9
rocn
in het harL,
Oud-Texelaar Teunis Pieter Keijzer
was een groot man in de binnenvaart
Onnodoor „Sint Jansuccesvol
voor het voetlicht gebracht
Xali'-avoncl trok groot aantal landbouwers
WOENSDAG 16 NOVEMBER 1955
TEXELSE
70e J
Uitgave N.V. v.h. Langeveld de Rooij
Boekhandel Drukkerij Bibliotheek
Den Burg - Texel - Postbus 11 - Tel- 11
Verschijnt Woensdags en Zaterdags.
Bank: R'damse Bank, Coöp. Boerenl-
Bank- Postgiro 652- - Abonn. pr. f 1,95 p
kwart. 20 ct incasso. Adv- 8 ct p- mm.
Vorige maand berichtte de familie in
ons blad het overlijden van de heer
Teunis Pieter Keijzer in de ouderdom
van 79 jaar. Wij hebben aan deze figuur
destijds geen bijzondere aandacht ge
schonken, doordat wij de overledene niet
kenden en geen onzer relaties ons erop
attendeerde, dat met de heer Keijzer een
man was heengegaan, die in de binnen
scheepvaart zulk een belangrijke plaats
heeft vervuld. Dit laatste blijkt uit het
artikel, dat het weekblad „Schuttevaer"
aan zijn persoonlijkheil wijdde.
Het blad schrijft:
Keijzer! We behoeven in Schuttevaer
eigenlijk niet nader aanduiden, welke
Keijzer we bedoelen. Als men die naam
in ons blad noemt, weet ieder dat we
T. P. Keijzer bedoelen, de oud-school
meester, die zoveel op onderwijsgebied
voor de schipperskinderen deed, die, ja
renlang secretaris van de Kon. Schip
persvereniging „Schuttevaer" was, die
tal van kaarten, boeken en verdere pe
riodieken op scheepvaartgebied verzorg
de, denk b.v. aan zijn schippersalmanak,
aan zijn Gids voor de Binnenscheepvaart,
idem voor de vaarwegen in België en
Noord-Frankrijk, aan zijn kaarten van
de Zuiderzee, Nederland en onderdelen,
enz.
En zou er iemand zijn geweest, die in
ons land beter met de scheepvaartwegen
op de hoogte was? Wie een der vele jaar
vergaderingen van Schuttevaer, vooral
die onder leiding van Mr. Harm Smeen-
ge, meemaakte, zal zich herinneren, dat
hij als de secretaris alles op het terrein
der binnenscheepvaart scheen te weten.
Keijzer had een verbazend goed geheu
gen. Hij kende ieder vaarwater in ons
land, wist hoe diep en met welke afme
tingen die waren te bevaren, noemde
de doorvaartwijdten van alle sluizen en
bruggen, de hoogten der vaste bruggen,
en gaf aan met welke scheepvaarttollen
die waren belast. Van het IJsselmeer,
de Waddenzee en „Zeeland" noemde hij
niet enkel de droogten en zandbanken
op, maar ook de tonnen, bakens en lich
ten die de bevaarbaarheid bij dag en
nacht mogelijk maakten. Voorts bleek
hij op de hoogte met de wettelijke voor
schriften van elk vaarwater, alsmede
van de tollen waarmee die waren belast.
Doch met het secretariaat van „Schut
tevaer" was zijn werkzaamheid voor de
scheepvaart allerminst uitgeput. Keijzer
verzorgde ook telken jare de redactie
van de welbekende schippersalmanak,
die ieder jaar weer in vele duizendlal
len zijn weg vond in de schipperswereld.
Hij was ook bekend en gezien bij de
vele autoriteiten, die vaak bij hem kwa
men om inlichtingen.
Keijzer was een veelzijdig man. Ja
renlang was hij ook aan het onderwijs
voor schipperskinderen verbonden, niet
alleen als hoofd der Mr Harm Smeenge-
school te Amsterdam, doch ook -reeds
vóór die tijd, terwijl hij tevens veel voor
het vakonderwijs van schippers heeft
gedaan. Bij duizenden schippers was hij
dan ook gezien en geliefd als „meester"
Keijzer, meester met een kleine m, en
hebben we het wel, dan was dat de
naam die hem het liefste was en die hij
het meest van alle waardeerde.
Menigeen die hem op een vergadering
over het varen en over scheepvaartzaken
hoorde spreken, zal wel eens gedacht
hebben: hoe ter wereld kreeg de man
daarvan zoveel verstand?
