De vierde dag BRIGADIER PIET EN DE SEMI-PROF LANDBOUW en VEETEELT >un Oronintfcti GEERVLIET N.V. hoortoestellen bruining L!^ PiGtnaderm f2.95 Pu rol lioudtde huid TWEEDE BLAD TEXELSE COURANT VRIJDAG 29 MEI 1984 rubriek voor «.tani.. DE BIETENVLIEG IN ACTIE Het ziet er naar uit, dat de bieten telers dit jaar niet vrij zullen blijven van een bestrijding van de bietenvlieg. Vorige week zijn nl. op, naar we mogen aannemen practisch alle percelen bie ten, de eieren van dit insect afgezet. U kunt ze vinden als witte puntjes aan de achterzijde van de bladeren. Zolang de eivorm blijft bestaan is geen kwaad te duchten. De normale gang van zaken is echter, dat binnen een week uit deze eieren de zgn. maden komen. Hun eerste werk is zich in het blad invreten. In het blad doen ze zich tegoed aan de zachte massa tussen boven- en onderzijde van het blad. Binnen een week na de eiafzetting ziet U meestal de zgn. mineergangen, die zich als lichte kanalen in het blad af tekenen, verschijnen. Op dat moment moet de bestrijding plaats hebben. Vooral in het stadium, waarin de bieten nu verkeren is een bestrijding nl. beslist nodig. Gebeurt dit niet, dan houden de jonge planten vrijwel geen blad over. De latere generaties van dit insect doen over het algemeen veel minder kwaad. Er zijn op het moment zeer goede middelen om aan de vreterij van de maden een halt toe te roepen. De loon- spuiters zijn hiermee voldoende op de hoogte. En als U zelf wilt spuiten kan Uw handelaar in bestrijdingsmiddelen U het juiste middel leveren. OOK DE GLANSKEVERS ZIJN ACTIEF In de percelen knollenzaad voor zaad teelt wemelt het op het moment van de glanskevers. Dit insect doet schade in de periode, waarin de bloeiknoppen verschenen zijn, maar de volle bloei nog niet is aangebroken. Het streven van genoemd insect is er nl. op gericht het stuifmeel als voedsel te gebruiken. Daar is op zichzelf niets op tegen. Zolang echter de bloei nog niet in het gewas is moet de kever om dit stuifmeel te bereiken de knop aan vreten. Daarbij worden stamper en meeldraden beschadigd en het gevolg kan zijn, dat er geen bloem of een on volledige bloem komt. Vooral in geval len, waarin de bloei niet doorzet, d.w.z. in een periode met veel regen en weinig zon kan de glansklever veel schade doen. Ook deze vijand van de gewassen is goed te bestrijden Op een aantal per celen is dit reeds gebeurd Op het mo ment is de ontwikkeling van het gewas 59. Het kleine vorstendommetje Slavo- nië, dat diep verscholen lag in het rots achtige bergmassief van de Dolopathen, had maar een klein hoofdstadje. Dat stadje Ottoburg mocht dan .al klein zijn, het was welvarend daar ging niets van af. Er reed zelfs een elektrisch tram metje, al hadden ze slechts één wagen tje op één lijntje. Een echt heen en weertje dus. Dat vooruitstrevende tram metje had de aartshertog Ferdinand van Saxen-Weibach doen aanleggen, want deze hertog was erfprins van Sla- vonië en koesterde het vaste voornemen om van dit kleine vorstendommetje een welvarend en schatrijk landje te maken. zodanig, dat dit nog zonder veel schade kan gebeuren. Met verwijzing naar een artikeltje van enkele weken geleden, moeten we U echter op het hart binden om, vooral in de gevallen, waarin de bloei reeds is begonnen de bijentelers op de hoogte te stellen. Het meldingsadres is telefo nisch te bereiken. Het is (02220) 2006. DE AARDAPPELSELECTEUR IS ZIJN WERK BEGONNEN Als we het over de aardappelselec teur hebben, dan bedoelen we in dit geval de heer Tromp uit Heerhugo- waard, die door de Streekontwikke- lmgscommissie is aangeworven. Zoals reeds eerder werd vermeld is het vooral de bedoeling om hulp te geven aan se lecteurs in opleiding. De heer Tromp is