Succesvol Tevoko in vrijwel alle
klassen kampioen
.TROUWEN KIN ALTIJD NOG"
^encotop
A
mmmm
Frans Zegel
KI
tweede blad
riek v
FEUILLETOIS
door
Tom Lodewijk
HOUT
geeft fleurili
Oudeschild
LANDBOUW en EETEE
h h air ssr 'd
DEN HELDER
SPOORSTR. 30
TEL.14541
TEXELSE COURANT
VRIJDAG 10 MEI 1968
Na een enerverende competitie is
Tevoko er in geslaagd in vrijwel alle
klassen kampioen te worden. Tevoko
3 (heren) werd, o.l.v. de heer J. M. de
Vries, met ruim verschil kampioen in
de 2e klasse. Het team, dat hoofdzake
lijk bestond uit jonge leden, heeft het
succes voornamelijk te danken aan
hun inzet en het zeer regelmatige trai
ning sbezoek.
Het team bestaat uit: aanvoerder K.
Duinker, J. Joustra, H. v.d. Heerik, G.
Pansier, W. Hoogewoning, P. J. Lips,
J. Bruijn en R. Dapper. Het volgend
seizoen zal het team uitkomen in de
le klasse. Helaas zullen enkele spelers
van Texel vertrekken in verband met
studie.
Tevoko 1 (heren le klasse) wist, on
geslagen, met 1 punt achterstand op
Hydra '67, op de 2e plaats te eindigen.
Het team, dat grotendeels bestaat uit
heren, die al enkele seizoenen hebben
samengespeeld, is in vergelijking met
vorige jaren aanmerkelijk verbeterd,
dank zij het veranderde systeem (3-2
- 1) en de verbeterde teamgeest.
Spelers van dit team zijn; aanv. (te
vens competitieleider, voorzitter be
stuur, trainer en coaoh) Th. v. Asperen,
P. D. Keijser, S. Lakeman, A. Albers,
H. M. Ran en D. Eelman.
Tevoko 2 (heren le klasse) was de
uitschieter van de vereniging. Nadat zij
het vorig seizoen kampiben geworden
waren in de''2e klasse, was het voor
hen te moeilijk om zich te kunnen
handhaven. Dit is onder meer te wijten
aan de zwakke teamgeest en de slechte
opkomst op de trainingsavonden
Tevoko 1 (dames le klasse) wist, na
een spannend competitieverloop, kam
pioen te worden door het gevreesde
HCSC in de laatste wedstrijd met 31
te verslaan. Deze laatste wedstrijd
werd gehouden in Den Helder en was
voor HCSC een grote tegenvaller. Te
voko 1 was de competitie zeer nerveus
gestart, maar naarmate de competitie
vorderde, kreeg het team meer zelfver
trouwen. Het team bestaat uit: aanv.
N. van Hoorn, N. Huisman, A. Joosten,
R. Zijm, R. Zoetelief, J. Kalverboer en
B. van Leeuwen. De dames werden ge
traind en gecoached door de heer P. D.
Keijser.
In deze zelfde klasse heeft Tevoko 2
(dames) na een slordig begin, toch nog
kans gezien zeer behoorlijk te eindigen
en wel op de 3e plaats. Dit is dus na
Tevoko 1 en HCSC 1, die de grootste
kanshebbers waren. Meespelenden wa
ren: aanv. H. Ran, A. Lips, G. Huis
man, A. Kuip, M. Bakker, M. Comman
deur en R. Zijm.
Ook in deze klasse werden de dames
van Tevoko 3 ingedeeld. Zij wisten zioh
nèt te handhaven, wat toch een zeer
De financiële kant
van Uw vakantie
wordt door ons volledig verzorgd
Uw travellers' cheques. Uw bui
tenlands geld. Uw bagage- en
ongevallenverzekering
èciiie gezmscank
13. Ze zag hem uitstappen, keurig, don
ker pak. Was niet van plan er een
wilde dag van te maken. Leek of hij
ter kerke moest. Maar hij wist, bedacht
ze met een neiging tot billijken, ook
niet hoe zij er uit zou zien, wou niet
ongunstig bij haar afsteken. Tenslotte
■gingen ze geen dag zeilen, maar keurig
netjes een fabriek bekijken en bij ma
ma op de thee. Of op de koffie. Af
wachten maar.
