r Twijnder's Manufacturen A.s. emigranten bekwamen zich in de landbouw op Texel Op reis Het Jeugdverhaal „De avonturen van Bim en Bam' Personeel Dertig Polders ging met de „Neli Anna" het land door De consul van Nieuw-Zeeland en de emigratie-attaché van de Australische ambassade hebben dezer dagen een tocht over Texel gemaakt om een der om- sdhoJiingskampen voor adspirant-emi- granten te inspecteren. Als gids fun geerde de heer J. C. Slikker, die namens het Bureau Oogstvoorziemng de leiding heeft over deze omscholingscursussen. In Nederland worden op het ogenblik ruim 300 mensen omgeschoold tot land bouwer. Deze opleiding geschiedt in kampen, waar 20 of 30 man tegelijk ver blijven. Ieder van hen is individueel bij het boerenbedrijf werkzaam. Op Texel, in Anna Paulowna, Benne- kom en de Biesbos, Groningen en Tiel zijn reeds van deze kampen opgericht. Later zullen ook Walcheren en Limburg voor een dergelijk omscholingscentrum in aanmerking komen. Vorig jaar is, op initiatief van de heer H. A. Luijk van het Commissariaat voor de Emigratie in de Beemster een proef- kamp geopend, waar 17 adspirant-emi- granten voor de landbouw zijn opgeleid. Deze proefneming is een succes gewor den. Het Commissariaat voor de Emigra tie heeft het Bureau Oogstvoorziemng. geadviseerd het aantel deelnemers dit jaar op te voeren tot ongeveer 500. Nederland telt ongeveer 50,000 boeren voor wie geen land meer beschikbaar is. Een eenvoudig sommetje leert, dat dit aantal steeds groeit. Bovendien is het percentage ongeschoolde en verkeerd ge schoolde arbeiders zeer groot. „Mijn zoon zal later verder komen", denkt de vader, die zijn hele leven hard gewerkt heeft op het land. „Zijn zoon gaat naar de Mulo of naar de HBS Maar in feite komt het er vaak op neer, dat de zoon naar een middelmatige kan toorbaan „afzakt". Velen van deze ongeschoolde of ver keerd geschoolde jongeren willen emi greren. Moderne bedrijven Op Texel verblijven vnl. aanstaande emigranten voor Nieuw-Zeeland en Au stralië. Een eindje uit Den Burg werkt Jan Beers uit Amsterdam. Hij is een toekomstig Nieuw-Zeelander en druk bezig met de vlasoogst als wij hem ko men opzoeken. Tussen het als neger hutten opgetaste vlas, voeren de Austra lische consul en hij een gesprek in vlot Engels. Het blijkt dat Jan Beers na z'n mulo-opleiding de landbouwschool m Deventer heeft bezocht. Hij werkt hier al sinds April. Het bevalt hem best, maar hij maakt zich een beetje ongerust over het feit, dat ze hem nog maar steeds met vertellen wanneer hij nu kan emigre ren. Maar de consul kan meedelen dat, als het Bureau Oogstvoorziemng en de boer waar de jongens werken met een gunstige verklaring afkomen, allen die er sinds April zitten no? dit jaar kunnen gaan! We gaan verder. Voorbij De Cocks- dorp klimt Arie Lems, een Apeldoorner, van zijn reusachtige combine, waar het gerst de ene kant als plant in en aan de andere kant kant en klaar in zakken uit komt. De oogst is maar schraal, na de stormnacht waarin de dijk doorbrak en het zoute water de grond bedierf Hij veegt zijn handen goed af aan zijn overall voor hij de heer Cliffe van zijn werk vertelt. Arie Lems is naar de HBS gegaan en zat waarschijnlijk nu op een groot kan toor als hij in de oorlogsjaren niet was ondergedoken in Drente. «Daar moest hij aanpakken om de kost te verdienen en daar leerde hij het boerenbedrijf kennen en waarderen. Zijn zwager werkt in Mel bourne. „Aan het eind van het jaar hoop ik ook te gaan en natuurlijk, mijn verloof de gaat mee". Dat bezorgt hem een goedkeurende knik van de heer Cliffe, want toch altijd nog is Australië een land van mannen, letterlijk en figuur lijk. Vrouwen zijn er veel te weinig. Maar op onze vraag of er dan geen kampen no dig zijn die meisjes tot