'Albert Heijf
NIEUWE
PRIJSWINNER Tjr
maakt u het leven goedkoper! j
10 procent korting
Albert Heijn laat nieuwe klanten aan 't woord:
Bruine bonen
bonen
Vet spek gerookt
Fijne snijworst T 43
Ontbijtspek 32
Leverworstsaks gZ 49
Leverpastei per blik 37
Pindakaas ia drinkglas 59
Boterh.korrels39
Snijbonen literblik 99
Doperwtenniddd 69
Doperwten «tddel ">*93
Erwten met wortelen blik 55
Koffie
Thee
250 75
Prima Cacao gram
Biscuits Zaanse Molen rol 35
Droptoffee's JS 49
Calif, pruimen g™35
Abrikozen 150 gram 49
Siam-rijst
Macaroni 99
Geld. ham 100 gram 45
Maizena per pak 19
Rookworst qq's
Kapucijners 35*
Grauwe erwten T 52»
Groene erwten 5g° 29°
Spliterwten g™ 31j
Zuurkoolspek gram 59:
Zuiver rundvet gram 55,
ONZE SPAARRENTE
\sWEER VERHOOGD
Volkswagenbusjes
Tijdens de uitverkoop
C. J. Visman, Cocksdo
Het hoofd koel
en de voeten warm
warme schoen, laars of
pantoffel.
Mantje's Schoenhandel
Gebraden gehakt
Haring intom.saus3blikjes1 00
n «nn Appelmoes ^.*79
SJWOSL.M00 Bruine bonen,», 69
Tafelbeschuitg 26 Kapucijners
FORMOSA BISCUITS pak ±250 gram 39
ZAANSE KOEKEN bus 20 stuks 49
Onvoorwaardelijke Kwaliteitsgarantie
Bij AH 68 artikelen in prijs verlaagd!]
9 over het volle tegoed
dagelijks opvraagbaar
Coop. Boerenleenbank te Texel
Jo of René
REPARATIES
KUNSTGEBITTEN
Sneller, beter en
goedkoper I
Mevr. A. C. A. Boer,
Warmoesstr. 46. Den Burg
te huur voor kleine gezel
schappen met en zonder
chauffeur.
Van Koningsbruggen
Loodsgracht 22
Den Helder, tel. 2026
geven wij
op al onze artikelen.
Uitgezonderd klompen, olie en laarzen.
Speelgoed 20 procent kortin;
Verder nog vele aantrekkelijke koopjes. 1
Uitsluitend contant
Voor Uw hoofd moet U zelf
rr.aar voor warme voeten
kunnen wij zorgen.
Voor ieder doel een heerlijke
DIE
HIELP ME UIT DE
DROOM!
Ik heb nooit zo erg op de prijzen gelet - tót
die radicale prijsverlaging van Albert Heijn
kwam... Toen werd ik met m'n neus op zó'n
groot prijsverschil gedrukt, dat ik meteen
wist wat me te doen stond: naar Albert Heijn -
dezelfde week nog!
Wat een besparing! En dan dat veilige gevoel,
dat als 't maar éven kan, Albert Heijn zijn
prijzen prompt verlaagt... en dat je steeds de
beste kwaliteit kooptTot morgen, mevrouw,
bij Albert Heijn!
Vleeswaren-aanbieding
t/m woensdag 22 januari
150 gram van 56 voor 49
500 gram
500 gram
LITER blik
S pepermunt 250 gram
rij^^t papkokend 500 gram
Voor een weibelegde boterham
Blikgroenten-in een wip klaar
huishoud-
kwaliteit
huishoud
Extra aanbieding tot cn met zaterdag 18 januari
i kwaliteit
250
gram
loo 40
gram w
Voedzame variaties
grove korrel, droogkokend 500 gr. 1
elleboogjes pak 250 gram
Stevige wintermaaltijden
Gelderse per stuk 250 gram UUl
Wanneer u enig AH-artikel
niet élke cent waard acht die
u ervoor betaalde dan geeft
AH u het volle bedrag terug.
Daar komt het Indianenjongetje aan
gerend. Hij wringt zich tot binnen de
kring en valt dan vlak voor de voeten
van het opperhoofd. De Indiaan wordt
boos en stuurt de jongen weg, maar di#
gaat niet. Die vertelt opgewonden, wat
hij 's nachts van Pimba heeft gehoord.
