■Z3 Gemeenteraad van Texel Tweede blad Texel se Courant Geref. Gemeente Den Burg ontving haar predikant Taak en betekenis van het „Volksonderwijs" De heer J. Duiker sprak in hotel „Texel" Geen goede Sint (Vervolg van pagina 1) Verkoudheid AM ZATERDAG 2 DECEMBER 1950. ZON, MAAN EN HOOGWATER. De zon komt 2 Dec. op om 8,30; onder om 4,28. Maan: 2 Dec. L.K., 9 Dec. N.M. Hoog water ter rede van Texel: 2 Dec. 1,35 en 2,06. 3 Dec. 2,31 en 3,00. 4 Dec. 3,33 en 4,04. 5 Dec. 4,43 en 5,18. 6 Dec. 5,53 en 6,28. 7 Dec. 6,55 en 7,21. 8 Dec. 7,48 en 8,13. Aan het strand Is het ongeveer 1 uur eerder hoog water. DIENSTREGELING N.V. T.E.S.O. tot en met 29 April 1951: Op werkdagen: Van Texel: 5,30; §6,25; 7,50; 11,50; 14,50: 17,55. Van Den Helder: 6,30; §8,15; 10,30; 13,20 16,20; 19,30. Op Zon- en Alg. erkende Chr. Feest dagen: Van Texel: 7,50; 11,50; 17,55; Van Den Helder: 10,30; 13,20; 19,30. Ingaande 2 April 1951 iedere Maan dag Nr. 50. DU DY BOON. Dudy wordt Vrij dag 1 December acht jaar. Ze zit in de 2e klas. Ze heeft heel wat liefhebberijen: ze is wat je noemt een natuurvriendin en ze gaat dan ook dikwijls met haar vader op pad. Ze verzamelt in de herfst altijd prach tige paddestoelen. Als de zomer in het land is, gaat ze fijn zwem men en door de dui nen dwalen. (Zij woont aan de rand van de Dennen). Ja, Dudy, de winteravonden hebben ook hun bekoring. Dan kun je volop knutselen, wat je zo graag doet met carton en je kunt, zo horen we, ook al goed met naald en draad omgaan. Veel plezier op je verjaardag. De afdeling Texel van „Volksonder- wijs" heeft Maandag een propaganda- avond georganiseerd in Hotel Texel. De zaal was goed bezet. De avond werd ge opend door de voorzitter, de heer D. Dapper, die opmerkte, dat hier reeds vóór 1940 een afdeling van „Volkson derwijs" bestond. Spreker dacht terug aan de activiteit van de afdeling (to neel, zang, tentoonstelling, maar ook de o.l. school genoot steeds de volle aan dacht van de afd.) Na de bevrijding leek het alsof de scheidsmuren waren wegge vallen en wij hoopten dan ook, dat de actie van Volksonderwijs niet meer no dig zou zijn, aldus spreker. Deze hoop bleek ijdel en opnieuw zal de strijd voor het openbaar onderwijs moeten worden gevoerd. Onze afdeling moet weer nieuw leven worden ingeblazen en daar om verheugt het ons dat vanavond de betekenis van „volksonderwijs" uiteen te zetten. Nadat het eerste deel van de film van „Volksonderwijs" was vertoond, was het woord aan de heer J. Duiker uit Amsterdam. De heer Duiker zei: „Na de oorlog had u mischien de gedachte, dat de school strijd volstreden was, maar gebleken is, dat daar helaas geen sprake van is". Hierop schetste spreker taak en bete kenis van „Volksonderwijs" en de plaats en de taak van de o.l. school. In aanslui ting op art. 201 van de Grondwet staat in art. 19, le lid der Lageronderwijswet '20: „In elke gemeente wordt voldoend lager onderwijs gegeven in een genoeg zaam aantal scholen, welke voor alle kinderen zonder ondei scheid van gods dienstige gezindheid toegankelijk zijn". Toch zijn er nog luim 300 gemeenten zonder openbaar onderwijs. Daarmede kunnen wij geen genoegen nemen, aldus spr. In Heer (bij Maastricht) bestonden voor de oorlog 2 r.k. scholen en 1 open bare school. De o.l. school werd gevor derd en het gemeentebestuur van Heer besloot na de oorlog tot opheffing van de o.l. school. Spreker noemde meer voorbeelden, „waaruit blijkt, dat aan het beheer van de overheid nogal het een en ander mankeert" Spreker las voor art. 42 van de l.o.