toekomstige vrouwen-van-farmers opleiden, zegt de consul dat hij daar weinig voor voelt. „Het gaat wel vanzelf, als ze hun man maar volgen. Arie Lems maakt zich zorgen over zijn Engels, maar hij kan zich toch uitste kend verstaanbaar maken. „Het Engels is daar de enige taal die je hoeft te ken nen. Anders sprekende landen zijn toch onbereikbaar verweg. Maar als je geen Engels spreekt vindt je niemand die je kan helpen, waarschuwt de heer Cliffe nog. We trekken dwars door het kleine „Australië", zoals de consul de glooien de weilanden met zijn grazende schapen vindt, naar het kamn, dat bij de vuurto ren is gevestigd. Terwijl de toekomstige emigranten af wassen en wachten op hun avondlessen, vertelt Jan Terborch ons iets van zijn kampervaringen. Hij komt uit Amster dam en hoopt in November zijn broer, die al farmer is in Canada, te gaan as sisteren Een zware opleiding, vindt hij. Vijftig werkuren per week zijn geen uitzondering. Maar de geest in het kamp is uitstekend. „Bovendien kan je beter nu hard werken, dan zal het je later niet afvallen. Als je het nu niet kunt, dan ga je er tenminste tijdig vanaf en dat is veel waard. De Texelse boeren zijn zeer tevreden over de jongens. Hun medewerking is natuurlijk belangrijk, want het gaat er om dat de adspiranten zoveel mogelijk leren. De lonen bedragen 50 procent van wat de gewone landarbeider verdient. Al zullen ze in het begin de boer misschien meer tot last dan tot hulp zijn, aan de andere kant is toch gebleken dat de vooropleiding die zij genoten hebben, van heel veel belang is voor de econo mische kant van het bedrijf. „We kunnen nog eens met ze praten" is het oordeel van de boeren, die van tijd tot tijd een rapport uitbrengen bij het Bureau Oogstvoorziemng. Als de lessen beginnen, keren we weer terug van het emigrantenkamp, waar een stel flinke kerels een stevig funda ment bouwt voor een vaak toch zo onge wisse toekomst. dan Uw spoorkaartje ge- ("TY haaldbijde V.V.V.„Texel" HET VERVOEREN VAN RUNDEREN IN VERBAND MET DE MOND- EN KLAUWZEERBESTRIJDING Met ingang van 1 September zal een nieuwe regeling gelden ten aanzien van het vervoer van runderen in verband met de bestrijding van het mond- en klauwzeer. Het vervoer van een rund, dat ouder is dan twee maanden, naar een markt, tentoonstelling, verkoping of soortgelij ke verzamelplaats van vee is slechts toegestaan indien de vervoerder in het bezit is van een verklaring, afgegeven namens een erkende Provinciale Ge zondheidsdienst voor Dieren, waaruit blijkt, dat het rund ten minste 14 dagen en uiterlijk 6 maanden geleden tegen mond- en klauwzeer is geënt en afkom stig uit een geent rundveebeslag. In alle overige gevallen is het vervoer van een rund, dat ouder is dan 2 maanden, slechts toegestaan als de vervoerder in het bezit kan worden gesteld van een verklaring door een gezondheidsdienst, waaruit blijkt, dat het rund ten minste 14 dagen geleden tegen mond- en 'klauw zeer is geënt en afkomstig is uit een ge- ent rundveebeslag. Rundveebeslagen, welke vóór 1 Jan. 1953 zijn geënt tegen mond- en klauw zeer, dienen vóór 1 Sept. 1953 in hun geheel opnieuw te worden geënt. Zij worden dan tot 15 April 1954 be schouwd als geent rundveebeslag. Uit een en ander blijkt voorts, dat voor ver voer van runderen afkomstig van veebeslagen, die in de periode van 1 Januari tot 15 AdfU 1953 zijn geënt naar markten, tentoonstellingen, verko pingen of soortgelijke verzamelplaatsen van vee, individuele herinenting vereist is, als de enting van het rundveebeslag in zijn geheel op het tijdstip van vervoer langer dan 6 maanden geleden heeft plaats gehad. Ontheffingen van de regeling kunnen worden aangevraagd bij de districts-.'n- specteurs van de Veeartsenijkundige Diensten bij de