IJderboeké
AGENDA
RAIFFEISEN-SPAARWEEK
spaarzin is
in
21-30 OKTOBER 1965
Vraagstuk van de bedrijfsgrootte
weer bijzonder in de belangstelling
°Kr<
BRIGADIER PIET EN DE SEMI-PROF
rubriek »oor I
LANDBOUW en VEETEELT'<L (iwnintfiw
vembeRJ
6 NO
Langeveld De Rooij
de spaarbank met volledige bankservice
TWEEDE BLAD
TEXELSE COURANT
DINSDAG 26 OKTOBER 1965
Het valt ons op, dat ieder jaar om
streeks deze tijd de kwestie van de ge
wenste bedrijfsgrootte en in verband
daarmee de mogelijkheid van een vol
waardig inkomen op de boerenbedrij
ven weer bijzonder in de belangstelling
staat. Mogelijk heeft dit iets te maken
met het feit, dat september de maand
is, waarin de landbouwbegroting voor
het nieuwe jaar bekend wordt. Ieder
jaar opnieuw is er bij de agrariërs een
zekere spanning omtrent de grootte
van het bedrag, dat de overheid be
schikbaar zal stellen voor de landbouw.
Het is nu al weer een jaar of tien
geleden, dat in dit verband voor het
eerst de term „sanering van kleine be
drijven" gehoord werd. Aanvankelijk
kwamen deze geluiden vooral uit een
bepaalde hoek en waren de meeste
agrariërs bepaald kopschuw voor alles
wat maar iets te maken had met het
vraagstuk van de te kleine bedrijven en
de daarmee samenhangende kwestie
van de sanering van deze bedrijven.
Het wonderlijke is, dat het woord „sa
nering" direct de bijsmaak heeft ge
kregen van het „opruimen" van bedrij
ven. Blijkbaar is het nooit tot de mees
ten doorgedrongen, dat de eigenlijke
betekenis van het woord „saneren" ge
zond maken is.
Met het saneren van bedrijven is be
slist meer bedoeld dan het wegwerken
van kleine bedrijven, hoewel uit de
verdere gang van zaken duidelijk ge
bleken is, dat aan deze sanering ook
een verkleining van het aantal bedrij
ven vast zit. Vcor een aantal bedrijven
zal deze sanering echter ook een moge
lijkheid van bedrijfsvergroting kunnen
betekenen. Deze laatste kant is ook
naar voren gekomen in de ruilverkave
ling „Texel", waarbij een aantal te
kleine bedrijver, zijn opgetrokken tot
een oppervlakte, die meer mogelijkhe
den voor een volwaardig inkomen geeft.
Wat is een klein en wat is
een groot bedrijf
Bij het spreken over bedrijfsgrootte
is al meermalen opgemerkt, dat dit
niet in de eerste plaats een kwestie van
de oppervlakte van het bedrijf is. al
heeft dit er uiteraard wel veel mee te
maken. Iedereen zal het met ons eens
zijn, dat een bloembollenbedrijf van 7
ha. een flink bedrijf kan zijn, terwijl
een graslandbedrijf, waar alleen scha
pen worden gehouden bij dezelfde op
pervlakte beslist een klein bedrijf
moet worden genoemd. Een bedrijf van
15 ha., waar 5 ha. pootgoed en 5 ha.
suikerbieten worden verbouwd en op 5
ha. grasland 10 melkkoeien worden ge
houden is beslist geen klein bedrijf,
maar als diezelfde 15 ha. worden ge
bruikt voor de teelt van graan, moeten
we in feite weer van een klein bedrijf
gaan spreken
Het is daarom beslist nodig om voor
het vaststellen of een bedrijf klein of
groot is een andere maat. te hebben dan
de oppervlakte van het bedrijf. We
hebben over de maat, die we daarvoor
in de Parkstraat
DEN BURG 10DE SCHAPENMARKT
Evenals in vorige jaren nam in 1963
Den Burg de 10de plaats in in de rij van
schapenmarkten. In dit jaar bleef de
aanvoer van schapen vrijwel over de
gehele linie achter bij 1959. De aan-
voercijfers waren volgens het Verslag
over de landbouw in 1963 de volgende:
1963 1959
Leiden 92.967 98.379
Purmerend 67.888 67 698
Sneek 54.730 51.680
Leeuwarden 41.115 51.504
Groningen 33.921 48.452
Utrecht 33.210 50.381
Den Bosch 21.433 29.888
Schagen 16.292 18.708
Rotterdam 15.444 25.667
Den Burg 12.806 18.537
Zwolle 8.730 13.581
Doetinchem 2.052 3.334
Wat. betreft de aanvoer van hoender
en eendeeieren kwam Den Burg in 1963
op de 7de plaats:
1963 1959
x 1000 st. x 1000 st.
