moutbrood
RIJKS
POSTSPAARBANK
RENTE TOT
vers gebakken
vol kostelijke
bouwstoffen!
het statussymbool
FEUILLETON
door
Gerrit Franssen
<5i%j
[WEEDE
6. „Jaap!" riep Overvest, „dat is geen
taal voor een HBS-er. Neem het terug"
„Laat die meid dan haar mond hou
den".
„Heb je me verstaan, Jaap?" Zijn
vader's stem klonk dreigend.
„He? O, nou sorry, ik bedoelde het
natuurlijk niet zo".
Hennie keek van de een naar de
ander. „Wie is Geraldiene?"
„Een nozemgriet", verduidelijkte
Tonia, haar tong uitstekend. „Is verle
den jaar van school getrapt".
„Waarom?" wilde Hennie weten.
Tonia haalde haar schouders op. „O,
weet ik het. Ze zal wel wat uitgehaald
hebben, denk ik".
„Omdat ze een beetjeexcentriek
gekleed was", wilde Jaap verduidelij
ken, doch Tonia vulde aan: „Ja, zomer
en winter in een lange broek en met
een slobbertrui, stijle haren".
„Jullie begrijpen haar niet. Ze is ar
tieste", vervolgde Jaap. „En talent
heeft ze. Ze zingt in een bandje. Ik ga
er wel eens heen. Op zaterdagavond.
Tussen de nummers door praat ik wat
met haar. Dat is alles".
„O, je moet het zelf weten. Maar ik
moet haar niet. Ze gaat met iedere
jongen om en laat zich door hen af
likken. Moesten ze mij proberen
„Vertellen Erik en jij elkaar sprook
jes?"
Ze keek haar broer met opgetrokken
wenkbrauwen aan. „Ik help hem met
z'n talen, omdat hij daar niet sterk in
is. En een enkele keer ga ik eens met
hem mee op z'n plof. Mag dat?"
Overvest vond het nu tijd worden
zich ermee te bemoeien. „Dit i> iets,
waarmee Jaap niets te maken heeft.
Moeder en ik hebben genoeg vertrou
wen in onze drie grote kinderen, dat
wij hen zoveel mogelijk vrij laten, ook
in de keuze van hun vrienden en hun
vriendinnen. Ik neem aan, dat ieder
van jullie wel zoveel gezond verstand
zal bezitten om te kunnen onderschei
den v/at koren is en wat kaf. Ben ik
duidelijk?"
Jaap grijnsde. „Heèl duidelijk. Om
uw beeldspraak te hanteren: Tot nog
toe is mij riiet gebleken, dat Geraldien
Pruis behoort tot de categorie kaf".
Dan ben ik tevreden", antwoordde
zijn vader. „Hetzelfde geldt uiteraard
ook voor Tonia".
Ze snoof. „Op Erik is niet dat te
zeggen". Ze hield duim en wijsvinger
tegen elkaar geklemd omhoog.
„Discussie gesloten", zei Overvest
glimlachend. „Een beetje onderling
kibbelen is niet erg. Maar schelden
hoort er niet bij".
„Slaan wel?" vroeg Jaap lakon.ick en
kwam dreigend op zijn zusje af. Waar
op nu iedereen begon te lachen. De
bedreigde incluis.
Hennie keek van de een naar (te an
der. Ondanks dat we het niet bepaald
breed hebben, vormen we een harmo
nieus gezin. Dat is toch het voornaam
ste. Pap zegt nooit veel, maar als het
nodig is, laat hij zich op de juiste ma
nier en toon horen.
Op de verjaardag van Tonia Over
vest viel het meisje van de ene verba
zing in de andere Weliswaar v/as er
geen nieuwe fiets. En ook geen schoe
nen met blokhakken. Maar de baby
doll een droom in blauw, vond de
jarige was er. Geschenk van Hennie.
Plus een paar nylons, presentje van de
tweelingen. Alsook het dagboek met
slotje, waarmee Jaap kwam aandragen.
En de nieuwe schooltas van de ouders.
Tonia stond beduusd te kijken near al
deze vervulde verlangens. Terwijl als
klap op de vuurpijl tante Lies des
avonds haar opwachting maakte en de
jarige, na haar ouderwets gezoend te
hebben, een klein pakje overhandigde
„Ik heb gehoord, dat moderne meisjes
geen nachtpon meer dragen. Ik vind
het dom, maar waarschijnlijk ben ik
te ouderwets. Een kabouter heeft me
in het oor gefluisterd, waarmee ik je
blij zou maken en dat hoop ik dan
maar Alsjeblieft, nichtje, het is mijn
smaak niet, maar alla, een klein beetje
begrip voor de jeugd van deze tijd heb
ik wel. Vandaar dit eh.... nu ja,
maak maar open".