Ze hoorde de zoemer, drukte op de
knop Even later klonk het klappen
van de liftdeuren en ze zag hem als een
schaduw opdoemen door het deurglas.
„Mórgen!" zei ze opgewekt. „Kom
d'r in".
„Dag Els", hij was nog wat onwen
nig, merkte ze, nerveus zelfs een
beetje. „Je staat al kant en klaar, zie
ik".
„Gepikt en gedreven", zei ze, wetend
hoe goed ze er uit zag in dit donker
blauwe complet. Heb je al trek in
koffie?"
Zijn gezicht klaarde op. Het ijs was
gebroken.
Ze gebruikte haar Amerikaanse per-
colator, hoefde niet naar de keuken. Ze
zag hem rondkijken in haar kamer.
„Hoe vind je het hier".
„Reuze-modern", zei hij.
„Hoe je daar niet van?"
„Ik ben het niet gewend. Mijn moe
der houdt erg van antiek. Ze heeft een
prachtige zilverkast. En een koffiekan
met een kraantje".
„Zit ik ook op te loeren. Ik vind dit
geval erg praktisch, maar er gaat niets
boven een koffiekan met een kraantje.
Maar ik wil een echte tinnen, en geen
namaak. Daar gooien ze je mee dood".
„Maar dat past hier toch niet?" vroeg
hij.
„Alles past hier. Trouwens, ik laat
me door m'n huis niet regeren. Ik doe
wat ik leuk vind. En als het mooi is,
past het altijd".
Ze zag dat hij het niet helemaal be
greep. Dat is zijn geordende geest,
dacht ze. Antiek is antiek en modern is
modern, en nimmer zullen die twee el
kaar ontmoeten. Maar hij roemde haar
koffie.
„Niet slecht voor een zakenvrouw,
niet?" troefde ze, want in zijn bewon
dering proefde ze ook verwondering.
Zijn moeder zou hem wel geleerd heb
ben, dat bij zulke meisjes de handen
scheef stonden, dacht ze vermaakt.
„Waar heb je dat geleerd?"
„Beste jongen, niets is voor een
meisje zo goed als een paar jaar au
pair te gaan werken. Ik heb alles ge
leerd. Franse keuken, Engelse keuken,
baby'tjes helpen, taart bakken, koffie
zetten, tafeldekken, dat is ook een
kunst apart met vijf gangen en vier
wijnen, afwassen, bloemen verzorgen
en je eigen kleren maken. Dat laatste
omdat je met je zakgeld nooit uitkomt,
en er toch altijd leuk uit moet zien".
„Nu, met die twee laatste factoren
heb je nu zeker geen moeite meer",
glimlachte hij.
„Je wordt complimenteus, Roel. Maar
de tijd gaat snel, gebruik haar wel. Zul
len we eens opstappen? Word ik erg
vuil in die fabriek van je?"
„Je kunt er van de vloer eten", be
loofde hij.
„Wou je dat we dat samen gingen
doen?"
Hij had af en toe moeite haar vlugge
geest bij te houden. Roel de Weert was
opgevoed bij het adagium „eerst den
ken, dan spreken".
Een half uur later waren ze de grote
weg van Den Haag naar Amsterdam
afgedraaid, reden door Voorschoten
heen en stonden toen nog onverwacht
voor een moderne fabriek aan het wa
ter, met een transportinstallatie over de
weg heen, grote silo's en een modern
kantoor.