dierenartsen. Overigens is de nieuwe regeling gelijk aan die, welke sedert 30 Januari 1953 gold en die thans wordt ingetrokken. Alle dieren gaan vandaag een picnic houden, dat heb ben Bim en Bam bedacht, omdat het zulk heerlijk zo merweer is. Alle lekkere dingen die ze van plan zijn bij de picnic te eten, zoals slaatjes en flesjes limona de, worden in de buidel gepakt van Beppie Kange- roe. En daar gaat het he le stel. Bim zit prinsheer lijk boven op de rug van Jumbo en Bam heeft ach ter z'n fiets een klein wa gentje vastgemaakt en daar zit meneer Schildpad in, want die kan niet zo hard vooruit komen Ein delijk zijn ze op de plaats van bestemming en zullen ze de voorraad gaan uit pakken. Maar oh, wat erg, Beppie Kangeroe heeft na tuurlijk weer veel te veel gehopst onderweg en nu zijn ze alles kwijt. Ja, en nu móéten ze wel gaan zoeken natuurlijk; het is jammer van al die lekkere dingen, i kwA-1 Cop.r.gM P tB Bo« 6 Copcnhoacn door J. van der Slikke (Slot) want tegen de tijd dat alles thuis maar op en wachten gevonden is, zijn ze thuis. maar tot het weer eens Dag picnic, we eten het nu mooi weer is. Op weg naar Tiel voeren we midden op de Waal, de grootste rivier van ons land met zijn drukke vaart. Machtige Rijnschepen van 1000-2000 ton kwamen hier in lange rijen voorbij, zelfs zagen we nog een raderboot die moeizaam de Waal op kwam stomen. Stroomafwaarts naar Tiel was maar 'n rukje en spoedig zagen we de nieuwe binnensluizen van het Amsterdam-Rijnkanaal, waar we dan ook al gauw binnen waren. Zulke bouw werken van beton hadden we van dicht bij nog nooit gezien. Spoedig waren ver- scheidenen van ons aan de wal, wat nog een hele klim was, want het schip jag 9 meter beneden de begane grond. We mochten alles bekijken tot de machine kamer toe. Machtige machines en inge wikkelde schakelborden. Deze sluis, de Prins Bernhardsluis, is 360 m. lang, 18 meter breed en 14 meter diep, met een verval van 2 meter, de gewapend be tonnen bodem van deze sluis is 3,5 me ter dik, de sluisdeur, welke omhoog ge schoven wordt, is 190 ton zwaar, maar als een veertje wordt deze omhoog ge haald. Het schutten duurt hier een kwartier, in die tijd was er 13 miilioen liter water de sluis uitgelopen en lagen we 2 meter dieper. Toen voeren we het nieuwe kanaal in wat ook voor de schipper de eerste keer was. Hier was het niet zo druk als op de rivier en rustig ging het op Utrecht aan. Het landschap was hier heel anders, vlak land met reusachtige boomgaarden. Bij Amsterdam werd de vaart drukker en in de Amsterdamse ha vens was het heel druk. Een mooi ge zicht met al die grote zeeschepen en dokken. Het weer was nu even beter en allen waren aan dek. Met dit snelle sahip waren we al gauw de Amsterdam se haven uit. Te Zaandam moesten we schutten, wat nogal wat inhield, daar er iets onklaar was aan de sluis. Daarom gingen er hier enkelen aan de wal. Ein delijk waren we er doorheen en besloot de schipper naar Wormerveer te gaan om daar te overnachten. Maar daar wa ren we nog met, want voor een spoor brug in de lijn Zaandam-Purmerend moesten we weer wachten en wel een uur lang! Het bleek dat verderop een trein stond waar iets aan mankeerde. Het begon al te schemeren en het ge duld raakte op en daarom besloot Koop man om zijn trompet te nemen en eiste in naam van Oranje de brug te openen. Dit hielp want een ogenblik daarna wa ren we er doorheen. Nu was het maar een rukje meer naar Wormerveer, waar we zouden meren, maar door de duister nis was dit nog niet zo gemakkelijk. We hadden hier nog een leuke ontmoeting, want laat nu collega Zijm daar aan de wal lopen. Dat gaf even stof tot praten. Nadat enkelen de wal waren opgegaan, was de dag weer zo wat om. De stem ming bleek prima. De thuisblijvers had den een