prinses VEROORDELEN ■TOT-TCTB Bedrijfsvereniging hield een zeer geslaagde vergadering is niet moeilijk lihTelle beatrijs Het Beste BRIGADIER PIET EN DE SPORTCOMPUTER Tl rubriek voor 1 <M«* LANDBOUW en VEETEELT VOOR BABY'S HUIDJE Deze week in: de advertentie van tweede blad TEXELSE COURANT VRIJDAG 10 FEBRUARI 1967 Wij zijn van mening, dat de plm. honderd bezoekers van de Algemene vergadering van de Vereniging voor Bedrijfsvoorlichting ook dit jaar een leerzame en geanimeerde vergadering hebben meegemaakt. We zijn geneigd om vooral de middagvergadering een hoogtepunt te noemen door de causerie met dia's van de heer K. Schipstra. In het openingswoord werden woor den van welkom gesproken tot de heer Ir. de Glee, rijkslandbouwconsulent te Schagen, de vroegere voorzitter, de heer C. J. de Lugt, de assistenten en de pers. Met waai dering werd gespro ken over de redactie van de Texelse Courant, die op zeer royale wijze ruim te beschikbaar stelt voor de rubriek voor Landbouw en Veeteelt. Vervolgens wees de heer A. Dros Bzn. op de belangrijke taak, die de Landbouw heeft in het geheel van het Nederlandse economische leven. De tot plm. 8°/o ingekrompen agrarische be volkingsgroep verzorgt voor een zeer groot deel de voedselvoorziening van de eigen bevolking en neemt daarnaast nog een onevenredig groot gedeelte van de export voor haar rekening. Er is daarom geen reden voor minderwaar digheidsgevoelens van het agrarische bevolkingsdeel. De landbouw is bezig om te schake len van een arbeidsintensieve naar een kapitaalintensieve bédnjfstak en heeft naar de mening van de heer Dros daar bij de hulp van de overheid nodig om de interne en externe omstandigheden van de bedrijven te verbeteren. Hij wees hierbij op de rol van het Ontwik- kelings- en Saneringsfonds voor de Landbouw, dat o.m. premies verstrekt bij de verbetering van de bedrijfsge bouwen. Spreker was van oordeel, aat voor de toekomst de gebundelde afzet van agrarische produkten de aandacht verdient, waardoor een groter deel van de door de consument te betalen prijs bij de boeren terecht komt. De secretaris aan het woord De notulen van de vorige algemene vergadering werden ongewijzigd vast gesteld. Vervolgens gaf de secretaris, de heer M. Roeper Pzn. een overzicht van het wel en wee van de boerenbe drijven en de vereniging in het jaar 1966. Ondanks de veelzins moeilijke om standigheden kan van een vrij goed jaar worden gesproken, hoewel de re sultaten duidelijk minder waren dan in de beide vorige jaren. De bruto-op- brengsten van de voor pootgoed geteel de aardappelen waren goed, maar het percentage uitval was aanmerkelijk hoger dan normaal. De kosten zijn door de overmatige regenval hoog geweest. Wat het werk van de voorlichtings dienst betreft werd gewezen op de ver minderde personeelsbezetting door het vertrek van de heer P. A. Bakker en het toekomstige vertrek van de heer J. Nieuwenhuis. Dit zal betekenen, dat van de individuele voorlichting steeds mee- moet worden overgegaan op groepsvoorlichting. Als een belangrijke mogelijkheid noemde de secretaris de rubriek voor Landbouw en Veeteelt. Aan het slot van zijn overzicht vroeg de heer Roeper een applaus voor de bijzondere prestaties van het bestuurs lid, de heer KI. Eelman, die reeds en kele jaren Nederlands ploegkampioen is en ons land dit jaar zal vertegen- woordigen in de wedstrijd om het we reldkampioenschap in Nieuw-Zeeland. Aan dit verzoek werd zeer spontaan voldaan. Financieel overzicht De financiële positie van de Vereni ging is zeer goed. Het saldo steeg met plm. ƒ1700,In de toelichting