9 roen /wa in het harL, De Texelaars zetten de traditie hunner voorvaderen voort cfo Belgische kotter helde na stranding meteen 45 graden De sloep werd drie kilometer verder gevonden „Jammer dat ze van boord gegaan waren aldus schipper Bakker De Sint kwam Kindertehuis te De Koog Polder Eierland kan trots zijn op „Crescendo' WOENSDAG 2 DECEMBER 1953 TEXELSE 67e JAARGANG. No. 6791 COURANT Uitgave N.V. v.h. Lanqeveld De Rooij Boekhandel Drukkerij Bibliotheek Den Burg - Texel - Postbux 11 TeL 11 V er schijnt Woensdag» en Zaterdag». Bank: R'damse Bank, Coöp. Boerenl Bank. Postgiro 652.-Abonn. pr. f 1,80 p. kwart, 15 ct. incasso. Adv. 8 c. p. mm. HIERBOVEN de drie overlevenden van de Belgische kotter. Op bed de ma troos Josef Bruineel, midden de matroos Andre Brackx, rechts de machinist, Fernand Jonkhere. Voor Bruineel had de Joan Hodshon niet lang meer weg moeten blijven, want hij was er niet brst aan toe! Thans zitten zij al weer hoog en breed in België: Zaterdag heeft een vriend van de kapitein hen met zijn auto opgehaald. Verdronken zijn de kapitein Hubert van Akker, de stuur man Charles Legein en de scheepsjongen Roland v. Averbeke. „WAT JAMMER, dat ze onmiddellijk van boord zijn gegaan, deze stranding had geen mensenlevens behoeven te kosten, maar ja, toen dit houten schip op de gronden raakte, sloeg het ter stond lek en maakte meteen 45 graden slagzij, daar werden de vissers bang van!" Aldus de heer J. Bakker, schip per van de Joan Hodshon, de Cocks- dorper motorreddingboot, die Vrijdag ochtend om 10.42 van het station was vertrokken in de hoop de opvarenden van het schip te kunnen redden. Dit schip was de Belgische kotter Willy Jeanine, die om half acht in de Eier- landse gronden was gestrand, onge veer ter hoogte van paal 29 en naar schatting een kilometer uit de kust. Dat de reddingboot niet veel eerder zee heeft gekozen moet worden toege schreven aan het slechte zicht: de kotier was in de mist verdwaald, de matroos Andre Brackx, die op dat moment can het roer stond, had de vuurtoren van Ei- erland voor een lichtstip aangezien. Kort na de stranding was het schip gaan hellen, de sloep viel daardoor van boord. De mannen hebben to§n meteen het besluit genomen om te proberen zich met de sloep eigenlijk een klein vletje te redden, twee vissers spron gen er meteen in, de anderen sprongen kort daarop te water om ook in de sloep te klimmen; dit gelukte twee hun ner. maar de stuurman verdween in de diepte. De overlevenden hebben later aan schipper Bakker verteld, dat ze iog gezien hebben, dat de kapitein naar het achterschip liep. Waar hij gebleven is bleef voor hen een angstige vraag Zoals in het kort gemeld, slaagde de Hodshon er in drie van de zes opvaren den te redden: in de sloep bevonden zich twee levenden en één dode. Een vijftig meter verderop stond de matroos Andre Brackx, die de aandacht van de redders trok door de roepen en .net een der riemen te slaan. De man stond tot de middel in het water. Hij had de vol water staande vlet, die aan de grond was gelopen, verlaten in de hoop de Vliehors te kunnen bereiken en hulp te halen. Hulp was hard nodig, want de matroos Josef Bruineel was er slecht aan toe: hij lag nog maar nauwelijks met het hoofd boven het in de vlet ge komen water, de machinist, Fernand Jonkhere, zat in de vlet, geen van beide was in staat overeind te komen, zo zeer waren zij door de koude bevangen. De 15-jarige scheepsjongen lag dood in de vlet. vermoedelijk zijn de ontberingen hem te sterk geweest, bijna vier lur lang hadden zij in de sloep gezeten. Doordat deze sloep van boord was ge raakt had men geen kans meer gezien de stop in het gat te doen Zo'n gat, dat het regenwater moet afvoeren, is door gaans twee cm in doorsnee Nadat deze mensen bij het station van de Hodshon aan land waren gebracht en naar ..Maris Stella" waren vervoerd, zette de Hodshon opnieuw koers naar zee om naar de vermiste kapitein te zoe ken. Aan dit opsporingswerk namen ook de Prins Hendrik, de Brandaris, een bommenwerper en een helicoptèr deel. Tot het vallen van de duisternis werd een groot gebied afgezocht, maar