Tonia had er geen idee van, wat er
in het kleine, vrij zware pakje kon
zitten. Zenuwachtig maakte ze het open
en toen ze zag, wat de inhoud was,
werd ze rood van verbazing. Uit een
kartonnen doos kwam een kleine
transistor, haar hartewens. Gedurende
enige tijd was ze compleet sprakeloos,
tot Jaap haar een duw gaf en vroeg:
„Zet 'm eens aan. Laat es horen.
Even later klonken de tonen van een
in de oren der ouderen afschuwelijk
beatnummer door de kamer. Met een
verheerlijkt gezicht keek het meisje
naar de miniatuurradio en vloog toen
haar tante om de hals, haar spontaan
zoenend. „Dank u, tante, dat is het
mooiste cadeau van alles. Ik heb nog
nooit zo'n fijne verjaardag gehact".
„Kijk eens aan", constateerde tante
Lies tevreden. „Ik ben blij, dat je niet
zei: tante, ik had toch liever een mooie
nachtpon gehad
Er waren gebakjes en limonade.
Jaap en Tonia dansten op de muziek
van het transistortje, terwijl de drie
vrouwen naast elkaar zaten te kijken.
Hettie Overvest vroeg aan haar zuster:
„Hoe wist je, dat ze zo graag zo'n ra
diootje wilde hebben?"
Tante Lies keek lachend naar haar
oudste nicht. „Vorige week was Hennie
een avondje bij me. Die heeft me inge
licht, snap je? Ik zie wel, dat ik een
drama veroorzaakt had, als ik met m'n
traditionele nachtpon was gekomen".
Overvest, die even een brief had ge
post, keerde terug in de kamer en
voegde zich bij de vrouwen. Tante
Lies vroeg; „Waarom heeft Tonia nooit
vriendinnen op haar verjaardag? Wat
is dat voor een school, waar zij op is?
Als ik vroeger jarig was.horen en
zien verging bij ons thuis, niet Hettie?
Ik had de halve klas op visite. Trou
wens, Hettie eveneens".
Mevrouw Overvest knikte. „Soms
kan ik van de hedendaagse jeugd geen
hoogte krijgen. Tonia heeft na de lage
re school eigenlijk nooit meer een
vriendinnetje gehad".
Hennie luisterde alleen maar toe. He
weet het antwoord op deze vraag.
Tonia geneert zich om hier. En met
Jaap zal dat wel eender zijn. Bij hun
klasgenoten is het thuis waarschijnlijk
allemaal luxe. En wat hebben wij? On
willekeurig keek zc rond, naar de oude,
al enigszins versleten meubelen. Het
kale vloerkleed. Het behang, dat bruin
verkleurd was door de kachel warmte
en het roken. Het houtwerk, dat nodig
geverft moest worden. Ga er eens aan
beginnendat kost een klein ka
pitaaltje. Zouden mam en pap dat nu
zelf niet zien? Nu ja, pap misschien
niet, maar me dunkt, mam leeft er
iedere dag in. Het kan zo toch op de
duur niet blijven. Maar hoe komen we
aan nieuwe meubelen?
Jaap, die met zijn zusje danste, had
op dit moment vrijwel dezelfde ge
dachten. Ze wil geen vriendin, omdat
ze die niet meer naar huis durft te
nemen. En met rnij is het immers net
zo? Tom Akkers zou een leuke kame
raad zijn. Ik ben éénmaal bij hem thuis
geweest. Je zakt weg in de crapauds.
En moet je zijn kamer zien tegenover
de mijne.Hij waagde een ondeu
gende vraag: „Waarom heb je Erik niet
gevraagd op je verjaardag?"
Ze haaide haar schouders op. „Waar
om wel? Hier zeker?" Ze keek in het
rond.
Hij grijnsde. „Begrepen, zus. Ik denk
er net zo over. We vermaken ons even
goed, dat is het voornaamste".
„Ik heb tenminste zowat alles gekre
gen, wat ik graag wilde".
„Trek je morgen je nylons aan naar
school?"
