f*™a tsmrn wou :M
fexelde korstmossen
en de toekomst
oorpagina
Klare onzin
Badmintonclub Texel
Damclub Texel
VERHAAL UIT DE KRANTENWERELD
Tweede blad Texelse Courant, vrijdag 12 februari 1971
-gfi. Brieven van lezers - buiten verantwoordelijkheid van de redaktie
b Texelaars zullen het me hopelijk
kwalijk nemen, wanneer ik me als
kanter even in de discussie meng.
^^fieen daarop een klein recht te heb-
daar mijn artikeltje over de korst
en in het laatste nummer van
:el" mede in het „gesprek" is be-
|ken. In dat artikel schreef ik o.a.:
r frisse lucht is Texel nog een
oase en laat het zo blijven". Ik
dat hier nog wel eens willen on-
trepen, al besef ik daarbij meteen,
dit moeilijk genoeg zal zijn binnen
I isen, die de maatschappelijke ont-
celing ook aan Texel stelt, en waar-
wij als leden van de „Vrienden-
g Texel" een open oog willen heb-
,t de nieuwe TBM-centrale op zwa-
lie gestookt zal worden is zonder
een lelijke zaak. Nu zegt de re-
ie wel luchthartig, dat „(lelijke ho-
schoorstenen" zullen zorgen voor
unning van S02 e.d. tot onschade-
concentraties, maar ik zou de re-
iie e.a. toch willen adviseren er
het „Chemisch Weekblad" van 17
IjÖ 1970 en „De Ingenieur" van 14
liari op na te lezen, waaruit blijkt,
de lucht boven o.a. geheel West-
ipa op een ontstellende manier ver-
(door omzetting van S02 in de
tot zwavelzuur), zodat er af en
;uur regenwater (pH 4,0 en lager!)
beneden komt, waardoor niet al-
korstmossen (als eersten!) e.a.
en doch ook de bodem verzuurt,
als gevolg verstoring van o.a. de
of cyclus. En om te bewijzen, dat
teen grauwe theorie is vertel ik er
'at als gevolg van de hier en in
land en Engeland geloosde afval-
in, via hoge schoorstenen, in Mid-
weden het rendiermos (ook een
mos!) sterft, waardoor er hongers-
en -dood dreigt voor de rendie-
I Ontstellende feiten, zodat er geen
is voor luchthartig wegwuiven
e bezwaren. We zijn het eens met
daktie, wanneer deze stelt, dat dit
I regelrecht pleidooi is voor een
asleiding naar Texel (mede voor
wm, e.d.).
3»
tijd is voorbij, dat we noodzake
maatregelen ten bate van de mi-
tygiëne afwijzen of niet uitvoeren,
t ze „economisch niet haalbaar"
•n zijn. Niet alleen milieudeskun-
en biologen, doch ook vele econo-
politicologen, futurologen, sociolo-
medici, enz. zijn er vanuit hun
schap van overtuigd, dat gewoon
ekomst van ons leven er mee ge-
is en dat oases als Texel onmis-
zijn. Den Helder heeft via de
and-plannen niet het recht, het
Ijs milieu aan te tasten, maar ook
■1 moet geholpen worden om te
omen, dat het eigen en andere
ju aantast. Deze zaken grijpen nu
iaal verder dan we enkele jaren
en dachten. Wie dacht er toen aan,
we vandaag niet meer dan één
per week IJsselmeerpaling mogen
willen we geen kwikvergiftiging
oplopen (om van vis uit de polderwate
ren maar te zwijgen!), en dat deze vis
voor ongeboren babys regelrecht ver
gif is (gevaar voor mongooltjes-achtige
afwijkingen)7 't Is een voorbeeld uit
vele, en dit kwik komt dan via Rijn en
IJssel uit het verre Duitsland (ook naar
Noordzee en Waddenzee). Waarmee ik
maar wil zeggen, dat een hoge schoor
steen tegenwoordig geen oplossing
meer is. Zeker is dit een pleidooi, en
een ernstig, voor aardgas naar Texel,
waardoor ook de gewraakte hoge
schoorstenen lager kunnen zijn! De
nieuwe wet op de luchtverontreiniging
schrijft eigenlijk voor, dat geen veront
reinigingen meer mogen worden uitge
worpen. Wel, op deze basis zou Texel
alsnog weer kunnen proberen subsidie
te krijgen voor een aardgasleiding.
