EEmIEHI
RAIFFEISENB
A
N
K
M
IK
OOK IN VIERPOLDERS
STAAT EEN VAN DE
MEER DAN ÏOOO
VESTIGINGEN VAN
DE RAIFFEISENBANK.
BRIGADIER PIET EN DE SPORTCOMPUTER
Doodlopende zijweg
rubriek voor
LANDBOUW en VEETEELT
spaarbank en alle bankzaken
Ori<l«'i' rvdafti ie
Ci >hb
VERLEENDE
BOUWVERGUNNINGEN
Door het gemeentebestuur werden
deze maand aan de navolgende perso-
nen, zaken en instellingen de daarbij
omschreven bouwvergunningen ver
leend
De heer J. v.d. Meer te Den Burg, voor
de verandering van een winkel in de
Binnenburg; de heer C, J. Veeger te
Den Burg, voor de bouw van een bol
lenschuur aan de Grensweg; de N.V.
Buka te De Cocksdorp, voor de bouw
van een toiletgebouw aan de Slufter
vallei, de heer M. J. Bakker te Den
Burg, voor de bouw van een woonhuis
aan de Kogerveldweg; de heer J. H. v.d.
Berg te Den Burg, voor de bouw van
14 douches en w.c.'s; de heer H. Veen
baas te Den Burg, voor de bouw van
een berging aan de Wagemakerstraat;
de Coöp Centrale Raiffeisenbank te
Utrecht, voor de bouw voor een be
heerderswoning aan de Bosrandweg; de
heer C. Wonder te De Koog, voor de
uitbreiding van zijn hotel; en de heer K.
Kikkert te De Koog, voor de uitbreiding
van zijn werkplaats aan de Badweg.
GEVONDEN EN VERLOREN
VOORWERPEN
Gevonden te Den lïurg: sleutelbos met 4
sleuteltjes, briefje ƒ10,double bedelarm-
bandje met 2 bedeltjes; fotostatief Bilora; 1 pr.
bruine hcrenhandschoenen leder; kleine knip-
portemonnee, inh. 61 ct en nota TEM; wiel
dop; snoer rode kralen; wollen muts; rood
grijs geruite pet met speldje voetballer, bruin-
Icderen motorwant heren, linker; rolschaats-
sleutel; rose olifantje op bijtring; 2 witte over
hemden; zwart herenrijwiel met sportstuur met
plaatje Zegel, blauwe mcisjesfiets Gazelle,
zwart herenrijwicl Batavus; zwart herenrijwiel
met hoog stuur.
Verloren te Den Burg: zware gouden heren-
ring met rode steen; bruinlederen padvinders-
riem, kindermaat; gatenbalk staal; wieldop
DKW en 3 autosleuteltjes, lederen petje;
donkerbruine schooltas met schoolboeken; be-
lastingplaatie bromfiets; gele plastic bouwvak
handschoen, linker, merk Monkey; gouden
herenring; zwarte bromfietstas met zijvakje,
waarin gereedschappen; fototoestel Agfa Clack;
tas met voetbalschoenen; donkere herenbril,
breed montuur, beide glazen U/z; ijzeren
stoeltje van aardappelpootmachine; blauwe ijs
muts; rode knipportemonnee inh ƒ5,gou
den damestrouwring; zwarte lederen motorkap;
blauw nylon jack met capuchon en zwart
jongensvest; 1 paar lichtbruine dameshand
schoenen met gehaakte bovenkant, niet ge
voerd; bruinlederen portefeuille met auto
papieren; rode damesknipportemonnee inh. wat
los geld en buskaart; damespolshorloge; heren-
bril, donker montuur; donkerblauw jongens
jack.
Het bureau der rijkspolitie te Den Burg is
voor het aangeven van gevonden en/of verlo
ren voorwerpen geopend op werkdagen van
16.00 tot 18.00 uur.
HOE HOOIEN OP HET
EENMANSBEDRIJF
Enige tijd geleden kregen we de con
crete vraag hoe de werkzaamheden, die
verbonden zijn aan het hooien, op een
eenmansbedrijf moeten worden uitge
voerd. We zijn er van overtuigd, dat
deze vraag op zeer veel eenmansbedrij
ven en bedrijven, die dit in de toekomst
zullen worden, zo nu en dan wordt ge
steld.