(Wordt vervolgd)
BLAD TEXELSE COURANT
GEVONDEN EN VERLOREN
VOORWERPEN
Gevonden te Deo Burg: 1 fietspomp: beige
kinderportemonnee met rits inh. ƒ10
zijden herensjaal, blauw met gcel-rode
mouche; damesbril montuur onderkant
doublé, bovenkant donkerbruin met sier
stukken ooghoeken; 1 blauwe wieldop Ford;
bromfietsverzekeringsplaatje BFD 290; zwarte
kmpportemonnee inh. 2 rijksd, cn wat klein
geld, Vivo-zegeltjes en boodschappenbriefje.
Verloren te Den Burg: herenbril met bruin
montuur; zwaree portemonnee, inh. ƒ300.
en wat Engels geld; stalen kabelslot voor 1 ïj-
wicl; groene legertas inh. rose broodtrommel
en grijze thermosfles; zwarte schoolétui inh.
vulpen, kleurpotlood e.a.; korte nylon regen
jas met rits, donkergroen merk Hclly Hansen;
groene nylon jongensjas met rits en capuchon;
witte damesportemonnee, knipsluiting :nh.
o.a. ƒ7,double dameshorloge merk
Richard met zwart bandje; donkerblauw kin-
dervcstje voor 4 jr.; autoped met naam onder
aan het plankje; wieldop VW pers. auto;
witte enveloppen met briefjes van ƒ2,50 met
een totale waarde van ƒ25,kokspak;
agendabockje; opklapbaar houten vissers
stoeltje; bruine portemonnee inh. ƒ13,50;
klein gouden armbandje met naamplaatje
„Gretha" en gouden beeldje letter r; licht
blauw popelinc regenjack voor meisje van 4
jr.; blauw-groen opvouwb. kussentje; vrij
nieuwe autoped kl. crème met gevlamd blauw
en rossige kleur; lichtblauw kinderjasje voor
kind van 1 jaar met rits en capuchon cn af
beelding bambi aan linkermouw; belichtims-
meter met groen foudraal aan kettinkje; zon
nebril met nikkelen montuur en bromfiets-
sleuteltje cn huissleutel; bruine suede heren
handschoen; legergroen mil. jas met Frans
mil. embleem.
VRIJDAG 27 OKTOBER 19C7
OUD-LEERLINGEN HIELDEN
NAJAARSVERGADERING
Op vrijdag 20 oktober hield de Ver
eniging van Oud-leerlingen der Lagere
Landbouwschool de najaarsvergadering
in de landbouwschool. Voorzitter J.
Mant je kon een flink aantal leden wel
kom heten, verder de heren Laan en
Van der Wal en enkele leden van de
jury van de ploegwedstrijd (K. Eelman
en L. Boonman). De secretaris C. Vla
ming las de notulen voor die zonder
op- of aanmerkingen werden goedge
keurd.
Hierna volgde het jaarverslag waar
mee de secretaris een applausje ver
diende. De penningmeester toonde dat
de vereniging ook financieel goed
boert.
Daarop volgde de bestuursverkiezing
die heel wat voeten in aarde had. Ai-
tredend waren voorzitter J. Mantje, se
cretaris C. Vlaming en ook 2de secre
taris D. Bousma, die voor studie naar
cie vaste wal vertrekt.
Er waren 8 stemmingen nodig alvo
rens er nieuwe bestuursleden waren be
noemd. Dit waren C. Westdorp, T.
Huisman en F. Breman.
De bestuursfuncties werden als volgt
verdeeeld: G. Witte, voorzitter; C.
Westdorp, vice-voorzitter; F. Breman,
secretaris; F. Huisman, 2de secretaris;
en M. Witte, penningmeester.
De heer Laan besprak het winterpro-
gramma van de vereniging. Op zater
dag 4 november wordt gezamenlijk met
de „Vormingsklas voor meisjes" van
xnej. Witte een forumavond in Cathari-
na-hoeve gehouden. Ook staan als vas
te punten op de agende de Kenstavond
en de toneelavonden in januari, de da
tums staan nog niet precies vast.
Verder werd een toneelcommissie be
noemd. Deze zal elk jaar een stuk uit
zoeken voor de toneelavonden. De com
missie zal bestaan uit de heren C.
Koorn. G. Kuip, G. Jimmink en de
voorzitter van de oud-leerlingen G.
Witte. (Dit is dus een vaste commissie
telkens aangevuld met de voorzitter
van de vereniging.)
