
beklaagde in zijn verdediging te kunnen
volgen. Aanvankelijk vertelde hij tel
kens en telkens opnieuw, dat hij „18-ka-
raats" was en dat hij geen communist
wilde zijn.
Langzamerhand werd de toedracht
van de zaak echter duidelijk. De W. had
een paar waarschuwingen en later een
dwangbevel van de belasting gekregen
en hij was niet alleen van oordeel, dat
hij helemaal geen belasting verschul
digd was omdat hij altijd loonbelasting
had betaald en buiten zijn loon niets
had verdiend, bovendien echter beweer
de hij bij hoog en bij laag nooit een aan
giftebiljet te hebben ontvangen.
Eerst had hij, zo vertelde hij, een erg
knap briefje geschreven. Hij liet de ko
pie zien. Het was gericht aan de inspec
teur, het begon met „Edelachtbare" en
er stond geen onvertogen woord in. Het
antwoord echter zinde hem met en om
dat in het begrip van beklaagde een in
specteur en een ontvanger blijkbaar
„één pot nat" waren, die wel van elkaar
zouden afweten, had hij zich de tweede
keer maai gericht tot de laatste, die
toen de bui kreeg op te vangen.
De officier vond de zaak aan alle kan
ten onbillijk en eiste sen maand gevan
genisstraf.
De politierechter, van oordeel, dat be
klaagde niet het minste begrip toonde
en ook in aanmerking nemende de zin
snede, waarin de koningin werd ge
noemd, meende, dat een boete hier niet
op haar plaats was en veroordeelde be
klaagde tot 14 dagen gevangenisstraf.
Veertien dagen vind ik een lichte
straf, constateerde de W bij het verla
ten van de zaal.
De heer Zijm: Oudeschild-'t Horntje
wil men wel eens in een verhouding
brengen als olie-electriciteit. Wij willen
het modernste vervoer, dat is een boot
met koplading, het gaat erom: waar
moet de veerhaven Komen? Het Horntje
schijnt bijzónder lanlokkelijk omdat het
een kleine sprong over het water zou
zijn. maar eigenlijk is het vandaar ook
de grote sprong, vvant het moeilijkste
stukje moet even goed gevaren worden.
Een zeewaardige boot zal voor 't Horn
tje niet minder kosten dan voor Oude
schild. Waterstaat heeft aan 't Horn
tje voor millioenen in het water moeten
gooien. Jaren geleden werden wij met
man en macht bijeengetrommeld om de
zee te helpen weren. Is het wel verant
woord op de meeït bedreigde plek een
veerhaven aan Ie leggen? De heer De
Waard zei, dat de veerhaven aan het
Horntje, verbetering te Den Helder en
weg tot Zeewijk op f 850,000 zijn ge
raamd, Oudeschild en wat daar bij komt
zou volgens hem een millioen kosten. Ik
zie niet in,.waarom men aan het Horntje
met minder kosten een haven kan ma
ken dan aan Oudaschild, waar men min
der stroom heeft. Oudeschild is de ge
schiktste plaats, 't Horntje het meest af
gelegen punt, wat een reis moeten vele
Texelaars maken om daar te komen!
Wie zwaar zit met ae verzorging van
zijn gezin kan geen bromfiets kopen of
altijd met de bus gaan. Thans kunnen
de buitendorpers naar Oudeschild fiet
sen als ze met de eerste boot mee willen
En dan de schooljeugd, die kan nu per
fiets naar de boot, maar via het Horntje
wordt dat bezwaarlijk en omdat de scho
lieren doorgaans tot minder goed gesitu
eerde kringen behoren, kunnen voor
hen geen buskosten worden betaald.
Achter het TESO-gebouw is ruimte ge
noeg voor een behoorlijke naven voor
een boot met koplading. Laat het Rijk
daar een drijvende steiger maken of een
die mechanisch beweegt opdat men bij
ieder getij kan aanleggen. Het dorp Ou
deschild gaat te loor. Het TESO-perso-
neel gaat dan niet naar het Horntje,
maar naar Den Helder. Dan wordt het
een verbinding Den Helder-Texel. Ik
ben voor een eersce klas verbinding. Ik
hoop, dat het Oudeschild wordt.
De heer Keijser wordt op verzoek de
exploitatierekening van TESO overhan
digd: hij wil die cijfers eens bekijken.