-wet. „Het school onderwijs wordt onder het aanleren van gepaste en nuttige kundigheden dienst baar gemaakt aan de ontwikkeling van de verstandelijke vermogens der kinde ren, aan hun lichamelijke oefening en aan hun opleiding tot alle christelijke en maatschappelijke deugden. 2. De onder wijzer onthoudt zich van iets te leren, te doen of toe te laten wat strijdig is met de eerbied, verschuldigd aan de gods dienstige begrippen van andersdenken den". De geestelijke grondslag van het openbaar onderwijs ligt in het eerste en tweede lid van iit art. verankerd, zo vervolgde spreker, die hierop art. 3 uit de Statuten van de Vereniging van Christelijke Onderwijzers en Onderwij zeressen in Nederland en de Overzeese (Ingezonden mededeling). voor ccn vrouw of meisje wan* neer ze als geschenk niet een tube Hamea Gelei heeft ontvangen. U. D. I. Naar wij vernemen zal de Rederijkers kamer op veelvuldig verzoek een twee de uitvoering geven van het blijspel „Mijn dochter kiest een man", op Zater dag 16 December a.s. met gezellig bal. Wilt u genieten van een vrolijk stuk, voorziet u dan tijdig van kaarten, die vanaf heden in „De Oranjeboom" ver krijgbaar zijn met direct plaatsbespre- tken Zie ook adv. Voor deze uitvoering zijn de donateurskaarten niet geldig. VOORBEREIDING VASTSTELLING HERZIENING UITBREIDINGS PLANNEN. Het hoofd van het gemeentebestuur van Texel maakt bekend, dat door de Raad dier gemeente op 29 November 1950 is besloten tot voorbereiding van de herziening van de plannen van uit breiding in onderdelen voor Den Burg en De Koog en de vaststelling van der gelijke plannen voor De Cocksdorp, Den Hoorn, Oost, Oosterend, Oudeschild en De Waal, alsmede de vaststelling van een plan in hoofdzaak voor dat gedeelte van het eiland, waarvoor nog geen plan in onderdelen in voorbereiding of van kracht is. Texel, 30 November 1950 Het Hoofd van het gemeentebestuur voornoemd, DE KONING. Gebiedsdelen voorlas: a. onderwijs en opvoeding zijn niet te scheiden; b. de opvoeding moet zijn Christelijk Natio naal ....dat daardoor duidelijk aan het licht trede de waarde van de begin selen der Hervorming in de strijd tegen het Roomse bijgeloof en het Revolution- nair ongeloof". Spreker trok hieruit de conclusie, dat het bovenstaande in dienst is van een bepaalde levensovertuiging en dus in druist tegen het streven van Volksonder wijs, dat op het standpunt staat, dat een school toegankelijk moet zijn voor alle kinderen. Volksonderwijs treedt in het strijdperk voor dat openbaar onderwijs. Spreker wekte op Volksonderwijs (dat 125,000 leden telt) te steunen en zich aan te melden als lid. Na de pauze werd gelegenheid gege ven tot het stellen van vragen, maar daarvan werd geen gebruik gemaakt. Hierna werden hei 2e en 3e deel van de film vertoond. Naar men ons mededeelt heeft de af deling Texel Maandagavond 30 nieuwe leden geboekt. HIJ WAS ERG BOOS OP DE BELAS TINGEN EN DE ONTVANGER MOEST DE BUI OPVANGEN. M. de W. van Texel is een merkwaar dig scribent. Daarover moet men niet te licht denken, zijn onversneden pen zou waarlijk menige broodschrijver jaloers maken. Wat dunkt u bv. van een zinsne de als: „Je moet je lieve vaer en je vuile moer afpersen, maar geen werkman", vooral wanneer we er dan nog bij vertel len, dat dit slechts een enkele passage was uit een kattebelletje aan het adres van de ontvanger van belastingen te Den Helder Verder kwam de Koningin er op een uiterst grove wijze aan te pas. 