De prijzen van de onlangs gehouden
ploegwedstrijd werden uitgereikt door
de oud-kampioen van Nederland de
heer K. Eelman. Zeer deskundig be
sprak hij daarbij de gemaakte fouten
en pleitte ervoor dat het wedstrijd-re
glement aangepast wordt aan het lan
delijk reglement.
Hierna liet de heer P. Witvliet dia's
zien van een landbouwbedrijf in Wales,
waar hij gewerkt heeft. Hij vertelde er
op humoristische en vlotte wijze er .net
een en ander bij.
Bij het sluiten van de vergadering
nam de heer v.d. Wal afscheid van de
vereniging daar hij leraar wordt aan
een landbouwschool op het vasteland.
Na een paar dagen afwezigheid vond
in de Texelse Courant mijn open
Jief aan de gemeenteraad opgenomen.
.Desgevraagd" echter ook een uitge
lid commentaar van gemeentezijde
3et het verwijt dat ik een zeec onvol-
i^ig beeld zou hebben gegeven van de
„ng van zaken. Ik wil dat niet tegen-
préken, daar ik geen misbruik heb
^llen maken van de ruimte in de
jirant, maar de manier waarop ik nu
yordt aangevallen, dwingt mij er op-
;ieuw op in te gaan en meer uitgebreid
feiten te laten spreken.
Toen ik mij voor de oorlog op Texel
.estigde, was er al van een zekere te-
inwerking sprake. Toen ik tot verba-
rjig van menigeen in korte tijd het
joor mij aangekochte perceel C 25 had
/erbouwd, zodat ik althans het voorge-
deelte kon openen met verlof A, bleef
jat verlof wat te lang uit en verzocht
de gemeentearchitect daarmede
at spoed te maken. Hij, die respect
:ad voor mijn werk, gaf daaraan direct
sevolg, door zijn assistent opdracht tot
ïpmetmg te geven. Deze moest ik ech-
ier betrappen op een verkeerde manier
an meten, waardoor het gebouw te
laag zou zijn voor het gevraagd verlof
it Bij heropmeting in mijn 'bijzijn was
iet resultaat echter zo dat er zelfs een
dein overschot was en ik het verlof
A dus wèl toegewezen kreeg. De ver-
Jere voltooiing stelde ik uit tot na het
seizoen. De oorlog dreigde toen echter
il, zodat ik me beperkte tot het voor
bereidende werk om niet de kans te
lopen iets te bouwen, waarvan de
Duitsers gebruik zouden maken Dit
bleek zeer juist te zijn gezien, want tot
jriemaal toe hebben de Duitsers mder-
pogingen ondernomen, waartegen
Sc mij met succes héb weten te verwe
ren. Toen ik echter na de oorlog, na
Kn half jaar verbanning van het eiland
als gevolg van een serie zeer ernstige
belevenissen, weer op Texel terug
teerde, vond ik de woning C 36 totaal
in puin geschoten en perceel C 35 deer
lijk beschadigd, doch met hulp van
njksinstanties zonder veel moeite te
kerstellen, terwijl ik toestemming
kreeg met het mij toegekende gei l voor
vernielde woning allereerst perceel
C 35 verder af te bouwen. Twee bijge
bouwtjes bij perceel C 36 had ik reeds
iersteld en ingericht tot eenvoudige
vakantieverblijven, die met een op het
terrein geplaatste woonv/agen min of
meer de verwoeste woning konden
vervangen.
Architect Wieger Bruin verklaarde
echter zonder de minste rekening te
'hóuden met mijn belangen, het perceel
[C 36 tot agrarisch gebied en wilde dit
perceel gebruiken voor omlegging van
de hoek Postweg-Vuurtorenweg. Het
[polderbestuur, zeker erkennende de
noodzaak daarvan, ontwierp echter
ten veel eenvoudiger plan in overleg
met de verkeerspolitie en mij. Dit
plan werd ook door GS goedgekeurd.
Ikzelf meende zeker ten rechte dat ik
m.j tegen de agrarische bestemming
moest verzetten en ging daarom naar
ger Bruin's bureau in Amsterdam.