Aardgas is schoon gas en het gaat hier
per slot om een schoon gebied, Texel,
dat van grote nationale betekenis is.
Technisch moet het uitvoerbaar zijn in
een tijd, dat mensen in staat zijn op de
maan te wandelen. En, het is nog niet
te laat. Hier zou ook de Ver. tot Be
houd van Natuurmonumenten steun
kunnen bieden, en dat zou een reden
kunnen zijn om de strijdbijl, ondanks
alles, te begraven en samen de vredes-
(gas)pijp te roken. Texelaars en over-
kanters, we hebben elkaar nodig, als
mens en ook om ons milieu en ons be
staan. Dat „Natuurmonumenten" de
luchtverontreiniging niet als argument
heeft gebruikt is misschien begrijpe
lijk uit de aard van het reservaat in de
buurt doch in principe een tekortko
ming. Maarin principe heeft Texel
een centrale en waterwinning uit zee
nodig; welnu op dat punt moet men
elkaar dan ook vinden en als verstan
dige mensen rechtstreeks met elkaar
praten. Alleen samenwerking leidt tot
een bevredigende oplossing voor allen,
zo nodig een compromis. En daarbij
staat m.i. centraal een genoegzame ont
plooiing van Texel doch met behoud
van die waarden, die Texel doen zijn,
wat het is, het „Gouden Boltje", onmis
baar voor zeer velen, vooral door zijn
zuivere milieu voor mens, plant en dier;
een milieu waar de mens deel van uit
maakt, al beseft hij dat mei altijd en al
handelt hij daar helaas lang niet
altijd naar. En wat de hang naar meer
welvaart betreft moet men beseffen
overal dat de bomen niet tot in de
hemel groeien. Pas in dit besef kan
men een waar vriend van Texel zijn,
of men nu Texelaar is of overkanter.
Wat betreft de korstmossen nog het
volgende. Ik wil hopen, dat de NJN op
Texel de hint van de redaktie zal op
vangen. Een inventarisatie zou zeer
waardevol zijn, zeker nu er nog geen
grote ongelukken gebeurd zijn. Ik zou
willen adviseren zich aan te sluiten bij
de „Werkgroep Herkartering Epifyten
Nederland" o.l.v. Dr. J. Barkman, Bio
logisch Station Wijster van de Land
bouwhogeschool, die in 1970 en 1971
een herinventarisatie houdt. Het blad
„Texel" (en natuurlijk ook de Texelse
Courant, neem ik aan) staat gaarne
open voor publicatie van de resultaten.
Het is overigens ook een mooie opga
ve voor de hoogste klas van de lagere
scholen, o.l.v. hun onderwijzer, en voor
de biologieleraren van de middelbare
scholen met hun leerlingen. De richtlij
nen van genoemde W.H.E.N. vergemak
kelijken de uitvoering, en ik neem aan
dat S.B.B. en Natuurmonumenten ook
wel willen ondersteunen. Het zou een
goede zaak zijn, waar ook Texel als re
creatiegebied wel bij kan varen.
Nog één opmerking. Sommigen den
ken welicht, dat het voorgaande wat
sterk gedramatiseerd is. Dat is een mis
vatting en een groot gevaar; dit is hele
maal niet gedramatiseerd maar berust
op nuchtere, wetenschappelijke feiten.
Ons milieu is „goud" waard, is onver
vangbaar, en gezond milieu is schaars
en wordt met de dag schaarser. Texel
profiteert daar, terecht, van en wij!
overkanters profiteren een beetje mee
van het nog gezonde Texelse milieu.
Maar, geachte Texelaars, let op uw
zaak; eenmaal bedorven is het voor al
tijd verloren. Zorg, dat het niet zover
komt. En voor u en voor ons zal het
een troost zijn, dat de nieuwe water-
fabriek het mogelijk zal maken, min
der wa^er aan de duinen te onttrekken,
zodat een groot stuk onvervangbaar
Texels duin weer geheel zal kunnen
opleven. Dan zijn de financiële offers
voor een aardgasleiding beslist niet te
hoog geweest!
