Stiefmoeder
Boer worden en boer zijn
BRIGADIER PIET EN DE SPORTCOMPUTEK
LANDBOUW en VEETEELT
55
rubriek voor on.i«-.. ;...r«kiu-
- - >an
Cï >nn <,tM>nin<i«
Onze Duitse buren hebben een zegs
wijze, die het volgende inhoudt. „Vader
worden is niet moeilijk, maar vader
zijn is heel moeilijk". Naar ik meen
mag ik wel zeggen, dat ook Hollandse
vaders en moeders die zienswijze wel
zullen onderschrijven.
Ik geloof, dat wat hier boven gezegd
wordt voor het vaderschap voor een
groot stuk ook geldt voor het boer
worden en het boer zijn. Naar ik
meen is het ook hier zo, dat boer wor
den vrij eenvoudig is, maar dat het een
hele toer is om een goede boer te zijn.
De laatste wéken is in diverse gezin
nen gesproken over de (keuze van het
beroep. Het is op het moment gelukkig
zo, dat hier in veel gevallen inderdaad
over gesproken wordt. In het verleden
was het veelal 20, dat bij dit onder
werp geen overweging te pas kwam.
Het was een gewoon vanzelfsprekende
zaak, dat een boerenzoon na het door
lopen van de lagere school, óf direct op
het bedrijf kwam, óf zijn opleiding af
maakte op de lagere landbouwschool.
Van een 'kiezen door de betreffende
knaap was al helemaal geen sprake.
Zoals ik hiervoor opmerkte, is er in
dit opzicht iets ten goede veranderd.
Voor de ouders is het meer een kwestie
van overwegen geworden en in veel
gevallen wordt ook rekening gehouden
met de keuze van de jongen zelf.
Toch ben ik van mening, dat in nog
te veel gevallen deze belangrijke zaak
te gemakkelijk wordt afgedaan. En dan
zit daar te veel de gedachte achter, dat
boer-zijn een eenvoudige zaak is, die
ieder met een beetje goede wil kan
volbrengen. Een paar dagen geleden
had ik een gesprek met een boer, die in
dat gesprek vertelde, dat hij zich ge
noodzaakt had gezien om zijn zoon, die
bezig was aan een opleiding op de
LTS, van school te nemen. Een oudere
broer moest zijn militaire dienst gaan
vervullen. Vader zag geen kans om het
werk zelf te doen en daarom moest de
jongere zoon inspringen.
Op mijn vraag of het de bedoeling
was deze zoon de opleiding aan de
LTS weer te laten vervolgen als de
oudere broer zijn dienstplicht had ver
vuld, antwoordde vader, dat ddt waar
schijnlijk wel niet zou gebeuren. En als
toelichting daarop zei de man: „Hij kan
best boer worden ook, hoor. Daar staan
z'n handen ook niet verkeerd voor".
Het kan heel goed zijn, dat deze laatste
opmerking juist was. Maar waarschijn
lijk is deze vader niet aan de vraag
toegekomen of er ook een mogelijkheid
was voor deze beide jongens om in de
toekomst ook boer te zijn.
Boer zijn
Dat dit, evenals vader zijn, een heel
moeilijke zaak is, werd me nog eens
duidelijk toen ik de eerste verslagen
van de bedrijfseconomische boekhou
ding van enkele Texelse bedrijven over
het boekjaar 1967/'68 eens doorkeek.
Het is weer het oude lied. Verschillen
in arbeidsinkomen van ƒ10.000,op
bedrijven van dezelfde grootte, dezelfde
grondsoort en met dezelfde weersom
standigheden.
Maar de ene boer slaagt er niet in
om op eigen bedrijf het loon van een
landarbeider te verdienen, terwijl de
ander het klaar krijgt om boven de
vergoeding voor eigen arbeid een flink
overschot te boeken.
Je zou daar nog genoegen mee kun
nen hebben als de man, die niet aan
het 1 andarbeidersloon toekomt volgens
zijn eigen mening ook een „herenleven
tje" heeft. Maar het komt nog al te
vaak voor, dat juist deze boeren moe
ten klagen over een druk bezet leven.