„N.V. Van Weert veevoeders", las ze
op een groot bord, dat blijkbaar 's
avonds door schijnwerpers werd be
straald.
„Ziet er goed uit", zei ze, „wat an
ders dan die ouwe malerij van jullie".
„Dat is het begin geweest", zei hij.
„Vader heeft geplant en ik oogst".
„En valt de oogst nogal mee?"
„Ik mag niet mopperen", zei hij zelf
voldaan, en knipte een pluisje van de
mouw van zijn pak. Hij deed dat nogal
demonstratief. Ik snap je wel, dacht ze,
veevoer, meel, stof.dat denk je zo,
maar de baas heeft geen stofje op zijn
kleren, zó modem is het bedrijf! Maakt
indruk.
Met rechtmatige trots voerde hij haar
door het bedrijf rond, waar de molens
nu stil stonden te glimmen, waar de
transportbanden en de mengschroeven
hun lawaai niet maakten. Naar de ma
chinekamer met de machtige motoren.
Ze zag het kantoor, nieuw en degelijk,
maar tooh een beetje ouderwets, en ze
zat in een van de grote leren zetels op
zijn privékantoor, hij zelf achter het
zware donker eigen bureau. Glas-in-
loodramen. Een deftige staande klok
met waardige tik. Oudhollandse dege
lijkheid, dacht ze. En natuurlijk geen
bloemen. Dat paste niet. Ze dacht aan
haar eigen lichte kantoor, met de grote
ramen, het moderne meubilair, de gro
te ficus in de hoek en de bloemen op
de lage tafel. Hij zou er van opkijken.
„Heb je geen vergaderzaal hier?"
vroeg ze.
„Waarvoor?"
„Nou, hebben jullie nooit conferen
ties? Met de vertegenwoordigers? Met
de staf of zo?"
„Dat hoeft hier niet", zei hr wat af
gemeten, „als ik ze nodig heb, laat ik
ze wel roepen".
Echt het familiebedrijf. Eén baas. En
die ook de Baas is. Ze dacht aan de le
vendige stafbesprekingen in Den Haag,
waar ieder zeggen mocht wat hij dacht
en waar soms zulke gezonde suggesties
werden gedaan, waar de plooien wer
den gladgestreken, waar naar de
grootst mogelijke samenwerking werd
gestreefd. Maar misschien was dit be-
CONSERVERINGS-VERF
VOOR
IN DE
WONINGBOUW
BUNGALOWBOUW
LUXERE HOUTBOUW
Ömler ètulakiir
I >an <»i-onin£<>n
goede prestatie was, omdat deze dames
eigenlijk thuishoorden in de 2e klasse.
Speelsters van dit team: aanv. T. Mosk,
J. Leber, C. Kuip, C. de Veij, D. Zijm,
N. Zijm en M. Hoogerheide.
In de 2de klasse dames kwam uit:
Tevoko 4. Dit team heeft een zeer goe
de en spannende competitie gespeeld,
wat beloond werd met het kampioen
schap. Het eindigde met 1 punt ver
schil op de dames van HAV 2. Speel
sters waren: aanv. A. Weijdt, D. de
Veij, N. (Betsema, J. Commandeur, H.
Maas, J. Sohoo en G. Leber. Ze stonden
o.l.v. coaoh A. Albers. Dit is daarom
zo'n groot succes, omdat de dames een
omvangrijk programma hadden te ver
werken.
Tevoko 5 kwam ook uit in de 2e
klasse. Dit team heeft zich goed kun
nen handhaven. Het stond o.l.v. coach
J. Joustra en is geëindigd op de 5e
plaats.
In de aspirantenafdeling behaalde het
jongensteam, bestaande uit: aanv. H.
Zijm, J. Schoo, P. Zijm, J. Bakker, M.
Kikkert, D Witte en R. Huisman o.l.v.
de 'heer W. Mets, het kampioenschap.