J. Tolner, Ing.,
Baarn,
Voorz. „Vriendenkring Texel"
NASCHRIFT
Laat er geen misverstand over be
staan dat ook wij bezwaar hebben te
gen elke vorm van luchtverontreini
ging. Wij hebben alleen de voorstelling
van zaken door de heer Bevaart willen
hekelen. Een niet-deskundige lezer zou
bij het lezen van zijn verhaal gauw de
indruk krijgen dat Texel als gevolg van
de waterfabriek in een gifwolk wordt
gehuld. Ook uit een andere reactie (het
ingezonden stuk van de heer Zandstra
op deze pagina) moge overduidelijk
blijken dat hier van paniekzaaierij op
ondeskundige basis sprake is geweest.
Het zou niet verantwoord zijn een der
gelijk ingezonden stuk zonder commen
taar te laten Red.
Het stukje „Verschillende maatsta
ven" van de heer Bevaart in de Texel
se Courant van 5 februari j.l. heb ik
met verbazing gelezen. Voor niet-tech-
nisch onderlegde lezers is dit stukje
zeer verwarrend en voor de technisch
onderlegde lezers klare onzin.
Zwavelgehalte
Hoe komt de heer Bevaart aan zijn
in dit stukje gebruikte gegevens? La
ten we deze gegevens eens nader be
schouwen. Hij geeft op: zware stookolie
met 12% zwavel. Waar wilt u deze
rommel in Nederland betrekken? De
oliemaatschappijen gefven voor zware
olie van 3500 sec. (Redwood I) 100°
F. een maximum van 4% zwavel op.
Deze olie wordt meestal gebruikt door
centrales, maar er bestaat nog een olie
soort van 6500 sec. (Redwood I) 100° F.
met 4,5% zwavelgehalte maximum,
doch deze olie is zeer moeilijk te ver
pompen en wordt daarom in koudere
streken niet gebruikt. Hoe komt de
heer Bevaart aan onbruikbare olie van
maar liefst 12% zwavelgehalte?
Verbruik
Momenteel levert de oude centrale
1 M.W. per motor bij uiterste ver
mogen. Dit is voor alle motoren bij in
uiterst vermogen (5 motoren) dus
5 M.W. Stel dat het vermogen van de
nieuwe centrale, met het oog op de
toekomst 2x zo groot is, dan is dit nog
maar 10 M.W. het vermogen dus wat
in een middenmaat tankschip is ge
plaatst, in onze ogen dus klein. Het
verbruik van kleine centrales (Turbi
nes) wordt genomen als zijnde 0,24 kg
stookolie per P.K.H. Daar de nieuwe
centrale met veel aftapstroom gaat
werken voor verdamping van zeewa
ter ligt dit mogelijk iets hoger maar
voor de praktijk kunnen we 0,24 kg/
P.K.H. wel aanhouden. Dit zou nu, bij
een verbruik van 5 M.W. een verbruik
van olie opleveren van 5000 x 0,24 kg
1200 kg olie per uur, en in de toe
komst met 10 M.W.belasting een ver
bruik van 2400 kg olie per uur (ge
gist). Bevaarts opgave van 2000 kg is
dus wel aardig in de richting maar nu
komt het: Bij verbranding van 1 kg
zware olie met 4% zwavel ontstaat
0,028 m3 S.O.2. Voor 2000 kg zware
olie ontstaat 2000 x 0,28 m3 56 m3
S.O.2 en geen 176 m3. Dit is nogal een
verschil. Hier trapt niemand in.
