Cjroen 'ZwarL-JexeU het harL,
De landbouw in de E.E.G.
Bevolkingsonderzoek op T.B.C.
Harde wind windkracht 7
Zeer belangrijke inleiding van de
heer v. d. Hoek
WOENSDAG 13 DECEMBER 1961 f 1 75# JAARGANG No 7916
T E X E LS E® COURANT
Jitgave N.V. v.h. Lcmqeveld d© Rooij
Boek-, Kantoorboek- en Fotohand el
Hand eisdrukkerii
Den Burg, Texel - Postbus 11 - Tel. 2058
Verschijnt woensdags en zaterdag»
Bank: R'damse Bank, Coöp. BoerenL
Bank. Postgiro 652. - Abonn.pr. ƒ2,25 p.
kwart. 25 ct incasso. Adv. 10 ct p. mm
Aan de uitnodiging van de afd. Eierland van de Hollandse Mij. van Land
bouw voor de vergadering met als spreker de heer v. d. Hoek, provinciale
Voedselcommissaris hadden, naast een flink aantal leden van de eigen afdeling
ook enkele anderen gehoor gegeven. Wij zijn van mening, dat de aanwezigen
een zeer goede avond hebben gehad. Het onderwerp heeft zeker de belangstel
ling van de landbouwers en bovendien weet de heer v.d. Hoek zijn stof op een
buitengewoon geanimeerde wijze naar voren te brengen.
Hebben wij het goed gedaan?
De heer v.d. Hoek begon met de vraag
te stellen of wij het in Nederland in de
periode van de laatste 70 jaren wat de
landbouw betreft goed hebben gedaan.
Als een kenmerkend verschil met het
beleid in een groot aantal andere lan
den hebben ons land en ook Denemar
ken het in bedoelde periode vooral ge
zocht in de veredelingslandbouw. Door
selectie en controle is de productie van
onze landbouw enorm gestegen. In een
groot aantal andere landen heeft men
zich uitsluitend bepaald tot de zelf
voorziening, waarbij getracht werd door
hoge tariefmuren de eigen landbouw te
beschermen.
Door de opvoering van de productie
stond ons land voor de moeilijke opgave
om voor de agrarische producten een
markt te zoeken buiten ons eigen land.
Zo gaan op dit moment plm. 40°/o van
onze landbouwproducten de grens
over. Voor groente is dit zelfs 50% en
voor de bloembollen 90%. Wat de var
kens betreft gaat er van elke drie var
kens één de grens over. De heer v.d.
Hoek was van mening, dat dit zich nog
zou voortzetten met alle moeilijkheden,
die daaraan zijn verbonden. Spreker
bracht in dit verband naar voren, dat
door de noodzaak van deze export de
regering op iedere kilogram melk 6 ct.
moet toeleggen en dat door het feit, de',
men in Engeland slechts ƒ1,55 per kg.
betaalt voor het betere gedeelte van
onze varkens per varken een verlies
van ƒ60,wordt geleden
En toch „goed" zegt de heer
v.d. Hoek
Toch is dit beleid volgens spreker
goed geweest. Hierdoor is in Nederland
n 1. de landbouw en tuinbouw op een
hoog plan gebracht, waardoor we het
straks in de E.E.G. gemakkelijker zul
len krijgen. Het ligt echter voor de
hand te vragen of de individuele boer
op deze manier ook aan z'n trekken is
gekomen. Als we dit bezien ten opzichte
van andere bevolkingsgroepen in ons
land blijkt dit niet het geval te zijn.
De Nederlandse boer ontvangt gemid
deld nl. slechts 80 - 85% van het loon
van andere bevolkingsgroepen en de
inleider was van oordeel, dat dit in
ieder geval 100% zou moeten zijn. Het
blijkt echter, dat de landbouwers in
landen, die het anders hebben gedaan
tot een veel lager percentage komen. In
Duitsland en Frankrijk is dit n.l. slechts
55% en in Italië maar 38% van het ge
middelde inkomen van andere groepen.