Wel, die puzzle menen wij te kunnen
oplossen: het zat hem in het bloed!
Op 8 Februari 1876 is hij te Texel
geboren, waar zijn vader beurtman en
zijn voorvaders in verre geslachten zee
lieden of vissers warenOp dat tus
sen de Noord- en Zuiderzee gelegen
eiland, vlak bij een uitstekend zeegat,
waren dit vanouds de hoofdbedrijven.
En op zo'n havenplaats, in zulk een
familie, wordt de jeugd, zo ook onze
Teun, de kennis van het varen als met
de paplepel ingegeven. Pas in de broek,
dan scharrelen de boys al bij de haven,
zien het manoeuvreren der schepen, de
werkzaamheden der bemanningen en
:zodra mogelijk, gaan ze meevaren. Ook
later als ze de school bezoeken, dan wor
den, vooral wanneer de vaders ook zelf
varen, de vacanties ten dele aan boord
meegemaakt.
Ook de jonge Teun heeft.menig reisje
met zijn vader naar Amsterdam gedaan
en nam dan al spoedig aan de werk
zaamheden deel. Het scheen dat de va
der van Keijzer hij had het in ver
trouwelijke gesprek heel dikwijls over
hem een uiterst deskundig varensman
was, voorzien van een helder hoofd en
goed doorzicht. Onder diens leiding en
aanwijzing had Keijzer al gauw de va
renskunst onder de knie en zeer waar
schijnlijk zou hij ook schipper zijn ge
worden, wanneer hij niet in zijn jeugd
ziek was geworden, waarbij hij een man
kement aan het been overhield, zodat
altijd varen voor hem niet wenselijk was.
Bij de Texelse schippers voeren de ge
zinnen in de regel niet mee, die woon
den aan de wal, al was het alleen maar
om de kinderen gelegenheid te geven de
school te bezoeken, want goed onder
wijs achtten zij voor hun kinderen nood-
-zakelijk, dat was een eerste vereiste.
Naar de Texelse Normaalschool
Toen Teun de lagere school had door
lopen, stuurde zijn vader hèm, ook ge
zien zijn lichaamsgebrek naar de nor
maalschool, niet zozeer om hem voor
onderwijzer te laten opleiden, als wel
omdat dit de enige gelegenheid voor uit
gebreid onderwijs op het eiland was.
Doch het gevolg was, dat de jonge Keij
zer toch voor het onderwijs begon te
gevoelen, dat hij in 1894 de onderwijs-
acte haalde en te Spaarndam aan een
school werd geplaatst. In 1896 deed hij
met goed gevolg examen voor de hoofd-
acte.
Was Keijzer niet in het bovengenoem
de milieu grootgebracht, dan zou hij
hoogstwaarschijnlijk een doodgewone
onderwijzer zijn geworden en gebleven,
doch kleine dingen kunnen soms de ver
dere gang van iemands leven aangeven.
Keijzer kreeg te Spaarndam tijdelijk een
paar schipperskinderen op school, waar
van hem opviel, dat die, anders als hij
:n zijn geboorteplaats gewend was,
slechts zeer onvoldoende lager onder
wijs hadden genoten en nog ontvingen.
Ook bleek hem, dat dit met schier alle
schipperskinderen het geval was en dat
dezen dientengevolge in hun later leven
vermoedelijk bij walbewoners zouden
achterstaan.
Van toen af liet hem deze zaak niet
los, bleef deze wantoestand zijn aan
dacht trekken. In Amsterdam, waar hij
in 1898 aan de school Elandsgracht werd
geplaatst, kreeg hij weer schipperskin
deren in de klas en daar kwam hij al
spoedig in aanraking met andere be
langstellenden in het schipperskinderen-
onderwijs.
Reeds in 1882 was in Friesland een
schoolfonds voor schipperskinderen op
gericht door Ds Dornsseiffen, in 1884 ge
volgd door dat voor Drente en Overijsel,
in 1895 door dat van Oudetonge, doch
de eigenlijke pionier voor dat onderwijs
schijnt een vroegere secretaris van
„Schuttevaer", de heer Varekamp te zijn
geweest. Keijzer herinnerde zich nog al
tijd een gesprek tussen Varekamp en zijn
vader, waarbij eerstgenoemde een lans
brak voor het ligplaalsonderwijs, wat de
oude Keijzer wel nuttig, maar toch ei
genlijk lapwerk oordeelde. Deze was van
mening, dat een stand in de maatschap
pij de plaats innam die hem toekwam.
