De Raad kwam
bijeen
Gijs de Peur
De meerderheid van de Gemeenteraad
bleek het niet eens te zijn met de meer
derheid van de commissie, samengesteld
uit deze raad, die tot taak had een
onderzoek naar de begrotingen voor
1958 in te stellen, en welke zich afvroeg
of het onder de gegeven omstandigheden
wel juist is de bouw van een nieuwe
school in Midden-Eierland op de be
groting te handhaven. B. en W. hadden
al geantwoord, dat schrappen niet ver
standig zou zijn, omdat de regering ur
gentie toekent aan woningbouw èn
scholenbouw, terwijl het betrokken ge
val zelf inderdaad als urgent moet wor
den beschouwd. Daarom kwamen B. en
W. met het uitdrukkelijk advies deze
post te handhaven.
De heer J. Daalder bleek niet steevast
in de toekomst van de Midden-Eierland-
se woonkern te geloven, maar de voor
zitter betoogde, dat bouw van een nieu
we school de consolidering van de
bouwkern juist ten goede zou komen. De
heer P. Smit ondersteunde deze visie en
drong dan ook mét het merendeel van
de raad aan op handhaving van deze
belangrijke post. De heer S. van der Vis
zei, dat hij ervan overtuigd was, dat
alle raadsleden Midden-Eierland een
nieuwe school gunnen, maar dat hij met
het oog op de bestedingsbeperking het
verstandiger achtte om de post op de
begroting te plaatsen als er meer kans
van slagen zou zijn. Wethouder Hin
merkte op, dat de mechanisatie in de
landbouw toeneemt en dat dit een kans
geeft op aantrekking van meer vaste
arbèiders. De heer Alb. Dros kon de
mening van de heer Daalder niet delen
en geloofde wel degelijk in de toekomst
van Midden-Eierland. Wethouder De
Waard zag in handhaving van de post
eveneens een stimulans voor uitbreiding
van de woonkern. „Als wij de post
schrappen, werken wij de bouwplannen
aldaar zelf tegen". Mevr. J. Koning-
Bruin vreesde, dat de investeringsbeper
king tot werkloosheid zou gaan leiden
en waarom zou men dan niet alles in
het werk stellen om een object, dat
werk geeft, er door te krijgen?!
De begroting meldde voorts een post
voor het aanbrengen van een trottoir
langs de Emmalaan. Ook hierover waren
de meningen nogal verdeeld. Er waren
er, die vonden, dat eerst de Wilhelmina-
laan met een trottoir verrijkt moest
worden, temeer omdat aan het betref
fend deel van de Emmalaan (nog) geen
woningen staan. Maar er werd opge
merkt, dat de Wilhelminalaan belang
rijk breder is en men daar voor het
snelverkeer gemakkelijker uit de voeten
komt. De heer J. Daalder stelde voor
aanleg van het trottoir te schrappen.
Hij werd daarin' gesteund door mevr.
Vrijdag en de heren Vlaming, Beumkes
en Van der Vis. De meerderheid stond
dus achter B. en W.
Mevr. Koning-Bruin hoopte, dat B.
en W. de belangen van huize „Irene"
met „hand en tand" zouden blijven ver
dedigen. „Mocht de post toch afge
voerd worden, wilt U dan toch telkens
weer op de urgentie ervan attenderen?!"
Tenslotte werd de begroting z.h.st.
aanvaard, waarop de raad besloot de
minister te verzoeken om de algemene
uitkering uit het gemeentefonds tot 'ri
zodanig bedrag te verhogen als nodig
is om het tekort van 241.000,op te
heffen.
De raad heeft dus niet zo erg veel
moeite met de begroting gehad. De
nog steeds bestaande merkwaardige fi
nanciële verhouding rijk-gemeente zal
daar overigens niet vreemd aan zijn.
De raad benoemde de heren A. Dros
Bzn., J. Buisman, M. W. Koorn, B.
Oostra en J Daalder wederom tot leden
van de „woningtoewijzingscommissie".
