Voorlichtingsbijeenkomst over
teelt aardappelen en suikerbieten
BRIGADIER PIET EN DE SEMI-PROF
Niet alle mannen zijn egoïsten
houdt—d
Natuurzuivere
DAMPO
rubriek voor
LANDBOUW en VEE
verkouden
TEXELSE COURANT
Onilci»
L >an (ufoninKm
De belangstelling voor de op 5 fe
bruari gehouden voorlichtingsbijeen
komst in Motel „De Zwaan" over de
teelt van aardappelen en suikerbieten
was zeer bevredigend. De heer Th.
Rutten, voorzitter van de Streekont-
wikkeling kon plm. 40 landbouwers
welkom heten.
De heer KI. Borst deed allereerst een
aantal mededelingen over activiteiten
in het afgelopen jaar. Met premie van
de Streekontwikkeling werden plm.
10.000 poterkiembakken aangeschaft.
Verder kregen een aantal aardappelte
lers premie bij aanleg van TL-verlich-
ting in poterbewaarplaatsen. In een
drietal gevallen werd premie verleend
op de aanschaf van een ontsmettings
machine voor pootaardappelen.
Vervolgens werd gememoreerd, dat
hulp werd verleend bij de opleiding
van aardappelselecteurs door het be
schikbaar stellen van een goede selec
teur van de vaste. Mede dank zij deze
hulp slaagde 90% van de Texelse cur
sisten. De heer Borst had de indruk,
dat de goede vooruitgang bij het ont
smetten van eigen pootgoed in 1963 en
1964 voor een goed deel weer teniet was
gedaan. Met klem wees de heer Borst
op de noodzaak van ontsmetten. Was
men hier door omstandigheden nog niet
aan toe gekomen, dan zou dit alsnog
moeten gebeuren. Werd dit nagelaten,
dan zou dit kunnen betekenen, dat de
prijzen een volgend seizoen goed zijn,
maar dat de geldelijke opbrengst per
ha. toch te laag ligt als gevolg van een
te lage opbrengst en een hoog percen
tage „uitval". Een flinke vooruitgang
kon worden geconstateerd ten aanzien
van het aantal planten per ha. Spreker
was van oordeel, dat dit mede te dan
ken was aan de artikelen in de Texelse
Courant over dit onderwerp.
Inleiding van de heer Zijdewind
De heer Zijdewind wees in de eerste
plaats op enkele nieuwe zomergerst-
rassen met brouwgerstkwaliteit. Het
betreft de rassen Zephyr en Delisa. De
opbrengst van deze rassen is zeer goed.
Verder werd iets verteld over de che
mische onkruidbestrijding in aardappe
len. In Noord-Brabant en Drente be
gint dit systeem van onkruidbestrijding
meer toepassing te vinden. Door veel te
eggen wordt nl. de kans op verdroging
en nachtvorstbeschadiging groter. Spr.
was van oordeel, dat deze wijze van
onkruidbestrijding ook voor de Texelse
zandgronden van belang kon zijn. De
heer Zijdewind wees op het streven van
de landbouwers op de zwaardere gron
den om de rijenafstand van aardappe
len op 75 cm. te gaan stellen. Voor de
lichtere Texelse gronden verdiende dit
naar het oordeel van inleider geen aan
beveling. Bij droogte zou de loofont-
wikkeling nl. onvoldoende zijn om een
goede grondbedekking te krijgen.
Ook ten aanzien van het dit jaar veel
voorkomende „blauw" in de aardappe
len deed de heer Zijdewind enkele
mededelingen Als voornaamste reden
werd genoemd het hoge zetmeelgehalte
van de aardappelknollen. In deze om
standigheden zou het veelvuldig venti
leren het kwaad verergeren. Het venti
leren van dergelijke partijen kan het
beste gebeuren bij een groot verschil
tussen de buitentemperatuur en de
temperatuur in de aardappelhoop en bij
msitig weer. Voordat in de aardappelen
gewerkt wordt, dient de partij opge
warmd te worden.
Beschadiging door de bewerking
De heer J. Kruizinga vertelde iets
over het onderzoek naar beschadiging
van aardappelknollen tijdens het rooien
en het transport. Daartoe werden tij
dens het rooien monsters genomen bij
de rooimachine en na het storten in de
bewaarplaats. Er bleken grote ver
schillen tussen de diverse partijen voor
te komen. In het gunstigste geval was
94% van de knollen onbeschadigd, bij
de slechtste partij was dit maar 58,7%.