zonder resultaat. De kustwacht van Eierland, hoofd de „Wij gingen zoeken in de stroomrich ting z.g. op lager wal, de wind was Zuidelijk, de vloed liep nog. „Het was maar een klein vletje, ik zou er niet graag mee van boord zijn gegaan, voor zo'n vletje was deze zee nog te ruw, hij was dan ook al meteen half vol water geraakt!" heer Blok, had de kotter om 9,35 op de gronden ontdekt en wel toen de zware mist enigszins was opgetrokken De heer Remmers, secretaris van de plaatselijke commissie der N.Z.H.R.M., vertelde ons. dat het de gehele morgen dik van de mist was geweest. Om half tien klaarde het wat op. Voordien had de kustwacht zelfs het strand met kun nen zien!! De kotter zat naar schatting anderhalve mijl in peiling 269,5 graden van de Vuurtoren. De kustwacht stelde het secretariaat van de plaatselijke com missie terstond op de hoogte, die -»n- middellijk de nodige maatregelen trof om de boot zo vlug mogelijk te laten uitvaren Om 11,12, precies een half uur na het vertrek, bereikte de Hodshon het gestrande schip. De zee was bij een ma tige, Zuidelijke koelte met windkracht 4 betrekkelijk kalm, maar in de gron den heb je altijd wel enige branding. Toen de Hodshon bij het schip kwam, zat dit weer vrij recht. Reeds op een 150 meter vreesde men zeer dat de opva renden niet meer aan boord waren. „Anders hadden wij wel tekenen van leven ontdekt" aldus schipper Bakker. De schipper constateerde, dat de sloep weg was en inderdaad niemand aan boord was gebleven. Het stuurhuis stond nog boven water. De Hodshon voer eni ge malen rond de kotter en de schipper liet daar op de hoorn blazen. Na 20 mi nuten is de reddingboot zowel in de Bui tengronden als in het Eierlandse Gat naar eventuele overlevenden gaan zoe ken. Om 11,45 bereikte ook de Heideree reddingboot, de Prins Hendrik, het schip. ,.Dat schip is zo lek als een zeef", meen de de heer W H. Lap. Via de radio hoor den wij de Prins Hendrik zeggen: „Geen sloep meer aan boord te zien, ze moeten dus met de sloep in zee gegaan zijn wij vrezen het ergste!" Hierna seinde kustwacht Kijkduin (Huisduinen) aan Terschelling: „Alleen het stuurhuis staat nog boven water, vraag eens aan De Cocksdorp of ze daar iets van de op varenden af weten, of ze soms een sloep op de kust hebben zien komen". De Prins Hendrik verzocht naderhand om vliegveld Valkenburg te waarschuwen, opdat ook vanuit de lucht gezocht zou LAAT KONING WINTER MAAR KOMEN! Dat zei ons Maandagmorgen de heer C. Boot, de man die de molentjes in Waalenburg's reservaten zo goed bij houdt. Op het Jan Wilkesland is een nieuwe molen geplaatst en u weet, deze werken net andersom: ze pompen het water nl. op het land inplaats van er af. Dit heeft tot resultaat, dat ze daar in Waalenburg iedere winter een prachtige ijsbaan hebben, indien Koning Winter een handje helpt! Totaal 6,5 ha., waarop de leden van Natuurmonumenten zich bij vorst altijd best vermaken, evenals de met-leden, die daar voor een kwartje per dag aan de zwier kunnen gaan. „Zou de goede Sin wel komen?" En of: Zaterdagmiddag vertrok een keurig gepavoiseerde „Dokter Wagemaker" net de Sint en niet minder dan drie knech ten van Den Helder naar Oudeschild, waar Hij luide en langdurig werd toege- jubeld. Ja, dat was me weer een feest! En toen in de glanzend opgepoetste lan dauer met de heren Witte en Zijm op de bok naar Den Burg, wat een ware zege tocht werd! Of de „Waddenruiters" on derweg zijn gestrand, hoe dan ook. op het Schilderend kwam alleen de lan dauer met de leden van de Feestcommis sie, die de Goedheiligman op het haven- plein stevig de hand hadden gedrukt! „Wilt u een gloednieuw orgel in uw schoentje?" zo vroeg de Sint aan de voorzitter van de Feestcommissie, maar die bleek reeds tevreden met een sui kerpop en een kruikje bols. Ons Fanfarecorps was in vol ornaat op de been en daar ging het in roemrij ke glorie door Den Burg. Leuk, gezel lig, die Sinterklaasversjes uit het mach tige koper! Allemaal hadden ze er echt plezier in en de trommelslagers zetten natuurlijk eveneens hun beste beentje voor. Voor Hotel Texel werd halt gehou den, want daar stonden