De heer Jac. van Wolferen, Egmond
aan Zee, werd benoemd tot hoofd van
de o.l.s. te Den Hoorn en de heren Tj.
Vos, Amsterdam, en W. Conijn, Rijswijk,
resp. tot onderwijzer aan de o.l.s. te
Oosterend en Den Burg
Wij meldden reeds, dat de heer S.
Brandsma, Dronrijp, tot directeur van
de Vétérinair-Hygiënische Dienst werd
benoemd.
Besloten werd deel te nemen aan de
oprichting van de Stichting Schooltand-
verzorging Noordwest-Noordholland.
Ook besloot de raad tot verhoging van
het maximaal toelaatbare crediet op
FEUILLETON
door J. G. J. Bax
(Slot)
Sivous had voor alles gezorgd, de
zaak was feestelijk met groen en planten
versierd, er hingen slingers en guirlandes
en de bloemen die zij hadden gekregen,
waren overgebracht. De tafeltjes waren
tegen elkaar geschoven, zodat het hele
gezelschap aan één lange tafel zat.
Sivous was ook gast en wel in zijn kwa
liteit van voorzitter van de klaverjas-
vereniging, zijn beide dochters zorgden
voor de bediening. Zo juist hadden en
kele leden van de Harmonie een stukje
ten beste gegeven. Het was slechts een
deputatie, voornamelijk bekenden van
Rinus, die uit het hoofd konden blazen,
want het was buiten donker. Zij kwamen
nu binnen met stijve vingers van de
kou, want het was nog knap fris en na
men eveneens aan de tafel plaats.
Het bruidspaar zat in de versierde
stoelen in het midden van de tafel. Ma-
rietje straalde van vreugde en geluk,
Rinus zat trots naast haar, telkens boog
hij zich naar haar over om voor de zo
veelste maal te vragen, of zij het gezel
lig vond. En gezellig was het aan de
lange feestelijke tafel, een ieder voelde
zich op zijn gemak. Zij zaten immers in
hun oude stamcafé.
Het was een zeer groot gezelschap,
behalve de familieleden, waren ook Frans
Vermeulen met Gerda aanwezig, voorts
Lange Jan met Greet, thans zijn vrouw,
grond van de met de Stichting Sociaal
Toerisme Texel aangegane rekening
courant-overeenkomst. Dit maximum
werd hierdoor van 125.000,op
175.000,gebracht. Mevrouw Vrijdag
wilde geacht worden te hebben tegenge
stemd. De voorzitter merkte op, dat de
bezetting van de kampeerterreinen der
stichting driemaal zo groot was geweest
als in 1956. De toiletinrichting dient te
worden uitgebreid, aanplant dient ter
hand te worden genomen en het water
leidingnet door de duinen moet ook
weer verlengd worden.
Hoeveel er in onze gemeente „omgaat"
bewees het voorstel om het bedrag waar
voor maximaal kasgeldleningen kunnen
worden gesloten en maximaal debet-sal-
di in rekening-courant kunnen worden
toegelaten op te voeren tot.... 5,5 mil
joen gulden.
Rondvraag
Mevr. G. Vrijdag-Keijser vroeg of het
niet mogelijk zou zijn om het te bouwen
gymlokaal voor de r.h.b.s. voor gecom
bineerd gebruik door de gemeente te
benutten. Voorts wees zij op het nog
steeds bestaande parkeerprobleem te
Den Burg. Zij vroeg of men de auto's
niet naar buiten de dorpskern gelegen
singels kon dirigeren aan de hand van
richtingborden. Men heeft n.l. de nei
ging om zijn auto zoveel mogelijk in
het centrum te plaatsen. De heer P.
Smit vertelde, dat hij op een zondag
ochtend in de Molenstraat twaalf fietsen
uit de weg moest ruimen teneinde er
met de melkauto langs te kunnen. Het
zit 'm dus niet alleen in de automobilis
ten, maar in de weggebruikers in het
algemeen. Borden negeert men. Burge
meester De Koning stelde tot zijn vol
doening vast, dat het eenrichtingsver
keer goed gewerkt heeft. Overigens had
hij de politie tijdens de maandagse
marktdrukte verre van beneid.
