Cjrocn cZwartsJexeU in het hartL.
De Schoolrevue zat tip-top
in elkaar
Onze Texelse bodem kan bij de uitvoering
der ruilverkaveling vele geheimen prijsgeven
V-
W
4 t v>* -
WOENSDAG 13 JANUARI 1954
TEXELSE
67e JAARGANG. No. 6802
COURANT
Uitgave N.V. v.h. Langeveld de Rooij
Boekhandel Drukkerij Bibliotheek
Den Burg - Texel - Postbus 11 -Tel. 11
Verschijnt Woensdags en Zaterdags.
Bank: R'damse Bank, Coöp. Boerenl.
Bank. Postgiro 652.-Abonn. pr. f 1,95 p.
kwart, -f- 20 ct. incasso. Adv. 8 c. p.mm.
door J. A. van der Vlïs
NB*- r-i* 7 j
rdtl* iP
(;-'V L'.
lm
Hierboven de omstreeks 1750 afgegra
ven Sommeltjesberg. een grafheuvel uit
de Romeinse tijd. „Volgt men de weg
van De Waal naar Oosterend, zo schreef
de omstreeks 1750 op Texel vertoevende
Haagse kunstschilder Van Cuyck, dan
lag driehonderd stappen buiten het eer-
Vóór Columbus Amerika ontdekte
Toen ik enkele jaren geleden op het
Rijksarchief te 's-Gravenhage het ge
noegen smaakte honderden rekeningen
te vinden uit de middeleeuwen, alle be
trekking hebbend op Texel en Vlieland,
heb ik meer dan eens gedacht, hoe het
kwam dat nooit te voren iemand zddh
met het bestuderen van deze rekeningen
bezig gehouden had. Ook heden ten da
ge telt Texel heel wait pientere reke
naars die volledig op de hoogte zijn van
balansen, winst- en verliesrekeningen.
Is er geen enkele Texelaar, zo vroeg ik
mijzelf af, die in deze oude rekeningen
uit de tijd dat Jan van Beaumont, Heer
van Texel was. belang stelt? Enige ma
len is het mij bij een bezoek aan het
eiland overkomen, dat een Texelaar mij
een boerenboekhouding toonde van zo'n
honderd jaar geleden. Het was interes
sant daarin na te gaan, hoe hoog de prijs
van de lammeren was, hoeveel een koe
en wat een best paard toen opbracht.
Honderd jaar is echter in de geschiede
nis der mensheid maar een heel korte
periode, eigenlijk niet veel meer dan een
ademtocht.
Het huis in de Gravenstraat
De oude rekeningen op het Haagse
archief beginnen in 1346; zij zijn liefst
600 jaar oud en werden door verschil
lende rentmeesters in opdracht van de
graven, die het eiland „in leen" hadden
bijgehouden. Ergens op 's Graven Huis.
zat dus eens een ambtenaar, de rent
meester, met een ganzenveer zijn
rekeningen te schrijven. In die rekenin
gen, honderd vijftig jaar geschreven
vóórdat Columbus Amerika ontdekte,
komen wij allerlei bijzonderheden over
het eiland tegen. De rentmeester ont
ving pacht voor een groot aantal lande
rijen, deze pacht werd „tiende" genoemd
omdat men gewoonlijk een tiende ge
deelte van de opbrengst van de lande
rijen aan 's graven rentmeester beta
len moest. Hebben de Texelaars die in
de Gravenstraat te Den Burg wonen
zich er wel eens rekenschap van gege
ven, dat deze straat zijn naam te dan
ken heeft aan het huis van de graaf, die
daar woonde? De rekeningen, ik schreef
het reeds, lopen van het jaar 1346 af,
maar als u weet, dat een der Hollandse
graven zijn nichtje Ada al in het jaar
1203 naar Texel liet brengen zij kwam
dn aanmerking voor een rijke erfenis en
moest uit de bewoonde wereld verdwij
nen dan zal men begrijpen, dat de
graaf lang vóór het jaar 1356 een verte
genwoordiger, een rentmeester op Texel
had. Omdat die rentmeester het gezag
vertegenwoordigde, was hij de meest
aanzienlijke inwoner van het eiland. De
gehele bevolking van Texel woonde
toen nog jn huizen, die van hout en
plaggen waren gebouwd, het waren naar
onze begrippen niet veel meer dan el
lendige stulpen, 's Graven Huis. dat dus
stond aan de Gravenstraat, onderscheid
de zich door zijn bouw, want er was
veel steen in verwerkt en na verloop
van tijd kreeg het zelfs een dak van
leien of van pannen. Alle andere hui
zen waren gedekt met stro of met net.