Het is niet de enige vraag, die vee
houders op het eenmansbedrijf met een
behoorlijke omvang stellen. Vrij alge
meen is men er van overtuigd, dat het
niet eenvoudig is om het leven leefbaar
te houden op bedrijven met 20 melk
koeien of meer, waar in ieder geval het
dagelijkse werk door één man moet
worden verricht.
En naast dit dagelijkse werk zijn er
de perioden, waarin o.m. ook het win
nen van ruwvoer voor de winter moet
worden gerund. Er zijn op het moment
heel wat voorlichtingsmensen, die van
mening zijn, dat de veehouders er naar
moeten streven een zo groot mogelijk
aantal koeien te melken om daarnaast
zoveel mogelijk werk te laten doen
door de loonwerkers. Het aantal melk
koeien moet in dit geval dus zo groot
zijn, dat de ontvangsten het toelaten om
een bedrag voor loonwerk uit te geven.
Persoonlijk zijn we van mening, dat
hier wel iets in zit, al hebben we er
alle begrip voor, dat een eenmansbe
drijf met 20 - 30 melkkoeien uit het
oogpunt van de arbeid een kwetsbaar
bedrijf blijft.
Maar nu het hooien
De bovengenoemde vraag besprak ik
met iemand, die er meer van weet dan
o.g. En ik vroeg hem hoe hij, in het
geval, dat hij zelf een bedrijf met 20
ha. grasland had, waarop zo'n 25 melk
koeien werden gehouden, het hooien
zou uitvoeren.
Mijn adviseur zou dat als volgit wil
len doen. In de eerste iplaats werd er
van uitgegaan, dat het grasland op een
niet te grote afstand van het bedrijfs
gebouw lag. Maximaal 1000 meter. Over
het maaien werd niet gesproken. Er
zullen veehouders zijn, die er voor voe
len en er ook kans voor zien dit zelf te
doen, anderen zullen ook dit werk door
de loonwerker laten doen. Is er een
tractor op het bedrijf aanwezig, dan zal
men dit in veel gevallen nog zelf willen
uitvoeren.
Vervolgens het schudden. Dit zal spe
ciaal in de gevallen, waarin een tractor
op het bedrijf is. veelal door de vee
houder zelf gebeuren. In een vorig ar
tikel wezen we al op de noodzaak van
veelvuldig schudden en we zien het
toch wel als een bezwaar indien de
loonwerker daarvoor telkens op het be
drijf moet komen. We houden het voor
mogelijk, dat er vaak ook gelegenheid
zal zijn om dit werlc door beter beman
de buurbedrijven te laten doen. In
ieder geval zijn we van mening, dat het
aantal malen schudden niet moet af
hangen van de tijd, die de veehouder
daarvoor zelf beschikbaar heeft.
Het inschuren
Het moeilijke ogenblik komt naar
mijn mening als het hooi klaar is om
ingeschuurd te worden. De man met
wie ik dit vraagstuk besprak zou dit als
volgt willen doen.
Als eerste wilde hij stellen, dat het
hooi los in het vak wordt gebracht en
daar geventileerd wordt. In ons vorige
artikel wezen we er al op, dat het ven
tileren van het hooi in het vak een
middel is om de veldperiode zo kort
mogelijk te maken. Dit kan op zichzelf
al een werkbesparing zijn. Meer dagen
op het veld betekent vrijwel altijd meer
werk.
Verder zou mijn gesprekspartner als
volgt te werk willen gaan. Als trans
portmiddel in de schuur gaf hij op het
eenmansbedrijf de voorkeur aan de
hooiblazer. Eventueel kan een blazer
worden genomen, die tevens geschikt is
voor ventilatie, maar dit behoeft beslist
niet altijd de beste oplossing te zijn. In
veel gevallen verdient een aparte hooi
blazer en een ventilator voor het droog
blazen van het hooi de voorkeur.
Het hooivak zou hij willen „afschut
ten" met fijn gaas en als dan aan de
uitmonding van de hooiblazer een ap
paraat komt, dat het hooi verspreidt is
er in het vak vrijwel geen handwerk
nodig.
Transport van het hooi
als loonwerk
Voor de aanvoer van het hooi naar
het bedrijf moet dan de loonwerker
worden ingeschakeld. Dit zou naar het
oordeel van onze deskundige het beste
kunnen gebeuren met een opraapwagen.
Het hooi wordt in dit geval van dunne
wiersen opgenomen. Voor dit werk is
slechts één man nodig. Als de afstand
niet te groot is kan de aanvoer gemak
kelijk door één man met één wagen
worden verricht. Deze wagen lost het
hooi in de nabijheid van de hooiblazer.