De heer C. H. Roeper: Mij frappeert
het advies van B. en W Dat gaat sterk
tegen de uitspraak van Waterstaat in.
Het is gevaarlijk wanneer wij de verbe
tering die nu geboden wordt en die wij
de laatste jaren buiten ons bereik ge
acht hadden, thans afwijzen. Wij meen
den destijds, dat Oudeschild de enige
oplossing zou zijn, maar spoedig daarna
werden wij verrast door de mededeling,
dat het Horntje op de begroting 1951
stond. Dat braent het vraagstuk in een
nieuw stadium. Het wegenvraagstuk
wordt door de tegenstanders als het car-
dinale punt georuikt, ik til daar niet
zwaar aan. Door de aanbieding worden
de belastinggelden ook eens voor Texel
gebruikt. Laten wij het Rijksvoorstel
met beide handen aannemen. De heer
Hin heeft gezegd: laten wij Oudeschild
accepteren, dan zien wij over 20 jaar
wel verder. Dat is een gevaarlijk punt.
Een fout is gemakkelijker te maken dan
te herstellen. De heer Hin geeft voorts
een berekening van het vervoer van
agrarische producten. Voor mij staat
vast, dat het voor agrarische producten
van belang is, dat het Horntje er komt.
Het vervoer van scholieren heeft voor-
en nadelen, die van De Waal en verder
gaan sporadisch per f»ets. De heer Zijm
waarschuwde voor de toestand aan het
Horntje, 20 jaar geleden was die toe
stand daar gevaarlijk, maar hoe meer
Waterstaat daar investeert, hoe beter
men de toestand daar in handen zal hou
den. De vuurtoren wordt ook gerepa
reerd. Ik adviseer het Horntje aan te ne
men.
De heer Keyser: de cijfers van TESO
zijn ontzettend opgevoerd. Men heeft
een behoorlijke fantasie nodig om tot de
ze cijfers te kunnen komen. Spreker wil
de heer De Waard wel eens vragen,
waar die de goedkope tarieven vandaan
haalt!
De heer Dros vei klaart voor 't Horn
tje te zijn. Het is mogelijk, dat wij niets
bereiken als wij 't royale gebaar afwij
zen. Ik ben verheugd over de adressen
van de organisaties. Het Horntje is voor
de boeren van ongekend belang, wij
kunnen als boeren niet meekomen, om
dat de vervoerkosten nu te hoog zijn. Bij
de berekening van het vervoer per as
en per schip heeft Je heer Hin vergeten
te noemen het tijdverlies en de over-
laadkosten. In Groningen en Zeeland
wordt het vlas overwegend per as ver
voerd, via Oudeschild hebben wij het
zelfde bezwaar wat de wegen betreft.
De nadelen voor Oudeschild mogen niet
opwegen tegen de grote voordelen voor
heel Texel en zo is het met TESO ook.
Ik ben een groot voorstander van het
Horntje.
Mevr. Vrijdag-Keijser: Ik sta voor 100
pet. achter een oplossing in Oudeschild.
Ten onrechte wordt ons steeds voorge
steld als zou 't alternatief van 't Horn
tje slechts een noodoplossing in Oude
schild zijn. De Provincie is echter wel
degelijk voor een continue oplossing te
Oudeschild. De begrotingspost 'n royaal
gebaar van het Rijk? Het is het kleinste
postje van de vier betrokken partijen.
Wat geeft ons een haven als geen weg
verantwoord betaald kan en geen veer
dienst lonend geëxploiteerd. Voor welke
Texelaar is de uitgaaf van millioenen
voor een tijdwinst van 7 minuten, het
sterkste argument uit hun leuze, verant
woord? Alle vervoer dan per as? Waar
om gaat dan in ie Haarlemmermeer,
Anna-Paulowna en Wieringermeer nog
zo'n groot percentage per schip, waar
niets het vervoer per as in de weg
staat? Waarom worden in de nieuwe in
polderingen zoveel scheepvaartkanalen
gegraven? Waarom geeft Waterstaat zo
veel uit voor binnenscheepvaartwegen?
Wordt dat Waterstaat als de klok terug
zetten aangemerkt? Het gaat op Texel
om een nieuwe boot erbij, dit kan door
TESO zonder faillissement verwezenlijkt
worden. Met wiens winst zou de uurbus
dienst over heel Texel naar het Horntje
gefinancierd moeten worden als TESO
armlastig zou zijn geworden?