De rentmeester hield zijn boeken op
voortreffelijke wijze bij, het is hieraan
te danken, dat wij met enige moeite zo
veel over Texel in de middeleeuwen te
weten zijn gekomen. In een krantenarti
kel is het niet goed mogelijk daar veel
over te schrijven. Belangstellenden ver
wijzen wij naar het boek, dat wij over
Texel's verleden hebben geschreven.
stc Dorp (De Waal dus) aan derechter
zijde van de weg op een hoog land een
merkwaardige ronde heuvel met een
hoogte van 4,5 meter en een omtrek van
42,5 meter- Zie het artikel alsmede de
tekst bij de andere plaat.
Nóg verdere geschiedenis
Bovengenoemde rekeningen vormen
eigenlijk de oudste bron voor de Texelse
geschiedenis. Weliswaar bestaan er nog
bronnen uit de tijd van Karei de Grote
(ca het jaar 800), maar de inlichtingen,
die wij daaruit verkregen hebben zijn
zéér sober. Gaan wij nog verder terug in
het verleden, dan zijn er geen geschre
ven bronnen meer en zijn wij genood
zaakt om te trachten op andere wijze
onze kennis te verrijken. Bij alle ellende,
die de laatste wereldoorlog Texel heeft
gebracht, was ook een klein voordeel.
Onder de Duitse bezetting van het ei
land was nl. enige jaren een Duitse
hoogleraar, Jacob Fnsen genaamd. Daar
hij zich in 't bijzonder interesseerde voor
de historische kennis, die door opgra
vingen verkregen wordt, liet hij in het
Park te Den Burg enige sleuven gra
ven Het resultaat van deze sleuvengra-
verij heb ik in mijn boek eveneens uit
voerig besproken. Duidelijk is gebleken
dat in Den Burg ten tijde van de Fran
ken, dus zo van het jaar 500 tot het
jaar 900 reeds woningen waren ge
bouwd.
Allerlei scherven van aarden potten zijn
toen gevonden, waaruit door vakgeleer
den nauwkeurig kon worden opge
maakt wie de mensen waren, die deze
woningen in het Park hadden gebouwd.
Sommeltjesberg
Wij kunnen ons voorstellen, dat de
aandachtige lezer zich af zal vragen of
de mensen, die dus zo omstreeks helt jaar
500 woonden in het hart van Den Burg,
de alleroudste bewoners van het eiland
waren. Laat ik daar op mogen antwoor
den met een volmondig "neen". Want
uit een grafheuvel, de zg. Sommeltjes
berg die even benoorden De Waal lag,
werden in de tweede helft van de acht
tiende eeuw allerlei artikelen, als ge
reedschappen, sporen en bitten van
paarden, te voorschijn gehaald, die nog
ouder waren dan het materiaal, dat uit
het Park is gekomen. Deze voorwerpen
dateren uiit de Romeinse tijd, zo van on
geveer honderd jaar na Christus' geboor
te. Door nonchalance is alles zoek ge
raakt, ondanks ijverige nasporingen heb"
ben wij er niets meer van terug kunnen
vinden. Had Pa eter van Cuyck, die om
streeks het jaar 1760 regelmatig op
Texel logeerde bij een vriend op de bui
tenplaats Rozenhout, niet een aardig
boekje over het afgraven van de Som
meltjesberg geschreven en had hij er
geen uitnemende tekeningen bij gemaakt
waaruit wij nu nog precies kunnen op
maken wat gevonden werd, dan zou met
de grond van de Sommeltjesberg, die
als .mest over omliggend land werd ver
strooid, een stukje oude geschiedenis
van het eiland totaal verloren zijn ge
gaan.
Waarde lezers, ik heb gemeend nog
eens een keer op deze plaats over het
oer^oude Texel te moeten vertellen.
Waarom? Laat ik u antwoorden: uit
sluitend met de bedoeling uw aandacht
te vestigen op de oude terp aan het ein
de van de Hollewalsweg. U weet wel,
dat hoogliggende stuk land aan de noor
delijke grens van de Hemmer. De reeds
meermalen door mij genoemde heer
Jac. Kikkert Nzn. ontdekte deze terp.