Nu ook nog dit; De heer Bevaart
schrijft van een schadelijke verdunning
van 1010. Weet hij wat dit betekent? Dit
betekent, dat als we een stuk land af
zetten van 1000 meter lang en 1000 me
ter breed met een schutting van wel
10 meter hoog (de hoogte van 2 huizen
op elkaar) en we zouden in zo'n formi
dabele hoeveelheid lucht net 1 liter
S.O.2 oplossen dat we dan uw giftige
vermenging hebben. Mocht zwavelig-
zuur, H2 S.O.3, of een nog zwaardere
verbinding nl. zwavelzuur H2 S.O.4 zo
geweldig giftig zijn, dan zou het af
schroeven van de dop van een auto
accu onmiddellijk dodelijk zijn. Dit is
natuurlijk larie.
Nog meer onzin: U wil Texel met een
4 cm gaslaag gaan bedekken. Wat voor
gas is dat, toch geen S.O.2? Hoe wilt
u dit doen? Laat ik u uit de droom hel
pen Iedere technicus weet dat de
schoorsteentemperatuur in een centrale
boven de 106° Celsius wordt gehouden,
dit om condenseren van S.O.2 te voor
komen. Wat is nl. het geval? S.O.2 is
een niet corosief gas, dat echter in aan
raking gebracht met water, H20 het
wel corrosieve H2 S.O.3 vormt. (Zwa
velig zuur). Hieruit kan H2 S.O.4 Zwa
velzuur gemaakt worden, wat we in de
accu's gebruiken. Wanneer rookgassen
onder hoge temperatuur de schoorsteen
verlaten koelen deze boven de schoor
steen onmiddellijk af, en komen bene
den de 106° C. grens. De S.O.2 in deze
gassen vormt met het water in de lucht
direkt H2 S.O.3. Het gas wordt dus
door waterdruppeltjes opgenomen en
als wolk weggevoerd, wanneer er wind
staat, en slaat in een regenbui ergens
in Rusland of de zuidpool neer. Anders
wordt het bij zeer grote vermogens en
bij mistig weer. Dan bestaat de moge
lijkheid dat door te weinig circulatie de
waterdruppeltjes in de mist oververza
digd worden met H2 S.O.3. Deze slaan
neer omdat er geen wind is. Bij zo'n
klein vermogen als van de nieuwe cen
trale bestaat dit gevaar wel in theorie
maar in de praktijk komt het bijna niet
voor. Wèl echter bij Hoogovens en op
plaatsen waar veel industrie is. Hier
wordt het verzadigingspunt sneller be
reikt met alle gevolgen van dien. Door
dat de Texelse centrale aan het water
geprojecteerd is, komt bovendien nog-
maar een halve cirkel 180° in aan
merking voor neerslag. De andere hal
ve cirkel komt in het water van het
Wad terecht. De neerslag zou dus the
oretisch in een halve cirkel van een
paar honderd meter kunnen ontstaan
bij absoluut geen wind, en wel rond de
schoorsteen. Dit mogelijke zuur zou
dan door de aanwezigheid van kalk in
de bodem worden geneutraliseerd. Dus
de 4 cm gaslaag is niet te realiseren.
Nu ook nog dit: Wanneer we op de
kaart, Dijkmanshuizen als middelpunt
nemen en we trekken een cirkel met
De Cocksdorp als straal, dan zou vol
gens uw theorie, de neerslag hierin
plaatsvinden. Deze cirkel omvat: Den
Oever plus een gedeelte van de Af
sluitdijk, Anna Paulowna, een groot
stuk Noord- en Waddenzee en dit alles
zou onder het gas komen te staan. Een
ieder kan wel voelen dat dit onzin is,
te meer omdat S.O.2 geen gas blijft
doch oplost in water. Ik weet niet wat
de bedoeling van de heer Bevaart is.
De Texelaars bij de neus nemen, door
ze te bombarderen met getallen waar
van de herkomst de duim is? Gelooft
hij werkelijk dat onzinnig geschrijf in
de krant iets uithaalt? Ja, het haalt iets
uit, het laat zien, wie en wat de heer
Bevaart beïnvloeden wil. Nu Texelaars
bouw gerust uw centraletje van 10 MW
of groter. Het zal de omgeving weinig
schade doen.