Goedkoper per bus naar het Horntje
dan nu over Oudeschild per fiets? Goed
koper dan gratis oestaat voor de scho
lieren niet! Zou het Rijk een van de vele
mooie dingen die TESO jaarlijks voor
Texel doet, overnemen? Wat heeft Texel
in 1908 eendrachtig gevochten voor een
Het gebouw van de Geref. Kerk te
Den Burg was Zondagochtend tot de
laatste plaats bezet: jong en oud wilde
getuige zijn van de bevestiging van hun
eerste predikant, de Eerw. Heer A. F.
Goedendorp. De bevestiger, Ds. A. C.
Hofland, van Molenaarsgraaf, had tot
tekst gekozen Joh. 13:20.
„Jezus zegt: „Ik zend u; die u ont
vangt, die ontvangt Mij". Achter Jezus
staat de Vader. Jezus blijft in het ambt
en ook hierachter staat de Vader. Alles
rust op Gods eeuwig verbond, dus het
ambt blijft bestaan alle eeuwen door ook
in deze moeilijke tijd: dus voortgang van
alle ambtelijk werk, ook hier op Texel.
Gij, gemeente, ontvangt de predikant
met alles wat daaraan is verbonden. Al
zijn werk is ambtelijk werk, hetzij in de
kerk of daar buiten. De dienaar komt
met het Woord van Christus; en hoe is
uw persoonlijke verhouding tegenover
dit woord van Christus? In dit woord
komt Jezus Christus tot u persoonlijk,
en dat is de moeilijkheid hier, dat tot u
komt een mens met veel gebrek maar
met een goddelijke opdracht. Heb cle
mentie met de persoon, want hij komt
als ambtsdrager, gezonden door Jezus
Christus. Dit werk gaat door, ondanks
het verraad van Judas en het zal ook
doorgaan al verraden ook nu de mensen
dat werk. Moge ook het woord van
deze ambtsdrager ruime ingang vinden
hier op Texel.
Hierna werd het bevestigingsformu
lier gelezen en onder ademloze stilte
werd deze Candidaat tot zijn werk be
vestigd en ingezegend. Aan de handop
legging nam ook deel ds. M. N. de Wolf.
de gemeente zong ps. 119:9 in gewijzig
de vorm. Hiermede werd deze indruk
wekkende bevestigingsdienst besloten.
De avonddienst werd gehouden in de
Doopsgezinde kerk, die daartoe welwil
lend was afgestaan en voor deze gelegen
heid bijna geheel was gevuld. Onder de
blijde klanken van het orgel, bespeeld
door de heer Kassenaar, schreed een
lange rij Eerwaarde Heren en Broeders
naar de gereserveerde plaatsen en be
klom Ds. A. F. Goedendorp voor de
eerste maal de kansel Zijn toga was een
geschenk van de gemeente. Onder grote
stilte nep hij de hulp der Heren aan, hij
had tot tekst gekozen Filippensen 4:4,
het thema hiervan is oproep tot ware
blijdschap.
Zijn Eerwaarde ontvouwde een 3-tal
punten: vorm, inhoud en voortduur dier
ware blijdschap. Deze woorden staan in
de gebiedende wijs, 't is hier een gebod,
een bevel, maar Gods bevel en als
Hij gebiedt is het tot behoud. Dit ge
bod is geen dwang maar levensvrijheid,
van Gods gebod mogen wij geen carica-
uur maken, daar niet wij uitmaken wat
goed is voor het leven, maar Zijn gebod
wijst ons de weg. Zonder openbaring
zijn wij blind voor deze blijdschap in de
Here. Dan zoeken wij die blijdschap
naar eigen inzicht: „schep vreugde in
het leven". Onze vreugde is meest ge
richt op aards bezit, maar onze
vreugde moet gericht zijn op de enige
vreugd, verblijd zijn in de Here, want
wat baat het de mens indien hij alles
gewint en schade lijdt aan zijn ziel?
En te allen tijde kunnen wij, Christe
nen, verblijd zijn, daar Christus altijd
voor ons klaar staat, niet alleen in goe
de tijden maar ook in zorgvolle tijden,
in moeite, verdriet, armoede en ziekte,
ja blijdschap te allen tijde.
De saamgekomen menigte antwoord
de hierop door te zingen „Die hoop moet
als ons leed verzachten", Gez. 27:2.
