.TROUWEN KON ALTIJD NOG"
BRIGADIER PIET EN DE SPORTCOMPUTER
rubriek voor
LANDBOUW en VEETEELT
FEUILLETOIS
door
Tom Lodewijk
TWEEDE BLAD
TEXELSE COURANT
VRIJDAG 17 MEI 1968
Oni!«*r relink!it*
van
NOG STIKSTOF OP HET GRAAN?
In deze tijd van het jaar krijg je als
voorlichter nog al eens de vraag te
boren of het nodig is om nog een aan
vullende stikstofbemesting op het
graan te geven. Een buitengewoon
moeilijke vraag. Ik zou bijna geneigd
zijn om in dit geval te zeggen: „Wie
het raadt, wint het".
Het antwoord op die vraag is daar
om zo moeilijk, omdat het voor een
groot deel van de verdere weersom
standigheden afhangt of er wel of geen
aanvulling nodig is. Het verschil tus
sen „mals" weer en „schraal" weer in
de eerstvolgende weken is nl. veel
groter dan 100 kg. kalkammon per ha.
Met dat feit heeft een akkerbouwer in
het voorjaar al direct te maken als hij
de eerste en veelal enige stikstofgift
toedient.
Twee methoden
De meeste akkerbouwers streven er
naar om in het voorjaar direct de ma
ximale hoeveelheid te geven, d.w.z. die
hoeveelheid, die het graan kan hebben
zonder gevaar voor overmatige lege
ring. Een enkele akkerbouwer ziet le
gering als zo schadelijk, dat hij de vei
lige kant aanhoudt. Hij vindt het be
zwaar van een iets te schraal gewas
minder groot dan van een legerend ge
was. Het aantal akkerbouwers, dat er
zo over denkt, is na het invoeren van
het maaidorsen kleiner geworden. Toen
het oogsten nl. nog grotendeels met de
graanmaaier-zelfbinder moest gebeu
ren, betekende het maaien van een ge
legerd gewas veel extra werk en in
veel gevallen ook veel verlies. Bij het
maaidorsen is dit veel minder het ge
val. Men durft in dit opzicht nu wel
enig risico te nemen.
Een aanvullende bemesting
Sinds een aantal jaren is de methode
in gebruik gekomen om in een laat sta
dium nog een aanvullende stikstof
bemesting te geven. Men streeft dan
naar een eerste stikstofbemesting, die
voldoende is om het gewas „kleren aan
het lijf" te geven zonder gevaar voor
legering. Blijkt later, dat men te zuinig
is geweest, dan gaat men pas een aan
vulling geven kort voor het zgn.
„schieten" van het graan. Het blijkt,
dat deze late stikstofgift geen gevaar
van legering geeft, maar dat de op
brengst belangrijk kan worden ver
hoogd. Dit is speciaal op zandgronden
het geval.
Voor deze aanvullende bemesting is
het op dit moment nog te vroeg. Een
aanvullende bemesting met stikstof op
dit moment kan alleen worden gegeven
als het gewas zeer duidelijk aan stik
stofgebrek lijdt. Voor randgevallen
kan geen goed advies worden gegeven
en het is o.i. beter om in deze omstan
digheden de verdere ontwikkeling van
het gewas af te wachten. Er is alle
kans, dat een stikstofbemesting op dit
moment bij zeer groeizaam weer een
averechtse uitwerking heeft. Krijgen
we een periode met schraal weer. dan
kan de aanvulling nog gegeven worden
in een later stadium.
HET INKUILEN IS BEGONNEN
De eerste graskuilen werden dit jaar
al gemaakt in de eerste dagen van mei.
In de meeste jaren zijn de weersom
standigheden voor het inkuilen in de
eerste helft van mei gunstig. We be
doelen daarmee, dat er weinig stag
natie optreedt door regenachtige dagen.
Het is nl. een misverstand om te den
ken, dat de weersomstandigheden er
bij het inkuilen van gras veel minder
toe doen dan bij het hooien. Ook voor
het inkuilen is droog en zonnig weer
zeer belangrijk. Als enig verschil zou je
kunnen noemen, dat de droge periode
bij het inkuilen van kortere duur kan
zijn dan bij het hooien.