De heer W. Wassenaar had vernomen,
dat aan een zevental gemeentearbeiders
in losse dienst ontslag was geschiedt op
een tijdstip, waarop men ook in de
vrije bedrijven moeilijk meer aan de slag
komt. Bovendien waren er onder deze
mensen werkkrachten, die al geruime
tijd bij de gemeente in dienst zijn. De
heer Wassenaar hoopte, dat er een rege
ling kon worden gevonden om hen aan
het werk te houden en hij stelde tenslot
te nog voor om, wie al geruime tijd bij
ae gemeente werkt in vaste dienst te
benoemen.
De voorzitter kon hem de geruststel
lende mededeling doen, dat voor deze
arbeiders reeds een regeling in de maak
is, in gemeentelijke sfeer. Het gaat ook
B. en W. ter harte, maar de gemeente
is nu eenmaal aan financiële grenzen
gebonden. Wethouder Hin betoogde, dat
B. en W. alles doen om deze arbeiders
aan het werk te houden en veronder
stelde, dat zij per 1 november via een
nieuwe regeling weer volop werk zullen
hebben. Wethouder De Waard lichtte
eveneens de financiële situatie toe en
merkte op, dat gemeentewerken destijds
op de stoel van sociale zaken is gestapt.
De heer F. L. de Grave vroeg of het
niet mogelijk is om ten gerieve van
automobilisten, die hun wagen in Plan-
Zuid geparkeerd hebben een voetpad
aan te leggen tussen Warmoesstraat en
Groeneplaats. Weer anderen vroegen
schertsend of er geen luchtbrug of een
tunnel aangelegd kon worden.
De heer S. van der Vis vertelde, dat
het kerkhof, dat in het centrum van het
bungalowdorp te De Koog is gelegen,
door de jeugd als voetbalveld wordt ge
bruikt Zoals bekend is dit kerkhof al
lange tijd niet meer in gebruik, maar er
staan nog altijd twee grafmonumenten
op.
BOERDERIJBRANDEN IN JULI
In juli zijn 42 boerdenjbranden voor
gekomen, waarbij de boerderij vernield
of zwaar beschadigd werd. Vijf van deze
branden kwamen voor in Groningen; vijf
in Friesland, zes in Drente, zes in Over
ijssel, vijf in Gelderland, drie in Noord-
holland, twee in Zuidholland; één in
Zeeland, acht in Noordbrabant en één
in Limburg.
De directe schade door deze branden
aangericht wordt geraamd op 1.724.000.
Zes van deze branden kwamen voor
door hooibroei; een en twintig door blik
seminslag; twee door sluiting in elektri
sche installatie; één door brandende si
garet; één door hel spelen met vuur, ter
wijl in elf gevallen de oorzaak onbekend
bleef.
de Rooie, boer Janus en Van den Berg.
Willem van de melkstal en nog andere
leden van de kaartclub, velen met hun
vrouwen of meisjes. Nadat Jan op veel
vuldig verzoek zijn beroemd geworden
solopartij ten gehore had gebracht, ver
scheen nog een late gast. Ieder keek
nieuwsgierig wie er binnen kwam.
„De dokter!" klonk het verwonderd
van mond tot mond. Verwonderd, maar
tevens verheugd, want de jonge dokter
was zeer gezien onder de gewone dorpe
lingen, die het als een grote eer be
schouwden, dat dokter op hun feestje
kwam. Hij werd dan ook op zijn alge
mene groet: „Goeie avond, allemaal!"
hartelijk met „Dag dokter" verwelkomd.
Met een kleur van blijdschap en ver
legenheid stonden Marietje en Rinus op,
toen de dokter op hen toekwam en hen
feliciteerde. „Dank u wel, dokter" be
dankte Rinus hem, „wij vinden het een
grote eer, dat u speciaal hierheen geko
men bent om ons te feliciteren en ook
namens Marietje, ik bedoel mijn vrouw"
verbeterde hij verlegen lachend, „dank
ik u voor de mooie bloemen". „Ja, dok
ter" stemde Marietje in, „ze waren
prachtig. Ze waren zo mooi, dat we ze
thuis gelaten hebben".