Hierna richtte de nieuwe Herder en
Leraar woorden van dank tot de kerk-
keraad, de gemeente en haar leden, tot
de Consulent Ds. De Wolf en tot de af
gevaardigden van de Classis Alkmaar.
De nieuwe predikant sprak hierna woor
den ter overdenking tot de jeugd en de
catechisanten. Spreker dacht ook aan de
Moederkerk te Oosterend. Ook aan de
talrijke Oosterenders: „Blijft de kerk
van Den Burg gedenken".
Ds. Goedendorp werd hierna toege
sproken namens de kerkeraad van Den
Burg, door de Consulent en de afgevaar
digde van Oosterend, door een verte
genwoordiger der Doopsgezinde ge
meente, door Ds. Klijnsma namens de
N.H. Kerk en net Texelse Theologen
Convent en door burgemeester C. de
Koning.
(Ingezonden mededeling).
van neus, keel of borst,
snuift en wrflft U weg met
Eigen Onderneming. En nu zou dit klak
keloos in ambtenaarshanden overgedra
gen worden, terwijl een afdoende oplos
sing met lonende exploitatie binnen be
reik ligt.
De heer K. Beumkes: Wat het vaar
water betreft: de boot gaat bij storm te
genwoordig ook al eerst naar het Horn
tje en steekt met de vloed dan dwars-
over. Waar de haven komt, loopt hoege
naamd geen stroom In '46-'47 voer men
wegens het ijs 25 dagen lang naar het
Horntje. Ook bij de ergste winter kan
men toch altijd minstens 3-4 diensten
per dag op het Horntje onderhouden.
Bezwaar uit stedenbouwkundig oog
punt? In Zeeland heeft men helemaal
geen dorpen bij die pontveren, er staat
hoogstens een wachthuisje. Er zullen
lang niet zoveel bussen nodig zijn als de
boot ieder uur vaart, want dan is de
spreiding van de passagiers veel groter.
De heer Van der Vis is voor het
Horntje. Als pensionhouder heeft hij 't
Horntje niet nodig. Hij is niet bang voor
„te veel" dagjesmensen. Wij kunnen de
zaak beter eenmaal goed oplossen dan
tweemaal verkeerd.
De heer Timmer: Ik sta voor een moei
lijk besluit. Waterstaat wil alleen het
Horntje, de Provincie wil de weg niet
maken. Waarom wil men van ons een
uitspraak? Ik stel mij r.iet voor, dat Wa
terstaat omzwaait. De heer De Waard
spiegelt zich aan de hoop, dat de Pro
vincie wel over te halen is, de heer Hin
spiegelt zich aan de hoop, dat Water
staat wel over te halen is voor Oude
schild. Ik zie via Oudeschild met een
noodoplossing, noch bij een pont aldaar
de volledige oplossing. Wij moeten eco
nomisch uit het isolement verlost wor
den, mede met het oog op de toekomst,
die ik minder rooskleurig zie. Ik heb ve
le tegenstanders van het Horntje horen
beweren: „De pont zal er over 25 jaar
toch wel zijn". Waarcm dan nu niet?
Pas als de frequentie van de verbinding
over het Horntje is, zijn wij in eerste in
stantie uit ons isolement verlost. Bij
een bevolkingsoverschot kan Texel t.a.v.
de industrie niet meedelen van wat in
den lande geboden wordt. Wat ook ge
troffen wordt, het hogere plan noopt
mijn stem te motiveren voor t Horntje.
De heer Joh. Daalder: Ik sluit mij bij
de voorstanders van het Horntje aan,
vooral bij wat de heer Roeper en Van
der Vis gezegd hebben: als wij iets wil
len doen, laten wij het dan goed doen!
De heer Wassenaar: Ik ben tamelijk
pessimistisch over deze zaak, gezien de
stukken die wij gekregen hebben (o.a.
notulen vergadering met hoge functio
narissen van Rijks Waterstaat op 6 Nov.
red.). Bij 't Horntje wil de Provincie
niet meewerken, bij Oudeschild het
Rijk niet. Er gaat zeer waarschijnlijk
mets gebeuren. De verbinding schreeuwt
om een oplossing. Wij komen of in strijd
met het Rijk of met de Provincie als
wij ons vastleggen voor resp. Oudeschild
of 't Horntje. Ik zou de kwestie eerst
graag met beide instanties opgelost wil
len zien.