Barneveld 108.291 94.091
Scherpenzeel 55.470 44.365
Putten 11.518 17.312
Veenendaal 6.000 6.000
Nijkerk 5.358 6 269
Woudenberg 4.264 9.695
Den Burg 2.960 4.634
Epe 1.090 4.080
gebruiken al eens eerder iets gezegd.
We menen, dat het van belang is. dat
ook de gewone veehouder en landbou
wer leert werken met deze maat, omdat
hij op deze wijze de mogelijkheid heeft
zelf na te gaan of zijn bedrijf een klein
of groot bedrijf is en daarbij ook of de
arbeid op zijn bedrijf goed of minder
goed wordt gebruikt.
De bcwerkingseenheden
Sinds een paar jaar is als „maat"
voor het meten van de omvang van het
bedrijf de bewerkingseenheid inge
voerd. De arbeid van ieder onderdeel
op het bedrijf wordt bij dit systeem uit
gedrukt in een aantal bewerkingseen
heden (b.w.e.). Een paar voorbeelden
ter verduidelijking. Voor de verzorging
van een melkkoe rekent men per jaar
55 b.w.e. Voor een pink is dit 12 b.w.e.
Voor de verzorging van een schaap
stelt men 6 b.w.e. Het hooien van één
bunder grasland vraagt 25 b.w.e. en het
kuilen van een bunder gras even veel.
De hele verzorging van een hectare
graan vraagt 90 b.w.e., voor fabrieks
aardappelen is dit 145 b.w.e.. voor poot-
aardappelen 275 b.w.e. en voor suiker
bieten 190 b.w.e. Ze heeft men voor alle
onderdelen van het bedrijf een aantal
bewerkingseenheden vastgesteld en aan
het eind van ieder jaar kan men dus
bepalen hoe groot het aantal b.w.e.
voor het hele bedrijf is geweest.
Voorbeeld voor een bepaald
bedrijf
We nemen een bedrijf van 17 ha,
waarvan 15 ha. als grasland wordt ge
bruikt en op het bouwland l1/? ha.
graan en een halve hectare voerbieten
worden verbouwd. Op het grasland
worden 15 melkkoeien, 6 pinken, 6 kal
veren en 50 schapen gehouden. In een
bepaald jaar is er 7 ha. gehooid en 4
ha. gekuild. Aan de hand van deze ge
gevens kunnen we het totaal aantal be
werkingseenheden vaststellen, nl. als
volgt:
2 ha. granen a 90 b.w.e. 180 b.w.e.
Vt ha. voerbieten 190 b.w.e. 95 b.w.e.
15 melkkoeien a 55 b.w.e. 825 b.w.e.
6 pinken a 12 b.w.e. 72 b.w.e.
6 kalveren 12 b.w.e. 72 b.w.e.
50 schapen a 6 b.w.e. 300 b.w.e.
7 ha. hooien a 25 b.w.e. 175 b.w.e.
4 ha. kuilen a 25 b.w.e. 100 b.w.e.
Totaal aantal bewerkingseenheden 1819
Voor het geval al het werk, met uit
zondering van wat loonwerk, door één
man is verricht, kunnen we zeggen, dat
deze ene man 1819 b.w.e. voor zijn re
kening heeft genomen. Bij vergelijking
van een flink aantal gevallen kunnen
we vaststellen, aat bij een dergelijk
aantal bewerkingseenheden per man de
omvang van het bedrijf voldoende is.
Daarmee is echter niet gezegd, dat het
nu ook verder goed zit. Het is nl. zeer
belangrijk om te weten op welke wijze
al dit werk tot stand is gekomen. Is dit
gebeurd met een zeer uitgebreide werk
tuigeninventaris of practisch geen
werktuigen? Is de loonwerker er flink
aan te pas gekomen, of is deze prac
tisch niet op het erf geweest. Het zal
duidelijk zijn, dat het een enorm ver
schil maakt of men practisch op „z'n
dooie eentje" het bedrijf runt, of dat
er een flink werktuigenpark beschik
baar is en men bovendien ook nog flink
gebruik maakt van de loonwerker.
