9 rocn /wa in het harL, let concours van Zang- Verenigingen van de Chr. Bond en Oratorium Jhêcóh - fOENSDAG 2 JULI 1958 TEXELSE 72» JAARGANG No. 7262 COURANT litgav» N.V. v.h. Langeveld de Rooij loekhandel Drukkerij Bibliotheek len Burg Texel Postbus 11 - Tel. 11 Verschijnt woensdags en zaterdags Bank: R damse Bank, Coöp. Boerenl. Bank. Postgiro 652. - Abonn.pr. 2,25 p. kwart. 20 ct incasso. Adv. 10 ct p. mm HANDELSREGISTER Wij lezen in „Handelsregister" onder nieuwe inschrijvingen: C. Drijver (E.), Texel, Den Burg, Schil dereinde 102. Aannemersbedrijf voor burgerlijke- en utiliteitsbouw en grond-, water- en wegenbouw. En onder wijzigingen: M. S. Langeveld, ,,'t Westland", Texel, Den Burg, Binnenburg 10. Pil.: Texel, De Koog, Dorpsstraat 18. Klh. in aardappe len etc. Uittr. eig. M. S. Langeveld. Bedr. w.v. door V.o.f.: Van der Meer Lange veld. Venn.: M. S. Langeveld en J. W. B. van der Meer (Bep. bep.) De wijdingsdienst werd besloten met het zingen van het Bondslied onder leiding van de heer Cor Bremer. Zover als degene, die gezegd heeft vas muziek en zang er niet, het leven id geen waarde" willen wij niet gaan, aar wel staat voor ons vast, dat „böse fenschen keine Lieder haben" en het annen (en willen) zingen een goddelijke ive is, want in het lied kan de mens zijn Mepper verheerlijken, ,,'k Zal eeuwig ngen van Gods goedertierenheên!" Wij ngen niet eeuwig, er is op aarde nu inmaal „een tijd van wenen en een tijd m lachen". Eeuwig zingen, dat doelt op et Hiernamaals, waarin het Lied onafge- :oken rijst op hoge tonen (Gezang 132). [aar voor de christen is er toch telkens eer opnieuw aanleiding om te getuigen God is mijn lied, Hij is de God der rachten". Van dit vertrouwen in de Schepper ordt ook getuigd in onze tegenwoordige ereld, in de tijd, waarin raketten wor- n gemaakt (of gepoogd wordt die te aken) om het heelal te gaan verkennen, de christen blijft zingen, omdat ook de ;et hem geen angst kan inboezemen, ij zongen vóór de tweede wereldoorlog tijdens de tweede wereldoorlog, i'ij weten als christenen, dat niet het mselijk vernuft onze uiteindelijke iers bepalen kan, maar Christus nog ieds de Weg en de Waarheid en het even is. Van dat onwrikbare vertrouwen in de ihepper, die niet laat varen wat Zijn and begon, is ook donderdag weer ge- igd door de leden van de 17 koren, aan sloten bij de Ring Noordholland van de oninklijke Bond van Christelijke Zang- Oratorium Verenigingen in Nederland. „De Wezentuin" is getuigd met „O, zus mijn troost", „God Kent Den Weg", lust, mijn ziel" om enkele titels te «men. Met deze wetenschap, deze geloofs- irtuiging zal er tot in eeuwigheid ge- igen worden. En in dit licht gaat men n verslag over een concours van een fistelijke bond niet openen met mede delen, wie de eerste prijzen wonnen en ie (eventueel) de lof van de jury incluis srwierven. Het is zoals de voorzitter van Hing Aalsmeer gezegd heeft: „Ik had tijd iets tegen een concours vanwege de ijzen, want daar gaat het niet om", aar.er mogen best prijzen gegeven orden, dat is stellig niet in strijd met it doel van zo'n massale bijeenkomst, 't is heerlijk ons best te hebben ge- fin, het is heerlijk te vernemen, dat het ed geklonken heeft. En wat ons be- tft, behoeft de jury geen uitgelezen tare van toonkunstenaars te zijn! Dat tóch (telkens weer) toonkunstenaars tor dit veelomvattende werk worden figezocht is overigens naar onze mening «nszins een bezwaar! Wie willen zingen til Gods Goedertierenheên zullen een öde kritiek mogen verwachten. Dat ge- *en wij ook. ponderdag 26 juni concours. Men stelt 'n festijn al maanden van tevoren vast, tilt er komt heel wat voor kijken, er °et zo het een en