De schippersstand had altijd een hoge
plaats ingenomen, doch zou die verlie
zen tengevolge achterstand in ontwikke-
ling.
(Zie vervolg pagina 4)
PUBLICATIE VAN DE
CULTURELE RAAD
Woensdag 16 November
Den Burg, Oranjeboom, filmavond Coöp.
Boerenleenbank.
Den Burg, Doopsgez. kerk, bazar t.b.v.
de eigengemeente.
Vrijdag 18 November
Den Burg, de heer A. Viruly bespreekt
voor het Nut zijn boek „De zee en de
overkant".
De Cocksdorp, Wijkgebouw, bazar t.b.v.
de Ned. Herv. Gemeente.
Zaterdag 19 November
Den Burg, Oranjeboom, Rederijkerska
mer UDI speelt „Verbroken banden".
De Cocksdorp, Wijkgebouw, bazar t.b.v.
de Ned. Herv. Gemeente.
Oosterend, Wapen van Amsterdam, ad-
spiranten-uitvoering Gymnastiekver.
Oosterend.
INZENDING PREDIKBEURTEN
De opgave van de predikbeurten heb
ben wij voor de goede gang van zaken,
voortaan graag Woensdags in ons bezit.
Red.
TEXELSE MARKT
Aangevoerd 14 November 1955:
6 koeien 700850; 10 graskalveren 200
300; 10 pinken 350450; 11 schapen
90115; 42 biggen 4565; 9 nuchtere
kalveren 4055.
Vraagt Uw leverancier:
GESLAAGD
Mevr. A. Huizinga-Voigt, „De Smul-
pot", Den Burg, deed te Amsterdam met
gunstig gevolg examen voor het diplo
ma vakbekwaamheid consumptie-ijsbe-
reidingsbedrijf.
EEN UUR LOON VOOR DE
MEDEMENS
Naar wij vernemen heeft het perso
neel van de N.V. TESO besloten een uur
loon af te staan voor het comité vluch
telingenhulp. Een prachtig voorbeeld,
dat aller navolging verdient.
NIEUWE POSTTARIEVEN
Met ingang van 15 November is de
prijs van het luchtpostblad van 30 cent
verlaagd tot 25 cent; tegelijkertijd wer
den de pakketposttarieven voor binnen
lands verkeer verhoogd. Tevens is de
bestaande gewichtstrap boven 5 t.m. 10
kg vervangen door twee nieuwe ge-
wichtstrappen, nl. boven 5 t.m. 7 kg en
boven 7 t.m. lö kg. De nieuwe tarieven
worden als volgt: tot 1 kg f0,60; 1 t.m.
2 kg f 0,75; 2 t.m. 3 kg f 0,85; 3 t.m. 5
f 1,5 t.m. 7 kg f 1,20; 7 t.m. 10 kg
f 1,40.
DE ENKABE
VOORLICHTINGS-FEESTAVOND
Maandag en Dinsdag wordt in „De
Hoop" door lévensmiddelenbedrijf Kik
kert, De Cocksdorp, een interessante
avond geboden, die evenals vorige keer
zeer in de smaak zal vallen, letterlijk en
figuurlijk, want de bezoekers wacht een
alleraardigst programma met schetsjes,
film, tractaties, de kans op het winnen
van een fles wijn en niet te vergeten de
Met mej. RLeidekkers en de heer Timmer als de sterren van de avond
en de overige spelers over het algemeen ook goed op dreef heeft „Sint Jan"
Zondagavond voor een nagenoeg geheel gevuld Casinomet groot succes
het toneelspel „Onno" van Theo S. Marius'voor het voetlicht gebracht.
„Ik wou, dat „Onno" nou maar kwam", liet een sterk medelevende toe
schouwster zich ontvallen, toen het dramatische gedeelte haar hoogtepunt
ging bereiken„Ja, nou wordt het spannend", hernam een ander.
„Sint Jan" had een alleraardigst stuk
gekozen en onder regie van kapelaan
Stam wisten zij er een zeer geslaagde
opvoering van te maken.
Het verhaal was min of meer melo
dramatisch, maar het slot in ieder geval
een happy-ending, wat die arme jongen,
„Onno" dan ook best verdiend had na
alle spanningen, welke hij te verwerken
had gekregen, wat in gelijke mate trou
wens geldt voor zijn „Wieske".