„Geen dank", weerde de dokter af,
„maar ik moet eerlijk bekennen, dat ik
niet speciaal hierheen gekomen ben, ik
Hier stopte hij even, want hij wist
zo gauw niet wat hij verzinnen moest
om zijn komst aannemelijk te maken.
Hij wilde hen niet teleurstellen door te
zeggen, dat hij eigenlijk door Gijs was
gestuurd. „Ik kwam juist op de fiets
REIS NAAR DENEMARKEN
Op vrijdag 13 september j.l. vertrok
ken met de eerste boot 39 Texelaars en
1 Vlielander voor een reis naar Dene
marken. In Den Helder aangekomen
bleek daar een bus voor 50 personen te
staan met dezelfde chauffeur van het
vorige jaar, nl. Arie de Vries. Dit wekte
onmiddellijk vertrouwen, want waren
vorig jaar de haarspeldbochten in Zwit
serland onfeilbaar genomen, dit jaar
zou het langs de Deense fjorden wel
secuur rijden doch niet zo'n inspanning
van de chauffeur vergen.
Via Afsluitdijk en Friesland, dat zeer
veel overlast van water had, werd spoe
dig de stad Groningen bereikt, waar de
reisleider Jan Derk Domela Nieuwen-
huis werd opgepikt. Nu ging het langs
het Winschoterdiep naar de grens. Wat
een coasters werden hier gebouwd en
wat stonden hier een grote fabrieken
van strokarton, aardappelmeel, bouw
platen enz. en wat verhieven de boerde
rijen in Groningen zich majestueus in
het landschap. Bij Nieuwe Schans werd
de grens gepasseerd om precies 12 uur
en daarna ging het via Leer, Oldenburg,
Bad Zwischenahn en Bremen naar Ham
burg, waar de eerste nacht werd door
gebracht.
In Bremen even een uurtje pauzeren
was juist lang genoeg om de richting
aanwijzer en spiegel door een Duitse
vrachtauto kapot te laten rijden. Dit
gaf nog een half uur extra oponthoud.
Daar kwam nog bij dat het hotel 20 km
uit het centrum van Hamburg lag. Hier
door werd de maaltijd pas om half negen
genuttigd. Zodoende vertrokken pas om
ruim 9 uur 12 van het gezelschap naar
Hamburg, omdat er voor hen geen plaats
was „lm Alten Dorf" Waren ze nu
maar regelrecht naar hun hotel gegaan,
dan was dit wel goedgekomen, maar ze
meenden eerst de stad eens te willen
bezichtigen. Het gevolg was, dat ze, toen
ze om half 12 bij het hotel arriveerden,
vernamen dat hun slaapplaatsen reeds
weer verhuurd waren Tenslotte gingen
ze om half twee ter ruste met 12 man op
7 bedden.
De volgende morgen bracht regen tot
de Deense grens, maar in Denemarken
was het droog. Bij Krusaa waren we het
land binnengegaan en hier werden met
een onze hongerige magen getrakteerd
op smörebröd. Dit is fijn roggebrood met
alle mogelijke beleggingen van tomaten,
vleessoorten, eieren, sausen en niet te
vergeten groentes als rode bieten en
rode kool.
Spoedig waren we nu op excursie bij
een proefstation voor schapenteelt te
Sonderborg. Hier bleken schapen te
lopen, die een kruising waren tussen de
Engelse rassen Oxford en Hampshire. De
lammeren werden hier voor Pasen en
Pinkster verkocht aan de hotels. De dek-
tijd was hier 20 september-1 oktober.
Men verweidde om de 2 a 3 weken en
liet het land 's winters leeg liggen om
geen last van wormen bij de dieren te
hebben. Er waren ruime stallen voor de
dieren. Bijzonder mooi was hier het
uitzicht. In de nabijheid stond de his
torische molen, die driemaal in de strijd
tussen Denen en Pruisen was verwoest,
maar steeds ook weer opgebouwd was
en nu dient als nationaal monument.