Zij hebben het succes te danken aan de
geweldige opkomst en aan hun enthou
siasme tijdens de training. Het volgend
seizoen zullen de meesten hunner uit
komen in de 3e klasse heren, afd. Den
Helder.
De asp.meisjes speelden in de jon-
gensafdeling, omdat het de enige asp.-
meisjesploeg was, die had ingeschreven
in deze afdeling. Niettemin hebben zij
zioh moedig geweerd in deze, voor hen
zo moeilijke, afdeling De leiding be
rustte bij R. Zoetelief-Bakker.
Tevoko kwam in het begin van de
competitie zonder trainer te zitten. Hij
moest door ziekte de vereniging ver
laten. De training werd echter op zeer
goede wijze overgenomen door de he
ren Joustra, Keijser en v. Asperen en
mej. Van Asperen, die re9p. onder hun
hoede houden: meisjesasp., dames, he
ren en de allerjongsten.
Het volleybalprogramma is nu bijna
afgelopen. Er resten nog enkele toer
nooien:
le op zaterdag 11 mei het WSOV-
toernooi te Den Helder, waaraan vrij
wel de gehele Tevoko zal meedoen.
2e Op 18 en 19 mei de sportuitwisse-
ling te Heemskerk, waarheen waar
schijnlijk twee dames- en 2 herenteams
worden gezonden.
3e Tenslotte op 3 juni het Tevoko-
pinkstertoernooi, dat gehouden zal
worden in de Sporthal te Den Burg.
ALS VAKMANSCHAP EN „GELUK"
SAMENGAAN
Het is niet de eerste keer, dat ik in
deze rubriek spreek ever vakmanschap
en geluk. Ook in gesprekken en in
„praatjes" heb ik dit onderwerp meer
malen aangeroerd. Het ging er dan over
in welke mate je in bepaalde gevallen
moet spreken van vakmanschap of ge
luk en van onbekwaamheid of ongeluk.
Het is aan de lezers van deze rubriek
niet onbekend, dat ik eerder geneigd
ben te spreken van vakbekwaamheid en
het ontbreken daarvan, dan van geluk
en ongeluk. Anderen willen ook aan de
factoren geluk en ongeluk een behoor
lijk grote plaats geven.
Persoonlijk houd ik er op, dat het wel
tot de grote zeldzaamheden zal beho
ren, dat een mens altijd geluk heeft, of
altijd in de hoek zit, waar de slagen,
vallen. Er is in ieder geval voor bui
tenstaanders alle reden om in een ge
val, waarin iemand vrijwel altijd
slaagt, na te gaan of er niet meer dan
het hebben van geluk aan de hand is.
Terwijl iemand, die het niet voor de
wind gaat, zich op z'n minst moet af
vragen of er mogelijk ook iets scheef
zit.
Vakmanschap cn geluk
Aannemende, dat er inderdaad in be
paalde gevallen van geluk en ongeluk
kan worden gesproken, mogen we er
toch wel van uitgaan, dat het geluk in
de handen van een vakbekwaam
iemand meer uitwerkt dan in het ge
val, dat iemand die vakbekwaamheid
mist. Of zoals iemand het eens tegen
mij zei: „Bij sommige mensen ligt het
geluk voor het grijpen, maar ze pakken
het niet".
Het doel van dit artikeltje is U een
illustratie te geven van datgene, wat
er tot stand kan komen als iemand het
in z'n vingers heeft en hij daarbij ook
nog wat geluk heeft.
Het betreft een bedrijf, waarover we
in het verleden meermalen hebben ge
sproken en geschreven. En als we dit
illustreren door een aantal cijfers, dan
moet U het niet zien als een toevallig
goed resultaat, maar als een moment
opname uit een hele reeks van natuur
getrouwe beelden.
In deze momentopname krijgt U een
overzicht van de produktie van 16
stuks melkkoeien, die op dat tijdstip
aan de produktie-controle deelnamen.
■Het is de laatste proefmelking van de
stalperiode 1967/'68.