Eén tot drie dagen
Afhankelijk van de methode, die
wordt toegepast kunnen we zeggen, dat
voor het inkuilen minstens één tot drie
zonnige, droge dagen nodig zijn.
Passen we de methode van het maai-
kneuzen toe, dan doen we met één
goede, droge dag al heel wat. Al willen
we niet nalaten om er op te wijzen,
dat het van belang is als ook de dagen,
die aan het maaikneuzen vooraf gaan
droog en zonnig zijn.
Willen we het gras inkuilen volgens
de voordroogmethode, dan is een droge
periode van minstens drie dagen nodig.
Willen we nl. een drogestofgehalte van
minstens 40% in het gras hebben, dan
zijn daar drie droge dagen, gepaard
met herhaaldelijk schudden voor nodig.
In de achter ons liggende periode
bleek, dat zelfs ruim een week na het
maaien het gras nog slechts een ge
halte aan droge stof van 30% had.
Gaat men dergelijk materiaal inkuilen,
dan heeft men als er geen suiker of
melasse wordt toegevoegd, alle kans op
een zure kuil.
Iedere dag betekent verlies
Gemaaid gras, dat bloot gesteld is
aan zon, regen en wind gaat in waarde
achteruit. Zelfs bij gunstig weer zou
dit volgens onderzoekingen nog 8 gram
zetmeel waarde per kilo droge stof
zijn. Gaan we uit van een opbrengst
van 4.000 kg. droge stof per bunder,
dan is dit verlies zelfs bij gunstig
weer ruim 30 kg. zetmeelwaarde per
dag. We kunnen dit rustig op ruim
10,per dag per ha. stellen. Bij on-
15. Hij dacht na.
„Schaken als ik er de tijd voor heb.
En ik heb een hele mooie postzegel
verzameling. Die hoop ik je nog es te
laten zien".
Els was niet geïnteresseerd in post
zegels kijken.
„Daérom doe je het toch niet?"
„Nee, dat niet, maar ik vind het wel
prettig een hobby te hebben waar je
wat aan hébt, niet?"
Bezit, dacht ze. Zou dat de grote
hobby zijn?
Ze zat lekker lui een sigaret te ro
ken, terwijl hij vertelde van het be
drijf, dat geleden had in de vijf oor
logsdagen, van de bezettingsjaren en
hoe ze de zaak met allerlei slimmig
heidjes aan de gang hadden moeten
houden, van de dood van zijn vader en
hoe hij er toen, zo jong nog, praktisch
alleen voor gestaan had. „Als moeder
er toen niet geweest wasen toen
de koene zet, de opbouw van een nieuw
modern bedrijf, waarmee de nieuwe
mogelijkheden in de tijd van herstel en
oplevering konden worden benut. Als
hij over het bedrijf praatte, merkte ze,
werd hij anders, zekerder, zelfbewus
ter. Ze constateerde dat het bedrijf zijn
leven was.
„Ik ben met de zaak getrouwd, zeg-
gken ze wel eens", glimlachte hij,
„maar ik vind het maar eaen eenzijdig
huwelijk. Ik praat en doe, en mijn
vrouw zegt nooit iets terug".
Ze ging wat rechter zitten, was dit
de openingszet naar het damegambiet?
Aandachtig tikte ze de as van haar si
garet.
„Ik heb altijd geloofd", ging hij
voort en nu was 'hij niet meer zo zeker
van zijn zaak, „dat je die dingen nooit
moet forceren. Alles komt zoals het
moet. Dat zie je maar weer. Na al die
jaren ontmoet ik jou".
„Ja", zei ze voorzichtig, „dat was
wèl toevallig".
„Ik weet niet", zei hij ernstig, „of je
dat toeval kunt noemen".
„Toeval is zo maar een woord", gaf
ze toe, „niets gebeurt bij toeval. Maar
dat merk je meestal later pas".
„Wat dat betreft", ging hij verder,
„denken we er blijkbaar allebei gelijk
over. Ik kon niet begrijpen dat jij nog
niet getrouwd was, 'het lijkt of de ke
rels geen ogen in de kop hebben".