Zijn schoolse kennis was betrekkelijk
gering, maar hij had de kostelijke en
niet genoeg te waarderen gave van de
belangstelling. Hij zag méér dan veel
andere mensen en hoewel hij veel on
mogelijk verwerkt moet kunnen heb-
MOND EN KLAUWZEER
De Burgemeester van Texel brengt
in herinnering, dat, volgens art. 17 der
veewet, indien vee verschijnselen van
een besmettelijke ziekte vertoont, de
eigenaar, houder of hoeder hiervan ter
stond kennis moet geven aan de Burge
meester der gemeente, waar het vee zich
bevindt.
Bij Koninklijk besluit van 23 Februari
1922 (staatsblad nr 80) is bepaald, dat
de Burgemeester, ter voorkoming van
verspreiding van smetstof, indien hij
verneemt, dat in zijn gemeente vee ver
schijnselen van een besmettelijke vee
ziekte vertoont, bij mond- en klauwzeer
de volgende voorlopige maatregelen
neemt:
1- Het de eigenaar, houder of hoeder
gelasten, het verdachte vee af te zonde
ren, totdat daaromtrent door de Burge
meester een nadere beslissing is geno
men;
2. Het door het plaatsen van kentekenen
van besmetting verdacht verklaren van
het gebouw of terrein, waar het ver
dachte vee zich bevindt of bevonden
heeft.
Het is verboden ziek of verdacht vee
te vervoeren, behoudens ontheffing door
de Burgemeester-
Texel. 9 Januari 1954.
De Burgemeester voornoemd,
C. DE KONING.
OPRICHTING WERKKRING
„ORKAVA"
Men schrijft ons:
Donderdag werd in hotel „De Graaf"
een vergadering gehouden, uitgeschre
ven door de Organisatie van Kamp- en
Vacantiebedrijven.
Deze vergadering werd ingeleid door
de heer W. J. Bergman, alg. secr-, met
het doel tot een onderafdeling (Werk
kring) te komen op Texel. Voor het
voorbereidende werk werden drie per
sonen aangezocht als voorlopig bestuur:
voorzitter de heer W- H. Lap, secr. de
heer E Hooyberg en comm. de heer C.
Wonder.
De Werkkring stelt zich ton doel de
belangen van de Exploitanten van
kampen vacantiebedrijven te beharti
gen, zowel bij de gasten als bij de
Overheidsinstellingen, hetgeen voor de
komende jaren zeer zeker van node zal
zijn, vooral voor de komende Kampeer-
wet. Te gelegener tijd zullen via dit
blad nadere gegevens worden ver
strekt. Exploitanten van kampen
vacantiebedrijven, let op uw zaak.
E. Hooyberg, secr-
35 JAAR BIJ DE ESSO
De heer Jac. Koning, Haven, Oude-
schild, zal op 19 Januari a.s. 35 jaar als
depothouder-chauffeur in dienst zijn bij
de N V. Esso-
EEN NIEUWE KOTTER
Naar wij vernemen heeft de heer
Bremeij, Oosterend, opdracht gegeven
tot de bouw van een kotter. Evenals de
„Quo Vadis'' van de heer Vlaming zal
deze kotter op de werf van fa Seymons-
bergen worden gebouwd.
IIOOG WATER
13 Jan. 3.20 en 3.29; 14 Jan. 4-22 en
4.41; 15 Jan. 5-42 en 5.58-
Aan het strand is het ongeveer een uui
eerder hoog water.
ben, is het niet aan twijfel onderhevig,
dat zijn onderzoekingen in de Texelse
bodem hem veel vreugde en veel vol
doening hebben gegeven. Een boer, dat
wil zeggen een boer in de goede zin,
houdt van zijn land, hij kent het dóór
en dóór. Hij weet waar de goede stuk
ken liggen en waar de kwade. Kikkert
was uit een geslacht, dat heel wat boe
ren heeft opgeleverd. Zeker, hij boerde
misschien niet economisch, naar de op
vattingen van onze generatie. Maar als
boer had hij belangstelling voor zijn
grond. En omdat hij bovendaen in hart
en nieren Texelaar was, vroeg hij zich
af, hoe die grond was geworden tot wat
zij was. Het stuk land, daar aan de Hol
lewalsweg, dat hij huurde van een an
dere ras-Texelaar was anders dan al
ihet andere land op oud-Texel. Niemand
was dit ooit opgevallen, Jac. Kikkert
was de eerste, die dit in de gaten kreeg.
Hii groef er een paar putten in en toen
daar bij die graverij allerlei te voor
sdhijn kwam, dat merkwaardig scheen,
wendde hij zich tot deskundigen. Een
van hen was Ohris Ponger, een familie
lid van de blikslager Ponger, die de ou
deren onder ons allen nog hebben ge
kend en die woonde in een aardig oud-
Texels huis ter plaatse van de tegen
woordige Boerenleenbank.