De dieren worden aangeduid met een
nummer. De volgende cijfers hebben
achtereenvolgens betrekking op de
leeftijd van de dieren, de laatste kalf-
datum, kilogrammen melk per dag, het
vetgehalte en het aantal vetgrammen.
1.
7.1
23
okt.
20.4
5.00
1020
2.
2.0
18
jan.
17.2
4.30
740
3.
5.0
27
jan.
29.6
4.20
1243
4.
5.0
4
febr.
28.8
4.40
1267
5.
7.10 29
jan.
28 0
3.90
1092
6.
7.0
3
febr.
29.8
4.00
1192
7.
6.0
4
febr.
29.2
4.10
1197
8.
3.0
18
febr.
24.2
4.75
1150
9.
5.0
3
febr.
30.8
3.75
1155
10.
8.2
15
febr.
34.2
4.20
14.36
11.
4.1
2
maart
32.0
4.30
1376
12.
8.0
28
febr.
27 4
4.85
1329
13.
3 1
27
febr.
26.8
3.80
1018
14.
2.1
1
maart
24.2
3.70
895
15.
3 0
16
maart
32.2
3.75
1208
16.
7.1
14
maart
30.2
3.80
1148
De gemiddelde produktie van deze 16
dieren was op bedoelde datum als
volgt27,81 kg. melk; vetgehalte 4.15%
en vetgrammen 1154.
Voor de nieuw ingewijde lezer ver
melden we nog, dat de aanduiding 8.7
enz. in de 2e kolom betekent 8 jaar en
7 maanden. Het heeft betrekking op de
leeftijd van het dier bij de laatste keer
afkalven.
Uitzonderlijk goed
Als we hier de term „uitzonderlijk"
gebruiken, dan betekent dit niet, dat
deze proefmelking voor dit bedrijf een
gunstige uitzondering is. We denken
dan meer aan wat de stamboekhouder
op ons eiland zei: „Het zal een toer
wezen om in ons land een bedrijf te
vinden, dat zo rechtaf zo'n goed koppel
produktiedieren heeft als dit bedrijf.".
Daar laten we het voorlopig bij. Als
daar belangstelling voor is, zijn we
graag bereid iets te vertellen van de
samenstelling van het voederrantsoen
op dit bedrijf.
LATERE ONKRUIDBESTRIJDING
IN GRANEN
Als we het over chemische onkruid-
bestrijding in granen hebben, dan den
ken wc altijd in de eerste plaats aan
de DNOC-middelen, ofwel de gele
kleurstoffen. Dat is in zekere zin ook
een kwestie van „eerste liefde". Het
was nl. voor ons een enorme verrassing
toen we zo omstreeks 1942 de eerste
proeven met dit middel namen, dat het
inderdaad mogelijk is om een bespui
ting uit te voeren, waarvan het graan
praktisch niets lijdt en het onkruid
dood gaat. Vóór die tijd beschouwden
we dit als een sprookje.
Intussen is het nu wel zo ver, dat
DNOC lang niet meer het enige on
kruidbestrijdingsmiddel in granen is,
hoewel we voor de vroege bestrijding
van zomeronkruiden in granen nog
steeds geen beter middel weten.
Als het later wordt
Ieder jaar weer zijn er gevallen,
waarbij het juiste moment om met
DNOC in granen te spuiten voorbij
gaat. Dat kan een kwestie zijn van
minder goed weer tijdens de juiste pe
riode, de kwestie van gevaar voor
naastliggende gewassen, enz. Ook het
onkruidsortiment kan zo zijn, dat een
bestrijding met DNOC geen volledig
resultaat oplevert. We denken met na
me aan wat grotere planten van var
kensgras, melde, muur, of aan wortel-
onkruiden, zoals melkdistels en stekels.
Het is thans wel zo ver, dat voor
vrijwel ieder onkruid een middel of
een combinatie van middelen te krij
gen is.