A. R. Zandstra,
Hoofd-Scheepswerktuigkundige
Heiloo
Uitslagen maandagavond
Mej. Jannes-mevr. Bosboom 20
Mej. G. Witte-J. Wend rich 02
G. Wite-A. de Haan 12
Mevr. Reij-R. Veenstra 02
P. Bakker-J. Kramer 20
R. Berkenbosch^H. Dros 02
B. Oostra-R. Veenstra 21
Mej. G. Witte-A. Leijen 02
Mevr. Reij-P. Bakker 20
A. de Haan-J. Kramer 20
Via een overwinning op koploper
Berkenibosch kreeg H. Dros weer aan
sluiting met de kopgroep wat het pun
tentotaal betreft. Wendrich bezet nu
dan, met mevr. Reij de derde plaats
door mej. G. Witte bekwaam uit te
schakelen. A. de Haan revancheerde
zich tweemaal op G. Witte en J. Kra
mer, de laatste is duidelijk wat van
slag de laatste weken. Wat beter op
slag komt A. Leijen die op het kantje
in twee sets won van mej. G. Witte.
Bij de dames staat mej. Jannes op
kop met 81.25% gevolgd door mevr.
Rijkaart met 75%.
A.s. zondag 14 februari geen badmin
ton. De jeugdkampioenschappen vinden
niet plaats 27 februari maar zaterdag 6
maart in de Burgemeester De Koning
hal, aanvang der wedstrijden 10.00 uur.
Uitslagen van 2 februari
C. Dijker-C. Vinke 20
J. Hooijberg-P. Jansen 20
C. Meedendorp-W. Bakker 20
J. Koorn-J. Schoo 11
W. Stam-P. W. Kooi 20
J. Vinke-D. v. d. Werf 20
J. Stam-P. Kooiman 02
J. van Heerwaarden-C. v. d. Werf 20
J. A. v. d. Slikke-C. Groenhof 11
C. Dijker kon schijnbaar mooi win
nen tegen C. Vinke, maar liet zich er
terecht niet mee in, want een verras-
send offer zou dan precies remise geven'
W. Bakker verloor in een remisestand
door tijdsoverschrijding. J. Schoo had
moeite om remise tegen J. Koorn te be
reiken. J. van Heerwaarden begint zich
enigszins te herstellen.
Stand aan de kop, resp. gesp., gew.,
gelijk, verl., pnt.,
1. C. Dijker 13 9 4 0 22 84.62
2. P. Bakelaar 14 10 3 1 23 82.14
3. C. Meedendorp 17 9 5 3 23 67.65
4. P. Kooiman 18 9 4 5 22 61.11
5. J. Hooijberg 18 9 2 7 20 55.55
En toen was er een pakket uit
d gekomen met een boek in een
mslag „Amerika's strijd tegen de
{dige misdadigheid" was de titel en
Aiderschrift toonde aan dat dit het
^chrift was waarop Wilhelmina
'ndnka Van Doren zou promoveren
e faculteit der rechtsgeleerdheid,
ajrks besluit stond vast. Hij zou naar
and vliegen en Mies verrassen, door
*®ar promotie te zijn. Ze vertelde
-«er alles van in haar brief, en hij
kort geantwoord, dat hij hoopte dat
■t er goed afbrengen en een „sum-
cum laude" halen zou.... En nu
I hij hier.
[|cpres hield hij zich achteraf, wenste
zo weinig mogelijk mensen her-
te worden. Er heerste een ner-
B stemming, vooral bij Mies- fa-
e, dat zag hij wel. De hele boel, be
nt hij met een glimlach, was in de
,Mies was in feite al gepromoveerd.
zitting was niet meer dan een
franje, maar je kon nooit weten
er op opstond om te opponeren en
zou ze nog een „cummetje" of
ien zelfs hoogste lof verkrijgen?
jillustere senaat kwam binnen, hij
jïies, blozend, in stemmig zwart,
keerd door haar paranimfen,
seisj es-studenten. Een grote stil-
fl» toen de grijze Prof. Aardenma
joord nam.
Jn daarna de scherpe kop van Prof
M een roofvogel naar voren
wist Mark: Mies kreeg het niet
■u. Want Giels, op zijn gewone
fce toon, opperde heftige beden-
1Bh tegen enkele van Miës' stellin
gen aan het eind van haar proefschrift.
