Cf roen <2wartjJexeh in het harL.
Van strozak tot vlokkenbed
Er is nog plaats op het Gouden Boltje
Vissersvreugde
BERNARDO
ONE MAN SHOW
Van verleden tot heden
en verder
ZATERDAG 29 JULI 1961
on:
kat
ene
:offi
Jitqcrve N.V. v.h. Lcmqeveld de Rooij
Boek-, Kantoorboek- en Fotohandel
Handelsdrukkerij
ir^d ^pn ®ur<*' Texel - Postbus 11 - Tel. 2058
trot
ijk
Dit
eid
unst
volgdl
TEXELSE
74e JAARGANG No. 7578
COURANT
Verschijnt woensdags en saterdag»
Bank: R'damse Bank, Coöp. Boerenl.
Bank. Postgiro 652. - Abonn.pr. ƒ2,25 p.
kwart. 4- 25 ct incasso. Adv. 10 ct p. mm
De gereformeerde jeugdclub Ooster-
:nd, die ruim 40 leden telt, heeft nu al
D voor het derde opeenvolgende jaar haar
>ivak opgeslagen in een schuur van de
n Den Hoorn wonende heer C. Lap Dit
teer troffen ze het wel bar slecht met
iet weer. Je zou zeggen dat er dan van
eniiM to'n vakantie niet erg veel terecht komt.
benpiaar niets is minder waar.
Onder de optimistische leiding van de
Fröb§ieren S. Timmer en B. Kooger werd
edere dag een échte vakantiedag. Ook
vorige week donderdag. De leiding was
an mening dat de heer Lap op officiële
iwijze bedankt moest worden voor het
priji ;ebruik van de schuuidie wellicht niet
to lang meer in het „waterleidingge-
iied" zal mogen staan. En zo werd op
ac: lie gedenkwaardige middag het echt-
)ij B >aar Lap per auto van huis gehaald, te-
[esch nidden van de vrolijke jeugd in de
en,
ngev:
iden
r inl
'h VAARDE T.E.S.O.!
len
hebi
we
ontw
ma
schuur naar een bank geleid, en werd
vervolgens gezongen door het uit de
meisjes gevormde alleraardigste koor
tje. Tot eigen verbazing hoorde de heer
Lap zich even later door de in .een
fraai jacquet gestoken voorzitter S.
Timmer benoemd Lot Ridder in de Orde
van Strozak tot Vlokkebed. Een indruk
wekkende oorkonde en een medaille
van zuiver vetleder vergezelden de
toespraak, waar U de heer Timmer op
onze foto aan bezig ziet. En de jeugd
had er plezier bij, dat wilt U wel van
ons geloven! Daar bij Den Hoorn werd
een goed voorbeeld gegeven van posi
tieve vakantieviering onder de somber
ste weersomstandigheden. Een voor
beeld vooral voor die ouders die niet
weten wat ze met hun kinderen tijdens
de schoolvakanties moeten beginnen als
de weergoden ons in de steek laten.
OPEN BRIEF
dat
eren
voele
zucht
i flü
slei
juffr:
da*
ewijd
nd
Juffr*
de
rigeD;
l wen ej
ige
antw*
•rophi
moe!
|pnkb«
van ons gezamenlijk, ook al zijn wij niet
allemaal in het bezit van één of meer
dere aandelen, 't Is een stuk bezit, waar
Texel trots op kan zijn. Is het dan niet
redelijk dat Texelaars, wonende op het
eiland, met hun wagen voorrang ge
nieten? Natuurlijk na het tijdig bespre
ken van een plaats. Wij zijn immers
geheel op de boot aangewezen, te allen
tijde. Als wij op de kade van Den Hel
der staan, dan gaan wij naar huis. Dat
is heel wat anders dan: met vakantie
gaan.