aardigheidje verzonnen om de laatkomers te onthalen met een pop in het bed. Gerard liep het eerst in de val, maar de anderen kregen ook hun beurt. Zo brak dan de laatste dag aan en om kwart voor zes Zaterdagmorgen was al les al op en stond Simon Zijm al aan de kant met 3 van zijn kinderen, die het laatste eind met ons mee naar Texel wilden varen, om half 7 voeren we af en na het ontbijt was ieder al druk in de weer met inpakken, want de schipner verwachtte, dat we zo wat om 1 uur in de haven van Oudeschdd konden aanko men. In Allernaar moesten we weer een uur wachten voor een spoorbrug. Kio- bus vond dat dit nu maar uit moest zijn en dat Kees Vinke hierheen moest met de dragline om de brug een paar meter te verhogen, dan kunnen we er voor taan zo maar onderdoor. Vlak voor Den Helder werd er geblazen voor het gall- genmaal, de laatste keer eten aan boord, we lieten het er met minder goed om smaken, want alles ging schoon op. Toen hadden we inmiddels de sluis be reikt en waren we na een kwartier in de buitenhaven van Den Helder. Op het Marsdiep was het heel mooi, er stond 'n beetje deining, wat we de hele reis nog niet hadden meegemaakt, maar toen we voorbij het Horntje waren was dat ook weer over. Zo bereikten we dan om pilm. half drie de haven van Oudesohild, waar we met veel geiuich werden binnenge haald. Ieder van ons was blij weer be kende gezichten te zien. Toen we aan de wal lagen, stonden daar ook onze dijkgraaf en de jonge baas Van der Pijl, om ons te begroeten, wat door ons op hoge prijs werd gesteld. Hieruit bleek weer hoezeer ze met ons mee hebben geleefd in deze week. Hierop werd nog een groepsfoto gemaakt, waarna de oud ste met de jongste opvarende werd ge nomen, nl. de schipper met de baby van Kobus en Anneke De schipper dankte de dijkgraaf en de heer Van der Pijl voor hun belangstelling en medewer king, wat door ons met 'n applausje werd ondersteund. Verder gaf hij een kort verslag van hetgeen we deze week had den meegemaakt en overhandigde te vens de Deventerkoeken die we voor hen hadden meegenomen. Ook de dijk graaf sprak een enkel woord. Hij dank te de heer Dekker voor het beschikbaar stellen van zijn schip. Verder sprak hij er zijn tevredenheid over uit, dat amb tenaren en personeel in zulk een goede verstandhouding leven en dat het moge lijk is zoiets tot stand te brengen. Hier na richtte de heer Ellen nog een woord van dank aan de schipper en de dijk graaf. Tevens bood hij hier het souve nir aan dat we in Valkenburg voor de heer Van der Piil hadden gekocht. Hij was zeer verrast en met hartelijke woor den werd het dan ook in dank aanvaard. Daarna namen we allen persoonlijk afscheid van onze schipper en zijn knecht Harm, die ons zulk een mooie week had den bezorgd. Zichtbaar ontroerd bleef hij alleen achter en zochten wij allen onze huizen weer op. Zo is dan deze reis weer achter de rug en ik mag wel zeggen, dat dank zij aller medewerking, deze reis goed is geslaagd. Ik geloof dat ieder van ons zoiets nog eens <*aarne over zal doen. Mogelijk kan dat nog wel eens, want de schipper heeft nu al beloofd om het volgend jaar bij leven en welzijn naar België te gaan, maar een jaar duurt lang en daarin kan veel gebeuren. Laten wij als personeel der 30 Polders in het komende jaar to nen, dat we dankbaar zijn voor hetgeen we tijdens de afgelopen reis hebben ge noten. v. d. S. Pijn hier - scheuten daar en stramheid in lijf en leden al die vormen van Rheumatische onge makken kunt U met Krusahen te lijf. Berust er met in. 