't Was eerst even heel moeilijk om beklaagde in zijn verdediging te kunnen volgen. Aanvankelijk vertelde hij tel kens en telkens opnieuw, dat hij „18-ka- raats" was en dat hij geen communist wilde zijn. Langzamerhand werd de toedracht van de zaak echter duidelijk. De W. had een paar waarschuwingen en later een dwangbevel van de belasting gekregen en hij was niet alleen van oordeel, dat hij helemaal geen belasting verschul digd was omdat hij altijd loonbelasting had betaald en buiten zijn loon niets had verdiend, bovendien echter beweer de hij bij hoog en bij laag nooit een aan giftebiljet te hebben ontvangen. Eerst had hij, zo vertelde hij, een erg knap briefje geschreven. Hij liet de ko pie zien. Het was gericht aan de inspec teur, het begon met „Edelachtbare" en er stond geen onvertogen woord in. Het antwoord echter zinde hem met en om dat in het begrip van beklaagde een in specteur en een ontvanger blijkbaar „één pot nat" waren, die wel van elkaar zouden afweten, had hij zich de tweede keer maai gericht tot de laatste, die toen de bui kreeg op te vangen. De officier vond de zaak aan alle kan ten onbillijk en eiste sen maand gevan genisstraf. De politierechter, van oordeel, dat be klaagde niet het minste begrip toonde en ook in aanmerking nemende de zin snede, waarin de koningin werd ge noemd, meende, dat een boete hier niet op haar plaats was en veroordeelde be klaagde tot 14 dagen gevangenisstraf. Veertien dagen vind ik een lichte straf, constateerde de W bij het verla ten van de zaal. De heer Zijm: Oudeschild-'t Horntje wil men wel eens in een verhouding brengen als olie-electriciteit. Wij willen het modernste vervoer, dat is een boot met koplading, het gaat erom: waar moet de veerhaven Komen? Het Horntje schijnt bijzónder lanlokkelijk omdat het een kleine sprong over het water zou zijn. maar eigenlijk is het vandaar ook de grote sprong, vvant het moeilijkste stukje moet even goed gevaren worden. Een zeewaardige boot zal voor 't Horn tje niet minder kosten dan voor Oude schild. Waterstaat heeft aan 't Horn tje voor millioenen in het water moeten gooien. Jaren geleden werden wij met man en macht bijeengetrommeld om de zee te helpen weren. Is het wel verant woord op de meeït bedreigde plek een veerhaven aan Ie leggen? De heer De Waard zei, dat de veerhaven aan het Horntje, verbetering te Den Helder en weg tot Zeewijk op f 850,000 zijn ge raamd, Oudeschild en wat daar bij komt zou volgens hem een millioen kosten. Ik zie niet in,.waarom men aan het Horntje met minder kosten een haven kan ma ken dan aan Oudaschild, waar men min der stroom heeft. Oudeschild is de ge schiktste plaats, 't Horntje het meest af gelegen punt, wat een reis moeten vele Texelaars maken om daar te komen! Wie zwaar zit met ae verzorging van zijn gezin kan geen bromfiets kopen of altijd met de bus gaan. Thans kunnen de buitendorpers naar Oudeschild fiet sen als ze met de eerste boot mee willen En dan de schooljeugd, die kan nu per fiets naar de boot, maar via het Horntje wordt dat bezwaarlijk en omdat de scho lieren doorgaans tot minder goed gesitu eerde kringen behoren, kunnen voor hen geen buskosten worden betaald. Achter het TESO-gebouw is ruimte ge noeg voor een behoorlijke naven voor een boot met koplading. Laat het Rijk daar een drijvende steiger maken of een die mechanisch beweegt opdat men bij ieder getij kan aanleggen. Het dorp Ou deschild gaat te loor. Het TESO-perso- neel gaat dan niet naar het Horntje, maar naar Den Helder. Dan wordt het een verbinding Den Helder-Texel. Ik ben voor een eersce klas verbinding. Ik hoop, dat het Oudeschild wordt. De heer Keijser wordt op verzoek de exploitatierekening van TESO overhan digd: hij wil die cijfers eens bekijken. De heer C. H. Roeper: Mij frappeert het advies van B. en W Dat gaat sterk tegen