Stijging van lonen voor landbouw
een groot probleem
De heer v.d. Hoek wees er op, dat de
stijging van de lonen voor de landbouw
veel grotere problemen schept dan voor
de industrie, omdat in het laatste geval
deze stijging veel beter kan worden
opgevangen door een grotere automatie.
Vervanging van handenarbeid door
machines is daar veel eenvoudiger en
goedkoper. Spr. wees daarbij op het
feit, dat machines in de industrie het
hele jaar door gebruikt kunnen worden,
terwijl het in de landbouw al gunstig
is indien met een bepaalde machine
twee maanden kan worden gewerkt.
Inleider memoreerde verder, dat op
zeer' veel bedrijven in Nederland als
gevolg van een te kleine omvang van
het bedrijf, slechte verkaveling, enz.
nog zeer ondoelmatig wordt gewerkt.
Een groot deel van ons land zal op
nieuw „op de schop moeten komen".
Uitbreiding van de industrie voor
de landbouw zeer gunstig
De heer v.d. Hoek meende voor ons
land te mogen spreken van een zeer
goede wisselwerking tussen de land
bouw en de industrie. Door onze agra
rische export ontstond de mogelijkheid
van invoer van grondstoffen voor de
industrie. De grote productie van onze
landbouw gaf de mogelijkheid de con
sument goedkoop te voeden, waardoor
de industrie z'n kans kreeg. Daardoor
heeft de landbouw er zelf aan meege
werkt het aantal „eters" uit te breiden
en overtollige arbeidskrachten af te
voeren.. Spreker merkte op, dat het er
voor ons zeer donker zou uitzien als we
nog voor de opgave stonden 20% van
de beroepsbevolking in de landbouw te
werk te stellen. Thans is dit slechts 10%
meer en het laat zich aanzien, dat dit
nog belangrijk zal dalen. De heer Ir.
Herweijer meent, dat dit in de komende
20 jaar zal dalen tot 5%. Inleider was
van oordeel, dat dit met het oog op de
verdeling van het inkomen tussen de
boeren en andere bevolkingsgroepen
alleen maar gunstig kon zijn.
Productie blijft, stijgen
De landbouwproductie stijgt de laat
ste jaren gemiddeld met 4% per jaar.
Spr. was van oordeel, dat deze stijging
nog wel 25 jaar zal aanhouden. Van
deze meerproductie is slechts 2% nodig
voor de eigen bevolking, zodat de agra
rische export steeds groter moet wor
den, Is daar ruimte voor? vroeg de
inleider. Spreker wees er in dit ver
band op. dat ernstig gestreefd wordt
naar uitbreiding van het vrije verkeer
tussen de landen van de E.E.G. De eer
ste etappe van deze samenwerking is
thans achter de rug en op het moment
wordt moeizaam gewerkt om de 2de
etappe tot werkelijkheid te brengen.
Een grote moeilijkheid is daarbij het
grote verschil in het prijsniveau van
diverse agrarische producten. Het is
volkomen begrijpelijk, dat de Duitse
boeren zich met alle kracht verzetten
tegen een gelijkschakeling van de
graanprijzen. Inleider noemde in dit
verband prijzen van resp. ƒ31,10 en
38,25 voor wintertarwe in Nederland
en Duitsland en voor zomergerst van
ƒ18,20 en ƒ34,30. Door oud-minister
Mansholt werd daaiom reeds eerder
voorgesteld de prijzen voor de granen
in Nederland en Frankrijk ieder jaar
met een Duitse mark te verhogen en
voor Duitsland en Italië een zelfde ver
laging toe te passen. De heer v.d. Hoek
was van mening, dat ondanks de tegen
stand van de Duitse boeren de vrij
wording toch door zal gaan, omdat dit
een kwestie van geven en nemen wordt.
Inleider wees op de taak van iedere
landbouwer om in eigen politieke partij
te eisen, dat in de E.E.G. de landbouw
dezelfde rechten krijgt als de industrie.
Afzetmogelijkheid op E.E.G.-markt
opbeperkt?