't Wordt wel erger, niet beter. Begin morgen radicaal met Kru- schen. Tienduizenden vonden en vinden bij Kruschen baat en verlichting ie dere dag weer. Waarom zoudt U dan weerloos verder lijden. Neem ook Kru schen de kleine dagelijkse dosis en ondervindt zelf het heilzaam effect. PLEIDOOI VOOR DE TOMAAT Dat tomaten zo gezond zijn, wist u misschien al lang. Er zijn echter duizen den huisvrouwen, die nog niet van het nut van tomaten eten doordrongen zijn en hun tanden nooit met graagte dn zo'n lekkere vrucht gezet hebben. Voor dié huisvrouwen schrijven we: „eet toch to maten; eet vaak tomaten". Niet alleen hun gehalte aan vitaminen en voedings- zouten pleit in him voordeel: ze zijn ook zo gemakkelijk schoon en klaar te ma ken en lenen zich voor het bereiden van talrijke aardige gerechten. Hun gezellige rode kleur staat er borg voor, dat elke tomatenschotel een prettig en fris aan zien krijgt. Wanneer en hoe worden tomaten ge schild? Voor een verzorgd uiterlijk van een sla, stoofschotel of groentensoep ver dient het aanbeveling de tomaten te schillen. Dit is niet nodig, wanneer een tomatensoep of -saus na het koken ge zeefd wordt: de schillen blijven dan im mers in de zeef achter. We schillen de tomaten na ze óf in heet water gedomoeld, óf in een felle vlam gehouden te hebben tot de schil barst. door T. LODEWIJK 31.) In ieder geval meiken we best, dat ze hier zit. Want wij zitten nog wel niet in de damesconfectie, maar in het kleinvaik en in de stoffen, de lingerie en zo kunnen we best merken, dat er een eindje verderop een concurrent zit. En daarom dacht ik zo: wij moesten daar ook mee beginnen Zo zo antwoordde de oude heer opgewekt: dus jij gaat het uitvechten met Rudi Taal. Vertel me eens Rolf, waarom ben jij toch zo gebeten op die roodharige juffrouw? Lk op haar gebeten? Ze is mijn concurrent Jawel.... maar je bent zo venij nig. Ik vind je zo weinig sportief. Het lijkt wel of je het als een persoonlijke belediging beschouwt, dat zij je concur rent is. Roif Twijnders zweeg en keek wenk brauwfronsend voor zich uit. Waarom moest zijn vader nu over Rudi Taal be ginnen, juist nu hij met zichzelf had uit gemaakt, dat ze voor hem had afgedaan? Lange tijd had hij gehoopt, dat eens de barrière, die hen van elkaar scheidde, gesloopt zou worden. En bij dat gesprek in haar winkel, toen ze opeens zo ver trouwelijk geworden waren, had hij heel zeker geweten: zó kon het zijn tus sen hen en zo moest het ook worden. Maar toen was ze omgedraaid, grillig en h">orihart!,g. 7.o had hem honend de deur gewezen. Hij bedacht: toen al had ze met Lastman samen gedaan. Ze had dus al die tijd comedie gespeeld, hem willen uithoren misschien of hij Last man verdacht Zij, die hij altijd had aangezien voor rond en eerlijk, ondanks al haar lastige eigenschappen, die hem meer vertederd dan geeggerd hadden. En nu roerde zijn vader die pijnlijke plek aan. Juffrouw Taal laat me zo koud als ijs zei hij iets te onverschillig. Zijn vader zag hem aan en glimlachte. Wat zit u nu te lachen zei Rolf zijns ondanks eveneens lachend U hebt een gezicht als een samenzweer der. U denkt toch niet. Jongen begon de oude heer je moeder heb je nooit goed gekend, maar voor mij was ze alles op aarde. Ik heb haar achterna gelopen tot de rook uit m'n schoenzolen sloeg. En ze wou ine met. Ze was net zo'n eigenwijs kittig persoontje als die kleine rossige, die Rudi Taal. En ik herinner me nog hoe ik mezelf vertelde, dat die Rietje Meu- lenaars me niets, maar dan ook niets schelen kon, dat ze naar de pomp kon lopen, dat ze me koud liet als ijs. Waarom vertelt u me dat? infor meerde Rolf achterdochtig. Och, zo maar, het schoot me op eens te binnen antwoordde z'jn vader en weer was die eigenaardige trek up zijn gezicht. Ik vertrouw u voor geen cent constateerde Rolf Misschien heb je daar wel gelijk aan was het lachende antwoord. Wat broedt u uit, vader7 Wil je het werkelijk weten? Ja. Ik denk, dat jij een oogje had op Rudi Taal en dat ze niet te