Langs mooie fjorden van Aarebraa,
Kolding en Vejle, die ongeveer 25 - 30
km. uit elkaar liggen, ging het naar
Denemarkens tweede stad Aarhus. We
zagen deze plaats bij avond aan de
fjord liggen, wat door de vele lichten
bijzonder fraai was.
De zondagmorgen was voor kerkgang,
's middags werd een bezoek gebracht
aan het bijzonder fraaie stadhuis, Den
gamle Bij: „het Deense openluchtmu
seum", en de hypermoderne universiteit,
alle drie objecten, die zeer bezienswaar
dig waren en tevens een blik gaven in
de controverse Jutland-Kopenhagen. De
Jutlanders streven er naar alles in Aar
hus met Kopenhagen te evenaren en zo
mogelijk te overtreffen.
De maandag was voor een tocht door
Jutland. Eerst ging het naar Omkloster,
waar opgravingen waren van een kloos
ter omstreeks 1000. In de grafkelders
lagen de geraamtes van beroemde abten.
De kloostertuin was weer aangelegd met
dezelfde kruiden bezet als weleer, ter
wijl in een klein museum schedels be
waard werden, waaraan bestudeerd kan
worden hoe de stand van de chirurgi
sche wetenschap in die dagen was. Ver
volgens ging het door zeer fraaie bossen
in de omgeving van Silkeborg.
voorbij" loog hij daarom maar, „en het
leek me zo'n gezellige boel, dat ik niet
nalaten kon te kijken was er te doen
was, en daarom ben ik maar even naar
binnen gestapt". „Maar dokter blijft toch
zeker een glaasje meedrinken en een
boterhammetje eten?" nodigde Hoos uit.
„Goed, een uurtje kan er wel af".
Daar tikte Sivous aan zijn glas, stond
op en gaf een wenk aan zijn dochter die
een kartonnen doos voor hem op tafel
plaatste, waar hij gewichtig zijn hand
op legde. „Aanneme!" riep de Rooie
spottend. Vernietigend keek Sivous hem
aan, van alle kanten klonk het „Stilte"!
„Geacht bruidspaar", begon Sivous, „als
voorzitter van de klaverjasvereniging
„In het Baarsje" is het mij een grote eer
en genoegen U namens de leden een
cadeau te mogen aanbieden". Hier deed
hij het deksel van de doos en plaatste
een beker voor Rinus op tafel. „Wij heb
ben gemeend niet beter te kunnen doen,
dan U één van onze mooiste prijzen als
waardering voor...." „Zeg het maar
Sivous!" hielp de Rooie hem van de wal
in de sloot. „Ja, als waardering voor
ging Sivous hulpeloos verder. „Uwe
schitterende prestaties!" riep thans Wil
lem, die de toespraak ook uit zijn hoofd
kende, want ze hadden haar gezamen
lijk opgesteld. „Juist, voor Uwe schitte
rende prestaties aan te bieden". Verrast
nam Rinus de beker in zijn handen. „Het
is de echte zilveren en er staat wat in
geschreven ook", viel Sivous uit zijn
rol. Verheugd toonde Rinus hem aan
Marietje en aandachtig lazen ze samen
de inscriptie. „En ik hoop", ging Sivous
Zondagmiddag hadden we mevrouw
Domela Nieuwenhuis als reisleidster ge
kregen. Deze wilde nu even een vrien
din in Henning bezoeken wat het gezel
schap natuurlijk goedkeurde. Toen bleek
de grote gastvrijheid der Denen. Het
gehele gezelschap van 40 personen werd
binnengeroepen en getrakteerd. In deze
plaats werd bezocht het Landbouw
museum. Hier kon men allereerst de
huizen bezien zoals ze omstreeks 1900
bewoond waren. Toen was er in het
Westen van Jutland nog allerwegen
huisindustrie. We zagen in één der hui
zen mannen en vrouwen zitten te breien.