Het plaats reserveren van auto's laten
vervallen, lijkt mij een gemakkelijke,
maar gevaarlijke onderneming. Het ge
volg daarvan zal wel zijn, dat de weg
van Alkmaar naar Den Helder het ka
rakter zal krijgen van een Hollandse
..Nürnburgring". de grote Duitse race
baan in de Eifel Alleen met dit ver
schil: op de Nürnburgring wordt slechts
in één richting gereden en hier rijdt
men in beide richtingen. Wat zal er
„gesneden" worden om toch maar voor
al eerder aan de kade te zijn, dan de
gene, die voor je rijdt. Er zullen dan
nog wel eens ernstige ongelukken plaats
vinden.
Het kaartjeskopen aan het loket in
Den Helder was ook wat moois. Men
kon pas een kaartje krijgen als de wa
gen op het parkeerterrein op de kade
stond. Niet eerder. Waar was in hemels
naam die onzin voor nodig! Als men
dan eindelijk de auto zover heeft weten
te krijgen en men gaat wederom naar
het loket, dan blijkt dit gesloten te zijn.
Accoord, er lag ook geen boot in de
haven.
Toen de Dokter Wagemaker binnen
kwam varen en de stadsbussen vakan
tiegangers van de trein aanvoerden,
bleef het loket maar steeds dicht. Na
lang wachten (plm half uur) ging één
van de twee loketten en één van de
twee deuren open. Iedereen moest door
die ene deur het gebouwtje in, maar er
zich ook weer, na verkrijging van zijn
ticket, met veel moeite door de com
pacte mensenmassa heendringen. Nou,
dat was echt gezellig, hoor!
't Is wel typisch, dat op kalme dagen
er veelal twee loketten open zijn en nu
op een zeer drukke dag, al is het dan
ook zondag, slechts één. Het gevolg was
dan ook, dat, toen de Dokter Wage
maker wegvoer, de boot lang niet vol
was. Men mag immers zonder kaartje
niet aan boord?
T.E.S.O.-directie! Ook in Nederland
gaat het aantal auto's op de weg met
grote sprongen in stijgende lijn. Daar
dient men tijdig rekening mee te hou
den Deze gang van zaken heeft menige
vakantieganger doen besluiten: „Naar
Texel? Dat nooit weer!" En dit is toch
zeer zeker niét de bedoeling.
De redactie van de Texelaar dank ik
voor de plaatsing van deze open brief.
W. Albers, De Waal.
Wie j.l. zaterdag aan de haven is
geweest om eens even te kijken naar
al de gasten die voor korte of lan
gere tijd ons eiland kwamen bewonen,
hebben ongetwijfeld gezegd: „Texel is
vol". Honderden auto's zijn de plas over
gezet en duizenden personen zijn door
de N.V. TESO te Oudeschild „gelost".
Waar zijn al die gasten naar toe gegaan?
Voor het merendeel zijn die duizen
den te zoeken in en om De Koog Op
vallend is dat vele kampeerders liever
aan De Koog verblijven dan elders op
het eiland een rustig plaatsje zoeken.
Er wordt dan al vlug gezegd „Texel
is vol". In een dagblad lazen wij dat
in Vlieland een bord geplaatst is dat de
kampeerterreinen vol zijn en dat ge
gadigden worden teruggewezen. Zij
wijken dan uit naar Texel of Terschel
ling en ook daar is geen plaats meer, zo
schrijft een „speciale" verslaggever
Deze kranteman heeft geen kijkje
genomen in de duinen op Texel. Anders
zou hij dat niet geschreven hebben.
De heer F. L. Faber van de Stichting
Zo zal dan vanmiddag, de hengelwedstrijd zijn,
Die weken tevoren reeds voor werd bereid.
Dan zal weer de vangst van de dag in het net zijn,
Van ongekend groot tot belachelijk klein
Dan staat de heer Schreuder met al Zijn kornuiten,
Met hele-, driekwart- of éénkwart blote kuilen,
Plus gasten en Tess'laars te turen in zee,
Als toonbeeld van rust en van land'lijke vree.
Want wat is er fijner dan in de vakantie
Je dobber te werpen in 't water dat lokt.