ander georganiseerd kJrden. Daar kunnen Cor Bremer *-van meepraten! Maar zij ook kunnen *t bijzonder genoegen op dit concours zien, omdat het een buitengewoon geslaagd concours geworden is. Men kan een extra boot bestellen en men kan op de trouwe opkomst van de leden rekenen. Men kan echter geen zon bestellen bij een verkwikkende tempera tuur. En daarom hebben verschillende organisatoren donderdagochtend in alle vroegte met een zekere mate van onge rustheid naar de ruisende regen geluis terd en met enig wantrouwen de grauwe wolken waargenomen: een concours wordt nu eenmaal doorgaans in de open lucht gehouden en Texel heeft nu een maal geen zalen van een dusdanig for maat, dat koren en auditorium daarin ge herbergd kunnen worden. Toen de heer Bremer met de boot van 7.40 uur naar Den Helder overstak om de gasten te verwelkomen viel er nog steeds regen, maar toen „De Dageraad" een uurtje later naar het eiland terugkeerde, stond er een stralende zon boven het eiland en die zon is nagenoeg de gehele dag actief gebleven, eerst tegen de avond kwamen er weer dreigende wolken op zetten, maar het bleef bij enkele ver dwaalde druppels. Om kwart over elf was de Hervormde kerk volgestroomd met koorleden, die daar bijeenkwamen om de wijdingsdienst, te leiden door ds. W. M. van Reijendam, bij te wonen. Ds. Van Reijendam sprak daar over de adeldom, die ons verplicht een zekere stijl op te houden, juist op een concours van christelijke zangverenigin gen. Wij hebben een rijkdom. Wat is die rijkdom? Dat is het woord van de Heer en met die rijkdom bouwen wij elkaar ook op in het lied. Wij hebben een schat, waar wij dankbaar voor mogen zijn en dat is het evangelie. De inhoud van het evangelie is dat wij een God en een Vader hebben. Wij zingen Hem uit dank baarheid en die dank moet uit het hart komen. Aan het slot van de wijdingsdienst werd het Bondslied gezongen en besloten werd met het Wilhelmus. Organist was de heer Jaap Zwart Jzn. Om één uur werd het concours geopend door de Ringvoorzitter, de heer M. Geertsma van Wieringerwerf. die een bij zonder welkom richtte tot de genodigden, onder wie wij burgemeester C. de Koning opmerkten. Spreker bracht hartelijk dank aan de ring Aalsmeer, door wier medewerking dit concours doorgang kon vinden, want.van de zijde der koren bestond over het algemeen niet zoveel belangstelling voor het concours. De heer Geertsma richtte een woord van erkente lijkheid aan het adres van de regelings commissie, die zich bijzonder goed van haar taak had gekweten. Hierna werd het woord gegeven aan „Halleluja", Schermerhorn, dat, in de derde afdeling, het concours vocaal open de. „Zij bijten het spit af" zo werd opge merkt en het is inderdaad nooit gemak kelijk om als eerste vereniging het po dium te bestijgen. Of dit het koor eniger mate gehandicapt heeft, weten wij niet, maar in elk geval was dit het enige koor, dat het niet verder bracht dan een 3de prijs. Toch zongen zij niet onverdienste lijk, een bewijs, dat de jury donderdag een betrekkelijk strenge maatstaf ai legde. Allereerst nu de Texelse koren. Dat waren in de tweede afdeling „De Lof- stem" van Oosterend, dir. de heer C. Bremer, in de 1ste afdeling het Chr. Man nenkoor van Oosterend, eveneens dir. de heer C. Bremer, en het Dameskoor Den Burg, o.l.v. de heer J. Visser. „De Lofstem" behaalde met 320 punten (dus op het kantje af!) een eerste prijs. Maar tóch een eerste prijs en daarmede dus onze welgemeende felicitatie! Het Chr. Mannenkoor moest zich met een 2ae prijs tevreden stellen, maar gezien het aantal van 311 punten was dit een zeer goede tweede prijs. Dat geldt ook voor het Dameskoor Den Burg, dat met 310 punten een 