E< trof hem niet zelf aanwezig, maar
de tekenaar vertelde mij al meteen er
niets van te hebben geweten dat er
een woning had gestaan. Daarom was
er geen rekening mee gehouden In
tegenstelling dus tot de gewoonte, dat
waar een woning of iets dergelijks had
gestaan, er ook weer iets dergelijks
mocht worden gebouwd. Wieger Bruin
hield echter stijf vol dat zoiets niet
gezegd kon zijn, daar dit in strijd was
met het besluit, een besluit waartoe de
gemeente pas in november 1956, dus
ruim tien jaar na de oorlog, pas is
gekomen. Volkomen onzinnig daar het
na de maatregelen van het polderbe
stuur in overleg met mij, niet de min
ste zin meer had en ik gewoon door
ging met de exploitaie van het terrein
als kampeerterrein: De door mij inge
richte twee vakantiehuisjes en de op
het terrein geplaatste woonwagen, tot
groot genoegen van allen, die er hun
vakantie hebben doorgebracht. Een fa
milie uit Deventer zelfs zeven rnaal.
Het waren meest mensen, die een heel
jaar hadden gespaard om een paar we
ken vakantie te kunnen houden. Er
was geen standsvenschil merkbaar.
Verpleegsters, hoogleraren en studen
ten vormden als het ware een g,rote
familie. Aan dit alles werd door de
•gemeente een einde gemaakt, niet in
eens maar in etappen. Toen ik eens een
paar wéken in Amsterdam had door
gebracht, bleek na terugkomst de
woonwagen te zijn verdwenen. De
eigenaar had zich bang laten maken en
de wagen verkocht. Verder moest voor
de beide huisjes een kampeervergun-
ning worden aangevraagd. Een jaar
later kreeg ik te horen, 'dat door de
Kampeerraad de huisjes voor het 'be
stemde doel waren afgekeurd, wat na
informatie een pertinente leugen bleek
te zijn. Een en ander was niet bepaald
in het belang van de exploitatie. Deze
willekeur kostte mij ongeveer een der
de van mijn jaarlijks inkomen. Ik be
sloot daarom vergunning te vragen
voor de bouw van een eenvoudige
dubbele bungalow bij perceel C 36, ge
heel omsloten door de boomgaard. Het
daartoe ingediende plan werd nooit
afgekeurd, maar de vergunning kwam
ook nooit af, zodat ik ten einde raad
besloot schadevergoeding te vragen,
waartoe ik bovendien door de commis
sie van Gedeputeerde Staten reeds
eerder werd geïnspireerd voor het ge
val de gemeente de weigering zou
handhaven. Dezelfde beslissing vond ik
bij de commissie van de Raad van
State, in enigszins andere vorm. De
gemeente dacht deze beslissingen ech
ter te kunnen ondervangen door mij te
verwijzen naar het zg. Krimplan; een
plan waartoe echter door de gemeente
pas in 1964 een begin tot voorbereiding
zou worden gemaakt (toen ik Texel
reeds twee jaar had verlaten en mijn
hele bedrijf reeds had verkocht). Door
geen gebruik te maken van genoemd
plan had ik afgezien van schadever
goeding, zo werd gesuggereerd. Het
geen onjuist was: de geleden schade
was door geen enkele maatregel opge
heven, maar door de commissie van
onderzoek juist bevestigd.
Met grote verontwaardiging vernam
ik het besluit, dat ik met ƒ2000,zou
worden afgescheept. Óok de commissie
achtte zich zodanig miskend en bele
digd, dat zij besloot mij geen enkele
declaratie aan te bieden. Dat zegt toch
wél iets. Ik wil niet beweren dat ik
alle details heb vermeld, daarvoor zou
een hele krant nodig zijn. Als een
slecht verliezer zo werd ik genoemd
in het gemeentelijke commentaar op
het eerste stuk kan ik niet anders
eindigen dan uit te spreken dat vol
gens mij de hele raad op één na
zich als een groep machteloze vazallen
heeft gedragen en daarom voor mij alle
achting heeft verloren.
J. Hooijberg sr. (85),
Amsterdam
NASCHRIFT
Het lijkt ons in het belang van nie
mand, dat de discussie over het al dan
niet onrechtvaardig behandeld zijn van
de heer Hooijberg in de krant wordt
voortgezet. Verwijzende naar het ge
meentelijk commentaar op het eerder
geplaatste stuk, raden wij de heer
Hooijberg aan zijn belangen bij de
provincie te (laten) bepleiten. Als wer
kelijk van onrecht sprake is, zal dat
kunnen wonden nagegaan. Het heeft
geen zin door te gaan met het in de
krant tegenover elkaar stellen van te
genstrijdige lezingen. Red. h