Zeven dagen weiken, geen tijd om eens
een dag weg te gaan, geen tijd voor
vakantie. Terwijl je juist van boeren,
die naast de vergoeding voor eigen ar
beid een flink bedrag in de portemon
nee krijgen, nog wel eens het optimis
tische geluid kunt horen, dat ze het in
bepaalde maanden helemaal niet druk
hebben.
Geachte lezers, boer-zijn is geen een
voudige zaak. En het staat vast, dat
het steeds minder een eenvoudige zaak
zal worden. En daarom is het kiezen
van een beroep, ook het beroep van
boer een buitengewoon serieuze zaak,
waar U zich zeker niet van af kunt
maken met de redenermg, dat „ieder
een" wel boer kan worden. Dat dit niet
het geval is, bewijzen de verslagen van
het bedrijfseconomisch onderzoek ieder
jaar opnieuw.
„EEN WITTE TORNADO"
De lezers van deze rubriek, die re
gelmatig naar de reclameboodschappen
voor radio en televisie luisteen, klinkt
bovenstaande titel niet vreemd in de
oren. Maakt U overigens niet ongerust.
I'k ga in deze rubriek geen reclame ma
ken voor bepaalde schoonmaakmidde
len, al heeft dit artikeltje wel iets te
maken met „schoon maken".
Dat „witte tornado" kwam mij nl. in
gedachten toen ik een paar dagen gele
den op een zonnige dag met vrij veel
wind in een wolk van witte pluisjes
liep. Dat was niet een kwestie van een
moment, maar van vele minuten. De
lucht zat vol met witte parachutes.
Aan dit parachutes hing het zaad van
doodgewone stekels.
FEUILLETON
door
TOM LODEWIJK
2. „Moet u 's horen", zei Gert, „ik zou
zo graag rijsttafel bestellen, maar op je
eentje is dat niks. Voelt u iets voor een
rijsttafel voor twee personen?"
„Rijsttafel", bekende Judith", heb ik
nog nooit gehad. Ik heb er mijn vader
over horen vertellen. Die is in Indië ge
weest. Het moet dè attractie geweest
zijn op de boten van de Nederland, zo'n
hele stoet djongos in Javaanse dracht,
met al die schalen met heerlijkheden".
,,'t Gaat hier wat minder plechtig",
wist Gert", maar het is altijd goed eten
bij de Chinees. Het enige bezwaar is
dat je altijd voor een hele volksstam
tegelijk krijgt".
Judith overlegde. Ze was hier binnen
gekomen om even gauw een haastige
nassi te gebruiken. Ze wierp een snelle
'blik in het menukaartje. Rijsttafel
diverse prijzen nu ja, 't was nog
schrikbarend goedkoop.
„Niet zo'n uitgebreide dan", zei ze,
„het loopt tegen het eind van de
maand".
„Mag ik bestellen?"
„Welja".
Terwijl hij overlegde met Tsing, die
erbij stond als het vleesgeworden Chi
nese Mysterie, overwoog Judith dat ze
tien minuten geleden met haar ziel on
der de arm ronddwaalde en „van ar
moe" maar wat eten ging, en nu samen
met een volkomen onbekende jonge
man ging rijsttafelen.
Het leek of hij haar gedachten gera
den had. Nauwelijks had Tsing zijn hie
len gelicht of hij zei: „Ik ben toch
eigenlijk een zeer onbeschaafd indivi
du, veel erger dan honderd van die
gesmade provincialen. Ik heb me nog
nog niet eens voorgesteld Gert van
der Stëur, student, alhier".
„Ik heet Judith, Judith de Hoogh.
Ook student, dat wil zeggen, nog maar
pas".
„Als we dan toCh studenten onder
mekaar zijn, zouden we dan dat geme
nere en gejuffrouw niet maar meteen
afschaffen? Mag ik Judith zeggen?"