2de prijs verwierf. Op een eerste prijs was niet gerekend, doordat vijf van de 20 dames verstek moesten laten gaan. Dit was uiteraard funest voor het verplichte num mer, dat vierstemmig gezongen moest worden. De overige uitslagen waren: Resp. naam en plaats der koren, afd., punten en prijs: Halleluja, Schermerhorn 3 241 3 De Lofstem, Hippolytushoef 2 280 2 N.C.V.B. Vrouwenkoor, Den Helder 2 322 1 Ger. Evang. Koor, IJmuiden 2 303 2 De Lofstem, Oosterend 2 320 1 Geref. Kerkkoor, Alkmaar 2 313 2 Chr. Mannenkoor, Oosterend 1 311 2 Dameskoor Den Burg 1 310 2 Halleluja, Medemblik 1 278 2 De Lofstem, Zaandam 1 314 2 I Jubilate Deo, Haarlem 1 325 1 i De Lofstem, Badhoevedorp 1 305 2 Ora et Labora, Den Helder 1 305 2 Harpe Davids, Koog-Zaandijk 1 Uitm. 329 1 I Laus Deo, Wormer Uitm. 331 1 De Lofstem, Wieringerwerf Uitm. 336 1 Halleluja, Andijk Uitm. 321 1 Na het zangconcours, dat een betrekke lijk groot aantal toehoorders trok er is een behoorlijk aantal programma's verkocht werd de muzieknis in beslag genomen door de chr. muziekvereniging „Excelsior", Oosterend, die onder leiding van de heer K. Brouwer enige liederen speelde, die op lofwaardige wijze vertolkt werden. De heer Van Puffelen sprak hierna als voorzitter van de Ring Aalsmeer, die nu reeds alle koren hartelijk uitnodigde om volgend jaar te Aalsmeer aan het con cours deel te nemen. Ook die koren, die nu door afwezigheid schitterden, werden opgewekt tot deelname. „Ik hoop, dat wij in Aalsmeer eveneens zo'n prachtige dag krijgen als op Texel". De heer Van Puf felen zei, dat zijn vroegere bezwaren te gen een concours (met de daaraan ver bonden prijzen) thans weggevallen waren, gezien de sfeer, waarin dit festijn gehou den werd: hij wilde het concours voor taan slechts zien als een manifestatie, waar men elkaar als zangvrienden weer kan ontmoeten. De heer Geertsma richtte nogmaals een woord van dank tot de regelingscommis sie: „Het kon niet beter en wie zich af vragen hoe je een concours moet organi seren, die moeten zich maar met de Texelse commissie in verbinding stellen!" Dank werd gebracht aan de jury, aan het gemeentebestuur en aan de muziek vereniging „Excelsior". Het slotwoord werd gesproken door ds. Scholten, Gereformeerd predikant te Oosterend, die van een buitengewoon ge slaagde dag gewaagde. Spreker herinner de aan de toespraak van ds. Van Reijen dam „Adeldom verplicht en wij hebben een rijkdom, die opbouwt". Het was een stijlvolle zangersdag. Moge dit een sti mulans zijn om de schone kunst van de zang te blijven beoefenen. Ik hoop, dat de ring haar roeping blijft verstaan tot eer van God. Ds. Scholten ging vervolgens voor in dankgebed en verzocht tot slot te zingen Ps. 150 vers 1. Hierna begaven die gasten, die nog laat in de namiddag hadden gezongen, zich naar Oudeschild, waar een extra boot gereed lag om hen naar het Vasteland terug te voeren. De Koninklijke Bond van Chr. Zang en Oratoriumvereniging kan op een zeer geslaagde dag terugzien, met welk succes wij hen gaarne gelukwensen. TEXELSE MANNEN DE LANGSTE NEDERLANDERS In „De Echo", een te Haarlem ver schijnend blad, las een onzer medewer kers een artikel over de lengte van de mens. Hierin wordt medegedeeld, dat in ons land de grootste (langste) mannen op Texel wonen. Genoemd blad schrijft: Onze lengte wordt beïnvloed door verschillende factoren, zoals voedsel, sociaal milieu, bodemgesteldheid en ar beid, maar het meest toch door het ras, waartoe we behoren. De grootste lengte bereiken de Sara- en Dinkanegers (res pectievelijk 181.7 en 180 cm.) en het kleinst zijn de Pygmeeën en de Bosjes mannen met een gemiddelde lengte van 140.8 en 144 cm. De langste mensen in