Bij andere huizen stonden plaggen tot
aan de dakgoot. Ook was er nog een
bedstede, waaruit bleek, dat de mensen
soms op heide sliepen. Verder waren
hier grote zalen met landbouwvoertuigen
en landbouwwerktuigen uit alle tijden.
's Middags ging het naar de domkerk
te Viborg, die van binnen geheel bezet
is met fresco's uit de bijbel, van Adam
en Eva, de verdrijving uit het Paradijs,
Kain en Abel enz. tot aan de Openbaring
van Johannes toe. Niet alleen de zijwan
den, ook de plafonds waren beschilderd.
Diep onder de indruk van zo grote kunst
verliet het gezelschap de kerk.
Na nog een ontginningsboerderij be
zocht te hebben, ging het weer naar het
hotel.
Dinsdags ging het van Aarhus naar
het Zuiden via Lillebaeltsbroen (de brug
over de kleine Belt 1100 m.) naar
Odense de geboorteplaats van H. C.
Andersen. De geboortewijk heeft men
in takt gehouden. Het geboortehuis van
de grote .sprookjesdichter is tot museum
ingericht. Tevens heeft men er een groot
gebouw naast gezet, waar de werken
van Andersen in vele talen tentoonge
steld staan. Van Funen werd overge
varen met een boot van 4 verdiepingen.
De onderste twee waren voor auto's, de
bovenste twee voor passagiers. We wa
ren de laatste auto, die op de boot ging.
Voordat 10 personen van ons gezelschap
waren uitgestapt, voer de boot reeds,
die ons in 50 minuten naar Seeland
bracht. Via Ringsted en Roshilde ging
het naar Kopenhagen, waar in de
jeugdherberg werd overnacht. Hier
sliepen totaal 350 personen. Toch was de
jeugdherberg maar matig bezet, want ze
bood plaats aan 800 personen.
(Zie slot volgend nummer)
MARINE RAAD BEHANDELD
RAMMEN VAN VISKOTTER
Getuige-verklaringen over ongeluk
onderzeebootjager
Hoe is het mogelijk geweest dat de
onderzeebootjager Groningen in de mid
dag van de 29e mei bij uitstekend zicht
en rustige zee het vissersscheepje TX 24
ter hoogte van IJmuiden ramde? Met
deze vraag heeft de marineraad in Den
Haag zich vandaag langdurig bezig ge
houden. Verscheidene getuigen, officie
ren en manschappen van de Groningen
legden verklaringen af die de raad een
inzicht moeten verschaffen in de nau
tische omstandigheden en mogelijk ge
maakte fouten, aldus „Het Parool".
De commandant van de Groningen,
kapitein-luitenant ter zee A. M. Nies-
sink uit Den Haag vertelde, dat op het
ogenblik van de aanvaring - waarbij
geen slachtoffers waren te betreuren -
de luitenant-ter-zee 2de klasse T. C. L.
uit Amsterdam officier van de wacht
was. De commandant zelf had zich niet
op de brug bevonden.
De voorzitter van de raad, mr. L. van
Lookeren Campagne, ging die dag stap
voor stap de gebeurtenissen na zoals
deze zich hadden voorgedaan, nadat de
spiksplinternieuwe onderzeeboot j ager
Den Helder had verlaten voor een reis
naar de Verenigde Staten. De comman
dant had bevel gegeven de snelheid iede
re vijf minuten op te voeren. Op het
moment dat de Groningen over de TX
24 voer, had het schip een snelheid van
23 mijl.
„Vond u het verantwoord om een zo
jonge officier als luitenant L. alleen op
de burg te laten?" vroeg de voorzitter.
„Volkomen", antwoordde kapitein-lui
tenant Niessink. „Hij had al vele malen
op de brug gestaan, ook bij grote snel
heden en het weer was trouwens ideaal:
geen deining en uitzonderlijk goed
zicht". De heer Niessink had pas bemerkt
dat er iets misging, toen hij zes korte
stotten op de nautafoon hoorde. Onmid
dellijk was hii naar boven gerend. Hij
had toen gezien dat de Groningen een
vissersscheepje had geramd, dat met de
kiel naar boven achter de onderzeeboot-
verder, „dat we je ook in je huwelijk
als lid van onze vereniging mogen be
houden en dat we je nog vaak in ons
midden mogen zien. Tenminste als Ma
rietje het goed vindt....", besloot hij
lachend zijn toespraak. Een luid applaus
volgde op zijn woor'den, waarna Rinus
met een enkel woord Sivous en de leden
voor het aardige geschenk bedankte.
