Wie een AMRO-Spaarbrief (serie 1967) koopt, spaart tegen een aantrekkelijke rente. AMRO BANK LA VEROORDELEN BRIGADIER PIET EN DE SPORTCOMPUTER iliik ,rii8-~a6 is niet moeilij LANDBOUW en VEI *2 1VEEDE BLAD TEXELSE COURANT VRIJDAG 20 JANUARI 1967 rubriek voor DIT HOORT U OOK NIET VOOR DE EERSTE KEER Het is altijd buitengewoon plezierig om te bemerken, dat bepaalde dingen, lie in deze rubriek naar voren worden ebracht, door anderen worden onder- chreven. Laat ik direct zeggen, dat het lier niet om eigen „uitvindingen" van schrijver van deze rubriek gaat. Het me nog nooit gelukt een prijs toege- ezen te krijgen door de Rijksideeën- ius, omdat ik een of andere opzienba- ende uitvinding had gedaan. Ik zie het ook niet van komen. Het werk van leze rubriek is meestal niet meer dan et doorgeven van zaken, die ik gelezen >f gehoord heb. Eén van die dingen is het verband ussen dat wat melkkoeien onder de leus krijgen en wat ze in de emmer everen. En dan moet U dat „onder de teus" in ruime zin nemen. Daar be- loort ook bij de ligging van de dieren, iet klimaat van de stal en de manier, vaarop de veehouder met de dieren ►mgaat. Het woord uit de Bijbel: „De echtvaardige kent het leven van zijn leesten" en die van het spreekwoord: •Het oog van de meester maakt het laard vet", gelden nog steeds. Goed ruwvoer Een veehouder, die ik er zeker niet ran verdenk voorlichters naar de mond e praten, maakte zo maar ongevraagd le opmerking, dat het oude verhaal, lat de produktie van melkkoeien voor iet grootste gedeelte een kwestie was ran de afstamming voor hem allang ïad afgedaan. De voeding en verzor ging waren voor hem onbetwist num- ner één. Of hij dan aan de fokkerij geen en- cele waarde hechtte? Zeer beslist wel, vant in hetzelfde gesprek vertelde hij nij, dat hij goede ervaringen had met en bepaalde stier van de K I -vereni ging „Texel". Deze goede eigenschap- >en kwamen echter alleen te voorschijn ils de dieren een uitnemende verzor ging kregen. En daarbij was voor deze reehouder de kwaliteit van het ruw- roer een zaak, die hoog genoteerd fond. Op dit bedrijf was het goed looi van nieuw grasland, met de maai- cneuzer gemaakt kuilgras van eveneens lieuwe weiden, voederbieten en in de ïerfst meestal suikerbietenloof en/of ïerstknollen. Op deze wijze beschikte bedoelde reehouder niet alleen over best ruw- roer, maar kan hij op deze matige ijrond bovendien twee melkkoeien per ja. grasland met bijbehorend jongvee louden. Voor ons eiland een maximale >ezetting Nog een stem „Wat is goed hooi toch veel waard", vas de opmerking, die maandag j.l. een eehouder maakte, die zo maar even angs ons tafeltje op „de beurs" kwam open. Hij had het geluk dit jaar over {oed hooi te beschikken. Niet zonder 'eden zeg ik „geluk". Deze veehouder ïad nl. het hooi geperst en ik ben ge- ïeigd om te zeggen, dat je „geluk moet lebben" om op die wijze goed hooi te vinnen. Dat geluk behoeft bij verwer ing van los hooi en daarna ventilatie n het vak een minder grote rol te spe en Maar dit terzijde. Het gaat me nu >m de opmerking van deze veehouder. Hij was het er nl. volkomen mee ens, dat een minder goede kwaliteit fan het ruwvoer niet goed te maken is het extra-krachtvoer. D.w.z. volledig joed maken. De „top" van de produk- ie moet vooral komen van het goede uwvoer. Het gaat hiermee naar mijn nening als met de organische stofvoor- liening van de grond. We kunnen met kunstmest heel wat loen. En in dit verband menen we, dat let van belang is