Europa vinden we in Schotland (gemid deld 174.6 cm.) en de kleinste in Noor wegen, waar de Lappen gemiddeld een lengte hebben van 152,3 cm Al deze cijfers gelden voor de mannelijke bevol king. In ons land wonen de grootste man nen op Texel (173.3 cm.) en de kleinste in Noord-Brabant (167,1 cm.) De kleine Noord-Brabanders zijn echter nog altijd „even" boven de gemiddelde middelmaat welke voor de mensheid geldt en 164 166.9 cm. is. VROEGERE EILANDGENOOT INSPECTEUR BIJ HET MIDDELBAAR ONDERWIJS Onze vroegere eilandgenoot, dr. S. Keyser, directeur van de Alkmaarse h.b.s., is benoemd tot inspecteur bij het middelbaar onderwijs. De heer Keyser werd 54 jaar geleden op Texel geboren. Hij promoveerde in 1933 tot doctor in de Romaanse taal en letteren. In 1945 deed hij zijn doctoraal in de Nederlandse taal en letteren. Zijn loopbaan bij het middelbaar on derwijs begon hij in 1931 als leraar aan de h.b.s. in Leeuwarden. Van 1939 tot 1947 was dr. Keyser directeur van de h.b.s. in Drachten en daarna nog vier jaar rector van het openbaar lyceum aldaar. Sinds 1951 is hij directeur van de Alk maarse h.b.s. Van zijn hand verschenen verschillende publikaties, onder andere over het Tes- sels. Dr. Keyser is lid van de Fryske Akademy. ECONOMISCH-TECHNOLOGISCHE DIENST VERSCHAFT CIJFERREGEN OVER VREEMDELINGENSEIZOEN 1957 Texel komt steeds meer bij toeristen uit het buitenland in trek. Vorig jaar werden ruim 35.000 overnachtingen van buitenlanders op „de parel der Wadden eilanden" geregistreerd, dat is 5.000 meer dan het jaar te voren. Texel is vorig jaar bezocht door 3.143 buitenlanders, die er gemiddeld ruim 11 dagen hebben ver toefd. X Uit het oogpunt der vakantiespreiding is het interessant, dat het aantal over nachtingen in het voorseizoen sterk is toegenomen. In 1956 viel het verblijf van buitenlanders nog voor vijftig procent in het topseizoen, maar in 1957 lagen de verhoudingen al aanmerkelijk gunstiger: voorseizoen 42 procent, topseizoen 46 pet, naseizoen 12 pet. Het aandeel van de Duitsers in het totale bezoek nam ook in 1957 verder toe, namelijk van 71,8 tot 76,4 procent. Ruim 30.000 overnachtingen door Duitsers wer den geboekt. De overige 5000 nachten werden op Texel doorgebracht door gas ten uit Belgie en Luxemburg (1326), Zwit serland (1320), Engeland (436), Zweden (361), Frankrijk (180), de Verenigde Sta ten (124) en andere landen. De gemiddelde leeftijd der vreemde lingen blijkt iets te zijn toegenomen. Vooral de categorie Duitsers liet een .veroudering" zien. De 1524-jarigen waren in 1957 (29 pet.) aanzienlijk minder vertegenwoordigd dan in 1956 (44 pet.) De leeftijdssamenstelling van de niet-Duit- sers vertoonde over beide jaren vrijwel hetzelfde beeld. Aan alle buitenlanders, die op Texel komen, wordt gevraagd op welke datum zij over de grens zijn gegaan. Hieruit kan worden opgemaakt met hoeveel „vertra ging" zij op Texel zijn aangeland. Geble ken is, dat de overgrote meerderheid nog dezelfde dag op het eiland arriveert. Hun gemiddelde verblijfsduur ligt hoger dan die van de rest. De duur der vakantie zal hieraan niet vreemd zijn. Wat de verblijfsvorm betreft, zijn de percentages over 1957 als volgt: hotels 28, pensions 28, kampeertenten 19, jeugdher berg 12, kamphuisjes e.d. 10, gemeubi leerde verhuur 3. Ten slotte ontlenen wij aan het rapport r?og de percentages betreffende de sprei ding der buitenlanders over het eiland: De Koog en omstreken 63, Den Burg en omstreken 22, Den Hoorn en omstreken 3, De Cocksdorp 8, Oudeschild/Oosterend 4. ZUSTER MULDER (VAN 1915 TOT 1948 OP TEXEL WERKZAAM) OVERLEDEN Zuster Mulder, die van 2 januari 1915 tot 1 oktober 1948 op Texel, standplaats