Als oorzaken werden genoemd een te
snelle gang van de machine, een minder
goede overgang van schaar naar opvoer-
ketting, het te snel verliezen van het
zand van de opvoerketting, waardoor
de knollen in aanraking komen met de
ijzeren delen van de machine. Voor het
rooien met de rooimachine is een
tractor met een groot aantal versnellin
gen gewenst, zodat met de gewenste
snelheid kan worden gereden. Een
sprong van bijv. 2,2 km. naar 3,8 km
per uur noemde inleider te groot. Vol
gens de heer Kruizinga behoeft er geen
verschil te zijn tussen het rooien in zak
ken, in bunkers of op de wagen. Bij het
werken met de aardappelvork kon veel
beschadiging ontstaan.
Diverse vragen
Men sprak er zijn verwondering over
uit, dat op een proefveld op het bedrijf
van de heer KI. Eelman, Het Noorden,
zonder stikstofbemesting nog een op
brengst van 32 ton per ha. werd ver
kregen en dat de maximale opbrengst
werd bereikt bij 60 kg. N per ha. Ge
wezen werd op de gunstige groeiom-
standigheden en het feit, dat op bedoeld
perceel een groenbemesting was onder-
geploegd.
Over het momenteel nog ontsmetten
van pootgoed bleek geen eenstemmig
heid te bestaan. Enkele landbouwers
hadden hiermee ongunstige ervaringen
opgedaan. De heren Borst en Zijdewind
meenden, dat bij een juiste toepassing
geen moeilijkheden behoefden op te
treden. Hierbij werd vooral ook gewe
zen op een juiste temperatuur van het
ontsmettingswater. Verder zou het ge
wenst zijn de poters na het ontsmetten
spoedig een zgn. warmtestoot te geven.
Dit pootgoed moest in geen geval zon
der spruit geplant worden.
Enkele aanwezigen noemden een kali
bemesting van 300 - 400 kg. zuivere
kali per ha. zeer hoog. Op Texel gaat
men in het algemeen niet hoger dan 200
kg. De heer Borst raadde aan om de
lichte gronden een bemesting van 300
kg. zuivere kali te geven.
Verzorging van suikerbieten
De heer C. Zijdewind wees op de
zeer goede resultaten, die in 1964 met
chemische onkruidbestrijding met het
middel Pyramin op suikerbieten wer
den bereikt Dit is vooral te danken ge
weest aan de goede weersomstandig
heden. Ten aanzien van het tijdstip van
bespuiting is het advies iets gewijzigd.
Bij gunstig weer kan dit vrijwel direct
na het zaaien gebeuren. De resultaten
yortelonkruiden is nog geen oplossing
op kleigrond en humusrijke gronden
zijn wat tegengevallen. Hier heeft het
middel Endothal in bepaalde gevallen
een beter resultaat gegeven dan Pyra
min. Daar dit middel echter zeer duur
is, moet in dit geval de voorkeur wor
den gegeven aan rijenbespuiting. Voor
gevonden, al is wel geconstateerd, dat
bij gebruik van Pyramin de groei van
kweek iets geremd wordt.
Vijf tot zes hectare per man
De heer Kruizinga wees op het zeer
goede resultaat van de proef bij de heer
KI. Eelman. Het blijkt mogelijk te zijn
de verzorging van de bieten klaar te
krijgen met 50 man-uren per ha. Voor
een, goed resultaat zijn de volgende za
ken van belang. Een voldoende fijn en
ondiep zaaibed is een eerste eis. De
zaaiapparatuur moet goed in orde zijn.
Er is thans gelegenheid deze te laten
controleren door een deskundige in
stantie. Gewaarschuwd werd tegen een
te kleine hoeveelheid zaaizaad. Een
zaaiafstand in de rij van 5 cm. was het
h
107. „Mooi zo, instappen dan maar", zei
brigadier Piet, alias generaal Mesjocco.
„Die kapitein met die drie sterretjes op
zijn pet komt voorin bij mij te zitten.
Duw die andere drie maar achterin".