een goed bemestings- >lan te maken. Maar de laatste paar londerd kilo graan en de laatste ton- len bieten en aardappelen krijg je niet lis het met de voorziening van organi- che stoffen niet in orde is. Dit is op liverse bedrijven bewezen. ALGEMENE VERGADERING BEDRIJFSVERENIGING Zoals we reeds eerder hebben ver meld, wordt de vergadering van de Algemene Bedrijfsvereniging gehou den op vrijdag 3 februari. Het aan- vangsuur is op 10 uur gesteld en we hopen om plm. 4 uur te kunnen sluiten. Zoals gebruikelijk wordt in de middag pauze erwtensoep en een broodje aan geboden. Na de opening volgt een kort overzicht van het wel en wee van de Vereniging in de vorm van een kort verslag van de secretaris en een finan cieel overzicht. Het overzicht van de werkzaamheden door de assistenten zal mogelijk dit jaar in een nieuwe vorm worden ge goten. Een vorm, die we vorig jaar voor het eerst op een kleine voorlichtings vergadering presenteerden en die naar onze mening wel is aangeslagen. Of dit doorgang zal kunnen vinden zal afhan gen van de beschikbare tijd in de ko mende weken en de hiervoor onmisbare inspiratie. Na de middagpauze komen we met een bekend menu, nl. een reisverhaal met landbouwkundige inslag, dit jaar verzorgd door de heer K. Schipstra uit Wageningen. Hij laat ons met behulp van dia's door een gedeelte van de Verenigde Staten reizen, waar speciaal veehouderijbedrijven worden bezocht. Op grond van onze eigen ervaring en mededelingen, die anderen ons hier over hebben verstrekt, menen we te mogen rekenen op een geanimeerd reisverhaal. Zoals gewoonlijk zijn ook de meewerkende zoons en belangstel lend personeel welkom op deze bijeen komst. DE GESTAGE DROP HOLT EEN STEEN Het is de waarheid, die boven dit artikeltje staat, die ons nogmaals dringt om het hierna volgende onder Uw aan dacht te brengen. Het gevaar zit er in, dat de redacteur van deze rubriek naast de man van de stekels en de bossige weiden ook nog die van een jager op vervuilde drains wordt. Dat wagen we er op! We hebben werkelijk de indruk, dat het voor de noodzaak om het schoon maken van drains tot een normale be zigheid te maken beslist nodig is daar herhaaldelijk op te wijzen. Mogelijk kan mijn opvolger er mee ophouden. De reden, waarom ik er juist nu nog weer op terug kom, is deze. Een paar dagen geleden was ik op een bedrijf, waar de loonwerker bezig was het land een bewerking te geven, die tot doel had het kweek te bestrijden. Ik ver wonderde me daar wat over, omdat het op dit tijdstip nog vrijwel nergens mo gelijk was een dergelijke bewerking uit te voeren. En de reactie van de be doelde boer was toen: „Nadat de drains een paar weken geleden zijn doorge spoten is het land veel droger gewor den. Ook de loonwerker viel dit op". Het ging hier om drainreeksen, die hoogstens 4 jaar geleden zijn gelegd. Plastic buizen met een omhulling van glasvlies. Weliswaar is de grond in die pere lagen sterk ijzerhoudend, maar de omstandigheden zijn naar onze mening toch lang zo slecht niet als plaatselijk in de P H. polder, polder het Noorden en Waalenburg. Toch bleek het ook hier meer dan nodig te zijn. Op dit bedrijf werden de drains door gespoten. In veel gevallen zal dit nog niet nodig zijn, maar zal ook het een voudige ragen al voldoende zijn. We hopen, dat U het niet vergeet. Hetzelfde geldt voor de produktie van het rundvee. We hebben in ieder geval voor de hogere produkties krachtvoer nodig. Maar de laatste kilo grammen melk moet U er