genaken was. En dat je dat zó dwars zit, dat ze je nu zo koud laat als ijs. Zoals je zegt. Rolf zat een ogenoiik verslagen En dan had hij nog wel eens gedacht, dat de oude heer de laatste tijd een beetje suffig werd. Plotseling nam hij een ce stui t. Vader zei hij u hebt gelijk. Ik mocht Rudi Taal graag. Erg graag. Ik heb haar gesproken, in Amsterdam. En hier. Ik ben bij haar in de zaak ge weest. Kom maar kijken, zei ze. U weet wat er tussen zat Ja, dat weet ik. Ik, of liever wat ik gedaan heb, stond je in de weg. Wat ik heb gedaan, daarvoor hoef ik me niet te schamen, maar wel heb ik soijt, dat ie mand er de dupe van geworden is, al was dat met mijn bedoeling. Maar zou juffrouw Taal daar werkelijk altijd ver bitterd over blijven? Soms dacht ik bekende Rolf, dat ze alle moeite deed om haar haat in stand te houden, uit vrees, dat ze zou capituleren. Ik dacht, dat ze een te groot hart had, om om zulk een reden hatelijk en vijandig te blijven. Maar sinds ik persoonlijk tot de overtuiging kwam, dat ze met Lastman samenspande, sinds ik ze zelf in Amsterdam betrapte, heb ik gemerkt, dat ik me in haar vergist heb. Ze is precies als Lastman, die ze de bons gegeven heeft. Het doel heiligt de middelen Die vrouw gaat over lijken Nou, nou meesmuilde de oude heer dat is me nogal wat. Het lijkt wel of u het voor haar zit op te nemen! Nou ja.zei de ander weer. In ieder geval, vader, ik wil m'n tanden eens laten zien. Je hebt nog een goed gebit con stateerde zijn vader. Jakkes, vader, kunt u nog niet een ogenblikje ernstig zijn? Wat bezielt jou? Ik wil die juffrouw Taal laten merken, dat Twijnders niet ingeslapen is. Ik wil haar de duimschroeven eens aanzetten. En de geschiedenis zich laten her halen: de zaak Taal wéér eens door Twijnders in de grond geboord? Waarom niet? Haar tante was oud, maar zij is jong. En ik zal m'n toevlucht niet nemen tot haar valse practijken! Jongen, jongen, wat ben je heet ge bakerd. Ik voel er niets voor, dat jij zo fel met die juffrouw Taal gaat concur reren, er op of er onder. Dat is nooit goed voor een zaak. Vader, geloof me. En daarenboven wil ik het niet U wilt het met? En waarom? Omdat mijn geld in die zaak zit. De oude heer had het zo droogjes ge zegd alsof hij constateerde, dat het mooi weer was, en beijverde zich toen om het puntje van z'n sigaar te knippen. Maar onder die bezigheid gluurde hij naar zijn zoon, die hem zat aan te staren als was de hele zaak van Twijnders boven hem ingestort. Omdat. haperde hij. Je bent toch met doof? Nee, maar ik ben zeker gek. Ver stond ik u goed, vader, hebt u, uw geld in die zaak van ehvan haar gesto ken? Ja, dat zei ik je toch? De oude heer hield aandachtig het vlammetje voor de sigaar en pufte met kennelijk genot de rook uit. Toe vader smeekte Rolf zit u zich toch niet zo aan te stellen. U zit me opzettelijk te Treiteren. Ja, daar lijkt het wel op. Wel nee jongen, ik heb alleen maar een beetje plezier. En zoveel heb ik dat met de laatste tijd. Nee stemde Rolf toe, een beetje vertederd. Maar tegelijk vlamde de toornige verwondering weer op. Vader, toe hul u niet in raadselen. Wat hebt u met die juffrouw Taal? Ik heb haar het geld voorgeschoten dat ze Lastman terug moest betalen. Achtduizend gulden. En je snapt toch zeker wel, dat ik jou niet toesta, die zaak te ruineren voor ik m'n achtdui zend piek terug heb. De ogen van de oude heer lachten vroljjk over de ver baasde verwondering van de zoon. Maar vader, hoe is dat mogelijk? Ik kan me begrijpen, dat je vraagt. Om mezelf te bevredigen. Om iets goed te maken. Om vrede te stichten tussen onze zaak en die wraakzuchtige juffer, die vuur spuwde wanneer ze de naam Twijnders hoorde. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1953 | | pagina 4