De gevolmachtigde officier voldeed
braaf aan het bevel en duwde de vier
krijgsgevangenen vol ijver naar binnen.
„Zie zo, ze zitten er in, generaal", zei hij
toen, „Maar nu is er geen plaats meer
voor mij. Hoe kom ik nu naar de ka
zerne?"
„Héél eenvoudig", grijnsde brigadier
Piet, „Ga maar lopen. Dat is goed voor
je kuitspiertjes. Je bent uiteindelijk
nog jong genoeg!"
En vóór de verbouwereerde officier
wat zeggen kon, was de generaal al
weggereden, hem in volslagen wanhoop
achterlatende. Doch deze wanhoop
maakte al spoedig plaats voor een stoe
re en mannelijke verontwaardiging, die
zijn uitweg vond in een gespierde ver
wensing. „Porco porcissimo generalis
simo!!" tierde de gevolmachtigde offi
cier, maar het hielp niet veel, want de
auto was weg en bleef weg.
Al met al begrepen Piet's vier mede
reizigers nog niet veel van de situatie.
Ze vroegen zich verwonderd af wat de
generaal wel met hen voorhad en hun
verbazing steeg ten top, toen de man
op een gegeven moment zijn auto stopte
en bevelend sprak: „En nu de wagen
uit, alle vier!"
„Je gaat ons toch met doodschieten?"
vroeg wachtmeester Zwiebelmann.
„Zeur niet", lachte Piet. „We staan
hier op de overweg bij de tunnel, die
de verbinding vormt naar Slavonië, je
eigen vaderland Ga die tunnel maar in
en zie maar, dat je zo gauw mogelijk
thuiskomt
FEUILLETON DOOR J. DE VRIES
21. Zaterdags huurde Marne een auto
en reed in de namiddag naar Tiel, waar
ze verslag uitbracht van haar bevin
dingen. „Vanavond gaan we samen,
tante. Met de auto kunt u hem ook
bezoeken. Hij zal er vast van opkijken".
„Maar kind, dat kost toch veel geld,
zo'n auto?"
„O", antwoordde Marrie luchtig, „ik
had nog wat geld, toen ik in Nederland
kwam en nu verdien ik weer aardig
wat. Een keertje kan ik dat wel beta
len, hoor".
Patiënt van Evijk verklaarde die
avond een gelukkg mens te zijn met
twee van die lievevrouwen aan zijn
bed. De komst var tante Duuk was
voor hem een volk»men verrassing en
het bezoekuurtje vlo.g om. Toen Marrie
afscheid nam, hield Uj haar hand even
vast en zei: „Marrie, ik ben je dank
baar, dat je dit allemm voor ons deed,
voor tante Duuk en Hj. Met die auto,
bedoel ik. Doe je alsjebeft voorzichtig?
Is er geen mist vanavo^?"
Ze lachte en trok h^r hand los.
„Prachtig zacht najaars>eer. Heldere
lucht met sterren. En in Australië heb
ik wel rijden geleerd, dt kan ik je
verzekeren. Daar zijn de wegen even
anders als hier".
„Tot ziens Marrie, en er£Veel dank
voor alles".
„Tot morgen, rentenier, je-jent al een
stuk betei dan de vorige kter. Ga zo
door en je bent zo weer de cude".
Drie weien vertoefde Baiend van
Ewijk in iet ziekenhui/ en Marrie
smetteloos- zuiver
bezocht hem steevast om de andere dag,
nam twee zondagen tante Duuk mee en
zag de patiënt zienderoog beter worden.
Toen hij op een avond meedeelde, dat
hij de volgende dag weer naar huis
mocht, dacht Marrie aan zijn kamertje
in Geldermalsen en besloot diezelfde
avond contact op te nemen met tante
Duuk. „In ieder geval haal ik je mor
genochtend op", beloofde ze.
Met tante Duuk maakte ze het in
orde, dat Barend een paar weken bij
haar zou komen om rustig aan te ster
ken.
Vervolgens belde ze haar baas op en
vroeg of ze een morgen vrij kon krij
gen, om een zieke op te halen uit
Utrecht.
Het was even stil aan de lijn. „Wie is
het?" vroeg baas Tjeu, „je verloofde?"