onder krij gen door goed ruwvoer, d.w.z. prima hooi, hoogwaardig kuilgras en zo moge lijk nog wat produkten van het bouw land. A.F.S. ZOEKT GASTFAM1LIES Dit schooljaar leert een aantal jonge Amerikanen wie Wim Kan, wat boere- kool, en waar het Haringvliet is. Zij maken deel uit van „hun" Nederlandse gastgezin en volgen de lessen zoals hun „broer" of „zuster" op een middelbare school. De onafhankelijke particuliere organisatie die hen hiertoe in staat stelt, de American Field Service, zoekt een groot aantal families die voor de maanden juli en augustus a.s. of voor het schooljaar '67-'68 een amerikaanse middelbare scholier gastvrij in hun gezin willen opnemen. Voor de jeugdige Amerikanen, die zorgvuldig worden geselecteerd, is dit een unieke gelegenheid om Nederland niet als toerist te bekijken, doch het le_ ven van alledag mee te maken. Het is daarom niet de bedoeling dat speciaal kostbare uitstapjes gemaakt worden. Voor dagelijkse uitgaven heeft hij of zij bovendien eigen zakgeld. De familie en de pleegzoon of -dochter worden zorg vuldig bij elkaar gepast en voor de fa milie heeft de gezinsuitbreiding een unieke ervaring en een 'blijvende vriendschap tot gevolg. Het aantal jongelui, dat naar Neder land komt hangt af van het aantal ge schikte gezinnen. De eisen waaraan een gastgezin moet voldoen zijn bepaald niet prohibitief: een lid van het gezin moet redelijk engels spreken en een leeftijdgenoot van 16 - 18 jaar dient tijdens het verblijf aanwezig te zijn. De financiële positie van het gezin is geen criterium, evenmin hoeft de pleegzoon of -dochter een eigen kamer te hebben. Het doel van deze jongerenuitwisse- ling is door persoonlijk contact begrip te kweken voor de levenswijze in an dere landen. Alle nadere inlichtingen en opgaveformuiieren voor het zomer- programma of het schoolprogramma worden verstrekt door: American Field Service, Nieuwe Spiegelstraat 56, Am sterdam, tel. (020) 220916. GEVONDEN EN VERLOREN VOORWERPEN tot 17 januari 1967 Gevonden te Den Burg: 1 groen met rode sokpantoffel, linker; 1 paar geel-rood-bruine klompen; 1 paar witte wollen sokken m. 38-39; 1 paar schaatsen; groenig wollen wantje; 1 sleutel no. 7; 1 paar rode plastic wanten: 1 plastic houder met 4 dopslcutels en koper borstel; 1 basketbalschocn rechter; zwarte ca puchon; wit hempje met blauwe rand; sierstuk uitlaatpijp; rode kinderwanten. Verloren te Den Burg: grote bruine porte monnee inh. o a. loonzakje met inhoud; wiel dop Fiat; donkerbruine staal; double arm bandje met gouden tientje gevat in gouden montuur; gehaakte grijs met rode tas inh. voorpand van een vest, portemonnee met ca. ƒ10,koperen knopen en 2 knotten zwarte wol; rood-blauw-witte wollen kinderwant; blauw plastic jack met kap; 1 tomatenrode sjaal en zilveren ketting met egel hangertje; zwarte damesschoen, rechter; lichtblauwe re genbroek zeil; rode kinderwant met witte blok- figuren bovenkant; wit met zwarte basttaard- terrier, genaamd Scottie; 2 vuilnisemmers, waarvan 1 met 2 roodbruine stippen; donker blauwe wollen want linker; grijs kinderjasje rood gevoerd met geblokte capuchon; gouden damespolshorloge, merk Mart, met zwart led. bandje; wieldop Taunus 12M; 3 of 4 huis sleutels aan touw; zilveren armbandje met naamplaatje Annelies; briefje van ƒ10,1 paar bruine dameshandschoenen, nylon; 1 radiateurdop met rood knopje erop en 1 wiel dop; gehaakte rode muts, wol: 1 paar groene wollen wanten, wit gevoerd; bruine schooltas inh. schoolboeken; rode