Geen heerlijker sport en ik geef de garantie
Dat nergens zo hevig als daar wordt gejokt.
Tenminstewanneer ze weer thuis zijn gekomen,
Dan hoort men van vangsten gewoon om te dromen,
't Zijn vloermatten, kanjers en wat al niet meer,
Want iedereen vist bovenal om de eer.
Nee, dat is niet waar, want vandaag vissen allen
Voor 't Texels Museum, dét is nummer één!
Natuurlijk hoopt men in de prijzen te vallen,
Maar daarom toch gaat het vandaag niet alleen.
Ze vissen vandaag tot De Haan zijn genoegen,
Daarvoor legt men in en daarvoor wil men zwoegen,
Opdat straks De Haan als gelukkig man
Een hengelaarsloflied hoog uitkraaien kan.
Welaan dan, vislustige dames en heren,
Werpt straks maar uw dobber en sim in de vloed.
Het zal aan belangstelling vast niet mankeren.
Want ieder ziet graag hoe een ander het doet.
Laat zakken de dobbers, haal op de makrelen,
De scharren, de schollen, de krab en de kreeft
En laat het maar horen uit juichende kelen,
Als men weer een knoert aan het vishaakje heeft.
HUIB DE RIJMELAAR.
Sociaal Toerisme vertelde ons dezer
dagen dat er nog plenty ruimte is. Dat
de kampeerder liever De Koog opzoekt
dan zijn bivak op te slaan te Den Hoorn
komt omdat niet'elke tentbezitter „kam
peerder" is. Vooral de jeugd wil daar
zijn, waar meer publiek is
In De Koog stonden op het terrein
van het Sociaal Toerisme deze week,
naar schatting, 1100 tenten. Dagelijks
zijn daar nog tenten, al waren dit ten
ten van klein formaat, tussen geplaatst.
„Vol zijn we nog niet", aldus de heer
Faber.
Op het terrein Loodsmansduin is
nog volop ruimte. Daar staan naar
schatting 200 zeildoeken huisjes en
hier kunnen er nog minstens 500
bij Dus we mogen op het eiland
nog niet spieken van vol.
In de hotel- en pensionsector, zo ook
de gemeubileerde huizen, ligt dit anders.
Hier zijn weinig mogelijkheden meer.
De V.V.V weet echter nog steeds raad
te schaffen en er behoeven nog geen
„klanten" teruggestuurd te worden.
Dat de toerist graag De Koog zoekt is
vooral in de avonduren te zien. Woens
dagavond kon men in de Dorpsstraat
van de badplaats over de hoofden lopen.
Of de hotelgasten dit allemaal even
prettig vinden betwijfelen wij.
De jeugd vindt het op straat zo ge
zellig dat zij vergeet een bed op te
zoeken. Maar gelukkig zijn er veel
ouderen die zeggen; „Wij zijn ook jong
geweest". En als men met een derge
lijke ruime blik de jeugd accepteert
zal het deze zomer best gaan.
Advertentie I.M.
bekend door de T.V.,
brengt nieuw Zomervanété
Luchtsensaties aan de hoge mast. Het
optreden van onze bekende August Pipo.
Bernardo met zijn wonderlijke helder
ziendheid.
Komt op 7, 8 en 9 augustus in De Koog
Standplaats hoek Brink-Kamerstraat.
Aanvang 's avonds 7.30 uur.
En in Den Burg op 11 en 12 augustus.
Standplaats in de Wezentuin,
aanvang 's avonds 7.30 uur.
Volwassenen 50 ct., kinderen 35 ct.
In de allereerste tijd van de kerk
werd het evangelie verbreid door het
mondelinge getuigenis van de apostelen.