Pimba niet aan paal! Pimba niet aan
paal! Pimba ons gered! Dan moeten
Pimba's touwen los en moet hij nog eens
zijn verhaal vertellen. En het opper
hoofd begint te glimlachen. Jij best ke
reltje, zegt hij tegen Pimba. Jij mag
bij ons blijven. Jij krijgt cadeau van
mij. Wat wil je hebben? Een schildpad?
Dan krijg jij een schildpad! Pimba
maakt een luchtsprong van een meter.
Hij is gered? Snikkend van blijdschap
valt hij het lachende Indianenjongetje
om de hals en 's middags rijdt hij met
Bari op een grote schildpad door het
kamp.
feuilleton
door H. Westenberg
Dan baant ook Renè zich een weg, de
schouders opgetrokken, het hoofd gebo
gen, geheel en al ingesteld op de jacht.
Op het doek raast een auto over een
onafzienbare landweg; hoog in de lucht
zweeft een parachute.
„Naar links, onder het doek door, vlug!
Hij heeft ons al gezien!" schreeuwt de
blonde als zij elkaar aan het eind van de
scheidsmuur ontmoeten.
Ja, de kleine Arabier heeft hen al op
gemerkt. Op zijn blote voeten, waarboven
zijn benen als stokken onder zijn ge
scheurde blauwe broek uitkomen, jaagt
hij dwars over de weg, naar het ijzeren
hek, dat het park omzoomt en in het
struikgewas uitkomt. Hij weet een gat
in het hek en als het hem lukt. dat gat
te bereiken, is hij gered. Als hij maar
eenmaal buiten is, krijgen die twee hem
niet meer te pakken!
„Ga jij naar links en ik naar rechts",
beveelt de blonde jongen.
„Hij zei toch, dat hij zijn voet verzwikt
had", drong het nog vluchtig tot René
door. En verder, „en ik heb een verbon
den hand!" Maar hij knikt alleen maar en
rent naar links om naar het struikgewas;
hij zal niet voor die vreemde snuiter on
derdoen!
Als ze voor het hek zijn aangekomen
en buiten adem van de jacht in het door
nige struikgewas willen binnendringen
vliegt in een hoge boog iets over hun
hoofden.
„Hij gooit de beurs weg!" roept de
vreemde jongen in verbazing.
„Stil laten liggen!" antwoordt René
hijgend en staat al voor 't struikgewas.
„Dat was natuurlijk maar een truc! Het
geld heeft hij er al lang uitgehaald!" En
stralend denkt hij: „Daar heeft hij niet
aan gedacht! Op een idee van een truc
zou hij niet gekomen zijn en ik wel".
Even later hebben zij de Arabische
jongen te pakken. Hij zit op zijn hurken
midden tussen de struiken; hij rolt met
zijn zwarte ogen, zodat het wit zichtbaar
is en hij praat in z'n harde, krakende
stem half smekend, half huilend voor
zich heen.
„Geef hier dat geld", beveelt de blonde
jongen streng, op hem neerkijkend.
„Nix comprendsnix comprends".
De bruine knaap heft bezwerend de han
den op.
„Hou hem vast!" roept de blonde en
René gehoorzaamt enthousiast.
Maar het onderzoek duurt niet lang!
Zodra de jonge Arabier is opgestaan,
blijkt het, dat hij op het geld gezeten
heeft.
„En wat zullen we nu met hem doen?"
vraagt René in spanning. Hij heeft een
duistere romantische voorstelling van n
uitlevering aan de politieagenten, buiten
aan de poort van het Eskebijepark, van
een plechtige overdracht van het geld aan
de rechtmatige eigenares, enzovoort.
Maar zijn nieuwe vriend schijnt er een
andere mening op na te houden. Hij
geeft de Arabische jongen een duw en
Lange tijd staan ze te beraadslagen.
Dan krijgt de blonde een idee: Ze zullen
bij de kiosk daar een enveloppe kopen,
het geld er in doen, 'n paar verklarende
regels er bij schrijven, de enveloppe aan
de bestolene ter hand stellen en er vlug
vandoor gaan.
En wie van hen beiden zal het haar
geven? Met kiezelstenen wordt dit uit
gemaakt. Het lot wijst René aan. Hij is
ei niet erg verrukt over.
,,Ik blijf naast je staan", zegt de andere
kameraadschappelijk.
En zo gebeurt het. Op de verblufte vra
gen van de dame geven zij geen antwoord
en zodra ze de kans schoon zien, gaan ze
er vandoor.