sjaal; 1 gouden scha kelarmband (gewezen horlogeketting); groene portemonnee ritssluiting inh. 25,en wat klein geld; rode kinderwant nylon, rechter; plastic zak inh. 2 paar pantoffels, kindermaat; bruine damesbontmuts met strikje. ZON, MAAN EN HOOG WATER De zon komt 22 januari op om 8.35 uur en gaat onder om 17.08 uur; 25 januari op om 8.31 uur en onder om 17.14 uur. Maan: 26 januari V M.; 1 februari L.K. Hoog water ter rede van Oudeschild: 20 jan. 1.40 en 14.00; 21 jan. 2.42 en 15.11; 22 jan. 3.55 en 16.29; 23 jan. 5.11 en 17.49; 24 jan. 6.25 en 19 02; 25 jan. 7.43 en 20.08; 26 jan. 8.41 en 21.08; 27 jan. 9.38 en 21.58; 28 jan. 10.27 en 22.42. Aan het strand ongeveer een uur eerder hoog water. De AMRO-Spaarbrief (serie 1967) heeft een waarde van 100.- en loopt vanaf 4 januari 1967. Wanneer de Spaarbrief op 22 juli 1971 wordt afgelost, ontvangt u voor die 100 gulden 135.- terug. Dat betekent - op basis van rente op rente - een rendement van 6,8%. Bij aankoop van een AMRO-Spaarbrief 1967 dient natuur lijk de vanaf 4 januari 1967 lopende reme te worden bijbetaald (per week 13 cent). De uitgifte van deze Spaarbrieven vindt plaats tot nader order. Inlichtingen - ook over eventuele fiscale voordelen - kunt u krijgen bij al onze kantoren. AMSTERDAM-ROTTERDAM BANK S) 54. „Wat denk jij nou van die hele zaak, Eelco?" vroeg smidje Verholen voor zichtig aan de slimme veldwachter. „Denk jij nou echt dat Kobus dat meent van dat fietsen?" „Onderzoekend keek de veldwachter zijn vriend Verholen aan. Even was het stil. Toen zei hij: „Natuurlijk meent Kobus dat. En dat weet jij héél goed, Verhool'n! Jij kent altied zo bliksems onschuldig uut je blauwe oog'n kiek'n, maat! Maar met Eelco Eelkema maak je de kachel niet an! Ik zal jou ereis wat zegg'n. Die rare Japanees, die jij nou thuus heb zitt'n, die stel ik verant woordelijk voor de hele zaak. Die heeft die arme, domme, dikke Kobus natuur lijk zitt'n opjutt'n! En wie anders zou hem duuz'nd gulden beloofd hebb'n? Een van de dorpeling'n zeker!" „Niks onmogelijk", merkte de smid op. „Ach man, schei toch uut!" brieste Eelco. „Ze hebb'n in het hele land en zeker in dit dorp nog geen stuuver voor de sport over. Ja ja, dan zall'n ze daar Kobus een beetje duuz'nd guld'n gaan beloov'n voor een keertje om de kerk fiets'n! Nee, beste Verhool'n! Daar zit die Japanees achter' Ik geloof, da'k die ook maar 'es een beetje in de gaat'n moet houw'nü" Met die woorden liep Eelco weg en even later ging smidje Verholen er zelf ook vandoor, in gezelschap van Arend Zoethout, de drogist van het dorp. Sa men liepen ze de kant van huis op en Arend Zoethout zuchtte: „Lk begrijp maar niet wat die dikke Kobus bezielt! Zou hij nou echt denken, dat-ie harder kan fietsen dan Stalen Pier? Dat wordt een belachelijke vertoning, Verholen!" „Voor Stalen Pier...." dacht de smid en hij keek zorgelijk. „Of voor dr. Yokito...., als toevallig zou blijken, dat de sportcomputer niet goed werk te DOOR TO DORSSEN-VAN LOON 15. 