Hierna begonnen de beide dochters, die
geregeld voor volle glazen hadden ge
zorgd, op een wenk van Hoos de tafel te
dekken. Nadat dit was gebeurd en Hoos
allen smakelijk eten had gewenst, tikte
de dokter tegen zijn glas en vroeg een
ogenblik aandacht. „Ssst", klonk het van
alle kanten, „de dokter gaat spreken".
„Geachte aanwezigen, het mag mis
schien wat vreemd lijken, dat een dokter
een toespraak houdt, want meestal luis
teren wij slechts naar wat de patiënten
te vertellen hebben, maar in dit geval
wil ik toch een uitzondering maken. Ik
zal het echter kort maken, want ik
begrijp dat velen door de aanblik van al
dit lekkers trek hebben gekregen. Ik
wens het bruidspaar veel geluk en
voorspoed in hun huwelijk en spreek
tevens de hoop uit, dat zij van al te
veelvuldige bezoeken van mij verschoond
mogen blijven.
In de tweede plaats zou ik hier ook
de beste wensen willen overbrengen van
iemand, die hier tot zijn grote spijt niet
aanwezig kan zijn, namelijk Gijs van
Lingen, ons allen beter bekend als Gijs
de Peur!
Ik wil hier verder niet ingaan op de
dank, die velen van ons hem verschul-
jager dreef. Eén man lag met een boei
in zee.
„Luitenant L. was krijtwit en kwam
met zijn armen om zijn hoofd naar mij
toe", zei de heer Niessink. „Ik heb het
commando overgenomen en de Gronin
gen achteruit naar het vissersscheepje
laten varen. Toen we er vlak bij waren
richtte het scheepje zich op en kwamen
er vier mannen te voorschijn. Wij heb
ben allen aan boord genomen en zij
mankeerden niets". De heer Niessink
was van mening dat luitenant L. hem
had moeten waarschuwen toen hij tot de
ontdekking was gekomen dat de Gronin
gen in een zodanige positie te hebben ge
bracht, dat er gevaar voor aanvaring was
ontstaan.
„Luitenant L. is er steeds van over
tuigd geweest, dat de visser zou uit
wijken, maar deze deed helemaal
niets", verklaarde de heer Niessink,
„ten onrechte overigens, want de uit-
wijkplicht rustte volgens de voorschrif
ten wel degelijk op de visser en niet
op de Groningen".
Luitenant L., die eveneens werd ge
hoord, bleef bij zijn zienwijze dat de
aanvaring was ontstaan doordat de TX
24 zijn koers had gewijzigd. „Zelfs nadat
ik zes stoten op de nautofoon had laten
geven kwam er van de visser geen en
kele reactie", verklaarde hij. En hij
voegde er aan toe: „Wanneer de visser
de onverwachte manoeuvre naar bak
boord niet had uitgevoerd waren wij hem
op zeker honderd meter gepasseerd".
De korporaals W. M. Hoogenstadt uit
Den Helder en C. H. van de Donk uit
Eindhoven, die zich beiden op het ogen
blik van de aanvaring op de brug bevon-
o'en, hadden beiden gedacht, toen de
luitenant riep: „Die visser wijkt niet
uit", dat het misging. „Je zag het aan
komen", zei korporaal Hoogenstadt.
Geblindeerd
Na de leden van de bemanning van de
onderzeebootjager Groningen te hebben
gehoord, luisterde de marineraad naar
de verklaringen van een opvarende van
de TX 24.