de uitspraak van Waterstaat in. Het is gevaarlijk wanneer wij de verbe tering die nu geboden wordt en die wij de laatste jaren buiten ons bereik ge acht hadden, thans afwijzen. Wij meen den destijds, dat Oudeschild de enige oplossing zou zijn, maar spoedig daarna werden wij verrast door de mededeling, dat het Horntje op de begroting 1951 stond. Dat braent het vraagstuk in een nieuw stadium. Het wegenvraagstuk wordt door de tegenstanders als het car- dinale punt georuikt, ik til daar niet zwaar aan. Door de aanbieding worden de belastinggelden ook eens voor Texel gebruikt. Laten wij het Rijksvoorstel met beide handen aannemen. De heer Hin heeft gezegd: laten wij Oudeschild accepteren, dan zien wij over 20 jaar wel verder. Dat is een gevaarlijk punt. Een fout is gemakkelijker te maken dan te herstellen. De heer Hin geeft voorts een berekening van het vervoer van agrarische producten. Voor mij staat vast, dat het voor agrarische producten van belang is, dat het Horntje er komt. Het vervoer van scholieren heeft voor- en nadelen, die van De Waal en verder gaan sporadisch per f»ets. De heer Zijm waarschuwde voor de toestand aan het Horntje, 20 jaar geleden was die toe stand daar gevaarlijk, maar hoe meer Waterstaat daar investeert, hoe beter men de toestand daar in handen zal hou den. De vuurtoren wordt ook gerepa reerd. Ik adviseer het Horntje aan te ne men. De heer Keyser: de cijfers van TESO zijn ontzettend opgevoerd. Men heeft een behoorlijke fantasie nodig om tot de ze cijfers te kunnen komen. Spreker wil de heer De Waard wel eens vragen, waar die de goedkope tarieven vandaan haalt! De heer Dros vei klaart voor 't Horn tje te zijn. Het is mogelijk, dat wij niets bereiken als wij 't royale gebaar afwij zen. Ik ben verheugd over de adressen van de organisaties. Het Horntje is voor de boeren van ongekend belang, wij kunnen als boeren niet meekomen, om dat de vervoerkosten nu te hoog zijn. Bij de berekening van het vervoer per as en per schip heeft Je heer Hin vergeten te noemen het tijdverlies en de over- laadkosten. In Groningen en Zeeland wordt het vlas overwegend per as ver voerd, via Oudeschild hebben wij het zelfde bezwaar wat de wegen betreft. De nadelen voor Oudeschild mogen niet opwegen tegen de grote voordelen voor heel Texel en zo is het met TESO ook. Ik ben een groot voorstander van het Horntje. Mevr. Vrijdag-Keijser: Ik sta voor 100 pet. achter een oplossing in Oudeschild. Ten onrechte wordt ons steeds voorge steld als zou 't alternatief van 't Horn tje slechts een noodoplossing in Oude schild zijn. De Provincie is echter wel degelijk voor een continue oplossing te Oudeschild. De begrotingspost 'n royaal gebaar van het Rijk? Het is het kleinste postje van de vier betrokken partijen. Wat geeft ons een haven als geen weg verantwoord betaald kan en geen veer dienst lonend geëxploiteerd. Voor welke Texelaar is de uitgaaf van millioenen voor een tijdwinst van 7 minuten, het sterkste argument uit hun leuze, verant woord? Alle vervoer dan per as? Waar om gaat dan in ie Haarlemmermeer, Anna-Paulowna en Wieringermeer nog zo'n groot percentage per schip, waar niets het vervoer per as in de weg staat? Waarom worden in de nieuwe in polderingen zoveel scheepvaartkanalen gegraven? Waarom geeft Waterstaat zo veel uit voor binnenscheepvaartwegen? Wordt dat Waterstaat als de klok terug zetten aangemerkt? Het gaat op Texel om een nieuwe boot erbij, dit kan door TESO zonder faillissement verwezenlijkt worden. Met wiens winst zou de uurbus dienst over heel Texel naar het Horntje gefinancierd moeten worden als TESO