Ghns Ponger, die enige jaren later
promoveerde aan de Amsterdamse uni
versiteit, haalde er een andere deskun
dige bij, een groot man in zijn vak, de
beroemde Professor Van Giffen uit Gro
ningen. Van Giffen is al een oud man,
maar verder buiten onze grenzen is zijn
faam gegaan. Deze geleerde, heeft in
1937 met Ponger de terp aan een voor
lopig onderzoek onderworpen en vast
gesteld, dat het oudste gedeelte om
streeks het begin van onze jaartelling
werd opgeworpen. Het lijkt ons niet on-
Vervolg op 4de pagina
HIERBOVEN een scène uit de met veel bravour gespeelde Oosterse markt.
DE TWEEDE BOOTREVUE, Vrijdag
avond in „De Oranjeboom" voor een
reeds dagen tevoren uitverkochte zaal
gehouden precies in een jubileum
jaar, want vijf en twintig jaar geleden
besloot de N V- TESO tot het gratis ver
voer van Texelse jongens en meisjes,
die te Den Helder studeren de tweede
Bootrevue is een klinkend succes ge
worden.
De zaal heeft voortdurend haar bij
val betoond met gulle lach en spontaan
applaus. Lodie van der Wulp b.v. ver
wierf van zijn moeder zelfs een „open
doekje", zo wijd zelfs, dat het er naar
uitzag, dat dat doekje niet meer sluiten
wilde!
De zotste dingen werden uitgebeeld op
podium en toneel en wat zullen ze alle
maal al een pret gehad hebben bij de
voorbereidingen zelf. Is er de laatste
weken wel veel van de studievoor
dediploma's terecht gekomen?
De jeugd gaf het voorbeeld t.o.v de
zaalbezetting: zij gaf geen gelegenheid
tot het bespreken van plaats, meldde op
het toegangsbewijs, dat er precies om
acht uur werd gestart en ziet: om vijf
voor aaht waren nagenoeg alle stoelen
bezet en klokslag acht plaatste de voor
zitter van het comité, Dick Bruin J N.zn
zich achter de microfoon om de feest
avond te openen, een feestavond aange
boden aan TESO uit dank voor het gra
tis vervoer Texel-Den Helder v.v. En
hierop meteen het frisse Revueboot
lied, welks refrein door acteurs, actrices
en zaal uit volle borst werd meegezon
gen Fred Bruoher vergastte ons op een
mondharmonicarepertoire en onder
wijl timmerden ze achter het doek een
huiskamer in elkaar, waarin daarna op
gevoerd werd de klucht „De Wedden
schap", een alleraardigste, dolvermake
lijke schets zoals trouwens alle num
mers prima verzorgd en uitgevoerd
werden. Eén nummertje had achterwege
moeten blijven, maar daarover moet
maar eens op hoger niveau over ge
praat worden!
In „De Weddenschap" speelden Klaas
en Kees Pranger Krijn Plantinga en
Tine van der Vlies- Het had heel wat
voeten in aarde, eer de kapitein een
lelijk woord uitstiet, maar tja, als ze je
bad met een handjevol punaises ver
ontreinigen moet je je kalmte toch wel
verliezen
Nel Agter droeg voor „De Spin Sebas-
tiaan" van Annie G. Schmidt. Vervol
gens werden wij onthaald op een optre
den van de sdhoolband: Annie Bruin,
Lody van der Wulp, Piet Kingma, Frans
Zegel en mevr- Jannie Breen- Een uit
stekend ensemble, dat daarna nog aan
sluiting kreeg van een quintet robuuste
zangers: Jan Beerling, Fred Brücher,
Lody van der Wulp, Krijn Plantinga en
Kees Moojen. Keurig gezongen.
De schets „De strandpantalon" vond
zijn klucht in een fatale vergissing met
de radiocauserie. „Hoe maak ik zelf mijn
kano". Hierin: Frans de Koning en Dinie
Dros (die voor Ina Stoepker was inge
vallen. beterschap, Ina!)- Die Frans kan
het ook hoor!
Quatre mains bespeelden Annie
Bruin en Tine van der Vlies vervolgens
de piano. Ons viel het bijzonder goede
samenspel op. En nauwelijks waren de
klanken verstorven of de conférencier,
Wim Lap Ezn, sprong al weer achter de
microfoon om een nieuw nummer aan
te kondigen, ja. er zat vaart in!
Lody en Krijn oogstten daverend
succes als juffrouw Snater en juffrouw
Prater Snip en Snap waren er niks bij!