Aan de veehouder dan de taak om het
hooi met behulp van de blazer in het
vak te brengen, wat naar onze mening
bij de hiervoor beschreven inrichting
niet zo bezwaarlijk is.
In bepaalde gevallen gaat men de
blazer verdiept opstellen, waardoor het
inbrengen van het hooi weinig moeite
kost. Als het werk van de verspreider
in het vak dan ook inderdaad zo is, dat
dit weinig handwerk vraagt moet het
lossen op deze manier wel door één
man te doen zijn.
Mijn adviseur was positief van oor
deel, dat deze wijze van hooitransport
op het eenmansbedrijf aantrekkelijker
was dan het vervoeren van geperst
hooi, De kosten van het werk met de
opraapwagen zullen niet veel verschil
len met de kosten van het persen, ter
wijl men het hooi met deze bewerking
tegelijk ook op het bedrijf heeft.
Graag geven we dit advies aan de
vele eenmansbedrijven op ons eiland in
overweging.
Beter gezegd: juist in Vierpolders. Het is een kleine
gemeente op Voorne en Puiten met slechts 1000 in
woners. Maar ook in deze kleine gemeente wordt
gespaard en worden andere bankzaken gedaan.
Daarom is er een Raiffeisenbank. Vierpolders heeft
grote plannen. Er komt een tuinbouwgebied, men
denkt aan een rekreatie-centrum aan de Brielse
Maas en het wordt een knooppunt van grote ver
keerswegen. Er zullen steeds meer mensen In
Vierpolders komen wonen. En reizigers of toeristen
zullen het bezoeken. Dan staat de Raiffeisenbank
klaar om in een prettige sfeer aan alle wensen op
bankgebied te voldoen. Zoals de Raiffeisenbank dat
overal elders doet... 2.000.000 spaarders, 4,8 miljard
gulden spaargeld, meer dan 1000 vestigingen.
FEUILLETON
door
Gré de Boer
41. Dat vroeg Nel zich een paar dagen,
nadat Huib weer aan het werk was ge
gaan, ook af. Toevallig was ze die mor
gen vrij vroeg op. In de ochtendscheme
ring trok ze de gordijnen van de voor
kamer open en keek, net als vroeger,
naar de auto van haar man. Meteen
verstijfde ze van schrik. Iemand had
met grote krijtletters op de zijkant van
de wagen geschreven; „Vrouwedief!"
Binnen dertig sekonden was ze bui
ten met een emmertje warm water en
begon de discriminerende bejegening
weg te vegen. Ook aan de andere kant
was het woord geschreven Vijf minu
ten later was er niets meer te zien en
hoopte ze, dat ook niemand van de bu
ren het gezien had.
Na het ontbijt maakte ze vlug het
huis aan kant en besloot de politie te
verwittigen. Dit liep de spuigaten uit.
Wie weet, wat er morgenochtend op
de auto gekalkt stond. Iedereen had het
recht over haar man te denken, zo hij
zelf wilde, Maar daarbij moest het dan
ook blijven.
Dat zei ze om half elf ook tegen op
perwachtmeester Jansen van de Rijks
politie. En deze was het roerend met
haar eens. „Als u en uw gezin uw man
geaccepteerd hebben, mevrouw Hartog,
dan heeft iedereen daar verder buiten
te blijven. Ik zal een oogje in het zeil
houden, vooral 's avonds. Dit kan ik
zeer beslist niet tolereren".
Op vrijdagavond laat greep wacht
meester De Haan, die een rondje maak
te via de Papaverstraat, in de regen een
jongen in zijn kraag, die met een pot
carbolineum net van plan was de licht
grijze Vauxhall te gaan besmeren. Er
volgde een korte worsteling, maar De
Haan liet zijn fiets, waar hij lag en nam
de jongen stevig beet.
Een kwartier later zat hij op het bu
reautje, belde zijn chef en noteerde al
vast de antecedenten van de boosdoe
ner, een vijftienjarige nozem uit de He
renstraat Jansen kwam zelf, voldaan
over het spoedige resultaat. Hij stelde
een paar vragen, waarop brutale ant
woorden volgen. De jongen had een
lesje nodig. „We houden hem vannacht
hier", besliste hij. „Ik rijd zelf wel naar
zijn ouders".
Deze waren nog op, zaten met een
ander echtpaar te kaarten en te drin
ken. De opper vertelde, wat hun zoon
al had uitgehaald en wat hij van plan
was opnieuw te doen. Tot zijn grote
verbazing kreeg hij de wind van voren.