Ze lachte, Judithdat zei haar
vader alleen als hij een appeltje met
haar te schillen had. Judith, kom eens
hier, waar kwam je zo laat vandaan
gisteravond? Voor jan en alleman was
ze Juud. Ze knikte. Nu moest ze tegen
hem Gert zeggen, maar hij leek wel
tien jaar ouder dan zij. Maar daar kon
ze wel achter komen. „U, jij bent be
paald géén eerstejaars meer", viste ze.
„O nee, volgend jaar examen semi-
arts".
Dan was hij zeker zes- zevenentwin
tig. En zijnog pas twintig.
Het was Gert, die grotendeels voor
de conversatie zorgde. Judith, verbaasd
over haar eigen slagvaardigheid, zonk
weer terug in haar voorzichtige verken
ningshouding; haar broer Derk had eens
gezegd dat niemand zo goed kon luiste
ren als Juud. Gert praatte wel. Over
de universiteit. Over Amsterdam. Over
de proffen. Toen kwam het meisje met
re réchauds, de borden, het bestek, en
daarna Tsing met de schalen en schaal
tjes. Juud keek ontsteld toe, hoe een
klein tafeltje werd aangeschoven om er
nog meer op te zetten. „Moeten, moeten
wij dit allemaal opeten?" vroeg ze ont
zet.
„Dat hoeft niet", lachte Gert, „maar
je kunt van alles wat proberen. Hier,
die sateh, verrukkelijk. Mag ik je eens
adviseren?" Onder leiding van Gert
hoopte ze op haar bord allerlei onbe
kende, vreemd uitziende, soms wonder
lijk gekleurde heerlijkheden, een groot
stuk bruingele kroepoek legde hij naast
haar bord. „Wou je er iets bij drinken?
Af en toe is het wel nodig om het vuur
een beetje te blussen. Bier?" Judith
wilde liever victoriawater. Tsing haast
te zich weg om de bestelling uit te
voeren.
„Is dat een kleine rijsttafel?" vroeg
ze ongelovig.
„Ik moet schuld belijden", zei Gert
zonder enig spoor van schuldbewust
zijn. „Als je voor de eerste maal van je
leven rijsttafel eet, moet die kennis
making ook af zijn. Nu kun je tenmin
ste zeggen dat je gerijsttafeld hebt, en
Tsing heeft wél zijn best gedaan".
„Maar", begon Judith.
„Maar het is bijna het eind van de
maand", vulde hij aan. „En straks komt
Tsing met de rekening, en dan heb je
het niet, en dan moet je je mantel ach
terlaten als onderpand, dat je morgen
het geld komt brengen".
„Nee Gert, maak nu geen gekheid".
„Judith, ik zat hier in m'n dooie een
tje, met een grauwe avond voor de
boeg. Toen kwam jij en nu zit ik met
jou te rijsttafelen en vóór we klaar zijn
is een groot deel van de avond voorbij.
Doe me een groot plezier, laat mij de
gastheer zijn".
„Ja maar", begon Juud weer. Deze
jongeman ontmoette ze voor het eerst
van haar leven, en nu zou ze al op zijn
kosten gaan zitten eten? Haar primi
tiefste gevoelens van wat te pas en
niet te pas kwam, verzetten zich hier
tegen.
„Ja maar niks", zei Gert afdoende.
„Ik betaal het eten, jij betaalt het drin
ken. Zo goed?"
„Er zal niets anders opzitten", zucht
te ze komisch, „of ik moet zonder man
tel over straat".
„En dan vat je kou. Judith, geniet
van de rijsttafel. Vergeet dat schone
lied: wie zal dat betalen!"
„Zoete lieve Gerritje", lachte ze. „Dat
past precies". Judith verloor op slag
Ja lezers, zoiets komt ook op Texel
nog voor. Ik hoop niet, dat de persoon,
die voor deze zaak verantwoordelijk is
zich heeft laten leiden door de mening
van de Texelse veehouder, die ik on
langs in deze rubriek weergaf. Die
veehouder was van oordeel, dat het
zaad van stekels in het algemeen niet
veel nieuwe stekels opleverde.