armlastig zou zijn geworden? Goedkoper per bus naar het Horntje dan nu over Oudeschild per fiets? Goed koper dan gratis oestaat voor de scho lieren niet! Zou het Rijk een van de vele mooie dingen die TESO jaarlijks voor Texel doet, overnemen? Wat heeft Texel in 1908 eendrachtig gevochten voor een Het gebouw van de Geref. Kerk te Den Burg was Zondagochtend tot de laatste plaats bezet: jong en oud wilde getuige zijn van de bevestiging van hun eerste predikant, de Eerw. Heer A. F. Goedendorp. De bevestiger, Ds. A. C. Hofland, van Molenaarsgraaf, had tot tekst gekozen Joh. 13:20. „Jezus zegt: „Ik zend u; die u ont vangt, die ontvangt Mij". Achter Jezus staat de Vader. Jezus blijft in het ambt en ook hierachter staat de Vader. Alles rust op Gods eeuwig verbond, dus het ambt blijft bestaan alle eeuwen door ook in deze moeilijke tijd: dus voortgang van alle ambtelijk werk, ook hier op Texel. Gij, gemeente, ontvangt de predikant met alles wat daaraan is verbonden. Al zijn werk is ambtelijk werk, hetzij in de kerk of daar buiten. De dienaar komt met het Woord van Christus; en hoe is uw persoonlijke verhouding tegenover dit woord van Christus? In dit woord komt Jezus Christus tot u persoonlijk, en dat is de moeilijkheid hier, dat tot u komt een mens met veel gebrek maar met een goddelijke opdracht. Heb cle mentie met de persoon, want hij komt als ambtsdrager, gezonden door Jezus Christus. Dit werk gaat door, ondanks het verraad van Judas en het zal ook doorgaan al verraden ook nu de mensen dat werk. Moge ook het woord van deze ambtsdrager ruime ingang vinden hier op Texel. Hierna werd het bevestigingsformu lier gelezen en onder ademloze stilte werd deze Candidaat tot zijn werk be vestigd en ingezegend. Aan de handop legging nam ook deel ds. M. N. de Wolf. de gemeente zong ps. 119:9 in gewijzig de vorm. Hiermede werd deze indruk wekkende bevestigingsdienst besloten. De avonddienst werd gehouden in de Doopsgezinde kerk, die daartoe welwil lend was afgestaan en voor deze gelegen heid bijna geheel was gevuld. Onder de blijde klanken van het orgel, bespeeld door de heer Kassenaar, schreed een lange rij Eerwaarde Heren en Broeders naar de gereserveerde plaatsen en be klom Ds. A. F. Goedendorp voor de eerste maal de kansel Zijn toga was een geschenk van de gemeente. Onder grote stilte nep hij de hulp der Heren aan, hij had tot tekst gekozen Filippensen 4:4, het thema hiervan is oproep tot ware blijdschap. Zijn Eerwaarde ontvouwde een 3-tal punten: vorm, inhoud en voortduur dier ware blijdschap. Deze woorden staan in de gebiedende wijs, 't is hier een gebod, een bevel, maar Gods bevel en als Hij gebiedt is het tot behoud. Dit ge bod is geen dwang maar levensvrijheid, van Gods gebod mogen wij geen carica- uur maken, daar niet wij uitmaken wat goed is voor het leven, maar Zijn gebod wijst ons de weg. Zonder openbaring zijn wij blind voor deze blijdschap in de Here. Dan zoeken wij die blijdschap naar eigen inzicht: „schep vreugde in het leven". Onze vreugde is meest ge richt op aards bezit, maar onze vreugde moet gericht zijn op de enige vreugd, verblijd zijn in de Here, want wat baat het de mens indien hij alles gewint en schade lijdt aan zijn ziel? En te allen tijde kunnen wij, Christe nen, verblijd zijn, daar Christus altijd voor ons klaar staat, niet alleen in goe de tijden maar ook in zorgvolle tijden, in moeite, verdriet, armoede en ziekte, ja blijdschap te allen tijde. De saamgekomen menigte antwoord de hierop door te zingen „Die hoop moet als ons leed verzachten", Gez. 27:2. Hierna richtte de nieuwe Herder en Leraar