werd er op gewezen, dat dit een gevolg is van het feit, dat een enkele jaren geleden voorziene geldelijke bijdrage langer uitblijft dan gedacht was. Het betreft de bijdrage aan de zgn. fifty- fifty re geling, waarbij aan het landbouwbe drijf sleven de mogelijkheid wordt ge geven voorlichtingspersoneel aan te stellen op fifty-fifty basis. Zowel de overheid als het bedrijfsleven dragen dan elk 50°/o van de kosten. In verband met deze regeling werd de contributie een paar jaar geleden verhoogd. Het ziet er naar uit, dat nu zeer binnenkort voor de consulent schappen Schagen en Purmerend spe cialisten aangesteld kunnen worden voor mechanisatie en boerderijenbouw. Als bijdrage zal van de Vereniging voor Bedrijfsvoorlichting dan een bedrag van 0,25 per ha. worden gevraagd. Namens de rekeningnazieners werd door de heer Joh. Witte Johzn. geadvi seerd de rekening goed te keuren. Als nieuwe rekeningnaziener werd be noemd de heer C Kuip Czn., „Kilstee", Waalenburg. Overzicht werkzaamheden door dc assistenten Dit overzicht werd dit jaar gegeven door middel van een zgn rollenspel, waarbij in een gesprek van twee „boe ren" en één voorlichter de diverse as pecten van het werk naar voren wer den gebracht. De inhoud van het eerste „spel" con centreerde zich op de resultaten van een vijftiental Texelse bedrijven, zoals die naar voren kwamen uit de bedrijfs economische boekhouding over het jaar 1965/'66 Opmerkelijke cijfers kwamen voor in het tienjarig overzicht van de groep Texelse bedrijven, waarvoor over de genoemde periode een bedrijfseco nomische boekhouding werd verzorgd. Deze cijfers vormen een zeer waarde volle documentatie over de ontwikke ling van de Texelse landbouwbedrijven in de afgelopen tien jaar. Het tweede „spel" had betrekking op een aantal landbouwtechnische zaken, waarbij de voederwinning en de proe ven met schapen de hoofdmoot vorm den. De opvoering van deze stukken werd door de aanwezigen met zeer veel aandacht gevolgd. Persoonlijk zijn wij echter van mening, dat het naar voren brengen van deze gegevens via het normale „praatje" toch beter aan net doel beantwoordt. Het komt ons voor, dat voorlichting via een rollenspel in kleinere groepen beter tot zijn recht zal komen dan in een grotere vergade ring als deze. De vragen, die gesteld werden naar aanleiding van het gebodene, hadden vooral betrekking op het inkuilen van gras via maaikneus- en voordroog methode en het mineralenonderzoek. De bestuursverkiezing De heer A. Dros Bzn. werd als voor zitter herkozen. Ook de heer H. Smit Pzn., die in het bestuur de afdeling Texel van de L.T.B. vertegenwoordigt, werd herkozen. In de vacature M. Roeper Pzn. werd als vertegenwoordi ger van de Holl. Mij. van Landbouw afd. Texel, de heer W. Grisnigt Jzn. gekozen. Voorzitter Dros liet zijn dankwoorden aan het aftredende be stuurslid M. Roeper vergezeld gaan van een boekenbon. DOOR TO DORSSEN-VAN LOON 18. Het eerste, wat de kersverse moeder deed, was het gezicht bekijken. Op wie lijkt ze, dacht ze zenuwachtig, op Max of op Frans? Maar zelf kon ze er geen antwoord op geven. Het was haar even wel een hele geruststelling, toen groot vader Oudkerk, na de baby bewonderd te hebben, rustig opmerkte; „In menig opzicht lijkt zij op haar vader, hoewel de neus is specifiek Oudkerk, ab soluut Oudkerk. Frans zal opkijken, als hij weer thuis is, zo'n knappe dochter, Enfin, dat zal zo lang niet meer duren, Mientje. Alles wijst er op, dat de oor log over enkele maanden wel afgelopen zal zijn. Toen op 5 mei 1945 de vredesklokken begonnen te luiden, was Sjaantje Sornee