„Ik ben niet verloofd, meneer, dat
weet u ook wel. Het betreft een chauf
feur uit Geldermalsen, helemaal alleen
staand, familie van familie, zal ik maar
zeggen. Ik breng hem bij m'n tante in
Tiel. Om half twee kan ik wel weer
present zijn".
„Vooruit maar, dat mag ik niet wei
geren. En kom morgen om half twee
meteen naar m'n kantoor. Ik heb wat
met u te bepraten".
Marrie's hart begon onrustig te klop
pen. „Soms weer moeilijkheden, me
neer?"
„Moeilijkheden? Welnee, juffrouw
Laan, integendeel, zou ik haast zeggen.
U hoort het wel. Laten we het een ver-
rassinkje noemen".
„Goed, meneer, om half twee ben ik
present".
De volgende morgen reed ze naar
Utrecht, mocht daar de ex-patiënt in
ontvangst nemen, die het eerste kwar
tier in de wagen zich kan verbazen
over de uitstekende kwaliteiten van
rijden van het meisje en op de grote
weg maakte hij haar dan ook zijn com
pliment.
„Ik heb je al gezegd: in Australië
leer je wel rijden, reken maar. In de
streek, waar ik woonde, wemelde het
van kangoeroes en die lieve diertjes
maakten er blijkbaar een sport van om
op de meest ongewenste momenten voor
je wagen te springen In het begin
kreeg ik zo wat een zenuwschrik, maar
daar wen je ook aan. Op het laatst
werd het een soort sport om ze te ont
wijken. Ik ben er gelukkig altijd in ge
slaagd".
„Nou, kangoeroes kom je hier op de
wegen niet tegen", merkte Barend
droogjes op.
„Nee, maar wel wegvarkens. Ver
schrikkelijk, zo onopgevoed sommige
mensen achter het stuur zijn. Daar ver
baas ik me iedere keer weer over".
In Tiel werd Barend van Ewijk har
telijk ontvangen en op de divan gede
poneerd. Tante Duuk verzekerde, dat ze
de nazorg van de patiënt wel ter hand
zou nemen en dat hij vast niet eerder
weer achter het stuur kwam, voordat
hij voor honderd procent genezen was.
En of Marrie zo vriendelijk wilde zijn
om van tijd tot tijd te komen contro
leren, of de patiënt bleef vooruitgaan.
meest gewenst. Vooral bij slempgevaar
was een grotere afstand gevaarlijk. Het
gebruik van de dunmachine zou naar 't
oordeel van de heer Kruizinga pas aan
de orde komen bij grotere oppervlak
ten., d.w.z. meer dan vijf hectare per
man.
Vragen in de tweede ronde
Is er een mogelijkheid de gehele ver
zorging te mechaniseren? Dit bleek in
derdaad mogelijk te zijn. In dit geval
zorgt de dunmachine voor het opeen-
zetten en de na chemische onkruidbe
strijding nog noodzakelijke werkzaam
heden. De kans is vrij groot, dat deze
wijze van werken de opbrengst iets
drukt, maar bij de keuze suikerbieten
of graan zou het voordeel toch aan de
kant van de suikerbieten kunnen lig
gen. Verder werd gevraagd naar het
oordeel van de heer Kruizinga over het
gebruik van de loofplukker bij aardap
pelen. Als bezwaren werden genoemd
de geringe capaciteit van deze machi
nes, het gevaar van beschadiging van
de knollen, groene knollen en het ver
grote gevaar van het optreden van de
aardappelziekte. Op gronden, waar veel
gevaar was voor het optreden van rhi-
zoctonia in de aardappelknollen bood
de loofplukker voordelen.
C. v. Gr.
IR. LOUWES SPREEKT OVER
SAMENWERKING IN DE LANDBOUW
Op dinsdag 16 februari houdt de
Vereniging voor Bedrijfsvoorlichting
haar laatste vergadering in dit seizoen.
We zouden bijna zeggen, dat dit een
klinkend slot kan worden. Het bestuur
is er nl. in geslaagd voor deze bijeen
komst als inleider te krijgen de heer
Ir. Louwes te Wageningen. Wij menen,
dat de naam „Louwes" in landbouw-
kringen wel iets zegt.