Ik ben daar niet zo gerust op. En ze
ker niet als in zo'n omgeving ook vrij
veel bouwland ligt, waar het zaad wel
aan de grond komt. Het lijkt me vooral
in een tijd met vrij veel regen zeer
goed mogelijk, dat zo'n zaadje al zeer
'binnenkort een jonge stekel oplevert.
Gelukkig is een geval, zoals we hier
voor noemde, een zeldzaamheid. Maar
het voorkomen van stekels is op ons
eiland nog lang geen uitzondering.
Augustus is een uitgezochte maand om
ze te bestrijden. Talm er niet te lang
mee.
RUIGE WEIDEN
Ik wil er dit jaar niet te veel van
zeggen. Het moet ook eens een keer
ophouden. Alleen dit.
Toen ik dezer dagen weer een aantal
van die ruige weiden zag, schoot me
een gedachte door het hoofd, namelijk
deze. Ik wilde wel, dat alle boerinnen
zo'n hekel hadden aan de ruige weiden
als zij het in veel gevallen hebben aan
een wat te lange haarbos van hun
mannen. Mijn ervaring is nl., dat die
kritiek meestal niet te lang wordt door
staan. Het gevolg van die aanmerking
is veelal, dat men binnen enkele dagen
de weg naar de kapper zoekt.
Voor 1968 wil ik met deze enkele re
gels volstaan. Mijn hoop is nu verder
gevestigd op de boerinnen. Ik hoop, dat
zij er in slagen om ook de „de vol
houders" van gedachten te veranderen.
ONPLEZIERIG
Het verzorgen van deze rubriek is
voor ons in het algemeen een plezierige
bezigheid. Dat geldt al voor het schrij
ven van deze artkelen. We voelen ons
dan min of meer in gesprek met de le
zers. Nog plezieriger is het om te be
merken, dat er door een aantal mensen
ook naar dit gesprek wordt geluisterd.
We bemerken telkens, dat het geen
gesprek dn het luchtledige is, maar dat
er agrariërs en niet-agrariërs zijn, die
er een vaste gewoonte van maken om
deze rubriek te lezen. We zijn hen daar
zeer dankbaar voor.
Niet zo plezierig
Zo nu en dan bemerk je, dat er ook
mensen zijn, die deze rubriek lezen met
het bijna vooropgezette doel zeer nauw
keurig na te gaan of de redacteur van
de landbouwrubriek geen steek laat
vallen. Geheel onbewust is er vorige
week zo'n steek gevallen. Het betreft
het artikeltje, waarin gesproken wordt
over beengebreken bij het rundvee. Ik
vertelde toen, dat een bepaalde vee
houder op zijn bedrijf in de zomer een
meststof strooide, die naast stikstof ook
fosfaat bevat en dat hij het krachtvoer
in de vorm van balanskoek gaf. Be
doelde veehouder maakte inderdaad
gebruik van deze koeksoort.
Ik durf U met de hand op het hart
te verzekeren, dat dk de naam balans-
koek geheel te goeder trouw heb ge
bruikt. Het blijkt nu, dat koek met deze
naam door één bepaalde le|verancijer
op ons eiland wordt verkocht. Bij an
dere leveranciers wordt een zelfde
soort koek geleverd onder de naam
basiskoek of mineralenkoek. De leve
rancier van de balanskoek vertelde ons,
dat heel wat van zijn klanten ook spre
ken van basiskoek en persoonlijk ge
bruik ik de namen balanskoek en basis-
LESROOSTER
GYMNASTIEKVERENIGING TEXEL
Aanvang der lessen woensdag 7
augustus
(Sp.h. Burgemeester De Koning-hal,
Th.s. Thijsseschool)
Maandag
Sp.h.: 17.15-18.15
uur, meisjes
12
jaar;
Sp.h.: 18.15-19.15
uur, meisjes
13
jaar;
Sp.h.: 19.15-20 15
uur, meisjes
14
- 15
jaar:
Sp.h.: 20.15-21.15
uur, meisjes
16
- 17
jaar;
Sp.h:: 21.15-22.30
uur, Dames
25
jaar
en ouder.