woorden van dank tot de kerk- keraad, de gemeente en haar leden, tot de Consulent Ds. De Wolf en tot de af gevaardigden van de Classis Alkmaar. De nieuwe predikant sprak hierna woor den ter overdenking tot de jeugd en de catechisanten. Spreker dacht ook aan de Moederkerk te Oosterend. Ook aan de talrijke Oosterenders: „Blijft de kerk van Den Burg gedenken". Ds. Goedendorp werd hierna toege sproken namens de kerkeraad van Den Burg, door de Consulent en de afgevaar digde van Oosterend, door een verte genwoordiger der Doopsgezinde ge meente, door Ds. Klijnsma namens de N.H. Kerk en net Texelse Theologen Convent en door burgemeester C. de Koning. (Ingezonden mededeling). van neus, keel of borst, snuift en wrflft U weg met Eigen Onderneming. En nu zou dit klak keloos in ambtenaarshanden overgedra gen worden, terwijl een afdoende oplos sing met lonende exploitatie binnen be reik ligt. De heer K. Beumkes: Wat het vaar water betreft: de boot gaat bij storm te genwoordig ook al eerst naar het Horn tje en steekt met de vloed dan dwars- over. Waar de haven komt, loopt hoege naamd geen stroom In '46-'47 voer men wegens het ijs 25 dagen lang naar het Horntje. Ook bij de ergste winter kan men toch altijd minstens 3-4 diensten per dag op het Horntje onderhouden. Bezwaar uit stedenbouwkundig oog punt? In Zeeland heeft men helemaal geen dorpen bij die pontveren, er staat hoogstens een wachthuisje. Er zullen lang niet zoveel bussen nodig zijn als de boot ieder uur vaart, want dan is de spreiding van de passagiers veel groter. De heer Van der Vis is voor het Horntje. Als pensionhouder heeft hij 't Horntje niet nodig. Hij is niet bang voor „te veel" dagjesmensen. Wij kunnen de zaak beter eenmaal goed oplossen dan tweemaal verkeerd. De heer Timmer: Ik sta voor een moei lijk besluit. Waterstaat wil alleen het Horntje, de Provincie wil de weg niet maken. Waarom wil men van ons een uitspraak? Ik stel mij r.iet voor, dat Wa terstaat omzwaait. De heer De Waard spiegelt zich aan de hoop, dat de Pro vincie wel over te halen is, de heer Hin spiegelt zich aan de hoop, dat Water staat wel over te halen is voor Oude schild. Ik zie via Oudeschild met een noodoplossing, noch bij een pont aldaar de volledige oplossing. Wij moeten eco nomisch uit het isolement verlost wor den, mede met het oog op de toekomst, die ik minder rooskleurig zie. Ik heb ve le tegenstanders van het Horntje horen beweren: „De pont zal er over 25 jaar toch wel zijn". Waarcm dan nu niet? Pas als de frequentie van de verbinding over het Horntje is, zijn wij in eerste in stantie uit ons isolement verlost. Bij een bevolkingsoverschot kan Texel t.a.v. de industrie niet meedelen van wat in den lande geboden wordt. Wat ook ge troffen wordt, het hogere plan noopt mijn stem te motiveren voor t Horntje. De heer Joh. Daalder: Ik sluit mij bij de voorstanders van het Horntje aan, vooral bij wat de heer Roeper en Van der Vis gezegd hebben: als wij iets wil len doen, laten wij het dan goed doen! De heer Wassenaar: Ik ben tamelijk pessimistisch over deze zaak, gezien de stukken die wij gekregen hebben (o.a. notulen vergadering met hoge functio narissen van Rijks Waterstaat op 6 Nov. red.). Bij 't Horntje wil de Provincie niet meewerken, bij Oudeschild het Rijk niet. Er gaat zeer waarschijnlijk mets gebeuren. De verbinding schreeuwt om een oplossing. Wij komen of in strijd met het Rijk of met de Provincie als wij ons vastleggen voor resp. Oudeschild of 't Horntje. Ik zou de kwestie eerst graag met beide instanties opgelost wil len zien. Hierna volgde gelegenheid om in twee de termijn