Maar al heel spoedig bleek het nodig om
ook van het geschreven woord gebruik
te maken. Daar waren verschillende re
denen voor. Vaak moesten de apostelen
door middel van brieven de nog jonge
gemeenten in allerlei kwesties voorlich
ten. Ook werd algemeen de behoefte
gevoeld om tegenover de buitenwereld
een duidelijk beeld en verslag van de
gebeurtenissen te geven Geschriften
bleken immers te werken als ijverige
zendelingen. Maar vooral moest de oor
spronkelijke prediking van de oogge
tuigen worden veilig gesteld tegenover
de vele verwarrende en verbasterende
invloeden van binnen en van buiten de
snel groeiende kerk. En zo ontstond
naast het bestaande en erkende oude
testament na verloop van tijd ook het
nieuwe testament. Tezamen waren zij
de bron van de prediking en de norm van
het geloof. Er zit in deze hele ontwikke
ling iets onopzettelijks en vanzelfspre
kends. Het een riep het ander op, en
toen dan ook tenslotte de canon van de
Heilige Schrift werd vastgesteld, deed
de kerk niets anders dan belijdenis af
leggen van wat eens en voor altijd als
fundament van haar leven en werken
was gegeven.
De eerste vijf eeuwen is het gebruik
van de bijbel enorm geweest. De kerk
vaders hebben er alles op gezet om de
gemeenten van hun tijd als het ware
te dopen in de verkondiging van de
profeten en apostelen.
Er is een overvloed aan gegevens om
dit toe te lichten. Als we bijvoorbeeld
denken aan de indrukwekkende ver
taalarbeid uit die dagen, dan vinden we
die alleen geëvenaard in de periode van
de reformatie en slechts overtroffen
door de activiteit van de bijbelgenoot
schappen uit de laatste anderhalve
eeuw. De oude kerk drong er bij de
christenen op aan, ondanks hun vaak
armoedige bestaan, een bijbel of als dit
te duur was, althans één evangelie te
kopen. Hele stukken werden uit het
hoofd geleerd De schriftlezingen had
den een belangrijke plaats in de ere-
I dienst. Getrouwde paren werden aan-
gespoord om de bijbel samen te lezen en
dit tot een stuk van het gezinsleven te
maken. De Heilige Schrift speelde een
beslissende rol in de weerlegging van de
ketterij. En als dan ook de beroemde
kerkvader Cyprianus tot zijn Afrikaanse
kudde zegt: „laat de bijbel in jullie
handen zijn", dan maakt hij zich de
tolk van heel de geestelijkheid uit die
dagen. De bijbel werd als het gereed
schap van de christen beschouwd.
Het is dan ook geen wonder, dat de
welsprekende Chrysostomus tegen de
opkomende verslapping aldus uitvoer:
„Het ergste is, dat jullie menen dat het
lezen van de bijbel zuiver een zaak voor
monniken is. Jullie zegt, ik moet mijn
aandacht aan het publieke leven geven;
ik heb handel te drijven; ik draag de
zorg voor mijn vrouw en kinderen en
knechten; kortom, ik ben een man van
de wereld; het is niet mijn taak om de
bijbel te lezen; dat is de zaak van men
sen die de wereld hebben afgezworen
en zichzelf aan een eenzaam leven heb
ben gewijd op de toppen der bergen".
Duidelijk genoeg zou men zeggen. Maar
niettegenstaande deze duidelijke waar
schuwing werd de vrees van Chrysos
tomus bewaarheid. Langzaam maar ze
ker verdween de bijbel in de kloosters
en in de studeerkamers van de geeste
lijken en in de kerkelijke liturgie. Het
levens- en zendingsboek van de ge
meenten, het vademecum van de
christenen, raakte zoek in de kerkelijk
heid en de schade was onoverzienbaar
groot. De bijbel functioneerde nog wel,
maar op veel te beperkte schaal en in
het saulsharnas van een steeds meer
overtrokken traditie
Er zijn voor deze ontwikkeling een
reeks verklarende motieven te noemen.