Op deze avond hebben wij twee talen
ten ontdekt: Jan Beerling, die een
prachtige stem heeft en Piet Kuiper, die
iedereen als sneltekenaar verbaasde!
Jan zong Moulin Rouge en Kiss of Fire.
Eoht gezellig was ook de voetbalmatch
tjonge, wat had die Gerrit (David) Kui
per een goeie middag. Kees Moojen
trouwens ook, want hij verdiende met
iedere goal, die Gerrit in een zoen om
zette, een gulden!
Jan Kievits vertelde enige anecdotes
en na de korte pauze volgde een spe
ciaal Oosters nummer, waarvan u hier
bij een plaatje aantreft. Hierin traden
op Emmy Dros Nel Agter, Annie Bays,
Lody v.d Wulp, Kees Pranger, Wim
Lap, Jan Beerling, Kees Moojen. Krijn,
Rien Manje en Frans. Krijn was ook ge
weldig als Frankie Lane, de succesvolle
zanger, wiens stijl hij kunstzinnig na
bootste-
Emmy Dros zong smachtend „My
foolish heart". „Enig", zei een bezoek
ster spontaan. In „De Handelsreiziger"
speelden met élan Lody en Hans Agter-
Piet Kuiper nodigde drie dames en drie
heren uit om een willekeurige lijn op
het bord te trekken, hij zou daaruit een
portret fabriceren. In minder dan geen
tijd wist Piet zijn belofte te volbrengen.
Wat had hij een succes!!
De schets „De veelzijdige huisknecht"
met Emmy Dros, Frans de Koning en
Paul Wuis sloeg ook flink in. Niemand
begreep, hoe Frans het voor elkaar
speelde om zich zo bliksemsnel van de
ene figuur in de andere te metamorpho-
seren. Een bijzonder goed en verrassend
slot had dit stukje!
„Now is the houre.zo zong het
quintet voor het slotlied van de revue
werd gebracht.
Wat was die avond omgevlogen! Ieder
een was opgetogen over het gebodene,
de presidentcommissaris der N-V.
TESO. de heer G- J. B. Mulder, niet in
het minst „Jullie hebben je buitenge
woon uitgesloofd!", zo huldigde hij het
i ensemble. Hij liet flink doorschemeren,
dat hetzelfde ensemble ook wel eens
reden heeft gegeven tot minder spontane
I bijval der „toeschouwers", maar eens
deels kon hij zich dat wel voorstellen en
zag hij daarin ook wel een uiting van
levensvreugde, waar zijn gratis klanten
nog in de Sturm- und Drangperiode
leven
Nadat mevr. Beumkes-Breen nog met
bloemen was gehuldigd, kon de voor
zitter de avond besluiten en wie daar
1 gebruik van wilden maken, een prettig
bal toewensen!
Tot een volgende vaart, jongelui!
Melden wij tenslotte nog met alle
waardering de verzorging van het
décor Den HelderTexel en omgeving
door de heer Herman van Veen.
PERMANENTE SPORTRAAD
Van de organiserende commissie,
bestaande uit de heren D. Dapper,
voorz-, J. Hooyberg Jr., secr., W. A. van
Zeijlen. penn- en mej. J. Dalmeijer en de
heer A. Wessels, comm. leden, vernemen
wij het volgende.
In vervolg van de sportuitwisseling
WieringenTexel en omgekeerd heeft
de voorlopige organisatie-commisie het
initiatief genomen te trachten op Texel
een permanente Sportraad in het leven
te roepen.
De wenselijkheid hiervan dri,ngit
zich op verschillende wijzen aan ons op.
Ook bij de instelling van de Culturele
Raad werd dit orgaan door onze Burge
meester getipt als een behoefte voor de
toekomst.
De mogelijkheden van grotere samen
werking voor gemeenschappelijke be
langen der Texelse sportverenigingen
liggen er in besloten- Donderdag 21
Januari hoopt men te kunnen komen tot
oprichting der „Texelse Sportraad". De
vergadering wordt in Hotel „De Graaf"
gehouden. Op deze avond zal een in
leiding worden gehouden over „Doel en
wezen van een Sportraad", door de heer
A- G. van der Linde, Bondsofficial der
IC.N.V.B-
Ook zal hij spreken over de ervarin
gen en resultaten, opgedaan en bereikt
door de Heideree Sportraad in de afge
lopen jaren- Gerekend wordt voor deze
bijeenkomst op afgevaardiging van 2
bestuursleden der Texelse sportvereni
gingen.