„O", zei ze, stel je gerust. Ogen ge
noeg. Knipoogjes zelfs, van een be
paald soort. Kansen genoeg. Maar er
was niets voor me bij". Gilbert Mack
enzie, haar baas, dat was de enige ge
weest, waarom ze werkelijk iets gege
ven had, maar hij was getrouwd en ze
geloofde niet in geluk, dat gebouwd
was op andermans ellende.
gunstig weer liggen deze verliezen
aanmerkelijk hoger, omdat dan ook de
hoeveelheid droge stof flink terug
loopt.
Vooral in een tijd, waarin het er
naar uitziet, dat het nodig is te streven
naar een verlaging van de kostprijs
van de melk is het zaak ook in dit op
zicht op de kleintjes te letten.
ONKRUIDEN IN GRASLAND
Over de vraag of op een perceel
grasland uitsluitend gras en klaver
mag voorkomen, denkt niet iedereen
gelijk. De waarde van het aanwezig
zijn van een aantal {on)kruiden wordt
nl. verschillend beoordeeld. Er zijn
deskundigen, die de waarde van de
kruiden zo hoog achten, dat ze een
kleine hoeveelheid zaad van kruiden
zouden willen mengen door het gras-
en klaverzaad. Anderen willen hiervan
niets weten, omdat ze de noodzaak van
de aanwezigheid van kruiden niet in
zien, of van mening zijn, dat deze er
van zelf wel komen, ofwel voldoende
te vinden zijn aan sloot- en greppel
kanten en op en langs de tuinwallen.
Eén dezer dagen kreeg ik van een
oudere boer het verhaal te horen, dat
hij eens duidelijk had ondervonden, dat
z'n koeien niet tevreden waren, toen
ze geweid werden in een wei, die vrij
wel uitsluitend klaver bevatte. Al heel
spoedig na het inscharen waren de die
ren zeer onrustig en het duurde niet
lang of één van de dieren brak uit om
zich daarna te goéd te doen aan het
materiaal, dat te vinden was aan een
slootkant.
Deze veehouder vertelde me, dat na
het verplaatsen van een heining, waar
door de dieren zich te „goed" konden
doen aan uitgegroeid gras, riet en an
der materiaal, dat aan slootkanten
voorkomt, de rust terugkeerde. Toen
werd ook de klaver gewaardeerd.
Niet alle kruiden van
waarde
Wè hopen niet, dat het bovenstaande
voor Texelse veehouders, die dit lezen
aanleiding wordt om voortaan geen
aandacht meer te geven aan de bestrij
ding van bepaalde onkruiden in het
grasland. We zijn nog altijd van me
ning, dat met name de stekels in gras
land niet thuis horen. Met het nieuwe
seizoen zijn ook de stekels weer ver
schenen en het ziet er naar uit, dat het
ook dit jaar weer nodig zal zijn om op
de noodzaak van bestrijding te wijzen.
We zouden in dit verband ook een be
roep willen doen op de besturen van
gemeente, polders en eigenaren van
grote complexen grond om er voor te
zorgen, dat bermen van wegen, „braak"
liggende terreinen en natuurresrevaten
geen bron van verspreiding worden.
Het lijkt ons een bijna vanzelfspreken
de zaak, dat de veehouders er voor
waken, dat collega-boeren niet de dupe
worden van hun nalatigheid bij het be
strijden van stekels.
Naast de stekels willen we ook spe
ciale aandacht vragen voor het onkruid
ridderzuring. In diverse percelen gras
land zie je op het moment deze enorme
iplanten staan. Ze worden door het vee
niet gegeten en moeten door de grote
plaats, die ze innemen beslist schade
lijk worden genoemd. Ze kunnen zeer
goed worden bestreden door het mid
del MCPP. Dit moet gebeuren in het
volle rozetstadium, dus vóór het ver
schijnen van de bloeistengel. Daar ze
altijd plaatselijk voorkomen, is het be
strijden werk voor de rugspuit. U
knapt het land er flink mee op als deze
planten verdwenen zijn.
Opgaven voor Pinkster
Nogmaals willen wij erop aandrin
gen, dat alle leden ons op de hoogte
stellen van hetgeen zij met de Pink
ster nog vrij hebben. Voor hotels, pen
sions en logies met ontbijt-adressen
ontvangen wij graag een specifikatie
van de kamers, dus het aantal één-,
twee- of grotere kamers dat vrij is.
Een opgave in de geest van „nog ver
schillende kamers vrij" is niet vol
doende.