Mark zag glimlachend hoe diverse
hoorders, niet gewend aan de gang van
zaken, elkaar beducht aanzagen. Werd
Mies' proefschrift hier volkomen afge
kraakt?
Toen hoorde hij opeens de stem van
Mies, eerst zacht, later helderder. Ze
was heel zeker van haar zaak, merkte
hij. Heel duidelijk, riistig, zeer zakelijk
beantwoordde ze de scherpe kritiek van
de beroemde jurist, waagde 'n geestige
woordspeling en toen Mark een scherpe
glimlach over dat spitse gezicht zag
gaan, begreep hij dat de toon van Giels
er nu eenmaal bijhoorde, zag hij waar
derende aandacht in die grijze ogen
en merke hij hoe de andere hooglere-
ren verstolen glimlachten. Mies wist
wel van zich af te slaan, liet zich met
van de wijs brengen. Ook een andere
hoogleraar trad in het strijdperk. Weer
hoorde hij Mies, slagvaardig, met be
scheiden zekerheid, antwoorden. Het
werd een interessant steekspel, want de
professoren zochten het niet in details,
maar wierpen zeer interessante vraag
stukken op. Tenslotte, nadat de pedei
met zijn „Hora est" het debat had be
ëindigd, rees de promotor Prof. van
Teyen die Mies gelukwenste met het
resultaat van een studie 'die een zo in
teressant terrein besloeg en die tot een
zo waardevol proefschrift had geleid.
Toen hij tenslotte de veelbetekenende
woorden „cum laude" deed horen, ging
er een geruis door de aanwezigen. Het
was dan wel geen „summa" dacht
Mark, maar ze moch dubbel en dwars
tevreden zijn.
De plechtige uittocht van de senaat
had plaats en daarna kregen allen ge
legenheid de pas gepromoveerde doctor
geluk te wensen. Opeens we»rd Mark
nerveus. Nu kwam het.
Hij stond ergens in de rij, toen hij
Van Doren al zag glimlachen en zijn
vrouw aanstoten. Die had hem gezien.
Mark knipoogde, hopend dat Mies niets
zou merken. Maar Mies, die altijd alles
in de gaten had, merkte het gefluister
van haar ouders, haar ogen zochten.
Toen zag Mark die ogen opeens groot
worden, zag hij haar een blij verraste
beweging maken. Ze nam de gelukwen
sen in ontvangst van hen die voor hem
waren, vriendelijk, maar nerveus, als
was ze ongeduldig. En toen stond Mark
voor haar.
„Mark" zei ze bijna fluisterend „jij.
dat je gekomen bent.
„Natuurlijk" zei hij gemaakt onver
schillig.
„Ja, natuurlijk' stemde ze toe, maar
haar gezicht verstrakte.
„Zeg, je gaat toch mee straks? Het
diner? Ja natuurlijk, nietwaar?"
„Ook nu moet ik zeggen „natuurlijk'
lachte hij „tenminste, als ik mag".
„Je moet", besliste ze. „Ik moet nu
nog zoveel mensen een hand geven, en
ik heb jou zoveel te vertellen!"
„Eln ik jou" antwoordde hij. „Tot
straks dan, meisje.
Maar tijdens het diner in het stijl
volle restaurant, bedacht hij, zou hij
weinig gelegenheid hebben met Mies te
praten. Daarin vergiste hij zich.
„Vele laatsten zullen de eersten zijn"
zei vader Van Doren, stralend van
trots op zijn dochter. „Je komt onver
wacht, Mark, maar op uitdrukkelijk
verzoek van de promovenda zit je naast
haar aan tafel".
„Als ik nu zeg, dat het een eer en 'n
genoegen is, is dat dan een cliché?" in
formeerde hij met een glimlach.
„Van jou niet" meende Van Doren.
Vóór het diner was er, gelukkig, nog
tijd voor een praatje. Mies, omringd
door vele vrienden en vriendinnen,
maakte zich opeens uit de kring los.