in de eerste zes weken op maandag, woensdag en vrij dag op het eiland en hij hoopt dan in ieder geval alle deelnemers van de cur sus aardappelselectie één of meermalen te bezoeken. Hij zal dit zoveel mogelijk van te voren afspreken. We willen er echter nogmaals op wijzen, dat het recht om de heer Tromp „te gebruiken" niet alleen is voorbe houden aan de cursisten van genoemde cursus. Elke selecteur, die zich nog in opleiding voelt en daarom zichzelf niet geheel vertrouwt, kan een beroep doen op de heer Tromp. Het is slechts nodig U daarvoor te melden bij de landbouwvoorlichters. DE HOOIOOGST IS BEGONNEN De eerste percelen gras, bestemd voor hooiwinning zijn deze week tegen de grond gekomen. Zoals we vorige week al opmerkten is de snede gras op diver se percelen zeer zwaar. Dat betekent in de eerste plaats dat er tijdig moet wor den gemaaid Daarmee is men er echter niet. Een zware snede gras geeft ook bij het klaar maken van hooi meer zorgen dan een licht gewas. We willen een paar punten noemen, die mogelijk die zorgen iets kunnen verlichten. Daar ls in de eerste plaats de kwestie van het droog maaien. Dit is vooral voor een zwaar zwad een eerste eis. Wordt het gras nl. nat gemaai,d, dan wordt in de binnenzijde van het zwad zeer veel water opgesloten. We hebben de indruk, dat men nog steeds niet voldoende overtuigd is van het belang van droog maaien. Dan het schudden. Over dit punt be staat nog altijd verschil van mening. De landbouwvoorlichters maken al enkele jaren „propaganda" voor het veelvuldig Dat lukte hem aardig, want er kwamen al héél wat Amerikanen hun vakantie doorbrengen. En wat slaat men in deze wereld nu nog hoger aan dan Ameri kaanse dollars? Hoogstens beroepsvoet bal! O zo! Doch terzake. Op dit late uur van de stikdonkere nacht tingelde het Otto- burgse trammetje slaperig voorbij de gehele politiemacht, bestaande uit de opperwachtmeester Zwiebelmann. Zwiebelmann's commandant, de in specteur von Donnerwetter zat op dat ogenblik te dutten. Er gebeurde immers toch nooit wat te Ottoburg! Doch oei. die nacht gebeurde er wèl wat! Plotr BRIEF UIT DE U.S.A. Hutchinson (Kansas-USA), Beste vrienden op Texel, Eindelijk ga ik mijn belofte maar eens waar maken en U iets over mijn ver blijf in de States vertellen. Want voor ik het weet, sta ik weer op Texelse bodem. Eerst neem ik u mee terug naar mijn eerste half jaar; verder nog, naar die dag waarop wij Hollands haven verlieten nu bijna 9 maanden gele den wat mij soms als jaren voor komt en soms als de dag van gisteren. Daar in Rotterdam was het weemoe dige en opwindende moment van het „los" gaan, op weg naar Amerika. Dat ene woordje heeft voor vele Europeanen een magische klank, zo óók voor ons trainee's. schudden van het voor hooi bestemde gras. En zij willen dit doen vanaf de eerste dag. Vooral als we een zwaar zwad gras hebben wordt dit van be lang geacht. Vooral vorig jaar hebben we hier heel wat bedenkingen tegen gehoord. De praktijk is nl. nog altijd van mening, dat door het schudden de gevoeligheid voor slecht weer groter wordt. Krijgt men Dijv. drie dagen na het maaien re gen, dan zou de schade in al enkele malen geschud hooi veel groter zijn dan in gras, dat nog op het zwad ligt. We houden dit niet voor onmogelijk. Naar ik meen moeten we echter anders rede neren. Als we het geluk hebben, dat we een periode van vijf dagen droog weer na het maaien hebben, dan kunnen we het intensief geschudde hooi inschuren, maar het niet of weinig geschudde hooi blijft dan nog enkele dgaen aan de na delen van ongunstig weer bloot staan. Daarom blijven we het aanhouden op intensief schudden, d.w.z. bij gunstig weer vanaf de eerste dag. Het staat wel vast, dat het tweemaal