Wij maakten kennis met de familie
Webbing, die ergens in Brabant 'n klein
cafeetje dreef. De rollen van vader en
moeder Webbing werden vertolkt door
C. Witte Dzn. en mej. Hanna Bakker
van „De Atlas", hun oudste dochter
Wieske was mej. Iet Ran Nd., hun jong
ste, Joke, mej. Annie Bakker, „De At
las", hun pleegzoon Onno, de heer H.
Schrama Hzn., Ome Gijsje, de heer J.
Timmer, P.H. Polder, de hulpvaardige
buurvrouw mevr. N. Zijm-van Sam-
beek, de misdadige broer Gee, oorzaak
van alle consternatie, de heer J. Ver-
voort en „Opium-Anna", in feite mevr.
Lindberg, de moeder van Onno, mej. R.
Leidekker.
In het rustige dorpscafeetje rolde het
leven genoeglijk voort, maar toen papa
voldeed aan de uitnodiging een baan als
interessante demonstraties, waarbij men hotelhouder te Amsterdam te accepteren
meteen de proef op de som zal kunnen
nemen en zich o.a. te goed zal kunnen
doen aan een bord soep, kop koffie,
worst en wijn. Zie ook de adv.
Nesm dadelijk Kruschen
bij de eerste aanwijzing
van Rheumatische Pijn.
Waarom eerst een lange lijdensweg - 'n
lijdensweg bergaf? Roep die sluipende
pijnen vandaag nog een „Halt" toe.
Neem Kruschen. Kruschen is een volko
men natuurlijk middel; de zes minerale
zouten die het bevat, sporen de bloed
zuiverende organen aan tot krachtiger
werking. Die voeren dan weer de on
zuiverheden af, 'die nu het bloed veront
reinigen en oorzaak zijn van Uw lijden
en pijn. Daarom - wacht niet langer; be
gin er vandaag mee.
kwam het gedonder in de glazenkast
want daar kwam hij in contact met de
onderwereld, d.w.z. een complot, dat zich
snel wenste te verrijken door het han
delen in opium. Tussen de bedrijven
door kregen we de scènes in eigen kring:
vader Webbing verbood ten strengste
GIFTEN WITTE KRUIS
De Koog: F. T. 25,—.
Den Burg: B. 2,50; L. V. 2,50; P. 2,50;
C. K. 2,50; S. W. 2,50; J. H. 2.50; J. K.
2,5a; Wed. W.-E. 50,—.
Oudeschild: J. D. 2,50; C. J. S. 2,50;
D. W. 2,50.
Eierland: J. D. 2,50; v.d. H. 2,50; S.
2,50.
Oosterend: N. N. 150,—; P. P. 2,50;
P. A. v.d. V. 2,50; J. v.d. V. 2.50; B. v.d:
V. 2,50; P. D. 2,50; T. D. 2,50: J. 2,50.
Hotel „De Lindeboom-Texel" was tot
de laatste plaats bezet, toen daar door
de N.V. Nederlandse Kali Import Mij.,
Amsterdam, een zeer interessant film
programma geboden werd in samenwer
king met de Vereniging voor Bedrijfs
voorlichting, de C.V. C. R. Keijser Co,
de Centrale Coop. LTB; en de Coöp.
Aankoopver. Texel".
Na opening door de heer A. Dros Bzn.,
voorzitter van de Bedrijfsver. was het
woord aan de filmoperateur, die ons al
lereerst meenam naar de uitgestrekte
graslandbedrijven, die zulk een belang
rijk percentage uitmaken van onze, lang
zaam maar zeker verminderende, opper
vlakte cultuurgrond. Echter, niet alle
weiden kunnen de toets dér critiek door
staan: 50 pet mag goed genoemd worden,
30 pet matig, de rest, 20 pet dus, uitge
sproken slecht. De film nu toonde ons
duidelijk aan wat onder goed en slecht
grasland wordt verstaan. Men behoefde
geen insider te wezen om dit te kunnen
constateren, men behoefde zelfs niet
het praedicaat mens te dragen, waar de
koeien zélf wel de gave des onderscheids
deelachtig bleken. Goed gras of slecht
gras, een enorm verschil in opbrengst,
terwijl de oogstwerkzaamheden er geen
haar om verschillen. Waar meer dan de
helft van onze cultuurgrond uit gras
land bestaat is het dus zaak er voor te
zorgen, dat onze weiden deel uitmaken
van de goede 50 pet.niet waar en
om dit te bereiken dient men, waar no
dig, de grond te verbeteren door de toe
diening van de gewenste hoeveelheden
meststoffen.