Dinsdag
Sp.h.: 17.15-18.15 uur, meisjes 10 - 11
jaar;
Sp.h.: 18.15-19.15 uur, extra training;
Sph.: 19.15-20.15 uur, extra training;
Sp.h.: 20.15-21.15 uur, extra training;
Sp.h.: 21.15-22.30 uur, dames 18 jaar
en ouder.
Woensdag
Sp.h.: 17.15-18.15 uur, meisjes 6-7
jaar;
Sp.h.- 18.15-19.15 uur, meisjes 8-9
jaar;
Th.s.: 20.00-21.00 uur, dames 35 jaar
en ouder;
Th.s.: 21.15-22.30 uur, heren senioren.
Vrijdag
Sp.h.: 17.15
jaar;
Sp.h.:
jaar;
Sph.:
jaar;
Sp.h.:
jaar;
Sph.:
ouder,
18.15 uur, jongens 6-7
18.15-19.15 uur, jongens 8-9
19.15-20.15 uur, jongens 10 - 11
20J5-21.15 uur, jongens 12 - 15
21.15-22.30 uur, heren 16 jaar en
Zaterdag
Sph.; 18.00-
Sp.h.: 19.00-
Sp.h.: 20.00-
Sp.h.: 21.00-
19.00 uur, wedstrijdgroep;
20.00 uur, wedstrijdgroep;
21.00u ur, wedstrijdgroep;
■22.00 uur, wedstrijdgroep.
Zendag
Sp.h.: 11.00-12.30 uur, vrije training
voor iedereen.
(Voor wat betreft het kleuteruur is
er nog geen zekerheid).
Tot op heden is het bestuur er nog
niet in geslaagd zaalruimte te vinden
voor de kleutergymnastiek. Men is
druk bezig hiervoor zo spoedig moge
lijk een oplossing te vinden.
S.V. COCKSDORP
De training voor het voetballen be
gint op vrijdag 9 augustus. De welpen
van 6-7 uur; adspiranten van 7-8
uur onder leiding van L. Veen. De
junioren van 8-9 uur o.l.v. L. van
Tongelen. Deze training wordt gehou
den op het voetbalveld.
De gym begint zaterdagochtend, 10
augustus om 8 uur. Gym oudere meis
jes woensdag 14 augustus n.m. van 7 -
9 uur o.l.v. mej. Eijhusen.
koek gewoon door eikaar. Zeker in
deze rubriek, die meestal in een vrij
korte tijd, min of meer bij ingeving
wordt geschreven.
Ter voorkoming van misverstand wil
ik echter wel duidelijk zeggen, dat het
me helemaal niets uitmaakt ibij welke
leverancier en onder welke naam U de
koeksoort koopt, die bedoeld is om de
mineralenvoorziening in het lichaam
van de dieren op peil te houden.
Ik hoop hartelijk, dat deze deze cor
rectie de zaak weer in balans is en dat
de basis van vertrouwen, die nodig is
voor een goed contact van leveranciers
en voorlichters niet weggevallen is.
S.V. TEXEL
De indelingen voor het seizoen 1968-
1969
KNVB, 4de klasse A: LSW, Egmon-
dia, Liimmen, Watervogels, Hollandia
T., CSV, Texel, VIOS (W.), St. Adel-
bert, SRC, Zeevogels, DTS.
Afd. N.H res. 2e kl. E.: BKC 2,
Flevo 2, HRC 4, Petten 2, Succes 3.
Texel 2, Watervogels 2, Wieringerwaard
2, WGW 2, ZAP 3.