schudden per dag bij scherp drogend weer nog voor delen heeft boven het eenmaal schud den. Dit jaar wordt op enkele bedrijven op ons eiland een methode van hooi winning toegepast, die naar het zich laat aanzien de periode tussen maaien en hooien met enkele dagen kan bekor ten. We menen, dat het te vroeg is om hierover al een oordeel te geven. Maar ook dan geldt het met minder, dat veel vuldig schudden een eerste eis is. Het lijkt ons bijna onnodig er op te wijzen, dat hooiventilatie in ieder geval de mogelijkheid geeft het risico op het land kleiner te maken. Het is voldoende bewezen, dat men bij toepassing van deze methode één of twee droge dagen minder nodig heeft om het hooi schuur- rijp te maken De eerste avond en nacht waren seling begon de telefoon namelijk te ratelen. De inspecteur schrok wakker van dat ongewone geluid en greep on middellijk de hoorn van de haak. „Ja. hier politie van Ottoburg...., in specteur von Donnerwetter aan de lijn!" riep hij. „Wat zegt u? Bonckledinges? Wie is dat? OBonckelhoven hoofdstad van eh.jaja! Wat zegt u me nou? Hebben ze een beroemde semi- prof bij jullie ontvoerd? Weggesleept door twee Italianen? Wel hier en gun- ter? Dat is een schandaal! Ja, ja. u kunt op me rekenen, hoor! Vliegt u maar zo gauw mogelijk hier naar toe. Ik zal ze, die Italianen!" reuze spannend. Je kende niemand. Schuchter kwam je elkaar tegemoet. Ik had het voorrecht al 3 Hollandse reizi gers te kennen. Er waren nóg 47 andere trainee's en behalve dat waren er nog zo'n 800 jongelui en een stuk of wat oudjes. Voor dat je het wist, zat je dik in de vrienden en kennissen. We hebben enorm veel plezier gehad aan boord, een paar dagen stralend weer, en een paar dagen pikten we het staartje van de hurricane „Arlene" mee. Met haar misleidende naam bracht ze dik over de 700 man groen en geel in bed Als je door de gangen liep kwam er gekreun uit iedere cabine, die gedeeld werd door 8 personen, wat nog weer eens 2 niet- zeezieke extra zeeziek maakte Al met al was het natuurlijk een on vergetelijke reis. Maar tegen het einde begon iedereen toch wel genoeg van al dat waterige water te krijgen. Als kleine kinderen, zó gelukkig waren we toen we, later dan verwacht land in zicht kregen. Er ging een wonderlijk ge voel door me heen en ik dacht: zó moet Columbus zich ook gevoeld hebben. De Amerikanen aan boord, die soms toch zo sentimenteel kunnen zijn, be gonnen met tranen in de stem het volkslied te zingen, terwijl wij er een beetje verbouwereerd bij stonden, niet goed wetende wat te doen. We deden j dus niets. Alleen kijken naar de enorme, massieve kolossen vóór ons; wolken krabbers, die langzamerhand vorm be gonnen te krijgen Toch was het wel anders als ver wacht was: géén Indianen om je te ver welkomen, noch cowboys. Alleen het gekrioel van New York City, vóór je, onder je, boven je. Daar het bekende Vrijheidsbeeld Wat was het maar klein. We voeren er op zo'n afstand vanaf Ik vroeg me af waarom we er niet wat dichter langs gingen. We waren tóch al twee uur te laat. Om zes uur lagen we vast, het was een groots moment, al zag je op dat moment dan met veel meer dan een kale kade en hoorde je niet veel meer dan slechts de schorre rauwe kreten van dikke negers. Je was tóch in Amerika. Om half elf waren trainee's en koffers in een bus gepropt en daar gingen in de nacht 48 doodvermoeide trainee's door een angstwekkend grote stad. De dagen in Ahion vlogen om en het afscheid daar viel ons niet makkelijk. Je dook, nu je uit elkaar ging, wèèr vol komen de onbekendheid in. Mijn eerste half jaar was in Pennsyl vania, het Oostenrijk van de „States", zoals het weieens genoemd wordt. Het is heuvelachtig, de omgeving is prachtig bosrijk met