vier jaar oud. Een lief verwend ding, het zonnetje in de woning, die sinds vijf jaren niet meer door de vader was betreden. Einde van het eerste deel. TWEEDE DEEL HOOFDSTUK I Vijf oorlogsjaren vormen samen een lange tijd Wie er nu nog aan terug denkt, beschouwt die periode als een boze nachtmerrie, als een periode vol narigheid en ellende, angst en honger, schaarste en vernedering. Een tijdperk, waarin een mens leerde, dat het leven zeer betrekkelijk kon zijn Eén bom aanval en dat zou het einde kunnen betekenen. Eén razzia en dat zou ster ven in een kamp, ver weg van huis, Het werkplan voor 1967 Na de middagpauze met erwtensoep en broodjes gaf de heer C van Gronin gen een kort overzicht van het Werk plan voor 1967 Ook in 1967 zal weer veel aandacht worden gegeven aan de voederwinning. Er is een duidelijke verbetering van de kwaliteit van het kuilgras. Ook bij het hooi is verbetering waar te nemen. Toch is er op dit gebied nog veel te doen. Naast de aandacht voor de kwa liteit van het ruwvoer zal er in toene mende mate aandacht moeten zijn voor besparing en verlichting van de arbeid bij de voederwinning. Als mo gelijkheden bij het inkuilen werden ge noemd het maaikneuzen en het maken van zg.n „rijkuilen", waarbij een goed gebruik kan worden gemaakt van de opraapwagens. Ook bij het hooien kan de opraapwagen een mogelijkheid wor den om de overgang van baalhooi op los hooi te bewerken. Verder wordt met veel aandacht de ontwikkeling van hooiblazers met verdeler gevolgd. In verband met de drang naar vee- loze bedrijven, of in ieder geval het af stoten van het melkvee, zal voorlich ting nodig zijn voor de bedrijven, waar als gevolg hiervan de voorziening met organische stoffen in gevaar komt. Hierbij wordt gedacht aan een bouw plan met veel groenbemesting. De proeven met winterhuisvesting van schapen op de bedrijven van de Uit voorraad leverbaar bij: Den Burg: Europameubel heer Commandeur, Den Hoorn, en de heer H, Smit Pzn., Noordhaffel, zuilen worden voortgezet. Verder zal ook in 1967 voorlichting nodig zijn op bedrij ven, waar nieuwe stallen worden ge bouwd of verbouwing van stallen en bedrijfsgebouwen plaats vindt. Een reis door de Verenigde Staten De heer C. van Groningen deelde mee, dat de keuze van de heer K. Schipstra. als inleider min of meer een „noodsprong" was. Aanvankelijk was nl. getracht een inleider te vinden, die een causerie zou houden over Brazilië. Toen dit niet slaagde is de heer Schip stra gevraagd, die graag bereid was iets te vertellen over twee reizen naar de Verenigde Staten. De vrees, dat deze causerie een doublure zou kunnen zijn van de causerie van de heer C J. de Lugt twee jaar geleden over hetzelfde onderwerp, 'bleek ongegrond te rijn. Op buitengewoon onderhoudende en geestige wijze voerde de heer Schipstra ons met behulp van dia's door een groot deel van Amerika. De causerie werd doorspekt met allerlei wetenswaardige bijzonderheden over het voorkomen en de bestrijding van plantenziekten in Amerika. Duidelijk bleek uit de cause rie van de heer Schipstra, dat de ont wikkeling van allerlei zaken in Europa vooraf gegaan is door dezelfde ontwik kelingen in de Verenigde Staten. Aan vankelijk was het tijdsverschil wel een jaar of vijftien. Dit wordt echter steeds kleiner. Zoals hiervoor reeds werd gezegd, was deze causerie een hoogtepunt van deze vergadering. De dankwoorden van de voorzitter werden dan ook onder steund door een zeer hartelijk applaus. BOERDERIJENTOCHT Zoals we reeds eerder vertelden is er voor deze tocht grote belangstelling. De datum is nu definitief