Wedstrijdprogramma voor Texel 1:
8 sept. Texel-Vios (W.); 15 sept. SRC
Texel; 22 sept. Texel-CSV; 29 sept
Watervogels-Texel; 6 okt. Texel-LSVV,
13 okt. Limmen-Texel; 20 okt Texel-
Hollandia T.; 27 okt. vrij, event, in
haalprogramma; 3 nov. Egmondia-
Texel; 10 nov. vrij event, inhaalpro
gramma; 17 nov.. St. Adelbert-Texel;
24 nov. Texel-Zecvogels; 1 dec. DTS-
Texel.
Training.
Met de training o.l.v. de heer Zuide-
ma op donderdag, aanvang half aoht
is begonnen. Hiervoor zijn 36 spelers
geselecteerd. Het as de bedoeling dezt
groep indien nodig te veranderen.
Met ingang van 12 augustus is hel
trainingsprogramma als volgt
maandagavond 6.30 - 8.00 uur, tot en
met 10 jaar;
dinsdagavond 6.30 - 8.00 uur, 11 en 12
jaar;
woensdagavond 6.30 - 8.00 uur 13 tot
en met 16 jaar; 8.00 - 9.30 uur 17 jaar
en ouder;
donderdagavond, 7.15 uur, geselecteer
de groep.
BIJNA 300.000 NEDERLANDERS
PER BROMMER MET VAKANTIE
Een enquête van het Centraal Bu
reau voor de Statistiek over de vakan
tiebesteding van de Nederlandse bevol
king heeft aangetoond, dat een belang
rijke groep vakantiegangers op de
brommer de vakantie doorbrengt in het
eigen land of daarbuiten. Blijkens een
publikatie in de Sociale Maandstatis-
tiek van april 1968 gingen in de pe
riode oktober 1965 t/m september 1966
7,7 miljoen Nederlanders op vakantie
in eigen land, waarbij het C.B.S. als
norm tenminste twee overnachtingen
buiten de woonplaats (exclusief de
weekeinden) heeft aangenomen. Bijna
300.000 Nederlanders kozen daarbij de
brommer als vervoermiddel om enkele
dagen of langer door het land te toeren.
Ook bij een onderzoek in 1960 kwam
dit cijfer uit de bus. De verdere toene
ming wordt echter beïnvloed door het
groeiend autobezit.
MEER OUDEREN OP DE BROMMER
Niet alleen de jeugd, maar ook de
ouderen in de leeftijd van 50 tot 65
jaar, gaan in toenemende mate over tot
de aanschaffing van een bromfiets.
Dit wordt aangetoond door een perio
diek onderzoek onder de rijwielhande
laren, verricht door de Federatie Rij
wielkleinbedrijf. De toegenomen be
langstelling in deze leeftijdsgroep blijkt
uit de verkoopresutaten in het eerste
kwartaal van dit jaar ten opzichte van
de eerste drie maanden van 1967. In de
periode januari-maart 1967 werd 5,4%
van de totale bromfietsafzet aan man
nen en vrouwen van 50-65 jaar ver
kocht en in het eerste kwartaal van dit
jaar 7,56%. Dat de belangstelling in
deze categorie aanhoudt, blijkt uit haar
aandeel in de eerste vier maanden van
1968: 10,59%. Ook boven de 65 jaar
wordt meer van de bromfiets gebruik
gemaakt. In de leeftijdsgroep onder de
vijftig liep de verkoop terug.
166. Nog diezelfde zoele zomeravond
reed er héél laat een pakketpostbestel-
ler met zijn gehuifde driewieler op de
hoofdingang van het politiebureau te
Gravendrecht af. Twee op alles voor
bereide agenten kwamen ijlings op de
besteller afgerend en vroegen bars
„Wat moet dat? Je bent zeker ver
momd, hè? Jij wou zeker kneedbommen
aanbrengen, hè? Vergeet het maar rus
tig, makker! We hebben je in de smie
zen!"
„Van kneedbommen en smiezen weet
ik mets", antwoordde de brave bestel
ler. „Maar wel weet ik, dat ik hier een
zeer eigenaardige 'bestelling moet afle
veren. Een zéér eigenaardige expresse-
bestelling uit Rijkhuyzen.