mooie huizen Heet klimaat in de zomer. Mijn familie woonde op een oude 14- kamerige boerderij; er was een enorme lap grond bij. Mijn baas was reclame specialist, zijn echtgenote was onder wijzeres. Er waren twee kinderen: Andy 8 en Donna 7. De hele dag had ik het rijk alleen, wat soms wel eens eenzaam was. Maar door vrienden heb ik een heleboel din gen mogen zien en beleven. Het is een zeer mooie en waardevolle tijd geweest. Deze mensen waren niet Doopsgezind en het prototype van een Amerikaanse familie. Vaak vond je in hun levens- wijze het koude, harde en zakelijke van de Amerikaan terug, dat dan toch weer 1 vaak wonderlijk vermengd was met een grote dosis menselijkheid en gemak- zucht. Ik bewonder de Amerikanen zeer om de manier waarop zij kunnen leven, i Hoewel de „never mind"-stemming soms wel eens te ver gaat, kunnen wij Europeanen er toch heel veel van leren, want als je zo ingesteld bent, lijkt alles wel makkelijker te gaan ook. Deze Amerikanen, die men hier „the people to keep up with the fones" noemt, geven meestal veel onnodig geld uit en leiden een onsamenhangend leven. De kinderen uit zulke gezinnen hebben de ..ideale" ouders. Zij gehoorzamen hun kinderen volkomen. De kinderen gaan naar bed wanneer zij zelf willen. Zij eten wanner zij willen, besluiten wat zij willen doen. Dergelijke manier van op voeden is werkelijk betreurenswaardig. Later plukken zij er in hun leven de vaak zure vruchten van. Als je tegenover deze mensen, de Doopsgezinden stelt, is het een verschil van dag en nacht. Déze mensen, die voor alles leven met liefde in hun hart voor anderen en bewust zijn van hun verantwoordelijkheid in het leven te genover elkaar, zijn dan ook meestal veel gelukkiger. Vooral hier, en nu kom ik tot mijn tijd in Kansas, in de prairie van de Mid-West, is het een feit, dat de mensen door hun diepe hechte geloof een nog gelukkiger leven leiden, dan in het doelloze, bevolkte Penna. Ver weg van al het grote lawaai van steden en drukte, ligt een plaatsje i Yoder, wat zich ontplooit tot vrede en rust. Het is weer zo'n verschillend leven en het is een voorrecht hier te mogen zijn Hoewel de eerste twee maanden voor mij heel moeilijk zijn geweest door bijzondere omstandigheden, houd ik van dit stukje Ajnerika met zijn bevol king. Deed ik in Penna de huishouding, hier heb ik twee maanden koeien ge molken. Het was toch moeilijk voor mij om bij deze mensen weg te gaan; ik voelde het als een falen van mijzelf, maar het was me onmogelijk om met deze a-sociale mensen verder te leven- De hele gemeente heeft mij nu als het ware geadopteerd. Zij wilden niet dat ik weg ging en ik wilde niet weg van hun. De mensen zijn lief en het land fascineert mij. Nooit had ik willen geloven, dat alles in Kansas zo mooi groen kon zijn. Nooit had ik van zulke zand- en stofstormen gehoord. Je eet stof en stuift blind, maar dan de volgende morgen word je weer blij verrast door een stralende dag Denkt U dat het op Texel waait! U moest de Kansas wind eens voelen. Het is zo wonderlijk mooi om hier te zijn; het is zo interessant te zien hoe verschillend alles is van Europa. Wij mensen zijn allen gelijk, allen Gods kinderen en tóch zo ver schillend. Op het moment ben ik weer op een boerderij en ik heb het mieters. Er zijn 3 kleine jongetjes, die me de oren van m'n hoofd over Holland vragen. Aan het eind van deze maand hopen 6 trainee's, waar ik dan ook toe behoor, naar Cali- fornië te gaan, waar wij dan weer daar ben ik zeker van een geheel an der Amerika zullen zien, want dit land is nu eenmaal te groot, heeft nu een maal te veel verschillende soorten be woners om het als één geheel te zien. Ik hoop, dat ik in de weinige tijd die ik hier heb. U