Den Hoorn en De Cocksdorp
De kantoren in Den Hoorn en De
Cocksdorp zijn vanaf 15 mei weer ge
opend. Ook leden kunnen van de dien
sten van deze kantoren gebruik maken,
bijv. voor de inkoop van huurkontrak-
ten, afschrijfkaartjes, kaarten, gidsen,
enz.
Hoogseizoen.
Zoals al te verwachten was, heeft de
vakantiespreiding voor dit jaar ertoe
geleid, dat na 17 augustus nog vrij veel
bungalows, huizen, kamers enz. vrij
zijn. Wij zetten deze vrije akkommoda-
ties natuurlijk steeds op de „lijst van
vrije akkommodaties", maar „waar
niets is verliest de keizer zijn recht".
De teleurstelling over augustus, die bij
vele leden leeft, leeft ook bij ons. In
verband daarmee hebben wij in onze
propaganda- en advertentie-campagnes
juist op augustus gewezen.
„Maar jij wilt toch ook niet altijd
met je zaak getrouwd blijven?" ze zag
hoe nerveus hij was, hij waagde zich
op onbekende wegen en dat was nooit
iets geweest voor Roel van Weert.
,,'t Is net zoals je zegt, een eenzijdig
huwelijk", antwoordde ze. „Ik ben geen
vrijgezel uit principe. Alleen heb ik
wel gemerkt, hoe ouder je wordt, hoe
moeilijker het wordt. Je moet eigenlijk
als je nog piepjong bent, hals over kop
verliefd worden, er in springen en het
er op wagen, 't Loopt soms héél goed
af".
„En heel vaak ook niet", meende hij.
„Nee, ik vind dat je eerst je plaats
moet hebben in de maatschappij, dan
kun je een vrouw zoeken die je ook
inderdaad iets bieden kunt. Zou jij
trouwen met een onderwijzer of een
kantoorbediende met een mager salaris
om zijn knappe gezicht?"
Hij stelde de vraag alsof hij het ant
woord al wist, maar Els tuurde ernstig
naar buiten. Nee, niet om het mooie
gezicht. Maar óók niet om de positie,
de „plaats in de maatschappij". De man
waarbij ze zich thuis voelde, bij wie ze
helemaal zichzelf kon zijn, die haar be
greep, die haar bond en vrijliet tege
lijk, achwat kon haar dan de rest
eigenlijk schelen? Ze keek op haar
horloge.
„Zeg, we moeten eens opstappen".
Hij was duidelijk teleurgesteld.
Maar Els vond het voor deze keer
mooi genoeg. Ze wist waar hij heen
wilde, al had ze hem geen kans gege
ven het haar te zeggen. Zou ze hem die
kans geven? Later. Eerst nadenken.
Eerst hem beter leren kennen. Eerst
goed weten wat je deed. Geen besluit
nu. Want al was het niet onherroepe
lijk nog, wat had je aan de narigheid?
„Volgende week heb ik vergadering
van het Produktschap in Den Haag",
zei hij in de auto, „zouden we dan niet
samen in de stad kunnen eten?"
„Waarom in de stad?" vroeg ze.
„Kom bij mij eten, dan zul je eens zien
wat ik al zo geleerd heb".
Hij klaarde zichtbaar op.
„Dat zou ik reusachtig gezellig vin
den".
„Nergens eet je zo gezellig als thuis"
„Vind ik ook".
Jaja, dacht ze, maar mijn huis of
jouw huis, dat scheelt wel zo het een
en ander
Toen ze weèr voor haarf flat ston
den, vroeg ze hem niet mee naar bin
nen. Ze wilde nu rustig kunnen zitten
en nadenken, niet wéér praten, niet
wéér op haar hoede zijn.
Vanuit de liftkoker zag ze hem weg
rijden.
Grijze Mercedes, dacht ze.
Dat is 'em nou precies.
De financiële kant
van Uw vakantie
wordt door ons volledig verzorgd
Uw travellers' cheques. Uw bui
tenlands geld, Uw bagage- en
ongevallenverzekering.
echie gezinsbank
HANDELSREGISTER
Nieuwe inschrijvingen
Burgatrans (eig. Verenigde Texelse
Beurtdiensten Internationaal N.V.),
Texel, Den Burg, Schildereind 45; Rot
terdam, Westzeedijk 461b (fil.) Intern,
transportbedrijf enz. Dir.; R. Hiendler,
Zwijndrecht, Johannes Poststraat 4; J.