Met een vrolijke lach haalde de man
de als een rollade opgerolde ijsco- en
groenteman te voorschijn en hij gichel-
de: „Op de slip staat: „Met de groeten
en Eelco Eelkema...." Ik ken hem
niet, maar daar gaat het niet om. De
groeten dus van Eelco en zoek het voor
de rest zélf maar uit
Met deze woorden deponeerde de be
steller de rollades op de grond en de
agenten konden dus niets anders be
denken dan snel de zending van de
hennep en het inpakpapier te ontdoen.
Twee vreemde, in hun angstzweet ba
dende mannen kwamen uit de verpak
king en deze twee vreemde mannen
werden met grote spoed tegen de muur
van de binnenplaats gezet, in het felle
licht van een levensgrote schijnwer
per.Toen werd commsisaris Bor-
gers erbij gehaald en deze trok van
leer op een manier, dat de twee Bar-
roesjaanse lijfwachten er het eigste
wel van moesten denken.Kille
angst viel gemakkelijk af te lezen van
hun gezichten en commissaris Borgers
had een fijne avond, want het gebeurde
niet zo vaak, dat boeven bang voor
hem waren
haar hart aan de rijsttafel. Als je nu
eens gezellig wou eten, zonder enige
haast, van alles proberen, een beetje
van dit, een beetje van dat, dan was dit
dè gelegenheid. Gert gaf raad en ze
moest toegeven, dat de door hem aan
bevolen mengsels van alles-ennog-wat
uitstekend smaakten. Tsing kwam
glimlachend horen of alles naar wens
was. Eigenlijk kwam hij alleen maar de
bevestiging op die vraag halen. Het
scheen uren later, toen het meisje met
de zwarte ogen voorzichtig de borden
en schaaltjes in elkaar stapelde.
„En nu koffie", zei Gert. „Zullen we
dat hier drinken of ergens anders?"
Juud overlegde voorzichtig. De sfeer
hier beviel haar. Het was niet meer zo
druk. Het licht was gedempt. Geen mu
ziek. Alleen het achtergrond geluid
van zachte conversatie aan de verschil
lende tafeltjes. En als ze nu ergens an
ders heen gingen, dan, ja dan was ze
gewoon een avond uit met Gert. Nu
was het nog niet meer dan een toeval
lig samentreffen. „Laten we hier maar
blijven", zei ze. „Ik heb geen zin om
nog ergens heen te gaan", dan wist hij
dat maar vast. „Hierna ga ik meteen
naar huis".
„Woon je hier?"
„Nee, ik woon thuis, Bussum".
„Spoorstudent".
„Ja. 't Is wel eens lastig. Maar ik heb
diverse vriendinnen waar ik kan loge
ren als het eens nachtwerk wordt".
„Vindt je vader dat goed?" Hij zag
meteen, dat hij de verkeerde vraag ge
steld had.
„Mijn vader is dood", zei ze klank
loos. Het klonk als een rauwe disso
nant. Gert verwenste zichzelf om zijn
taktloze vraag. Hele stemming bedor
ven
Ze hief het hoofd op. Judith, juist
omdat ze zo uiterst gevoelig was, haat
te sentimentaliteit, publiek vertoon.
Wie haar niet kenden, noemden haai
soms hard, niet begrijpend dat ze al
leen trachtte haar hart te pantseren
dat zo licht kon worden gewond.
„Ik stap zo straks op de trein, het
station is hier een minuut of tien lopen
vandaan, en binnen 't uur ben ik in
Bussum", vervolgde ze nuchter. Gert
had het gevoel dat er een verandering
in de sfeer was ingetreden en kon de
rechte toon niet meer vinden. Ze praat
ten nog wat over hun koffie. Gert gaf
Tsing een seintje, en de rekening
kwam, netjes dichtgevouwen op een
schoteltje. In de stilgeworden, smalle
straat met de Chinese uithangborden
namen ze afscheid.
(Wordt vervolgd)
COPYRIGHT STUDIO AVAN