Welja, de politie moest zo'n schooier,
zo'n wijvedief nog de hand boven het
hoofd houden. Om zo'n drukte te ma
ken van een kwajongensgrapje, want
meer kon je er eigenlijk niet in zien.
Jansen zette op korte toon uiteen, dat
dit vernieling van een andermans
eigendom betekende. Bovendien was
het woord, dat hij enkele avonden tevo
ren op de auto gekalkt had, beledigend.
Waarop de vader van het schoftje zijn
schouders ophaalde. „Zulke mensen zijn
niet te beledigen, opper, maar moeten
een lesje hebben. U had beter gedaan
zich er niet mee te bemoeien".
Jansen zette zijn stekels op. „Is dit
een dreigement?"
De heer des huizes grinnikte. „Ik kijk
wel uit Breng die schuinmarcheerder
maar aan het verstand, dat hij er beter
aan doet zo gauw mogelijk hier te ver
dwijnen. Deugnieten behoren hier niet".
„Zegt u dat morgenochtend maar te
gen uw zoon. Vannacht blijft hij bij
ons".
Bleef dit alles voor Huib zelf ver
borgen, aan tal van kleinigheden be
merkte hij al heel gauw en duidelijk,
dat hij zo ongeveer persona non grata
was geworden in de stad en wijde om
geving. Gewoontegetrouw kwam hij als
vroeger opnieuw bij garage Kamphuis
om te tanken. Maar terwijl hij bij de
pomp zijn wagen neerzette, stevende
Kamphuis zelf al naar buiten en keek
de ander grimmig aan.
Op een meter afstand bleef hij staan.
„Hartog, dat je terug gekomen bent in
de stad, is jouw zaak Daar zal ik ver
der niks van zeggen. Maar ik wil je op
mijn terrein nooit meer zien, is dat goed
begrepen? Ik heb al naar Den Haag
geschreven, dat ik jou niet meer als
expert wens te accepteren. Als ze hier
een wagen brengen, moeten ze maar
een ander sturen. Met jou heb ik eer
verleden jaar december al afgedaan. En
zie maar, dat je ergens anders benzine
krijgt. Uit mijn pomp komt voor jouw
wagen geen drup meer. Ik hoop, dat ik
duidelijk genoeg ben?"
Huib Hartog had langzaam geknikt.
„Heel duidelijk, Kamphuis. Het spijt
me, dat ik je lastig gevallen heb. Het
beste".
Maar Kamphuis had zich al omge
draaid en liep zwijgend terug naar de
garage. Blikbaar had de pompbediende
al eerder zijn instructies ontvangen,
want de man had geen aanstalten ge
maakt om de tank van Huib's wagen
te vullen.
Een dag daarna had hij ruzie met een
grote boer in de Wied-polder, wiens
tractor van de dijk in de vaart was ger
tuimeld. Huib was erheen gereden om
de schade op te nemen, doch de boer
had hem op woedende toon gezegd, dat
hij op kon hoepelen. „Mijn erf af, jij
jijLaat je baas maar een ander
sturen, maar jou wil ik hier niet heb
ben. Opgemieterd
Na een maand wist Huib: dit kan zo
niet doorgaan. Den Haag zal door ver
schillende briefjes en telefoontjes nu
wel weten, dat ze mij liever niet zien
dan wel M'n gezin gaat er onder lijden.
Ik zie het aan Nel, al zegt die schat
nooit wat. En Nelie zal ook wel een en
ander te verduren hébben. En dat is
allemaal mijn eigen schuld.
Op een avond, toen Nelie al naar bed
was, besprak hij het met Nel. „Ik ga
morgen naar Den Haag en zal open
kaart spelen. Misschien kan ik een an
der rayon krijgen. Misschien kan ik rui
len met iemand, die wel belangstelling
heeft voor mijn rayon. En anders
anders neem ik mijn ontslag en zoek
ergens werk. Buiten de stad natuurlijk.
Maar het zou voor ons allen veel beter
zijn, als ik hier weggingi".
Nel dacht na. Ze kon hem geen onge
lijk geven. Maar om weg te gaan uit
haar geboorteplaats dat was toch
wel iets.
Op bed piekerde ze er over, nadat
Huib al lang ingeslapen was. Tenslotte
wist ze, wat ze doen moest. Dit offer
moet ik brengen. Als ik maar niet in
een grote stad terecht kom. Dat zou ik
verschrikkelijk vinden.