„Dat was een mooie geschiedenis!" zegt
de vreemde jongen met een zucht van
tevredenheid; de film interesseert hem
niet meer.
Dan staan ze een poos zwijgend naast
elkaar en kijken naar de drukte om zich
heen.
Eindelijk dringt het tot hen door, dat
ze elkaar eigenlijk helemaal niet kennen.
Het gemeenschappelijk avontuur is ten
einde wat nu verder?
„Ik zou me eigenlijk aan hem moeten
voorstellen", bedenkt René Brackwieser,
maar hij zegt niets.... want misschien
lacht die jongen hem wel uit; hij is zo
eigenaardig, zo heel anders als die an
dere jongens, die hij kent. Dat bij de
film is. Geen van René's vrienden
zou ooit zoiets gezegd hebben, daar wa
ren ze allemaal te dom voor. Maar de
vreemde jongen hield zich in gedachten
blijkbaar ook met René bezig.
„Kom je dikwijls hier in het park7"
„Ja, nogal, en jij?"
„Ik bijna iedere dag, als ik mijn moe
der afhaal".
René zet grote ogen op. Die haalt zijn
moeder af! En hij komt er nog zo onge
geneerd mee voor de dag! Nee, zo iets
geks! Maar tot zijn eigen verbazing wordt
zijn plotselinge verering voor de jongen
er niet minder om.
„Nou dan tot ziens!" en zonder elkaar
aan te zien, geven ze elkaar de hand en
gaan er doodverlegen vandoorieder
zijn eigen richting uit. René blijft even
later stilstaan en zoekt in het mensen-
gewoel nog even het blonde hoofd. „Dat
was nou nog eens een aardige vent",
denkt hij waarderend. En, geërgerd, „ik
had hem toch moeen vragen, hoe hij heet.
Als ik hem nu bij toeval niet eens ont
moet, zal ik hem nooit terugzien". En
tenslotte, overpeinst hij verder op zijn
weg naar huis, „Hij gaat op de Franse
school. Als ik eens een keer spijbel, kan
ik hem daar tenminste opvangen. Maar
ik zal er eerst natuurlijk een tijd over
heen laten gaan, hij moet zich niet ver
beelden, dat ik op hem gesteld ben! Nee,
dat moet hij niet gaan denken! Bespot
telijk zou dat zijn! 't Is alleen weer eens
iets anders!
OP HETZELFDE UUR, dat Leotine
verontwaardigd de telefonische bood
schap in ontvangst neemt, dat professor
Desmartin „Tot zijn grote spijt voor on
bepaalde tijd op reis is gegaan en daarom
tot zijn leedwezen die zaak over de even
tuele verwisseling van de zuigelingen nog
niet heeft kunnen bestuderen" op pre
cies datzelfde uur gebeurt het, dat Helga
Frank Leotine's broer ontvangt. Dagen
lang heeft Leotine er bij haar broer op
aangedrongen, dat hij moest helpen, de
zaak spoediger tot klaarheid te brengen
en er in elk geval voor te zorgen, dat zij
een hernieuwd onderhoud met mevrouw
Frank zou krijgen.
In het begin heeft Hans Eckhart er
zich met alle macht tegen verzet; hij
wilde zich niet met deze dwaasheden be
moeien! Als Leotine het absoluut in haar
hoofd gehaald had, zichzelf en de twee
jongens in het ongeluk te storten, dan i
moest zij dat maar alleen doen; hij ten
minste wilde er geen debet aan hebben.
Maar Leotine, als bezeten door deze
idee fixe, had hem niet met rust gelaten.
Terwille van de vriendschap, die hij im
mers voor zijn zwager Tom had, moest hij
haar helpen. En ook om de aanhankelijk
heid, die hij toch altijd voor haar, zijn
enige zuster, gekoesterd had! En ook en
r.iet het minst, uit dankbaarheid! Ja, tot
haar spijt moest zij hem daar nu aan
herinneren, want per slot van rekening
had hij toch zijn prachtige baan bij een
van Egypte's grootste sigarettenfabrieken
aan Tom's invloed te danken? En had
Tom niet altijd alles, wat er nodig was,
zonder het minste eigenbelang voor hem
gedaan?
NIEUWE AVONTUREN
VAN PIMBA
met een „schiet op" laat hij hem vrij.
Dan kijken ze eerst elkaar aan en dan
naar het geld. Als er nu maar niet van
hen gedach werd, dat zij het gestolen
hadden