Uit de uiteenzetting van spreker
bleek, dat ook in de E.E.G. het gevaar
van overproductie blijft dreigen. In de
aangesloten landen is op het moment
reeds meer groente en fruit dan nodig
is, voor suiker geldt hetzelfde; zuivel
producten zijn er voldoende, varkens
vlees is er te veel, terwijl de productie
van rundvlees nog kan worden uitge
breid. In de graansector zijn goede mo
gelijkheden. Spreker meende te mogen
zeggen, dat indien de graanprijzen in
het volgend seizoen iets hoger gesteld
zullen worden dit reeds wijst op enige
invloed van de E.E.G., omdat hier ge
zocht wordt naar een Europees niveau
voor de graanprijzen. Inleider was van
oordeel, dat dit ook gezien moest wor
den als een streven de uitbreiding van
de veehouderij iets af te remmen ten
gunste van de akkerbouw. Een uitbrei
ding van de productie van rundvlees
zag spreker vooral als een mogelijkheid
voor de akkerbouwbedrijven. De kans,
dat op de weidebedrijven een omscha
keling zou plaats vinden van melkvee
houderij naar rundveemesterij achtte
de inleider niet groot. Deze vleespro
ductie kan het voordeligst gebeuren met
nevenproducten van de akkerbouwbe
drijven. Daarbij zal het niet in de eer
ste plaats moeten gaan om het mesten
van oude, afgemolken koeien, maar jong
mestvee. Door de stijging van de wel
vaart daalt het gebruik van aardappe
len, melk en tarwebrood, maar stijgt
de vraag naar kalksvlees, fijn rundvlees
en eieren.
Spreker was van mening, dat er in
de E.E.G. voor wat de melk betreft een
kans zit op een prijs, die overeenkomt
met onze kostprijs. Hoewel we hier dus
niet direct kunnen spreken van een
verhoging van de melkprijs zal het een
groot voordeel zijn, dat deze prijs niet
langer afhankelijk zal zijn van hoge
subsidies van de overheid. „We worden
er", aldus de heer van der Hoek „vrije
boeren door".
Engeland en Denemarken willen
ook „instappen"
Als deze landen ook in de „E.E.G.-
REIZENDE BIBLIOTHEEK DE WAAL
Eindelijk zijn de boeken van de
Reizende Bibliotheek gearriveerd. De
uitlening begint a.s. woensdagavond
(dus vanavond!) in het Dorpshuis van
7 tot 8 uur.
KERSTAVOND
LANDBOUWJONGEREN
De traditionele kerstavond van de
Vereniging van Oud-leerlingen is dit
jaar op woensdag 20 december in de
landbouwschool. Mej. Y. Veenstra van
de Huishoudelijke Voorlichting, heeft
zich bereid verklaard deze avond te
spreken over het onderwerp: „De sa
menwerking tussen de landbouwjonge-
ren in het buitenland". Ook zal over dit
onderwerp een filmpje vertoond wor
den, eventueel aangevuld met dia's Na
de traditionele tractatie zal de heer
Laan (als vanouds) een kerstverhaal
vertellen.
Al met al belooft het een bijzonder
boeiende avond te worden. Deze kerst
avond wordt verzorgd in samenwerking
met de oudleerlmgen van de landbouw-
huishoudschool. De aanvang is 8 uur.
PADVINDERSGROEP
„DE ZWALKERS"
Het is zo langzamerhand traditie ge
worden dat de Padvindersgroep „De
Zwalkers" t.b.v. hun Troephuis op
Oudejaarsdag oliebollen verkopen. Aan
gezien oudejaar dit jaar op zondag valt
is het niet mogelijk dit te doen. Toch
zullen zij binnenkort een beroep op U
doen in de vorm van een verloting,
waarvan wij hopen dat het net zo'n
succes wordt als de jaarlijkse olie
bollenactie.
CONSULTATIEBUREAU VOOR
ZUIGELINGEN
Woensdag 13 december (lieden) worden de
moeders van de buitendorpen verwacht op de
volgende uren:
Den Hoorn 1 15 uur; Oosterend 2.00 uur;
De Cocksdorp 3.00 uur; De Koog 4 00 uur.