Het spreekwoord zegt terecht „Mesten
is melken". Hoe en waarmee en wan
neer bemest men zijn land? De film,
aangevuld door de commentator, de heer
E. Bruggink, gaf ons daarvan een voor
zichzelf sprekend beeld. Men dient reke
ning te houden met de vruchtbaarheid
van de grond. Via het grondonderzoek -
dat de kosten van 8-10 gld meer dan
waard is - komt men in het bezit van de
diagnose, waarnaar de bemesting moet
geschieden. Dankzij de diagnose be
hoeft men niet meer zoals voorheen in
het wilde weg lukraak te bemesten,
maar is men in staat ieder perceel „het
zijne" te geven. Zodoende kan men te
overvloedige bemesting voorkomen en
dus geld besparen, terwijl de nadelige
gevolgen van een tekort bemesten even
eens vermeden kunnen worden.
Vaak ziet men nog - misschien niet
op Texel? - dat de bemesting op een ze
kere traditie - zoals vader en grootva
der dat deden - berust: m.a.w. het
dichtstbij gelegen perceel wordt beter
bedacht dan de verderaf gelegen gron
den. De gevolgen kunnen niet uitblijven.
Het is zaak de mest zo gelijkmatig mo
gelijk over alle percelen te verdelen.
Daardoor werkt men met het grootste
effect en gooit men geen geld waarde
loos over de balk. Maakt U met de gier,
meststof van Uw eigen bedrijf, ook eens
een extra ritje naar een wat -verderaf
gelegen perceel, het. loont de moeite,
waar de gier altijd nog 1 pet zuivere
kali bevat.
Een der eerste voorwaarden voor een
juiste, toepassing van de bemestingsleer
is rekening te houden met het feit, dat
wat aan de grond wordt onttrokken ook
op de een of andere manier aan diezelf
de grond teruggegeven wordt.
Gebruikt men het grasland uitsluitend
als weide, dan krijgt men een groot deel
van de kali en de fosfaat met de gier
en de stalmest terug. Het verlies kan
wat de kali aangaat op 20 kg worden
gesteld; bij gebruik van het land als
hooiland en naweide: na eenmaal maaien
gaat er 100-120 kg verloren, na twee
maal maaien 200 kg.
Uiteraard is dit, aldus de heer Brug
gink, geen norm, waar de vruchtbaar
heid van de bodem als de graadmeter
moet worden aangemerkt.
Wanneer is het de geschiktste tijd om
de kalibemesting toe te dienen? In ver
band -met de zeer drukke werkzaam
heden gedurende het voorjaar is het
zaak de kalibemesting, althans wat het
grasland betreft, tijdens de herfst toe te
passen. Gedurende de zomer wordt de
kali vaak samen met de stikstof toege
diend en dit kan zonder enig bezwaar.
Hierdoor gaat men zelfs een te luxe
consumptie van het gras tegen. Spreker
vestigde ook nog de aandacht op het
feit, dat het ene gewas veel meer kali
nodig heeft dan het andere.
Nadat de films „De Trouwe Aarde"
en „Het waardevolle gras" waren ge
draaid - juweeltjes van landbouwwerk
tuigen passeerden de revue - werd er ge
legenheid gegeven tot het stellen van
vragen. Er werden opmerkelijk weinig
vragen gesteld. De eerste vraag was of
het ontstaan van kopziekte in verband
kan staan met het aanwenden van kali.
Geantwoord werd dat de Kali Import
Mij. met dat doel 500 bedrijven had be
zocht. Op 140 bedrijven daarvan was
kopziekte geconstateerd. Zeer vele daar
van hadden een zeer laag kali-gehalte in
het contact tussen Onno en Wieske, om
dat Onno het kind was van een vrouw,
die in zijn ogen het evenbeeld van de
duivel zelf was, in feite was zij echter
door broer Gee, „De Schim", in de val
gelokt en leed zij een bestaan, dat haar
weliswaar geen windeieren legde, maar
toch geen voldoening gaf: zij zag echter,
door de schurk gechanteerd, geen uit
weg. Door louter toeval werd de vader
van Wieske ook door haar geslachtof
ferd. Maar hierdoor kwam zij in contact
met haar zoon, Onno, die zij als kindje
had moeten afstaan waar haar anders
de gevangenispoorten zouden zijn ge
opend. De enige mogelijkheid was de
vlucht naar Amerika.