B en W op het terras om de Sint officieel te ontvangen. De toespraken zo zullen wij aanne men waren over en weer bijzonder hartelijk, er werd althans nogal ge gnuifd. (Volgende keer een microfoon tje er bij hoor!) Daarop naar „Casino", waar de kinderen geloeid hebben van ae pret! Als Kapelaan Stam preekt zo als hij poppenkastman speelt mogen de R.K gelovigen niet mopperen! Hij droeg het bekende sprookje „Frau Holle" voor. Wa1 hebben ze die lelijke heks uitgejouwd! Daarna kwam de kapelaan met een sprekende pop, die Kees heette. Dat ventje kon ook geducht zijn tongetje roeren. In de pauze werden de kinderen getracteerd en bovendien kregen ze oen prentenboek mee naar huis. Er waren zoveel kinderen, dat Casino tot tweemaal toe eivol stroomde. Het was een beste dag voor de jeugd én voor de Feest commissie. P.s. Sinterklaas zou beter uitgekomen zijn in een kleurrijker costuum. Daar -s toch wel aan te komen? Oosterend. De fa Jb. Drijver en Zn is de opdracht verleend tot de bouw van een Kindertehuis te De Koog, voor reke ning van Mevrouw H T. P. Luisterburg, De Koog Dit tehuis zal een Herstellings oord worden voor kinderen, lijdende aan allergische ziekten (asthma enz.) en an dere zwakke kinderen en zal het gehele jaar door in exploitatie zijn. Het zal plaats bieden aan 12-14 kinderen en in dien daar plaats voor is zal het bij zo merdag ook als vacantieoord in gebruik zijn. Het wordt aan de Houtvester Boodtlaan gebouwd, ter hoogte van het sportveld. VERLOTING De trekking van de verloting, georga niseerd door de Herv. Jeugdcommissie te Den Burg is tot nader datum uitge steld. kunnen worden. Intussen had de Hod shon de sloep gevonden en wel op de z.g. Steenbol, plm. 3 km van het schip. De schipbreukelingen hadden allen een zwemvest om, behalve Bradkx, die een ronden metalen reddingboei droeg. Toen de Hodshon de kust naderde werd vanuit de reddingboot meteen om een dokter verzocht. Inmiddels werden de drie overlevenden in het botenhuis van droge kleren voorzien, tijdelijk door de redders en anderen beschikbaar ge steld. In overleg met de commissie van Den Helder kreeg de Hodshon opdracht tot donker de binnenkant van het Eierlandse Gat af te zoeken naar de twee vermis ten. Buitengaats werd gezocht door de andere, reeds genoemde boten en vlieg tuigen. De kotter was Donderdag, tegen het middaguur uit Ostende vertrokken met bestemming de visgronden in de buurt van de Deense kust. Aan boord bevond zich behalve het vistuig ook het nodige ijs. Hoe lang viert Texel al die bonte maskerade van „Nieuwe en Ouwe Sun- derklaas"? Als u dat bovenstaand tweetal zou vragen, zouden ze wel licht met hoge piepstemmetjes antwoor den: „Al zo lang as op Tessel le lepel in de breipot staat!" Ja, dit feest is Der oud. Het schijnt begonnen te zijn in de tijd van de Batavieren, die de duister nis met schel geluid van buffelhoorns op de vlucht trachtten te drijven. Dat ging eeuw in, eeuw uit maar door tot vandaag de dag toe, ook al gelooft nie mand meer aan 't recept van onze verre voorvaderen, toch zetten wij de traditie voort. De echte speulers kunnen het maar niet laten! Ook komende twee Zaterdagen zal er op Texel weer druk gespeeld wor den! Heeft ook u uw pakje al klaar? Of peinst u nog over een aardig idee? Nou. er is in 1953 anders genoeg gepasseerd, dat zich voor een rake caricatuur leent! TOEN vijftien jaar geleden in Mid- den-Eierland door het hoofd der school aldaar een gemengd koor werd opge- richt zeiden de heer K. Bakker en zijn vrouw „Dat is wat voor ons, er is bo vendien al zo weinig ontspanning in de Polder!" Zij werden lid van „Crescendo" j en Zaterdagavond, toen deze zangver eniging haar jaarlijkse uitvoering gaf, 1 konden wij hen nog altijd tot de goede j krachten rekenen! „Opa en Oma" zingen 1 nog altijd met groot plezier en als het werkelijk crescendo moet gaan, uit voi le borst!! Tot de oudste leden behoort ook de heer L. de Waard. Thans zingen zijn onder leiding van de heer F. G. 1 Kassenaar, die de heer P. Kleve opvolg- de. De meesten van de andere leden van het 25 man tellende koor zijn na de oor log toegetreden. Met