Voor grotere zomeronkruiden zijn er
de middelen, die als werkzame stof
Ioxynil bevatten. Ze komen onder di
verse merknamen in de handel. In
veel gevallen is een middel, dat zowel
ioxynil als MCPA bevat meer aan te
bevelen, omdat in dit geval ook wortel
onkruiden het moeten afleggen. Gaat
het uitsluitend om wortelonkruiden,
dan kan men ook met een middel vol
staan, dat alleen MCPA bevat. Het is
het middel, dat ook voor het bestrijden
van stekels in grasland wordt ge
bruikt.
Het gebeurt nog al eens, dat na een
bespuiting met DNOC in granen gro
tere muurplantjes overblijven. Men
heeft wel eens de neiging om hier niet
zo zwaar aan te tillen, omdat het een
onkruid is, dat dicht bij de grond
blijft. Meermalen weet het zich echter
te handhaven tot aan de oogst en het
kan bij het oogsten dan zeer lastig zijn.
Het graan blijft vlak bij de grond zeer
vochtig en meermalen kan het vocht
gehalte van het geoogste graan daar
door hoger zijn dan gewenst is. Gaat
het uitsluitend of hoofdzakelijk om de
bestrijding van muur, dan is MCPP het
aangewezen middel. Het doodt tevens
het lastige kleefkruid.
Tenslotte
Men ziet de onkruidbestrijding in
granen ook steeds meer als een moge
lijkheid om minder moeite met het
onkruid te hebben in daarop volgende
gewassen. De mogelijkheden voor be
strijding van onkruid zijn nl. in lang
niet alle gewassen zo goed als in
granen. We denken bijv. aan gewassen
als bieten, knollenzaad en aardappelen.
drijf daarvoor toch nog te klein.
Ze luisterde maar half naar wat hij
zat te vertellen over een nieuw pro-
du'kt waarmee hij bezig was, een nieu
we maalinrichting die hij wilde bestel
len.
Ze zocht vergeefs naar een rustpunt
voor haar blik. In haar eigen kantoor
zat ze altijd naar buiten te staren wan
neer ze ergens mee bezig was. Dan
keek ze naar het groen van de boom
toppen in het park dichtbij, naar de
auto's die langs de weg schoven, naar
een politieman, die kalmpjes op zijn
■paard gezeten, recht en wet symboli
seerde. Hier zat je maar tegen dat glas
in lood aan te kijken.
Ze was blij toen hij voorstelde op te
stappen en thuis even zijn moeder ge
dag te zeggen Daarna zouden .ze dan
ergens gaan lunchen. Het werd wel
laat, maar ze had laat ontbeten.
Ze zag het nieuwe huis, dicht bij de
fabriek. Ook een keurig, degelijk huis.
Mooie tuin er om heen. Luiken opzij
van de ramen, stond wel leuk. Het deed
haar denken aan de behuizingen van
de Friese herenboerderijen. Hardstenen
stoep, zware eiken deur.
„Je bent ook geen liefhebber van de
moderne stijl", zei ze lachend.
„Ik hou niet van dat licht-en-dicht"
zei hij „ze kunnen al die flats en bun
galows van me cadeau krijgen voor één
oud-hollands koopmanshuis".
Ze kwamen in een schemerige hal,
donker eigen betimmerd, een grote an
tieke kist terzijde, wéér een staande
Friese klok. In de ruime achterkamer,
waar een serre vol bloemen en planten
een geheel andere sfeer schiep, rees een
oude dame met spierwit haar uit haar
stoel op.
„Moeder", zei Roel opgewekt, „dit is
Els de Jong. Kent u haar nog?"
„Nee", zei mevrouw De Weert, „ik
zou je niet meer kennen. Maar het is al
een tijd geleden".
„Ik zou u nog wél herkennen", meen
de Els, „zo heel erg bent u niet ver
anderd". (Wordt vervolgd).