's Avonds zaten ze in de kamer, :onder veel te spreken. Beiden wisten, ^at ze dachten. En zorgvuldig verme len ze nog te spreken over het ge beurde op de Pinksterdagen. Nadien ling Max iedere avond naar boven, 'elfs de zoen bleef achterwege. In haar slaapkamer hoorde ze hem ivond aan avond naar boven gaan. Met •angzame, zekere treden. Met doffe ogen 'taarde ze soms in het spaarzaam ver- ichte vertrek voor zich uit. Hij denkt ïetzelfde als ik. We hebben beiden een ware zonde op ons geladen, maar ik neer dan hij, want ik ben getrouwd, daarom kwam hij op die onzalige dag uist hierheen? Heet zoiets nu het loodlot? Maar hem mag ik niets ver- rijten, het is alles mijn schuld, omdat k hem ertoe gedreven heb. Wat man- teerde me die avond? En is dit nu de ;traf, iedere dag die martelende onze kerheid over Frans? Leeft hij nog? Met ilke avond wordt de hoop kleiner, want ')s hij nog in leven was, had ik immers lang bericht gehad? Misschien is hij vel zo verminkt, dat men hem niet neer kan identificeren. Dikwijls lag ze uren lang wakker, op laar rug te staren naar de zoldering. Meestal trok ze, voor ze in bed stapte, 'et verduisteringsgordijn omhoog, zo- at het licht de volgende morgen vrij 'innen kon stromen. Soms had ze dan nachts het schijnsel van de maan in 'aar kamer. En dan piekerde ze: Wat kan ik doen om te weten te komen, wat er met mijn man aan de hand is? Bij het Roode Kruis bleef men opti mistisch en doorgaans ging ze dan met nieuwe hoop weer terug naar huis. „Mevrouw Sornee, er zijn zoveel moge lijkheden, dat er nog geen enkele reden is om het ergste te vrezen. Best moge lijk, dat uw man krijgsgevangen ge maakt is Dagelijks komen er krijgsge vangenen terug, gezond en wel. En ook uit Zeeland, nu de gevechten daar ge staakt zijn. Bovendien hebben wij be richt gehad over teruggetrokken Ne derlandse militairen in België. Tussen de Franse en Belgische soldaten bevin den zich nog tamelijk veel Nederlan ders. Werkelijk, mevrouw Sornée, er is geen enkele reden. Overdag ging het nog wel. Dan had ze haar bezigheden. Het grote huis moest schoon gehouden worden. Ze had maar één dag hulp voor het ruwe werk; de rest deed ze zelf. De wasserij was ook nog steeds niet geweest, zodat ze ook wekelijks moest wassen. Om half elf schonk ze koffie voor de mannen en 's middags zat Max tegenover haar aan tafel. En 's middags de thee. Tot zolang ging het wel, maar gelijk met het don ker worden, kwam ook de angst op. Het was soms alsof haar keel dichtgesnoerd werd. Tussen Max en haar werd niet veel meer gesproken. Hoogstens over 'de zaak en het werk. Samen met De Neef hield Max het bedrijf zo goed en zo kwaad als het kon draaiende. Geluk kig waren er grote voorraden hout en ook een flink aantal produkten. Maar als de drie busjes gereed zouden zijn, lag het voor de hand, dat de carrosse- riebouw voorlopig afgelopen zou zijn. Dat betekende zeker ontslag voor twee of drie man. Max was wel zo nuchter om te begrijpen, dat een moeilijke tijd in aantocht was. Veel zou afhangen van het verloop van de oorlog. Als de Duitsers het spoedig verloren, zou alles misschien nog wel meevallen, maar dan moest het toch anders gaan als tot nog toe. Voorlopig boekten de Duitsers al leen maar successen. Ze zaten immers al half in Frankrijk, de Maginot-linie ten spijt. Op 30 juni, de verjaardag van Mien- tje Sornée, was er nog altijd niets be kend over Frans Sornée. Een terugge keerde luitenant, die in Zeeland had gevochten, meende zich een wacht meester Sornée te herinneren en had dit medegedeeld aan het Roode Kruis van Hoogendijk. Doch het signalement klopte op geen stukken na, zodat men Mientje adviseerde er niet te veel waarde aan te hechten. Toch hield ze zich aan deze strohalm vast. Misschien was hij mee teruggetrokken naar Duin kerken. Daar vandaan kwamen drup pelsgewijs nog Nederlandse militairen terug, gezonden en gewonden. 