vastgesteld op dinsdag 14 februari. Door de grote deelname is het nodig om in twee groe pen te gaan. Het lijkt ons nl. onge wenst, dat een groep groter is dan 30 personen. We wilden het als volgt doen: Groep I. Hierin willen we de deel nemers zien uit het zuidelijk deel van het eiland. Om de gedachte te bepalen kunnen we zeggen ten zuiden van de lijn Oudeschild-Den Burg-Westerweg- Bakkeweg. Programma: 13.30 uur Jac Bakker, Amaliaweg, P.H. Polder; 14.30 uur Be drijf C. J. de Lugt, „Padang", Eier- land, 15.10 uur KI. Eelman, „Noord- wijk", 't Noorden; 15.40 uur B. Vla ming, Nieuweschild. Groep II. In deze groep komen dus de deelnemers uit het noordelijk deel van het eiland. Voor hen is het programma als volgt: 13.30 uur C. J. de Lugt, „Pa dang", Eierland; 14.10 uur KI Eelman, „Noordwijk", 't Noorden; 14.40 uur B. Vlaming, Nieuweschild; 15.30 uur Jac. Bakker, Amaliaweg, P.H. Polder. Het is de bedoeling, dat er voor eigen vervoer wordt gezorgd De deelnemers, die niet over een auto beschikken kun nen zich maandag a.s. bij ons melden. Daarnaast vragen we deelnemers, die plaatsen in hun auto over hebben zich ook te melden. We zullen dan proberen om iedereen aan vervoer te helpen. (Zie ook de advertentie in dit nummer). DOE ER WAT AAN „Je schrijft nu al een hele tijd over stekels, de bossige weiden en de ver vuilde drains. Het zou goed rijn als je nu weer ens aandacht schonk aan de ratten, want die zijn er ook nog steeds". Met dit verzoek kwam een paar dagen geleden een veehouder bij me. We geloven, dat er inderdaad reden is om hieraan weer een aandacht te geven. De man in kwestie was van mening, dat de minder goede resulta ten van de rattenbestrijding voor een groot deel te wijten zijn aan het feit, dat er veel te roekeloos met etensres ten wordt omgesprongen. Hij had zich verwonderd over de vele etensresten in vuilnisemmers en allerlei provisori sche vuilnishopen. Hij was van mening, dat er voor deze etensresten een veel betere bestemming was. Het komt me voor, dat mijn ge sprekspartner gelijk heeft. Een doelma tige bestrijding van de ratten moet beginnen met een hongerblokkade voor deze rovers. Een bestrijding met giftige middelen wordt pas effectief als aan de ratten de mogelijkheid wordt ont houden op een gemakkelijke manier aan minder riskant voeder te komen Laat ieder op „eigen erf" er wat aan doen. ONDERZOEK VAN GIERMONSTERS Sinds enige tijd beschikken de men sen van de Voorlichtingsdienst op Texel over een eenvoudig apparaatje om het stikstof- en kaligehalte van gier te onderzoeken. Dit onderzoek wordt kosteloos verricht. Op grond van vergelijking met de uitslag van het onderzoek door een la boratorium mogen we aannemen, dat met dit eenvoudige onderzoek de juiste samenstelling zeer dicht wordt bena derd. Verder is gebleken, dat de kwali teit van gier op de diverse bedrijven zeer ver uiteenloopt. Het is beslist niet zo, dat zonder onderzoek kan worden gezegd wat de bemestingswaarde van gier is Mocht U belangstelling hebben voor dit onderzoek, dan kunt U zich op geven bij één van de mensen van de landbouwvoorlichtingsdienst. 