De volgende morgen reed Huib vroeg
de stad uit en was nog voor de middag
op het kantoor. Ja, daar had men al
van de moeilijkheden vernomen. Een
vervelende geschiedenis. Ontslag? Wel
nee, meneer Hartog, we zetten u niet
op straat! Stel je voor. We doen alle
maal wel eens iets in ons leven, dat
eigenlijk niet door de beugel kan. En
dat van U is achter de rug. We kunnen
elkaar daarover toch niet eeuwig lelijk
aankijken? We zullen het rustig bezien,
he? Er zal wel een oplossing gevonden
kunnen worden Als u soms iemand
weet, die bijvoorbeeld met u wil ruilen,
zijn we er. We zullen ons best doen.
Gaat u voorlopig gewoon door met uw
werk. Apropos, garage Kamphuis heb
ben we geschrapt Nee, de houding van
die meneer stond ons niet aan. Als hij
u nu een pak slaag gegeven had, omdat
u zijn secretaresse afhandig maakte en
daarna gezegd had: Ziezo, dat is dat.
Nu gaan we samen een biertje drinken
en we praten er niet meer over, zouden
wij er misschien om gelachen hebben.
Maar dit.We laten ons de wet niet
stellen, meneer Hartog. Voor uw omge
ving gaan de wagens voortaan naar een
andere garage. Welke, hoort u nog wel
Datzelfde weekeind kwamen Henk en
Tinie over, terwijl Elsje en Piet met
hun inmiddels geboren baby zaterdags
middags even langs reden Huib bewon
derde zijn derde kleinkind, zich koeste
rend in de liefde van Elsje: „Gaat het
alweer een beetje, oudje? Je begint
grijs te worden. Een echte opa, he? Wat
zeg je van je kleindochter? Als je zegt,
dat hij meer op Piet lijkt dan op mij,
neem ik hem weg en krijg je hem nooit
meer op je schoot". Maar Huib ver
klaarde diplomatiek, dat Elseke even
veel op beide ouders leek.
(Wordt vervolgd)
3. Platvink-Jantje was van oordeel, dat
hij een glanzende carrière gemaakt had
in de onderwereld en als bewijs daar
van had hij zich voorzien van een zoge
naamd „spionnenkijkertje". Dat hebben
we natuurlijk allemaal op de vorige
strip al gezien Maar wat we toen nog
niet gezien hebben, is de foto, die de
schurk in de hand had. Hij wierp een
geoefende blik op deze foto, vergeleek
deze met de kleine Oosterling, die
kwam aanstappen, en mompelde: „Wel,
wel! Da's ook toevallig! Da's de kleine
Yokito, die ik van Kille Bill te pakke
mot neme! Ik mot hem onbeschadigd
aflevere, zegt Bill. De knuppeldreun
bovenop de test komt dus niet in aan
merking. We motte een meer humaan-
dere methode toepasse. Vanwege asdat
dr. Yokito een klein prutsventje van
niks is, lijkt me de geruisloze toegrij
pende ijzere vuist de meest angeweze
weg
Intussen naderde de kleine Yokito ar
geloos de morsige behuizing van Plat
vink-Jantje, die zijn voordeur voorzich
tig een klein eindje verder openzette.
Aan de overkant van het straatje
keek Ranzige Rinus, ook al zo'n aarts
boef, van achter zijn venster gespannen
toe. „Let op, Sjakie", fluisterde hij
schor tot zijn zoontje. „As jij ooit nog
ereis een goeie beroepsboef wilt worde,
neem dan een voorbeeld aan Platvink-
Jantje. Die is in Amerika geweest, op
de hogeschool van de beroepsboeverij!
Hij heb dan ook een zeer hoog mvoo
wete te bereike!"
„Hij hèb 'm, pa!", kreet Slonzige
Sjakie opgetogen, toen hij zag dat Jan-
tje's vuist pijlsnel uitschoot en de kleine
Japanner hoog van de grond tilde Ver
volgens verdween de kleine Oosterling
met een sneltreinvaart in Jantje's krot
woning, wat aan Rinus de oorspronke
lijke opmerking ontlokte: „Hihihi! Die
binne benne, benne binne!"
Maar brigadier Piet had alles gezien!
Onversaagd rende hij op Jantje's wo
ninkje af, vermoedend dat hier een af
schuwelijke misdaad werd voorbereid.