's Middags waren haar ouders er, ter. wijl mevrouw Sornée vanuit Meerslo een felicitatie had verzonden. Dagelijks belde de directrice van het Tehuis haar op namens haar schoonmoeder om te informeren, of er al iets bekend was over Frans; dagelijks moest ze hetzelf de negatieve antwoord geven. Mientje's besliste wens: geen drukte op mijn verjaardag, geen cadeaus en geen felicitaties, werd door iedereen geëerbiedigd. Alleen had ze iets ge haald voor bij de thee. Juli begon en nog immer was er geen bericht over Frans Sornée. Hij was nu de laatste vermiste in Hoogendijk. De Informatiepost was opgeheven Zodra er iets bekend was over wachtmeester Sornée, zou mevrouw bericht krijgen uit de naburige stad. In Hoogendijk zelf was men er al mee verzoend, dat Frans Sornée ge sneuveld was. Dat lag immers voor de hand? Vrijwel iedereen was weer thuis, al of niet gezond, na korter of langer tijd. Voor zover ze ongedeerd terugge komen waren, hadden ze hun dagelijks werk hervat. Met alleen de herinnering aan enkele verschrikkelijke dagen, waarover ze maar het liefst zo min mo gelijk spraken. En iedereen had mede lijden met Mientje Sornée; toch ver schrikkelijk, als je op zo'n manier je man moet verliezen, he? En het was toch een goed huwelijk, nietwaar? Je hoorde immers nooit iets kwaads? Ja, je kunt er makkelijk over praten, maar het zal je eigen vent maar zijn.Die oorlog had er al heel wat op z'n gewe ten. Als je alleen maar denkt aan de distributie, dat gezeur met die bon nen.... mens, waar gaat dat heen, als de oorlog nog lang duurt.Iedereen vond het erg voor Mientje Sornée, maar daarna ging men over tot de orde van de dag. Op een dag in het midden van juli zei ze plotseling tegen Max Ellegers. „Ik voel, dat hij dood is, Max. Ik moet me maar geen illusies meer maken. Iedereen is weer terug in Hoogendijk en omstreken, alleen Frans niet. Hij is dood en ik weet niet eens, waar men hem begraven heeft". Max schudde zijn hoofd. „Ik zou niet weten, welke steekhoudende reden er is voor een dergelijke gedachte. Juist als hij gesneuveld was, had je zeker al bericht gehad. Ik kan er zo drie opnoe men in de streek, die.niet meer te rugkwamen en waarvan de vrouwen bericht kregen. Ik weet wel, dat die on zekerheid op de duur martelend is, maar toch, Mientje, geloof me; jij kunt werkelijk hoop blijven koesteren. Zo lang je niets hoort, bestaat er een rede_ lijke kans, dat hij het op de een of an dere manier heeft overleefd". „Maar waar is hij dan en waarom geeft hij dan geen bericht?" riep ze wanhopig uit. ..Verschillende redenen kunnen daar van de oorzaak zijn. Heus, Mientje, je moet het je niet zo aantrekken. Ik heb zo het idee, dat alles ineens opgelost wordt, vandaag of morgen. Pieker alsje. blieft niet zo, je schiet er niets mee op". Tenslotte zweeg ze maar. Het had im mers geen zin erover te blijven rede neren? Wat kon Max begrijpen van het gevoel van zware schuld, dat ze steeds meer ging voelen over hetgeen ze ge daan had? In de maand juli was er nog iets an ders, dat haar plotseling ging veront rusten. Ze was al een paar ochtenden flink beroerd. Dat had ze wel eens een enkele keer meer, dus besteedde ze er aanvankelijk geen aandacht aan. Doch op een van die ochtenden flitste er iets in haar op. Een veronderstelling, meer was het niet. Doch het ontzette haar dusdanig, dat ze het gelijk benauwd kreeg. De hele morgen bleef ze met deze verschrikkelijke ontdekking bezig. En nog voor het eten nam ze een be sluit. (Wordt vervolgd)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1967 | | pagina 5