Maar het is en blijft een triest feit, dat
wat voorheen de grote kracht van de
kerk was in alle mogelijke scheuringen
en geloofstwisten, namelijk haar trouw
aan het oorspronkelijke evangelie, nu
juist haar zwakheid werd. De christen
heid viel voorgoed uit elkaar. Het wes
ten raakte vervreemd van het oosten
en omgekeerd. Politieke intriges maak
ten zich breed en leerstellig bijgeloof
nestelde zich vlak naast het altaar. En
toen de germaanse gebieden nauwelijks
geheel gekerstend waren, bleek ook
daar het evangelie zelf de twistappel bij
uitnemendheid te zijn. We zullen het
verdere verloop van de gebeurtenissen
maar laten rusten. Met name de kerk
van Europa heeft een zware tol voor de
invoer van de bijbel moeten betalen en
nog altijd zitten wij tezamen met de
ongedelgde schuld van onze vaderen.
En toch, en toch is de toestand verre
van hopeloos. Stellig nemen gedane za
ken geen keer. Maar toch zijn er aller-
wege tekenen die op een doorbreking
van de impasse wijzen.
We kunnen namelijk zonder over
drijving zeggen, dat er in de laatste
kwart eeuw een eerherstel van de bijbel
heeft plaatsgevonden in heel de verbro
ken en verbrokkelde christenheid Dat
was ook hard nodig. In vele geesten had
de modernistische critiek het respect
voor de bijbel verlamd. De opkomst van
een aantal nieuwe wereldbeschouwingen
was gepaard gegaan met een heftige
agressie op het christelijk geloof. De
afval had schrikbarende proporties aan
genomen En vele gelovigen wisten niet
meer waar ze aan toe waren. Ze voelden
zich verlegen, ontheemd en verraden.
Maar juist toen het dieptepunt was be
reikt, ging de aloude klok weer luiden.
Door het louteringsproces van de cri
tiek ontstond juist een nieu\ye openheid
voor de bijbel als de stem van God. Het
eigene van haar boodschap in vergelijk
met de nieuwe ideologieën bleek zonne
klaar. Het vraagje naar de vrouw van
Kaïn bij voorbeeld werd volkomen
overtroefd door het verhaal van de
broedermoord op Abel waar men als het
ware middenin zat.
Het eigenlijke gehalte van de bijbel
ging weer spreken. En velen stonden op
tot de daad van een nieuwe gehoor
zaamheid Christus was opnieuw tot hen
gekomen in het gewaad van de Heilige
Schrift: het uur van de grote wending
had geslagen.
Helaas moet worden gezegd, dat dit
eerherstel van de bijbel tot nu toe be
perkt bleef. Het begon als zo vaak bij de
theologische wetenschap. En op het
openblik is het merkbaar op vele kan
sels en in verschillende kloosters. Ook
blijkt het uit een nieuwe vertaalarbeid
zonder weerga. Typerend is daarbij de
energie waarmee de rooms-katholieken
zich de laatste jaren van deze taak
kwijten.
En het werkt door in de oecumenische
beweging en in de betreffende pause
lijke encyclieken. Daarnaast mag god
dank gewezen worden op het zelfstan
dige en nooit geheel afgestorven bijbel
gebruik van vele enkelingen en kringen.
Vooral onder de mensen van de pink-
stergroepen en andere nieuwe gemeen
schappen met een groot missionair élan
treft men dit aan. Maar het gaat om
veel meer. De bijbel is de kribbe waarin
Christus ligt En al is de reis misschien
ver, de christenheid zal in haar geheel
weer op weg moeten om bij deze kribbe
haar Heer en de eenheid in Hem terug
te vinden. Daar zijn we nog lang niet
aan toe. Want echt met de bijbel leven
en jezelf bekeren is één en het hetzelfde
gebeuren.
De diepste oorzaak van onze onkunde
ligt in ons onbegrip en ons onbegrip
wortelt in onze weerstand tegen de
goddelijke heerschappij. Maar juist uit
de bijbel leren wij, dat God voor deze
treurige situatie niet terugdeinst. Tel
kens weer herneemt Hij het initiatief-
En zalig zijn de mensen, die aan het
eind van hun latijn gekomen in de leer
willen gaan bij het Woord van God.
G. H. Wolfensberger