Daarom kan alleen met het aantal
b.w.e. per man niet vastgesteld worden
of er productief gewerkt is. Daarvoor
hebben we nl. ook nodig te weten welk
bedrag per bewerkingseenheid nodig is
geweest voor directe arbeid, de kosten
van de werktuigen en het aan de loon
werker uitbetaalde geld. Daarover een
volgende keer.
HOOG WATER
Hoog water ter rede van Oudeschild:
26 okt. 9 52 en 22.16; 27 okt. 10 19 en 22.39;
28 okt. 10.44 en 23.04; 29 okt. 11.07 en 23.26;
30 okt. 11.28 en 23.56.
Aan het strand ongeveer een uur eerder
hoog water.
DAMCLUB TEXEL
Het wedstrijdrooster voor de bonds-
competitie luidt;
Texel 1-HDC 1, zondag 24 oktober;
Texel 1-ROE 1 zaterdag 6 november;
GSZ-Texel 1, zondag 13 november
Damlust 1-Texel 1, zaterdag, 27 nov.
Texel 1-Andijk 1, zaterdag 18 december
Winkel-Texel 1, zondag 9 januari.
Texel 2-HDC 2, zondag 31 oktober
Damlust 2-Texel 2, zaterdag 27 nov
EDC-Texel 2, zaterdag 11 december
Texel 2-Andijk 2, zaterdag 18 december
Met twee tientallen moet „Texel" dus
op zaterdag 27 november naar Damlust,
terwijl Andijk op zaterdag 18 december
met twee tientallen komt Alle thuis
wedstrijden beginnen om 13 uur. Ver
trek voor uitwedstrijden met boot 12
uur. De opstelling van de tientallen ziet
er als volgt uit:
Texel I.: P. Bakelaar; C. Dijker; J.
Hooijberg; P. Bruijn; P. Kooiman; C.
Meedendorp; J. Vinke; C. Vinke, J.
Stam, Jac. v. Heerwaarden.
Texel II: J. Schoo; C van Heerwaar
den; C P. Burger; J. A. v.d. Slikke; C.
Groenhof; C. v.d. Werf; D. v.d. Werf;
G. Dros, Jb. Koorn; P. W. Kooi
Reserves: H Bruining, A. de Haan, S.
Ros, E. Bonne.
De uitslagen van 19 oktober 1965:
C. Dijkcr-J. Hooijberg 11
H. Bruining-C. v.d. Werf 20
G. Dros-C. v. Heerwaarden 02
D. v.d. Werf-J. Stam 02
J. v. Heerwaarden-P. Bakelaar 02
C. Meedendorp-J. A~ v.d. Slikke 20
C. Vinke-P. Kooiman 02
C. P. Burger-C. Groenhof 02
P. W. Kooi-Jb. Koom 20
E. Bonne-J. Bosch 20
SPORTACCOMMODATIE OP TEXEL
In navolging van de publikaties van
het C.B.S. omtrent de sportaccommoda
ties in Nederland heeft de Stichting
Sportraad voor de Provincie Noord-
Holland soortgelijke publikaties op sta
pel gezet voor Noord-Holland.
Onlangs is een eerste overzicht ver
schenen over de veldsporten in 1964.
In dit waardevolle rapport wordt per
gemeente en per tak van sport een uit
voerig overzicht gegeven van de aan
tallen passieve en actieve leden, het
aantal teams, de velden en de behoefte
aan velden. Op de cijfers wordt ten
slotte nog enig commentaar gegeven.
Over de situatie op Texel wordt het
volgende opgemerkt:
Er zijn in Den Burg 2 sportvelden en
1 school veld, terwijl in Oosterend, Den
Hoorn, De Koog en De Cocksdorp elk
één sportveld aanwezig is. Daarnaast is
er in Oudeschild één sportveldje, dat
niet aan de minimale afmetingen vol
doet. In deze woonkern is nochtans
geen veldsportvereniging gevestigd.
Voetbal wordt in 5 woonkernen be
oefend. Er zijn 6 verenigingen met to
taal 30 teams, die beschikken over de 6
genoemde velden.
Handbal, korfbal, hockey en andere
veldsporten worden niet beoefend. Er
zijn plannen in uitvoering voor één
veld nabij De Cocksdorp ter vervanging
van het excentrisch gelegen SVC-veld.