TEXELSE MARKT
Aangevoerd maandag 11 december 1961
2 rammen 100135^ 11 lammeren 85
105; 15 nuka's 80135.
trein" stappen wordt de situatie voor
een aantal producten anders. Voor de
afzet van vlees en zuivelproducten ko
men er nieuwe mogelijkheden, ook voor
suiker wordt de positie gunstiger, voor
de afzet van varkensvlees blijft het
moeilijk.
Hoewel er dus gunstige facetten zijn
aan te wijzen was de inleider van oor
deel, dat de landbouw de blik verder
moet richten dan de E.E.G. In de
toekomst zal het zeker nodig zijn ook
Afrika en Azië in onze afzet te be
trekken. Spr. was van mening, dat hoe
wel de productie in de onderontwikkel
de landen zeker zal stijgen toch nog een
reeks van jaren voor deze gebieden
grote hoeveelheden voedsel nodig zullen
zijn.
Voor Nederlandse boer goede kansen
De heer v.d. Hoek was van mening,
dat de Nederlandse boer in de nieuwe
grotere gemeenschap goede kansen
krijgt. Hij staat, aldus de inleider in
veel opzichten sterker dan zijn buiten
landse collega's. We zullen echter alles
in het werk moeten stellen onze be
drijfsstructuur te verbeteren. Spreker
noemde het beslist onjuist als er van
uitgegaan wordt, dat de boerenzoon
vader op het bedrijf zal moeten opvol
gen. Het is zeker niet onrustbarend als
een gedeelte van de bedrijven ver
dwijnt, omdat hierdoor de positie van
de overblijvende boeren sterker wordt.
Daarom moeten we de aanpassing niet
in de weg staan.
Spr. wees ook op het gevaar, dat be
paalde „steunmaatregelen" de land
bouwers tegenhouden om de bedrijfs
voering om te schakelen. Er ontstaat
dan zo licht de neiging om te redeneren:
Op deze manier redden we het nog
weer. Gebruik deze gelden in de eerste
plaats voor verbetering van het bedrijf.
Op een vraag van een der aanwezigen
gaf de heer v.d. Hoek als zijn mening
te kennen, dat de prijzen van grond in
de E.E.G. vrij zullen worden. Er werd
echter op gewezen, dat in ons land
naast normale Grondkamerprijzen reeds
een nieuwe markt van grond is ontstaan
door zgn. gedupeerde landbouwers, die
als gevolg van zaken van algemeen
belang hun bedrijf verliezen.
Verder werd door inleider als ant
woord op een vraag het vermoeden uit
gesproken, dat de E.E.G. op de prijzen
van schapen een gunstige invloed zal
hebben. Er zijn echter aanwijzingen, dat
het daarbij zal gaan om een minder vet
schaap.
Voor een contigentering van het sui
kerbietenareaal bleek inleider niet te
voelen, mede in verband met de vele
rompslomp, die hieraan is verbonden.
Spr. meende, dat zowel regering als
boeren het tijdperk van deze maatrege
len ontgroeid zijn.
C. v. Gr.
Rijdend onderzoeklokaal zal van 3 t/m
19 januari 1962 weer een ronde maken
over het eiland
Het Witte Kruis, afd. Texel, zal in
samenwerking met het gemeentebe
stuur op 3 januari e.k. reeds starten
met een vijfde massa-onderzoek op t.b.c.
Hoe belangrijk een dergelijk onder
zoek is, blijkt uit het feit, dat bij vorige
onderzoeken nog steeds ziektegevallen
van tuberculeuse aard werden opge
spoord, alsmede andere afwijkingen van
de borstorganen, zoals hartziekten,
tumoren etc.
Als men bedenkt, dat elk jaar in ons
land plm. 7000 mensen voor de eerste
maal worden besmet, mag worden ge
concludeerd dat met de t.b.c. nog niet
is afgerekend.