te spreken. De heer De Waard sprak over de overlaadkosten, Oude schild kost bij afdoende oplossing meer. De beurtschippers laten iedere week een, twee- of driemaal een vracht per auto overzetten, hoewel zij zelf schepen hebben. Als TESO het niet kan, doet 't Rijk het. Dat is mijn uitgangspunt t.a.v. de lage tarieven. Wij moeten een keus doen. Ir. Harmsen was verbaasd, dat wij nog geen uitspraak hadden gedaan. De heer Hin merkt op, dat de heer Roeper weliswaar gezegd heeft: „Doen, anders wordt de verbetering afgewezen" maar wij hebben nog niets. Ik vrees, dat het Rijk door het Horntje een fout zal maken. Neem de waterwerken van Schagen, dat is ook een fout gebleken. Als de mensen bij ijsgang naar 't Horn tje moesten, vonden ze dat een vreselijk iets. Men kan nooit een uurdienst voor de bussen tot stand brengen, financieel onmogelijk. Het blijft een 3-uur dienst op de dorpen. Het busvervoer wordt eer der duurder dan goedkoper. Ik zal mijn krachten geven om tot een oplossing te komen, hoe de uitspraak van de Raad ook luidt. De voorzitter wil uit het oogpunt van tactiek streven naar oplossing te Oude schild Als wij het Rijk zouden verkla ren: „Het Horntje, accoord", dan moeten wij de Provincie dwingen 7 ton te ge ven. T.a.v. techniek stelde de voorzitter het volste vertrouwen in de bekwaam heid van de zeer oude dienst van de Rijkswaterstaat. Voor de sociaal-econo mische zijde hebben wij niet voldoende gegevens. Het Rijk heeft niet gezegd dat het de pont anders zelf zal leggen. Het Rijk heeft gezegd: dan zullen wij zelf een weg zien de vinden". De wegen zijn volgens voorzitter niet het cardinale punt. De heer Bruin vertelt, dat hij enige le den van Ged. Staten heeft gesproken. Hij kreeg de indruk, dat de Raad moet afwachten en nog geen uitspraak moet doen, maar dat wij nog eens met TESO, het Rijk en de Provincie moeten praten. Voorzitter: „U wilt, dat B. en W. na der contact laten maken?" De heer Bruin: „Inderdaad". De heer Keijser: „De heer De Waard vertrouwt ten volle op de Staat, terwijl uit de woorden van de voorzitter blijkt dat die de uitlating van Ir. Harmsen heel anders opgevat heeft. Ik voel alles voor het idee van de heer Bruin om te trachten alsnog unaniem tot één idee te komen. De vergadering wordt op verzoek van de heer Wassenaar geschorst opdat de leden der fracties de motie nog even on derling kunnen bespreken. Na 20 minuten wordt de zitting her opend. De heer Jac. Bruin wil stemmen over een motie, waarin B. en W. wordt verzocht nogmaals overleg te plegen met rijk, provincie en TESO. Deze motie werd met 7-6 stemmen aangenomen. Vóór stemden mevr. Vrijdag-Keijser en de heren Brum, Hin, Keijser, Timmer Wassenaar en Zijm; tegen de heren Beumkes, Daalder, Dros, Roeper, v. d. Vis en De Waard. (De heer De Waard had, voor de stemming plaats vond, nog opgemerkt, dat hij Ged. en Rijkswater staat een uitspraak van de Raad had be loofd). De voorzitter zegt, dat B. en W. de besprekingen met alle spoed zullen voe ren. Nadat in de rondvraag nog enkele woorden waren gesproken over de schoolradio waarvan elkeen voor stander bleek en de heer Wassenaar nog had medegedeeld, dat het niet nodig was geweest om de winkels tijdens de win kelweek tot 9 uur te openen „na acht uur werden weinig zaken meer gedaan" sloot de voorzitter de vergadering met een compliment aan de Vroede Vaderen voor de bezadigde en rustige besprekin gen van het brandende verkeersvraag- stuk. Spreker hoopte, dat hij de Raad zo spoedig mogelijk iets concreets zou kun nen mededelen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1950 | | pagina 3