de datum van de uitvoering heeft „Crescendo" het Zaterdag niet zo best getroffen: Uit de publicatie van de Cul turele Raad heeft u gezien, dat de 28e November tal van bijenkomsten aan wees en elkeen zuigt publiek aan. Maar de voorzitter zeide, gezien deze omstan digheden toch wel tevreden te zijn over de opkomst. Hij verwelkomde in het bij zonder de heren G. Smit Sr en Jr, die als cellist en pianist hun medewerking zou den verlenen, alsmede de heer Kleve en de heer en mevrouw Bremer uit Ooster end. Ook de jongelui in de engelenbak kregen een apart woordje: aandachtig luisteren een geen baldadigheid! U ziet het, de sfeer was erg landelijk, intiem. Neemt u daarbij de goede pres taties van het koor, dan zal u begrijpen, dat de aanwezigen een prettige avond hebben gehad. De heer Bremer u weet wel van het koor, dat in Uitmun tendheid zulke grootse dingen volvoert zeide na afloop, dat hij erg zuinig op zijn schaarse vrije avonden is, maar deze avond toch met genoegen heeft bijge woond. I Ja, zo was het! Er is goed gezongen, al moesten vier van de beste krachten verstek laten gaan. Het programma boodt i elck wat wils. Geopend werd met de pittige Zangersmars van Trube, echt een nummer om meteen goed los te komen! Ons trof de keurige verhouding, zodat 'het koor één nauw sluitend geheel was. Dan het meer plechtige „Ontwaakt", „Nieuw Leven" van Beethoven. Ook iiet Wiegelied van Versloot werd met begrip gezongen, maar misschien is in zulk genre de bezetting der tenoren en bassen wat zwak. De verrukkelijke melodie waarin „Maneglans" werd gebracht, be sloot het eerste gedeelte. Na dit en alle nummers werd het koor met spontaan applaus beloond. De heer G. Smit werd vervolgens be geleid door de dirigent als pianist. Cello en piano vormden in „Am Meer" van Schubert en „Lied aus der Ferne" van beethoven, een goed ensemble. Het koor opende haar tweede optreden met „Hoor, Herder Israels", gevolgd door Koraal uit Cantate 147 van Bach, waarbij het koor door de heer G. Smit Jr op de piano werd begeleid. Na de pauze, waarin de traditionele loterij werd gehouden en koffie met gebak tegen scherpe prijken werd geserveerd, werd begonnen met 't Liedeke van den schilder, van Zijdêrlaan. Nu het werd inderdaad ook zeer sonil- derachtig voorgedragen! „In den Lente tijd" van Roeske, genoot eveneens oen beste vertolking, een vrolijk lied, aan het lichtzinnig grenzend! Leuk en in de juiste sfeer stond ook „Hans en Liesje" van Van Woyna, kwam vreugdig-speels uit de kelen. „Avondzang" was weer het juist gekozen slot. Hierna betrad de heer Smit Sr weer het podium om samen met de heer Kas senaar het „Frühlingslied" van Men delssohn te brengen. Dit sprak ons min der aan doordat naar ons persoonlijk ge voel de cello wat aan de donkere kant zit, terwijl de Frühling meer tot ons spreekt in het zeer lichte, fijne geluid. Beter had men hier dus de viool kunnen inschakelen. Het koor greep met „Hymne aan de Nacht" van Beethoven de goede snaar i.e. het ingetogen, devotievolle ele ment. „Avondgebed" een bekende volks melodie, hadden wij liever rhytmisch ge hoord, tenzij de componist staat op het staccato, dat inderdaad streng herinnert aan het verglijden, het wegtikken /an de tijd. Goed slot was weer „Midder nacht", waarin wij de oude klokketoren het volle pond gegeven zagen In een der regels wilde de alt een tikje te veel domineren. Al met al dus een goede avond, waar mede wij „Crescendo" en dirigent van harte gelukwensen. JEUGD BIJEEN IN EBEN HAEZER Maandagavond is er in Eben Haëzer te Den Burg een feestavond voor de jongens en meisjes van Jeugdverenigingen, ge organiseerd door het C.N.V. Ook niet leden, mits 14 jaar en ouder, zijn er welkom. De heer van Beek, jeugdleider uit Amsterdam zal medewerken. Voorts zullen er films worden vertoond en er zal accordeonmuziek zijn met zang. Van de diverse dorpen rijden er bussen heen met gratis vervoer. TEXELSE MARKT Den Burg Aangevoerd 30 Nov. 1953: 9 koeien 700850, 15 graskalveren 200 250 52 Biggen 4055; 11 Lammeren 6080; 21 N. kalveren 4565.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1953 | | pagina 1