„Jullie moet me maar niet kwalijk
nemen" zei ze „maar Mark hier heb ik
in meer dan twee jaar niet gezien en
hij is mijn allerbeste vriend. Ik móet
even met hem praten". En ze kwam
recht op hem af.
„Kom mee" zei ze en voerde hem
naar een gezellig zitje in de hoek. „Jij
en ik, wij moeten eens even praten".
„Mies" protesteerde hij „évendat
gaat niet. Daar heb ik uren en uren
voor nodig".
„O, ik ook" achte ze grif „maar eerst
moet ik weer even acclimatiseren.
Mark, je bent magerder geworden,
maar dat staat je niet slecht".
„En jij bent een tikje gevulder ge
worden, maar dat staat je óók niet
slecht" gaf hij ten antwoord. „Amerika
heeft je geen kwaad gedaan Mies. Enne
.waar is je miljonair?"
„Ik heb er minstens vijf op 't ijs in
de Staten" haar ogen glinsterden, maar
ik heb gezegd: „éérst moet ik naar Hol
land en dan zal ik wel eens zien of ik
terugkom".
„Waar hang dat van af?"
„Och" ontweek ze plagend „van zó
veel. en zo weinig".
,/Dus je wordt geen dollarprinses?"
„Ik heb nog geen plannen, maar het
zou ervan kunnen komen, wanneer.
„En wat ga je nu doen?" veranderde
hij opeens van onderwerp.
„Weet ik nog niet".
„Uitrusten?"
„Uitkijken".
„Naar 'n baan?"
„Misschien".
„Misschien?"
„Ja.heb jij geen baan voor me?"
„Als wat?"
„Als medewerkster?"
Zijn gezicht betrok.
„Maak nou geen grap, Mies. Het idee
met jou samen aan iets te werken dat
de moeite waard was
„Zou je dat zo graag willen?"
Hij zuchtte. Het weerzien met Mies
had hem de absolute zekerheid gege
ven, dat zij het meisje was waarop hij
wachte. Ze was nog veel liever dan
vroeger, vond hij. Maar in deze sfeer,
met al die mensen.
Opeens greep hij alle moed die hij
kon opbrengen.
„Met jou samen, alles, altijd" zei hij
en zijn stem klonk schor „dat heb ik
altijd al gewild".
Haar lachend gezicht werd plots heel
ernstig.
„Altijd al gewild.waarom heb je
dat nooit gezegd?"
„Ik wou jou je kans geven".
„Waarop?"
„Tja.op alles, wat je maar wilt".
„Maar wat kan ik meer willen dan
geluk. Mark?"
„Ja" stemde hij toe „dat is toch wel
het allerhoogste.geluk".
„Denk je dat je gelukkig zoudt zijn
met mij?"
Zijn stem was opeens heel beslist.
„Ja, dat wéét ik, dat weet ik héél ze
ker. Alléén met jou".
„Nou maar Mark" ze keek zo on
weerstaanbaar guitig, dat hij haar liefs,,
meteen in zijn armen had willen ne-
men „weet je dat je me een complete
liefdesverklaring aan het doen bent?"
Hij dacht even na, zijn ogen onder
zoekend op haar gezicht. Maar in haar
ogen was niet alleen de guitigheid, hij
zag opeens hoe haar mond beefde.
„Ja" antwoordde hij toen „ik waag 't
er op. Je moet het eindelijk maar eens
weten".
„Eindelijk ja.je hebt er lang ge
noeg over gedaan".
„Mies, dat was niet omdat ik twij
felde, niet omdat ik niet genoeg van je
hield".
Ze legde haar hand op de zijne, met
een koesterend gebaar.
„Dat wéét ik, Mark.het was juist
omdat je zovéél van me hield, niet
waar?"
Hij knikte stom.
„Sta op" commandeedde ze, opeens
weer haar oude zelf „ga mee".
„Waarheen?"
„Naar vader en moeder".
„Waarom?"
„We gaan het ze vertellen...." Ze
zag zijn verbaasde blik en opeens
barstte ze in lachen uit.
„Hoe wil je naast me zitten" infor
meerde ze gestreng „als m'n goeie vrind,
of als m'n toekomstige man?"
EINDE