enige indruk heb kunnen geven van het leven hier in de States. Het spijt mij dat ik niet meer heb kunnen schrijven, maar het is me bijna onmogelijk. Bovendien hoop ik U in 3 maanden in levende lijve weer te zien en U meer van mijn belevenissen en indrukken te vertellen. Een solong tot dan. Ina Koburg. KEIZERSGRACHT 411 OORHANGERS AMSTERDAM HOORBRILLEN Wij houden iedere 1e woensdag van de maand zitting bij de firma Halee, Beatrixstraat 52, Den Helder, tel. 4673 (02230), voor het verzorgen van uw recept en ZIEKENFONDSBIJDRAGE. Verkoop van batterijen, snoeren e.d. dagelijks op bovenvermeld service-adres. FEUILLETON: door H. van Omme. 5. Akke repte zich naar beneden, waar ze Tjitske in de keuken vond, met roodbehuilde ogen. „Of je aan de pillen denkt.... wat is er nou, Tjitske?" Ze schudde haar hoofd. „O. niks. Let er maar niet op. Maar soms is het me wel eens te veel.Dag aan dag doe ik mijn best voor hem, sloof ik me uit om allerlei lekkere hapjes voor hem klaar te maken. Ik peins me suf om zoveel mogelijk variatie in zijn eten te brengen en wat krijg je als dank te horen? Dat je nooit koken zult leren- En daar doe je dan al die jaren je best voor". Akke ging naar haar toe en legde haar arm om de vrouw heen. „Meid, trek je er toch niks van aan.Je weet toch, hoe hij is? Hij meent het vast niet zo. Hij zou je toch immers niet kunnen missen? Toe, was je gezicht een beetje. Als-ie ziet, dat je gehuild hebt, heeft hij misschien nog schik ook". De bel rinkelde weer en Akke keek rond. „Zal ik 'm z'n pillen geven?" De vrouw knikte. ,,Er staan drie fles jes op de medicijntafel. Met grijze, rode en zwarte pillen. De grijze moet hij nu hebben: twee stuks en een bodempje water in zijn glas. Water is er in het fonteintje". „Steek een sigaret op en trek je er niets van aan. Ik help hem wel". Even later betrad Akke, na aange klopt te hebben, opnieuw zijn kamer. Zonder zich om de verwonderde blik van de man te bekommeren, liep ze naar het fonteintje, deed wat water in een glas en zocht toen op het medicijntafel- tje het flesje met grijze pillen. Ze nam er twee uit en ging met de pillen en het glas naar de zieke. Alstublieft, me neer, uw pillen" De man keek haar verwonderd aan. „Wat betekent dat? Waarom komt Tjitske niet?" Akke haalde haar schouders op. „Mis schien is ze de stad in om een kook boek te kopen. U zei toch. dat ze nooit koken zal leren? Misschien wil ze het toch proberen, op deze manier". Werktuiglijk nam de man de pillen aan en keek naar het glas. „Er zit te veel water in", bromde hij. „Wat teveel is, kunt u er toch inlaten, niet?" De zieke keek haar verstoord aan. „Jij bent een brutaal ding, weet je dat?" „Het spijt me, meneer, maar ik was me daarvan niet bewust. Het is tijd voor uw pillen". „Dat hoef je me niet te vertellen", snauwde hij. Maar de zieke nam de pillen in en dronk een slok water, waar na hij het glas teruggaf. Akke zette het neer en bleef even bij de zieke staan. „Tjitske is een lieve meid, notaris, en ze doet alles, wat mogelijk is om u zo goed mogelijk te verzorgen. Zij is nog een vrouw van het oude stempel, zoals je ze tegenwoordig met een lantaarntje moet zoeken. Probeert u alstublieft haar werk voor u een beetje te waarderen. plu"' en bescherming Ze heeft het echt nodig" „Wou jij mij een beetje de les lezen?" „Beslist niet, notaris. Maar zegt u niet van die lelijke dingen. U waardeert haar wel, maar u wilt het niet weten. U moppert nu wel op haar, maar diep in uw hart meent u er niets van. U bent helemaal niet zo'n isegrim, als u zich voordoet". „Wat zeg je?" De man keek haar stom verwonderd aan. Akke knikte vriendelijk. „In de stad zeggen ze, dat u altijd een heel be kwaam notaris was. En dat u heel