Zuidewind. Ged. comm.: R. Milders,
Rotterdam, Essenlaan 11. Comm:. D.
Zuidewind. Maatsch. kap.: ƒ500.000,
Gepl. en gestort ƒ100.000,Volm. v.a.
G. Butter, Wieringermeer, Midden-
meer, Havenstraat 6 (proc.) (b.p.). Stat.
gepubl. bijv. nr. 1172 Nederl. Stscrt. 2
april 1968, nr. 66.
„Planetex", Texel, De Koog. op
het kampeerterrein De Luwe Boshoek.
Verhuur van caravans (vaste standpl
Naam venn. luidt: Fa. Gort en Telman.
Venn.: H. Gort, Den Ham, Vrooms-
hoopseweg 75; A. J. Telman, Den Ham,
Vroomshoop, Lindeflier 8.
S. Daalder (e.), Texel, op het strand
bij paal 12 (nabij Den Hoorn). Expl.
strandhuisjes. (Corr. adr.: Texel, Oude-
schild, Trompstraat 26).
Garage- en Motorbedrijf Westend,
Texel, Oosterend, Vliestraat 11. Auto-
mobiel- en garagebedrijf enz. Eig.: P.
Heerschap. (Overn. fil. van J. Rey).
H. Kuip (e Texel op het strand bij
De Koog. Verhuurbedr. van strandten
ten.
Wijzigingen
Kerry's Corner, Texel, Oudeschild,
De Ruijterstraat 84. Cafétariabedrijf.
Uittr. eig.; C. van de Kerkhof. Bedr.
w.v. door een venn. onder firma onder
dezelfde naam. Venn. C. van de Kerk
hof, Wed. G. A. Flapper-van Twisk
(BB).
S. van der Vis, Texel, De Koog,
Dorpsstraat 36, Pensionbedrijf. Uittr.
eig. S. van der Vis (overl.). Bedrijf
wordt voortgezet door wed. G. A. P.
van der Vis-Kikkert o.n. Pension „Het
Vogelhuis".
AANGETROFFEN EN VERMISTE
RIJWIELEN EN BROMFIETSEN
Aangetroffen
Damesrijwielen
1 april, merk Winston, kleur wit en
blauw gevlamd;
26 april: Gruno, no. 102.659, kleur
groen en wit, stuur met witte hand
vatten, beldop eraf, 'handremmen, ver
snelling, licht compleet;
9 april: Zephier, no. 2928, kleur blauw
met witte spatborden, terugtraprem,
voorlamp defect.
Bromfietsen
1 april; Puch, verz.pl. MNT-380 (11967),
kleur groen met grijs.
Vermist
Damesrijwielen:
26 april: Juncker, kleur groen/bruin,
met sportstuur;
19 april: meisjesfiets, kleur blauw
groen met rood biesje, sportmodel, lin
nen ketttingkast, verlichting compleet;
29 april: Gazelle, kleur grijs, meisjes-
fiets, terugtraprem, linnen kettingkast,
zadel dk.bruin, bag.drager, verlichting
compleet.
Herenrijwielen
16 april: Gazelle, oud model, kleur
zwart, linnen kettingskast, lampen com
pleet.
28 april: Rivel, jongensfiets, kleur
groen met wit, kettingkast groen, lamp
merk Peerless.
Bromfietsen:
12 april; Sparta, bouwjaar 1959, kleur
zwart.
fc
COPYRIGHT STUDIO AVAN
152. „We gaan door het gat, Igor", zei
Pjotr. „Baat het niet, schaden zal het
ook wel niet. Wie weet waar we uit
komen".
„Ik ga het eerste", zei Pjotr dapper.
„Het is erg donker daarbinnen. Maar
ik heb lucifers.
Een voor een lieten de 'heren zich nu
door het gat zakken en tot hun verba
zing kwamen ze terecht in de duistere
gewelven, die onder de eeuwenoude
kerk doorliepen. Pjotr ontstak een lu
cifer en bijgelicht door dit kleme vlam
metje kropen de mannen gebukt voor
waarts. Igor huiverde even van onbe
stemde angst. Kille tochtvlagen kropen
immers griezelig door het duistere ge
welf en 'het rook er muf
„Dit zijn vast grafkelders geweest.
fluisterde hij zacht.