57. Eenmaal terug op zijn werkkamer ging Sipko Stunt direct aan de gang. Een blijde trek overtoog zijn gezicht en de ene vloeiende volzin na de andere smeet hij er uit. Hij stelde koppen en onderkoppen samen en binnen enkele uren had hij een sensationele pagina in elkaar gecomponeerd Geheimzin nige Japanner oefent onbekende wiel renner lui vet tegen super-kracht Stalen Piet overweegt maatregelen wie staat er achter Kobus? Feiten over Rijkhuyzen wat zal de wielren. unie doen? „Hmhiep hoi! Niet slecht! Waarlijk niet slecht!" mompelde hij toen tevreden. „Deze kopjes beloven de ten gevolge kunnen hebben. Tenslotte beheerste een soort fatalisme het be staan van de meeste mensen, die feite lijk maar één belangrijke gedachte hadden: hoe kom ik vandaag weer aan voldoende eten? En zo maar ineens was het afgelopen. De dag tevoren was er nog een kolonne Duitsers door het dorp getrokken. Op een schoen en een slof. Op gestolen fietsen en gevorderde wagens. In vuile, versleten uniformen, wetende, dat het einde vrijwel nabij was. Waarom ze nog ergens heen gingen, wisten ze zelf niet, maar Befehl ist Befehl, dus gin gen ze, doelloos, moedeloos, zonder energie. Misschien waren het dezelfden, die vijf jaar geleden in keurige unifor men zingende hun zegetocht maakten in de dorpen der lage landen. Nu was er van hun bravour niet veel meer over. Terwijl ze door de straten sjokten, ontmoetten ze enkele vijandige en spot lachende blikken. De hoon lag duimdik op menig gezicht. Het leedvermaak kon je er van afschrijven. Het feit, dat ze nog altijd geweren en mitrailleurs bij zich hadden, gaf de soldaten een ze ker gevoel van veiligheid. Al wisten ze het, op een enkele fanatiekeling na misschien: het is voor ons een verloren zaak. Vandaag nog zijn we meester, vraag niet hoe en kijk niet naar hun gezichten. Morgen is het willicht voor bij. Voorgoed. En wat dan? Op de vijfde mei waren er geen Duit sers meer in het dorp. Toen het bericht van de algehele capitulatie bekend werd, duurde het nauwelijks twee mi nuten of het dorp was omgetoverd in een vlaggenzee. Twee ondergedoken maréchaussées liepen plotseling in het dorp in hun oude, vooroorlogse unifor men. De mensen hadden hun werk neergelegd en liepen met blijde gezich ten de straat op. Max Ellegers gaf ook zijn drie overgebleven mensen toestem, ming de rest van de dag maar vrijaf te nemen. Wie dacht er onder deze om standigheden nog aan werken? Daarom sloot hij de werkplaats af en liep naar huis, waar Mientje zich gereedmaakte om met Sjaantje een eindje het dorp door te wandelen. De burgemeester, reeds twee jaar geleden afgezet door de Duitsers, bleek ook weer terug te zijn. Toen de dorpelingen hem ontdekten bij het gemeentehuis, werd hij hartelijk toegejuicht. In de vroege avond, toen Sjaantje naar bed was, dronken Max en Mientje koffie. Terwijl ze via de openstaande deur naar de gezellige drukte in het dorp keken, zei de vrouw opeens: „Max, ik heb nog een klein flesje oude klare in de kelder. Zal ik het halen om deze dag te vieren?" Hij schudde zijn hoofd. „Dat bewaren we tot Frans thuis is". Haar gezicht betrok opeens. De hele dag, sinds het bekend worden van de vrede, had ze van alles gedacht: Geen verduistering meer, straks weer vol doende eten en drinken, en volop licht en gas en goede kleding. De Duitsers weg, voorgoed, en weer voldoende hout om te kunnen werken. Misschien zal binnenkort de carrosseriebouw weer opgevat kunnen worden. En geen angst lezers een opwindend verhaaltje Let op, jongens: die krant gaat er in als koek. Als de hoofdredacteur nu zijn goedkeuring geeft, dan staat mijn werk morgen op de voorpagina!" En nu bofte Sipko Stunt toch wel heel erg, want toevallig waren alle hoofdredacteuren, directeuren en chef redacteuren op een late werkbijeen komst vergaderd! Goed geklede, wel doorvoede mannen waren het, voor wie feestvieren ook werken was. En feest gevierd moest er worden, want „De Opregte Gravendrechter", opgericht in het rampjaar 1672, bestond bijna 300 jaar! „Kê-je nagaan wat dat voor een meer voor