In het officiële orgaan van de Ver
eniging tot Bestrijding van de TBC
lezen wij, dat de tuberculose nog moet
worden gerekend tot een van de ern
stigste volksziekten.
Grotere of kleinere explosies van
t.b.c., tengevolge van contact met de
nog duizenden helaas slechts ten
dele bekend zijnde besmettingsbron
nen, komen nog maandelijks voor. De
strijdbijl kan dus nog niet worden be
graven.
Het opsporen van de infectiebronnen,
teneinde contact-infecties te voorkomen,
is het voornaamste doel van het massa-
onderzoek. In een volkomen „gezui
verd" gebied kan één t.b.c.-patiënt ruï
nerend werken en velen in zijn omge
ving besmetten.
Tijdige ontdekking bevordert dan een
spoedige genezing en voorkomt uitbrei
ding van de ziekte.
Daarom juist is het zo belangrijk, dat
men zich bij het onderzoek niet afzijdig
houdt.
Zoals U zult weten, vindt het onder
zoek plaats in een rijdend onderzoek
lokaal, waarin aan de lopende band
foto's kunnen worden gemaakt. Deze
auto zal in het centrum van de diverse
woonkernen op het eiland worden ge
stationeerd. Ontkleden is niet nodig.
Wel wordt verzocht er op toe te zien,
dat knopen in de kleding alleen voor
komen over het midden van borst en
rug.
ALGEMENE VERKEERSCURSUS
OOSTEREND
Heeft U zich al opgegeven voor de
algemene verkeerscursus, die begin
januari a.s. te Oosterend zal starten?
U kunt zich daarvoor nog opgeven vóór
maandag, 18 december a.s., 12.00 uur,
bij de heer J. Visman, Peperstraat 39.
Mocht U zich in het verkeer niet geheel
zeker voelen, aarzelt U dan niet om
deze cursus te volgen.
In 7 lesavonden zullen adj. Gulmans
en Opp. Wmr Stomp U op zeer een
voudige en aanschouwelijke wijze de
nodige kennis van de verkeersregels
bijbrengen. Plaats, dag en uur van de
cursus zullen nog nader worden bekend
gemaakt. Mocht echter blijken, dat de
deelname onvoldoende zal worden dan
zal dit nog in de krant van woensdag,
20 december a.s. worden medegedeeld.
Afdeling Texel van het
Verbond voor Veilig Verkeer
De kosten bedragen wederom ƒ1,50
per persoon.
Kinderen, geboren na 1 januari 1948
worden niet onderzocht, omdat tegen
woordig door de zorg van de schoolarts
reeds voldoende controle wordt uitge
oefend.
De komende weken ontvangt U du»
een oproepkaart in huis. Zorgt U er
wel voor om tijdig op de aangegeven
plaats aanwezig te zijn en met gepast
geld te betalen. Het onderzoek zelf
neemt maar een moment in beslag.
Nadere mededelmgen volgens spoedig.
VOOR DE BOLLENK WEKERS
MOGELIJKHEDEN EN
MOEILIJKHEDEN VAN BIJGOED
De teelt van bijgoedgewassen staat bij
een groot aantal telers in het middel
punt van de belangstelling. Dit ifl ge
deeltelijk te verklaren uit het feit, dat
voor deze gewassen geen erkenning en
teeltvergunning nodig is. Aan de an
dere kant komt het voort uit sterke
verhalen die men hoort. Er wordt ge
sproken over enorme opbrengsten, die
uit sommige van deze gewassen te halen
zouden zijn. Als men deze verhalen op
de keper beschouwd, dan blijkt meestal,
dat er sterk wordt overdreven. Boven
dien zegt een hoge opbrengst in een
enkel jaar niets omtrent het rendement
gedurende een langere periode.
En zelfs al zou een bepaald gewas
gedurende een aantal jaren hoge op
brengsten geven, dan is nog voorzich
tigheid geboden. Een flinke uitbreiding
zou aanleiding kunnen geven tot grote
overschotten. De prijs zou daardoor vol
komen in elkaar kunnen storten.