Het vragen van een onbekende in
leider houdt altijd een zeker risico in en
naar ik meen heeft dit in het verleden
wel eens tot teleurstellingen geleid. We
zijn van mening, dat dit risico er dit
keer niet in zit. Bovendien is het on
derwerp belangrijk en actueel. Vrijwel
iedere agrariër is er van overtuigd, dat
het in de landbouw tot een grotere sa
menwerking zal moeten komen. Niet
alleen op organisatorisch gebied, maar
ook op de boerenbedrijven zelf. De mo
gelijkheden zijn hier vele. Ze kunnen
uiteenlopen van het samen bezitten en
gebruiken van één werktuig tot een
vrijwel volledige samenvoeging van de
bedrijven. Welke kant moet het op?
Ir Louwes hoopt deze avond wegen
aan te wijzen om de samenwerking in
praktijk te brengen. Daarom moet de
zaal van Hotel ..Texel" dinsdagavond
vol zijn.
C. v. Gr.
BUURTVERENIGING BIJEEN
De enige in Den Burg nog actieve
buurtvereniging „Schoonoordsingel-
Witte Kruislaan-Kogerstraat" heeft za-
terdavond in het fanfaregebouw een
bijeenkomst gehad, die zeer geslaagd
kan worden genoemd. Ruim veertig
personen droegen bij aan dit ouderwet
se buurtfeest. De vereniging kon terug
zien op een jaar vol activiteiten. Er
werd een Palmpaasoptocht georgani
seerd, een uitstapje voor de kinderen en
een Sint Nicolaasmiddag. Ook voor dit
jaar staan weer tal van festiviteiten op
het programma.
DAMCLUB TEXEL
Uitslagen-
J. Vinke-C. Dijker 20
J. Hooijberg-P. Bruijn 11
C. Vinke-Jb. Koom 20
C. P. Burger-P. Kooiman 11
Jac v. Heerwaarden-J. A. v.d. Slikke
1—1
C. v.d. Werf-Jo Schoo 11
D. v.d. Werf-C. Groenhof 11
J. A. v.d. Slikke-H. Bruining 11
H. Bruining-C. Vinke 11
C. Dijker-J. Hooijberg 20
J. Vinke-P. Bakelaar 02
P. Kooiman-J. Stam 20
C. P. Burger-Jac. v. Heerwaarden 02
G. Dros-H. Bruining 02
D. v.d. Werf-A. de Haan 2—0 l
Jb. Koorn-C. v.d. Werf 02
Persoonlijk kampioenschap Hoofd
klasse:
J. Zijp-H. Veenstra 02
P. Bakelaar-W. Tesselaar 0—2
H. Veenstra-J. den Os 11
W. Tesselaar-H. Veenstra 11
W. Tesselaar-A. Grooteman 11
J. Zijp-T. Keizer 11
J. S. Keizer-J. Oud 02
J. de Vries-J de Boer 02
P. Bakelaar-J. Zoon 20
J. de Boer-T. Keizer 20
J. de Vries-A. Grooteman 11
J. Zoon-Js. Keizer 1l
J den Os-W. Tesselaar l1
J. Zijp-P. Bakelaar 20
Js. Keizer-T. Keizer 02
Pers. kampioenschap le klasse
P Bleéker-W. v. Leeuwen 20
J. Pronk-P. Kooiman 11
A Pruiksma-P. Bruijn 11
P. Kooiman-A. Pruiksma 11
W. v. Leeuwen-J. Pronk 02
J. Pronk werd hiermee kampioen. P.
Bruijn heeft nog een partij te spelen en
kan nog op een gedeelde tweede plaats
komen met P. Kooiman.
In de hoofdklasse leiden J. de Boer
en A. C. Grooteman. P. Bakelaar speelt
een zeer bescheiden rol en valt wel iets
tegen.
BRIDGEN
Het resultaat van competitiedrive no.
13 heeft weer flinke verschuivingen in
de totaalstand veroorzaakt. Door het
vergaren van een zeer hoog percentage
hebben Bos-Grootjen, met een flinke
voorsprong op no. 2, de kop van de
ranglijst in bezit genomen.