„Mij een zorg", antwoordde Pjotr.
„Hoe we ontsnappen, interesseert me
niet. Als we er maar uitkomen.
„Uit een grafkelder zijn er niet veel
weergekeerd, Pjotrvervolgde
Igor bijgelovig.
Intussen zat de weduwe Snybonia
Spruytjens boven in de kerk in een
van de eerste banken braaf te bidden.
Ze hield van de rustige stilte in het
fraaie eeuwenoude gebouwtje en ze
peinsde vaak over de grafsteen, welke
in het middenpad op de grond lag. Dat
was de grafsteen van de zestiende-
eeuwse zeerover Baerend Duytcnyper
van PutjebroeCk. Snybonia dacht veel
na over deze zeerover en vroeg zich
vrijwel dagelijks af hoe deze stoere
zeebonk er wel uitgezien zou hebben.
,^Hij moest nog eens één keertje terug
kunnen komenmompelde Sny
bonia.
En toen leek het wel of Barend on
middellijk aan haar verzoek voldeed.
Met een luguber krakend geluid ging
de grafsteen omhoog en twee afschu
welijke koppen werden zichtbaar.
„B..baerend Duytcnyper met zijn
st. .stuurman.stamelde Snybonia
Spruytjens. Ze slaakte een gil en viel
flauw.
HOOFDSTUK VII
Huishouden van Jan Steen
Els de Jong verkeerde in deze dagen
in wisselende stemmingen. Soms be
trapte ze er zich op dat haar gedachten
tijdens haar werk afdwaalden.
Ze had steeds meer zekerheid gekre
gen, dat Roel de Weert haar niet alleen
maar als een oude schoolvriendin (en
was ze dat wel ooit geweest) beschouw
de. Hoe vaak was ze niet met hem ge
plaagd! De hele familie wist dat Roel
achter haar aan liep. Het heette zelfs
dat hij om haér vrijgezel was gebleven,
al nam ze dat met een korreltje zout.
Met haar vrouwelijke intuïtie be
greep ze echter wel dat, wanneer Roel
zijn vrijgezellenstaat zou opgeven, zij
daartoe de aanleiding zou kunnen zijn.
Zou ze dit alles er voor kunnen op
geven?
Haar werk, haar vrijheid te gaan en
te staan en te doen wat ze wilde?
Anderzijds: wat had het leven nog
voor haar in petto, dat ze al niet reeds
genoten had?
Een gans andere vraag: was Roel in
derdaad de man waarvoor ze dit alles
met een blij hart zou opgeven? Zou het
leven door een huwelijk met hem nieu
we inhoud krijgen, nieuwe mogelijk
heden bieden?
Al die onzekerheden irriteerden
haar, die in zaken nooit onzekerheden
aanvaardde, precies wilde weten waar
ze aan toe was en niet rustte voor ze
dat ook wist.
En nu „on top of it" zat ze nog zon
der Roos. Die was ziek. Een licht
griepje, ze zou misschien volgende
week er weer zijn. Maar ze miste haar.
Niet alleen om het werk dat ze nu
niet deed. Daarvoor kon wel een ander
invallen. Zó belangrijk was dat niet.
Al bleef Roos voor altijd weg, de zaak
zou wel draaien. Maar Roos was méér
voor haar dan een hulpje. Meer dan
eens liet ze zich verleiden tot een
praatje met het meisje, dat haar met
een zo sympathiek geweest was.
„O kijk es", had Roos gezegd, toen ze
eens in een tijdschrift bladerde dat ze
moest opbergen, „dat heeft mijn vader
getekend".
Els had kunnen zeggen: je bent hier
niet om plaatjes te kijken, maar om de
boel op te bergen. Ze zei het niet. Ze
boog zich belangstellend over de pagi
na. Het was een advertentie van een
scheepvaartmaatschappij, die in teke
ning een oude koopvaarder deed zien,
in contrast tot de snelheid, de luxe en
het comfort, dat de schepen van de
maatschappij verschaften.
(Wordt vervolgd)