Wanneer bij tulpen of gladiolen 5 ha.
meer wordt uitgeplant, dan is deze uit
breiding nauwelijks merkbaar. Bij de
kleinere bijgoedgewassen kan dit een
uitbreiding van 20% of meer betekenen.
Wanneer een uitbreiding van 1 tot
5 en 10 ha. plaats vindt, dan komen w»
tot de volgende percentages bij de
onderstaande gewassen:
Gewas
Opp.
Percentage uitbreiding
1960/'61
1 ha
5 ha
10 ha
Tulp
3876
002
0.13
0.2»
Narcis
1245
0.08
0.4
0.8
Hyacint
647
0.15
0.8
1.5
Gladiool
1857
0.05
0.24
0.53
Iris
432
0.23
1.15
2.31
Krokus
480
0.2
1.04
2.08
Lelie
106
094
4.71
9.43
Scilla
24
4.16
20.83
41.66
Muscari
34
2.94
14.7
29.41
We beschikken niet over cijfers van
andere bijgoedgewassen. We weten ech
ter, dat de oppervlakte van vrijwel alle
andere soorten (anemonen en ranonkels
uitgezonderd) kleiner zijn dan die van
muscari en scilla. Een flinke uitbreiding
heeft bij deze gewassen nog een ster
kere invloed.
Voor een individuele teler zijn er wel
mogelijkheden om met een bepaalde
teelt te beginnen. Een snelle algemene
uitbreiding kan echter funest zijn.
Er komt nog bij, dat de meeste gewas
sen met op alle gronden goed te telen
zijn. Voor u daarom tot aankoop van
plantgoed overgaat, dient U er zich
terdege van te overtuigen of de teelt op
Uw grond mogelijk is.
L. N. Onderwater
Als er harde wind op komst is dan
hoort men door de radio: Windverwach-
ti^ig windkracht 7 of soms nog een
hoger cijfer. En het genoemde cijfer
geeft dan weer welke kracht de wind
zal hebben die verwacht wordt. Het is
moeilijk voor een leek te bepalen hoe
Officiële Internationale Beaufortschaal
sterk de wind is. Als er door de radio
gesproken wordt over windkracht 7
dan kan het zijn dat men het op Texel
helemaal geen „harde" wind noemt.
In onderstaande tabel wordt duidelijk
weergegeven hoe men kan zien wat
voor windkracht er is.
Windkracht
m/sec. benaming
omschrijving
(10 m. hoogte)
0
0.0- 0.2
stil
Rook stijgt recht of bijna recht omhoog.
1
0.3- 1.5
zwak
Windrichting goed herkenbaar aan
rookpluimen, windvanen reageren niet.
2
1.6- 3.3
zwak
Wind merkbaar in het gelaat, bladeren
ritselen, gewone windvanen bewegen.
3
3.4- 5.4
matig
Bladeren en twijgen voortdurend in be
weging, de wind strekt een wimpel.
4
5.5- 7.9
matig
Stof en papier dwarrelen op van de
grond, kleine takken bewegen.
5
8.0-10.7
vrij krachtig
Kleine bebladerde takken maken
zwaaiende bewegingen, gekuifde golven
op kanalen en meren.
6
10.8-13.8
krachtig
Grote takken bewegen, de wind fluit in
telegraafdraden, parapluies kunnen
met moeite vastgehouden worden.
7
13.9-17.1
harde
Gehele bomen bewegen, wind is hin
derlijk om tegen in te lopen.
8
17.2-20.7
stormachtig
Twijgen breken af, voortgaan wordt
belemmerd.
9
20.8 - 24.4
storm
Lichte schade aan gebouwen (schoor
steenkappen en dakpannen)
10
24.5 - 28.4
zwaar
Ontwortelt bomen, aanzienlijke schade
aan gebouwen (op land zelden).
11
28.5 - 32.6
zeer zwaar
Uitgebreide schade (op het land zeer
zelden voorkomend).
12
meer dan 32.6
i orkaan
Idem.