Maar het getij keert. Zij tracht Onno
te helpen en wie goed doet, goed ont
moet: de schurk verongelukt als hij haar
„onschadelijk" wil maken en de laatste
hinderpaal verdwijnt op de weg, die
Onno en Wieske een gouden toekomst
belooft.
„Sint Jan" heeft niet het gemakkelijk
ste stuk gekozen. Zo was de rol, die
„Onno" was toebedeeld verre van een
voudig. De heer Schrama wist deze ech
ter heel aannemelijk uit te beelden. Hij
liet wel héél goed uitkomen, dat al zijn
geluk, een samengaan met Wieske, zijn
enige levensdoel was. Hoe vocht hij te
gen het noodlot, verergerd nog door het
feit, dat men hem als sollicitant telkens
weer afwees wegens zijn lichaamsge
brek. Mej. Ran was als Wieske een heel
goed tegenspeelster, die heel aardig spel
te zien gaf. En ditzelfde mogen wij zeg
gen van mej. Annie Bakker, die als Joke
het zorgeloze, bakvisje uitbeeldde en daar
flink kaas van gegeten had.
De heer C. Witte hebben wij ook wel
eens slechter zien acteren, alleen was het
erg jammer, dat de grimeur van hem
niet een wat oudere baas had gemaakt:
als wij daar diens zwager Ome Gijsje
tegenover stelden was dat een verschil
van dag en nacht, niet waar? Mevr. N.
Zijm-van Sambeek hebben wij zelden
zo' vlot zien spelen. Dat liep gesmeerd.
Mej. Hanna Bakker deed het verdien
stelijk als mevr. Webbing. De heer J.
Vervoort droeg eveneens belangrijk bij
tot het succes van deze avond. De gri
meur had ook flinke aandacht aan deze
figuur besteed en het was dan ook écht
Staatsvijnd nr. 1. Mej. R. Leidekker
hebben wij al eens eerder, maar dan in
een stukje voor de jeugd zien optreden;
wij menen ons te herinneren, dat zij toen
de duivel zelf vertegenwoordigde. Dit
maal was zij als Opium-Anna eveneens
een griezelige figuur, tenminstezo
lang zij diè rol spelen moest: na de ge
daanteverwisseling was zij een moeder
uit duizend - een uitstekende kracht
voor „Sint Jan" dus.
Tenslotte: de heer Juul Timmer. Wij
vrezen in herhaling te treden als wij
opmerken, dat hij weer de man van de
vrolijke noot was. Wat hebben wij alle
maal weer gelachen om zijn malle frat
sen; het lijkt wel of de schrijver precies
wist, dat deze medewerker op de plan
ken zou komen!!
Al met al dus een geslaagde avond,
waarmee wij „Sint Jan" van harte feli
citeren.
de percelen. Bij de overige bedrijven
daarentegen waren er zeer velen, die
een hoog, ja dikwijls te hoog kali-gehal
te in gras en grond hadden. „Wij gelo
ven dan ook, dat men de oorzaak van
deze ziekte meer in een andere richting
moet zoeken: de voeding van het dier
kan immers zulk een belangrijke rol
spelen. Kopziekte toch treedt vaak op bij
de overgang van de stal naar de weide.
Daarom is het verstandig deze overgang
zo geleidelijk mogelijk te laten geschie
den. Men voedere dan bij met koly-
draatvrije producten. Wellicht kan men
het euvel daardoor onder de knie krij1-
gen of zelfs geheel voorkomen".
De heer Rutten vroeg of het niet mo
gelijk was, dat bij zomerdag de zode
kan verbranden bij toediening van kali.
Antwoord: Dit is niet denkbeeldig, maar
kan vermeden worden door niet te be
mesten tijdens nat weer: bij droog weer
wordt dit gevaar nl. afdoende beperkt,
vooral als men wat meer-korrelige kali-
zouten gebruikt.
Vervolgens werd de film „De andere
oogst" vertoond. Wij daalden tot dui
zend meter diep naar een Franse kali
mijn. De kali komt nl. uit Frankrijk -
de Elzas, Duitsland, Rusland en Spanje.
Diep onder de grond, bij een zeer hoge
temperatuur en vechtend tegen het stof
van het kalizout, dat alsmaar aanleiding
geeft tot grote dorst, heeft de mijnwer
ker een verre van gemakkelijk beroep
en het commentaar van een der Texe
laars: „Slecht werk, dan mag je nog
liever hokken zetten", sprak boekdelen.