De uitslag was als volgt:
A.:
I. Bos-Grootjen 1) 74.30%
2. Mantje-Veenema 2) 59.72%
3. Blonk-v.d. Galiën 8) 52.78%
4. Kellner-van Lenten 3) 50.00%
5%. mevr. Keijser-Bruin 9) 45.83%
5V2. Riteco-Zegers (14) 45.83%
7 Bakker-Raven 7) 45.14%
8. Gebr. v. Sambeek (16) 39.58%
9. Dijkstra-Smits <17) 36.81%
B.:
1. Echtpaar Jouwersma 6) 63.10%
2. Dam-Dros 5) 61.90%
3. Echtp. Bemsterboer (15) 57.74%
4. Luyckx-Wessels 4) 50.60%
5. Stolk-Verstegen (12) 45.83%
6. Echtp. Gilijamse (11) 42.86%
7. Huizinga-de Vries (10) 39.29%
8 dames v.d. Heerik-Kooijman
(13) 38.69%
frisse King Pepermunt,
het beste dagelijkse middel
ter opwekking en verkwikking.
De patiënt en Marrie hoorden het
lachend aan. „Ik wip wel eens een zon-
dagje over", beloofde Marrie. „Tiel is
gelukkig niet zo ver als Utrecht".
,,'t Zal anders zo gek veel niet uit
maken". meende Barend
Om elf uur vertrok ze, vrolijk nage
wuifd door twee mensen in de kamer.
En vijf minuten voor half twee betrad
Marrie de hal, begroette Elsje, haar
plaatsvervangster, keek op de blocnote
of er nog wat bijzonders opgetekend
stond, inspecteerde zich in de spiegel
om zich ervan te vergewissen, dat baas
Tjeu geen redenen tot aanmerkingen
zou kunnen vinden en begaf zich toen
naar het privékantoor.
„Veilig met de ontslagen patiënt
overgekomen?" informeerde hij belang
stellend.
Marrie knikte. „Gelukkig wel, dank
u. Mijn tante zal hem wel vertroetelen,
dat is haar wel toevertrouwd".
„Ga zitten, Marrie, want ik heb een
vraag. De kwestie, morgenavond is het
jaarlijkse diner van de industrieëlen in
onze streek. Dat is altijd een gezellige
avond, want na het diner wordt er ge
woonlijk gedanst, doorgaans tot een uur
of twee, drie. De heren komen er met
hun dames en nu komen we op het
punt, waar we zijn moeten: ik ben min
of meer een verstokte vrijgezel, maar
op zo'n avond ben ik wel verplicht een
dame mee te nemen. Marrie Laan, zou
jij morgenavond mijn dame willen
zijn?"
HOOFDSTUK 14
Het meisje knipperde met haar ogen
en begon te lachen. „Meent u dat?"
„Anders vroeg ik het niet. Ik ben er
van overtuigd, dat ik met Marrie Laan
eer zal inleggen".
Ze dacht een poosje na en keek hem
toen even aan, waarna ze begon te la
chen. „Mag ik voor de eer bedanken?
Natuurlijk stel ik de uitnodiging op
prijs, dat spreekt. Maar om als nood
zakelijk kwaad te fungeren aan de zijde
van een min of meer verstokte vrijgezel
sorry, meneer Tjeu, maar daar
voel ik toch echt niets voor".
Hij boog zich half over zijn bureau en
antwoordde zacht; „En als ik je nu zeg,
Marrie, dat ik het ontzettend op prijs
zal stellen, als jij, juist jij, met me mee
wilt gaan?"
Ze begon te kleuren en raakte enigs-
zins verward. „Waarom juist ik. Mij
dunkt, u zult toch wel kennisjes hebben
in uw eigen kring?"
„Misschien. Natuurlijk kan ik op
iemand een beroep doen en ik neem
aan, dat ze niet zal weigeren. Maar.
ik zal heel erg eerlijk zijn, Marrie. Ik
verheug me, dat er nu een gelegenheid
is, waarop ik jou als mijn dame kan
uitnodigen. Een weigering zal voor mij
dan ook een zeer grote teleurstelling
zijn. Toe nou. Marrie.Voor zover
ik me kan herinneren, heb ik me altijd
tegenver jou als een heer gedragen,
nietwaar?"
„Als dat niet het geval was geweest,
zou ik al lang verdwenen zijn, meneer",
constateerde Marrie op vaste toon.
„Wat is er dan op tegen om een
avondje met mij uit te gaan?"
(Wordt vervolgd)