Uitgaande van de norm van 5 teams
per veld zijn bij 30 voetbalteams 6
velden nodig. De 7 aanwezige velden
zijn in dit opzicht voldoende.
De 6 veldsportverenigingen hebben
hun behoefte op 9 velden gesteld. Dit
kan als reëel worden gezien, daar door
de bootverbinding met het spelen der
wedstrijden een concentratie in tijd
plaats vindt, terwijl de 2 grootste ver
enigingen (elk 7 teams) in Den Burg
zeker over een volwaardig tweede veld
dienen te beschikken.
Op grond van het bovenstaande is
het tekort aan velden op Texel te stel
len op ten minste 1 veld, terwijl 1 veld
verbetering behoeft.
De aanwezige velden ondervinden in
de zomer een duidelijke overbelasting,
doordat ook de vakantiegangers hier
van gebruik maken. Van een rustperio
de voor deze velden is derhalve geen
sprake, hetgeen vooral geldt voor het
veld in De Koog. Hier zou een tweede
veld gewenst zijn.
Een eventuele ontplooiing van andere
veldsporten zou de overbelasting nog
doen toenemen.
Dinsdag 26 oktober
Den Burg, dorpshuis, bazar van 3.00-5.30 uur
en 7.30-10-30 uur.
Woensdag 27 oktober
Den Burg, De Lindeboom-Texel, bridgedrive.
Donderdag 28 oktober
Den Burg, De Lindeboom-Texel, Mij. tot Nut
van het Algemeen, 2 films van Herman van
der Horst „Faja Lobbi" (over Suriname) en
„Prijs der Zee".
Vrijdag 29 oktober
Den Burg Eben Haëzer, Huwelijkscursus aan
vang 7 45 uur, spreker G. Faber, huisarts te
Krommenie.
Zaterdag 30 oktober
De Koog, Buteriggel.
Steeds meer mensen vinden het de gewoon
ste zaak van de wereld om de Raiffeisenbank
binnen te stappen en een spaarrekening te
openenl
Waarom ook nletl Daar Is die bank toch voor?
Uw geld zit er goed. ja, veel beter dan thuis.
Want ook de rente is niet te versmaden. Kom,
ga sparen of spaar extra tijdens de Raiffelsen-
Spaarweek. U doet wat honderdduizenden
doen: profiteren van de service die deze bank
u geeftl
conWHi stucao
143. Angstig weggedoken in het ruim
van het schip wachtten Karei en Piet
af wat er nu verder gebeuren ging. Ze
zagen er nu nog zwarter en ontoonbaar
der uit dan ooit en hun kleren hingen
in flarden aan hun lijf. Doch het einde
van hun lijden was nog niet in zicht,
want lading na lading kolen werd in
het ruim gestort. Op een gegeven ogen
blik was de hoeveelheid kolen zelfs zó
groot geworden, dat ze er zich gemak
kelijk achter konden verbergen Einde
lijk en te langen leste scheen er genoeg
geladen te zijn, want het storten van de
kolen hield op en een gespierde dek-
knecht smeet de luiken op het ruim.
Toen werd het stil en donker tegelijk.
„Wedden dat we tóch nog in Afrika
belanden?" mopperde Karei. „Dat
wordt een reis om de wereld in een on
bekende oceaanstomer. Als wij hier
maandenlang zonder eten opgesloten
blieven in dat ruim, dan vinden ze ons
skelet, als ze de luiken eindelijk open
gooien!"
Vent, wat ben je plotseling somber!"
viel brigadier Piet uit. „We blijven hier
toch zeker niet rustig zitten! We zullen
heus wel proberen er uit te komen!
Hoor maar, de boot vaart al!"
En voor de zoveelste maal had briga
dier Piet gelijk. Het eentonige gestamp
van de scheepsmotoren begon de ruimte
te vullen en uit het getril van de wan
den en het geklots van het water kon
den ze duidelijk opmaken, dat de boot
inderdaad voer
Piet besloot nu eens poolshoogte te
gaan nemen en ontstak een lucifer.
„Scnei nou uut!" tierde Karei. „Di
rect steek je de kolen ook nog in de
brand!"
„Zwam niet!" zei Piet, „Kolen steek
je zo maar niet in de brand! Kijk liever
maar eens hier! Daar zit een luikje!"