bombardementen. Maar dat de vrede inhield, dat nu iedere dag haar Frans terug kon ko men, was nog niet eens tot haar door gedrongen. Ik ben gewoon vergeten, dat ik een wettige echtgenoot heb Vijf jaren is Max nu om me heen, ik weet al niet beter, of het hoort zo. Op één uitzondering na hebben we eigenlijk geleefd als man en vrouw. We zijn vol komen aan elkaar gewend geraakt. We hebben de narigheid ondervonden en zijn samen blij geweest over onze klei ne schat. Max ging de boer op om vlees en boter en melk. In ruil voor textiel, potten en pannen, schoenen en dekens leverde Max kruiwagens af. Met de jongens verrichtte hij allerlei timmer- karweitjes op boerderijen, waarvoor hij dan met tarwe en rogge thuis kwam, zodat we zelfs in de laatste beroerde maanden toch nog genoeg te eten had den. Dank zij Max hadden Sjaantje en zij nooit gebrek. Wat had ze al die ja-' ren zonder hem moeten beginnen? Doch dit alles was weldra voorbij. De rechtmatige heer des huizes keerde terug uit rijn onvrijwillige balling schap. Om zijn plaats weer in te ne men. Max zou voortaan op het tweede plan komen. Max, die haar zo dierbaar was, de man van wie ze hield met al haar liefde. Ze wist het nu. Zo ze indertijd al eni ge genegenheid gevoeld had voor haar man, was die op dit moment in elk ge val dood. Een vreemde komt straks dit huis binnen. Een vreemde, die deson danks rechten op me heeft en onge twijfeld daarvan gebruik zal maken. En ik zal me er niet tegen kunnen ver zetten, hoewel de gedachte daaraan alleen al benauwend is. Was Max het niet geweest, die haar ramp voor sommige families is ge weest", 2ei dr. van Swammeren, de president-directeur „Driehonderd jaar geabonneerd op dezelfde krant! Hoe nebbe ze het uitgehouwe!" Een daverend gelach begroette deze snedige opmerking en omdat al die belangrijke krantemannen in zo'n goeie bui waren, gaven ze Sipko Stunt maar al te graag toestemming om de voor pagina te gebruiken Er kwam dus een ochtendblad uit, dat insloeg als een bom. Vooral bij Eelco Eelkema, de veldwachter. Die was vroeg op en las de krant het eerste. „Daar heb je het geduvel in de glaaz'n" zei hij zorgelijk HET BEHOUD VAN UW TANDEN Onbetwist de beste tandpasta op de morgen van de 29e november 1943 verwelkomd had met een bos bloemen7 Zelf had ze er geen ogenblik aan gedacht, dat ze op deze dag twaalf en een half jaar getrouwd was met Frans Sornee, wiens naam ze nog steeds droeg, maar die ze al drie en een half jaar niet meer had gezien. Ze had het beschouwd als een wrange grap. Een klucht. Daarom was ze goed nijdig geweest. Arme MaxHij had het goed bedoeld en dat begreep ze later op de dag. Hij wilde niet, dat ze Frans vergat. Te pas en te onpas noemde hij zijn naarh, hetgeen haar soms haar wenkbrauwen deed fronsen. Ze wilde liever niet meer aan hem herinnerd worden. Het deed haar niets meer, dat hij er niet was en als hij nu, na de be vrijding voorgoed wegbleef, zou het haar niets kunnen schelen. Eigenlijk ben ik een onmens, reali seerde ze zich. Wie weet, hoe Frans al die jaren geleden heeft. Hij kan wel verwondingen opgelopen hebben. De vraag rijst zelfs nog, of hij nog leeft. Na dat Roode Kruisbericht heb ik im mers nooit meer wat van hem verno men? Ze stond resoluut op en liep naar de der. Even later kwam ze terug met een glas en een klein flesje. „Geen onzin, Max. We kunnen gerust aannemen, dat hij z'n natje en droogje wel op tijd ge had zal hebben. Vandaag vieren we sa men de bevrijding van ons land, jij en ik". (Wordt vervolgd)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1967 | | pagina 5