De matroos-motordrijver A. Vonk uit
Oosterend zei, dat hij zich op een waar
schuwingssignaal achterover boog om
naar stuurboord uit te kijken. Daar zag
hij een grauwe massa met grote vaart
op de kotter afkomen. Hij zette de motor
op achteruit en riep zijn kameraden in
het vooronder. Het volgende ogenblik
werd hij overboord geslingerd. Boven
water gekomen zag hij kans een boei te
grijpen.
Matroos Vonk vertelde, dat de stuur
hut aan stuurboordzijde gedeeltelijk was
geblindeerd door 'n houten schot, waar
aan het echolood was bevestigd en door
de uitlaat van de motor. Hierdoor had
de stuurhut van de kotter een blinde
hoek. Weliswaar had matroos Vonk
ongeveer een uur voor de aanvaring een
schip gezien - naar alle waarschijnlijk
heid de Groningen - maar aan boord
van de kotter heeft men daarop geen
acht meer geslagen. „Ik had dat schip
niet zo snel verwacht. Het verraste me
volkomen", verklaarde hij ter zitting.
Te zijner tijd zal de marineraad de
uitslag van het onderzoek bekend maken.
DAMCLUB TEXEL
A.:
C. Dijker-P. W. Kooi 2—0
S. v. Heerwaarden-S. v. Heerwaarden
Johzn. 11
C. Meedendorp-S. Bakker 20
C. v. Heerwaarden-J. Hooijberg 11
S. Ros-Jac. v. Heerwaarden 11
B.:
A. Vinke-D. v.d. Werf 20
J. J. de Beurs-C. P. Burger 20
Jn. Stam-R. Zijm 02
C. v.d. Werf-J. Vinke 0—2
C.:
Jb. Koorn-P. Bruijn 20
J. Hillen-J. A. v. Enst 2—0
P. W. Kooi wist al heel vroeg dat er
niet meer dan een nul voor hem inzat
en niet zo heel veel later strafte C. Mee-
dendorp een slechte zet op de juiste
wijze af. Voor Siem Jr. is de behaalde
1 al zeer eervol, maar waarschijnlijk ook
wel iets meer dan de partij liet ver
wachten.
In B. nog geen remise, maar wel een
late partij tussen J. J. de Beurs en C. P.
Burger, die tenslotte door meerderheid
beslist werd. Het verzetten van de klok
na de eerste tijdscontrole werd verzuimd,
wat de duur van de partij onnodig lang
maakte.
In C. mankeerden er ook nog enkele
afbenchten. Even een berichtje s.v.p!
digd zijn. De ingewijden weten wat ik
bedoel. Zonder zijn toedoen zouden wij
hier waarschijnlijk niet om deze wel
voorziene dis geschaard zitten, althans
niet methoe zal ik het zeggen, met
dezelfde hoofdpersonen. Hij heeft mij
verzocht u op deze gedenkwaardige dag
dit couvert te overhandigen.
Hier haalde hij een couvert uit zijn
binnenzak en overhandigde het aan
Rinus. Deze keek verwonderd naar het
blanco couvert, maakte het voorzichtig
met een mesje open en haalde er een
document uit dat hij aan Marietje toon
de. Getroffen zei hij zachtjes: „O, Ma
rietje, de schuldbekentenis". Daarna
toonde hij de dokter het document en
herhaalde nog eens: „De schuldbekente
nis! Hoe moet ik Gijs daarvoor bedan
ken, maar dat mag ik toch niet...."
„Ja, Rinus", nam de dokter weer het
woord, „doe hem dat plezier, maar
spreek niet van dank, want ik weet ze
ker, dat het niet Gijs' wens is hierbij
lang stil te staan, vooral niet op een
feestdag als deze. Ik verzoek daarom de
aanwezigen een glas te drinken op het
spoedige herstel van Gijs van Lingen,
ons aller.... GIJ DE PEUR!"
EINDE.
BIBLIOTHEEK DE KOOG
De Reizende bibliotheek te De Koog
wordt weer opengesteld. De uitlening
vangt aan op donderdag 3 oktober a.s.,
n.m. van 4-5 uur in de Lubertischool
en voorts iedere donderdagmiddag, zelf
de tijd en plaats.