Oosterend, werkzaam is geweest in dienst van de Algemene Texelse Wijkverpleging en daarna van Het Witte Kruis, is in de nacht van vrijdag na een langdurig ziek bed te Oosterend op 69-jarige leeftijd overleden. De overledene heeft altijd de grootste achting genoten van al degenen, die met haar in contact zijn geweest en dat zijn er tallozen, want zij heeft tijdens haar Texelse loopbaan niet minder dan rond 70.000 bezoeken afgelegd. Medeburgers geholpen, die aan bed gekluisterd waren „Niet alleen het lichamelijke lijden van Uw patiënten hebt U zoveel als in Uw vermogen lag verzacht, ook op geestelijk gebied is U hun tot grote steun geweest", aldus sprak burgemeester Rehorst op 29 oktober 1948 ter gelegenheid van de ko ninklijke onderscheiding, die zuster Mul der ten deel was gevallen en wel de Zilveren Ere-Medaille, verbonden aan de Orde van Oranje-Nassau. Een minder goede gezondheid had haar het besluit doen nemen haar functie neer te leggen. Gaarne had zij nog enige jaren haar zorgen aan hulpbehoevende patiën ten gegeven, omdat zij van haar beroep hield en dit inderdaad als een roeping be schouwde. Burgemeester Rehorst heeft bij het af scheid opgemerkt, dat het haar zeker moeilijk zou vallen afscheid'te moeten riemen van een beroep, waaraan zij zich met liefde en toewijding ten volle gege ven had. Met grote voldoening mocht 2uster Mulder dan ook terugzien op de door haar gekozen loopbaan. Die loopbaan eindigde tien jaar gele den. Tien volgende jaren heeft zuster Mulder van haar pensioen mogen genie ten, helaas liet haar gezondheidstoestand \eel te wensen over. Gistermiddag is haar stoffelijk over schot te Groningen ter aarde besteld. Zij ruste in vrede. HOOG WATER Hoog water ter rede van Oudeschild: 2 juli 9.26 en 21.40; 3 juli 10.08 en 22.16, 4 juli 10.44 en 22.48; 5 juli 11.17 en 23 14 Aan het strand ongeveer een uur eer der hoog water. TEXELSE ZONG IN ROTTERDAM Als men mej Dieuwertje Tuinder, Den Burg, als soliste in de Hervormde kerk hoorde zingen, zei men „Dat die niet naar het conservatorium gaat, dat ze geen beroepszangeres wordt!" Wel, mej. Tuinder is ernstig van plan berocpszangeres te worden, want zij heeft zich onlangs laten inschrijven als leerlin ge van het Rotterdam's Toonkunstcon servatorium. Vorige week gaven de leer lingen van dit instituut een uitvoering in de aula van het Museum Boymans en in de Rotterdamse Schouwburg. De Nieuwe Rotterdamse Courant schrijft: „Uitste kend werk leverden de jonge solisten Dieuwertje Tuinder, Carla Brunott, Karei MacLean en Jan Huizinga". Mej. Tuinder zong solo in „Krönungs- messe" van W. A. Mozart. De schouwburg was tot de laatste plaats bezet. „Deze leerlingen kunnen dit maal op een bijzonder geslaagde uitvoe ring terugzien Het peil van dit feestelijk concert, dat zoals gewoonlijk met meer spanning en medeleven door het publiek werd gevolg dan menige manifestatie van beroepsmusici, bleef vrijwel constant bo ven de verwachtingen, terwijl een ver heugende spontaneïteit het zmgen en mu siceren steeds kenmerkte. Na afloop hebben de veertien geslaag den voor het eindexamen hun diploma's op het podium in ontvangst genomen. Mej. Tuinder studeert echter pas één maand aan het conservatorium en op de uitvoering nam zij de plaats in van een afgestudeerde collega. Hieruit blijkt, dat haar talent ook in Rotterdam is opgeval len. Wij complimenteren haar met dit succes en wensen mej. Tuinder een mooie toekomst toe. Mej. Tuinder, zo vernemen wij nog, zal een dezer dagen in Katwijk aan Zee op treden. Advertentie LM. Voor de mooiste keuze m mantels naar SPOORSTRAAT HOEK KONINGSTRAAT

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1958 | | pagina 1