wat mensen geholpen hebt. Laat dat goede hart van u weer spreken, notaris". „Wel, alle...." Maar wat er verder op volgde, kon Akke niet verstaan, want ze had intussen het vertrek weer verlaten en zat even later in de keuken tegenover Tjitske, die nog steeds met een zakdoek over haar gezicht zat te vegen, ,,'t Is oké Tjitske. Hij was stom verwonderd, toen hij mij zag binnen komen in plaats van jou. Maar hij heeft zijn pillen ingenomen". „Wat zei hij? Vroeg hij niet naar mij?" Akke knikte en stak een sigaret op. „Ik antwoordde, dat je misschien de stad in was om een kookboek te kopen. Je had z'n gezicht eens moeten zien". „Een kookboek Tjitske schoot in een lach. „Kind, hoe durfde je „Je moet niet alles van 'm nemen. Je bent zijn slaaf niet". „Een kookboek...." herhaalde Tjits ke en lachte opnieuw. „Die zit z'n eigen boven suf te peinzen over dat kook boek". Akke haalde haar schouders op. „Heeft-ie tenminste bezigheid. Weet je die man verveelt zich gruwelijk. En daar worden de mensen sikkeneurig van". „Meid, je praat als een professor. HOOFDSTUK 4 Akke is niet bang De zomer spoedde zich ten einde en het najaar kwam. Akke werkte van 's morgens acht tojt 's avonds zeven in „het huis", zoals de woning van de oud notaris algemeen genoemd werd en kon uitstekend overweg met de huishoud ster, die ze zoveel mogelijk werk uit de handen nam. Gedurende de maanden, dat ze bij de oude notaris overhuis kwam, had ze ook enkele familieleden gezien, die zich kwamen overtuigen van de toestand van de zieke. En daar het nu wel vaker ge beurde, dat Akke een kopje thee boven bracht, of op de vastgestelde tijd er voor zorgde, dat de oude man zijn medicijnen innam, hoorde ze hem een keer zeggen, na het bezoek van één zijner broers: „Ze zitten allemaal op m'n dood te wachten om m'n centen te kunnen pikken, Akke. En als het aan hen nog maar goed be steed was, maar niemand kent de waar de van het geld. Geen van mijn broers en zusters, neven en nichten is ook maar enigszins geslaagd in het leven. Alle maal sufferds, die niet verder kijken dan hun neus lang is en al tevreden zijn als ze een baantje hebben, waarin ze verzorgd worden tot hun dood toe. Hard werken om een beetje vooruit te komen smetteloos- zuiver in de wereld, hebben ze allemaal een hekel aan. Waarom heb jij eigenlijk niet gestudeerd?" Akke schrok op Hoewel ze er al enigszins aan gewend was, dat hij soms van de hak op de tak sprong, overrom pelde haar deze vraag. In de regel zat z$ niet gauw om een antwoord verle gen, en ook ditmaal antwoordde ze ad- rem: „In dit leven zijn nu eenmaal he ren en knechten nodig, notaris. Als iedereen bijvoorbeeld notaris was ge worden, leden ze allemaal gebrek". „Dat is een dooddoener", mopperde hij. „Wat had je voor cijfers op .de la gere school voor taal? En lezen en schrijven?" Akke stond in haar gebruikelijke houding, als hij het woord tot haar richtte; met haar handen onder het schort. „Precies weet ik dat niet meer, maar op school was ik in ieder geval lang niet de slechtste, notaris". Hij keek haar spotlachend aan. Toen keek hij rond op zijn bed, dat bezaaid lag met boeken, schriften, papieren en kranten. Toen greep hij een blocnote en een potlood, bood het haar aan en ant woordde: „Bewijs het. Schrijf enkele re gels en improviseer zelf, als je ten minste dit woord verstaat". Het meisje aarzelde een ogenblik en greep toen zonder de man aan te kijken het papier en het potlood, ging op een stoel zitten en begon, zonder er eerst over na te denken, te schrijven. Na en kele minuten hield ze op, las het ge schrevene nog eens na en overhandigde het toen aan de zieke. (Wordt vervolgd)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1964 | | pagina 3