Hierna volgde gelegenheid om in twee
de termijn te spreken. De heer De Waard
sprak over de overlaadkosten, Oude
schild kost bij afdoende oplossing meer.
De beurtschippers laten iedere week
een, twee- of driemaal een vracht per
auto overzetten, hoewel zij zelf schepen
hebben. Als TESO het niet kan, doet 't
Rijk het. Dat is mijn uitgangspunt t.a.v.
de lage tarieven. Wij moeten een keus
doen. Ir. Harmsen was verbaasd, dat
wij nog geen uitspraak hadden gedaan.
De heer Hin merkt op, dat de heer
Roeper weliswaar gezegd heeft: „Doen,
anders wordt de verbetering afgewezen"
maar wij hebben nog niets. Ik vrees, dat
het Rijk door het Horntje een fout zal
maken. Neem de waterwerken van
Schagen, dat is ook een fout gebleken.
Als de mensen bij ijsgang naar 't Horn
tje moesten, vonden ze dat een vreselijk
iets. Men kan nooit een uurdienst voor
de bussen tot stand brengen, financieel
onmogelijk. Het blijft een 3-uur dienst
op de dorpen. Het busvervoer wordt eer
der duurder dan goedkoper. Ik zal mijn
krachten geven om tot een oplossing te
komen, hoe de uitspraak van de Raad
ook luidt.
De voorzitter wil uit het oogpunt van
tactiek streven naar oplossing te Oude
schild Als wij het Rijk zouden verkla
ren: „Het Horntje, accoord", dan moeten
wij de Provincie dwingen 7 ton te ge
ven. T.a.v. techniek stelde de voorzitter
het volste vertrouwen in de bekwaam
heid van de zeer oude dienst van de
Rijkswaterstaat. Voor de sociaal-econo
mische zijde hebben wij niet voldoende
gegevens. Het Rijk heeft niet gezegd dat
het de pont anders zelf zal leggen. Het
Rijk heeft gezegd: dan zullen wij zelf
een weg zien de vinden". De wegen zijn
volgens voorzitter niet het cardinale
punt.
De heer Bruin vertelt, dat hij enige le
den van Ged. Staten heeft gesproken.
Hij kreeg de indruk, dat de Raad moet
afwachten en nog geen uitspraak moet
doen, maar dat wij nog eens met TESO,
het Rijk en de Provincie moeten praten.
Voorzitter: „U wilt, dat B. en W. na
der contact laten maken?"
De heer Bruin: „Inderdaad".
De heer Keijser: „De heer De Waard
vertrouwt ten volle op de Staat, terwijl
uit de woorden van de voorzitter blijkt
dat die de uitlating van Ir. Harmsen
heel anders opgevat heeft. Ik voel alles
voor het idee van de heer Bruin om te
trachten alsnog unaniem tot één idee te
komen.
De vergadering wordt op verzoek van
de heer Wassenaar geschorst opdat de
leden der fracties de motie nog even on
derling kunnen bespreken.
Na 20 minuten wordt de zitting her
opend. De heer Jac. Bruin wil stemmen
over een motie, waarin B. en W. wordt
verzocht nogmaals overleg te plegen
met rijk, provincie en TESO. Deze motie
werd met 7-6 stemmen aangenomen.
Vóór stemden mevr. Vrijdag-Keijser
en de heren Brum, Hin, Keijser, Timmer
Wassenaar en Zijm; tegen de heren
Beumkes, Daalder, Dros, Roeper, v. d.
Vis en De Waard. (De heer De Waard
had, voor de stemming plaats vond, nog
opgemerkt, dat hij Ged. en Rijkswater
staat een uitspraak van de Raad had be
loofd).
De voorzitter zegt, dat B. en W. de
besprekingen met alle spoed zullen voe
ren.
Nadat in de rondvraag nog enkele
woorden waren gesproken over de
schoolradio waarvan elkeen voor
stander bleek en de heer Wassenaar nog
had medegedeeld, dat het niet nodig was
geweest om de winkels tijdens de win
kelweek tot 9 uur te openen „na acht
uur werden weinig zaken meer gedaan"
sloot de voorzitter de vergadering met
een compliment aan de Vroede Vaderen
voor de bezadigde en rustige besprekin
gen van het brandende verkeersvraag-
stuk. Spreker hoopte, dat hij de Raad zo
spoedig mogelijk iets concreets zou kun
nen mededelen.