Een natte junimaand
Lieve zuster Ursula
i
ook als u 2000,-, ƒ5000,-
of 10.000,- wilt lenen!
ga met uw tijd mee - ga naar de nmb!
ELECTROHUIS CJ
Straks weer inzaai
van grasland
Kalveren op
„schone" weiden
Beëindiging van het bedrijf
ïk,
i r
Tweede blad Texelse Courant, vrijdag 18 juni 1971
Het gebeurt niet zo dikwijls, dat in
de maand juni de Texelse agrariërs in
overgrote meerderheid uitzien naar
droog, zonnig weer. We hebben de in
druk, dat dit op 't moment, dat we dit
schrijven (18 juni) het geval is. Het zijn
nu niet alleen de veehouders, die bezig
zijn met de hooiwinning, die hopen op
een droge periode. Ook de Texelse ak
kerbouwers en de veehouders, die geen
problemen hebben met de voederwin
ning zijn op dit moment gebaat met
een aantal droge dagen.
Het is ieder jaar weer een triest ge
zicht om gras, dat al bijna hooi is ge
worden dagenlang op het veld te zien
liggen, omdat er geen mogelijkheid is
het voldoende droog te krijgen om in te
schuren. Vooral als we daarbij beden
ken, dat iedere dag, dat dit gras te
lang op het veld ligt betekent, dat de
krachtvoerpost in het komende winter
seizoen hoger zal worden. De buiten
gewoon goede melkproduktie in het
afgelopen winterseizoen heeft nog eens
duidelijk aangetoond, dat goed ruw-
voer daarvoor een eerste eis is.
Niet overhaasten
Al hebben we in het voorgaande on
derstreept, dat ieder dag, dat het hooi
te lang buiten ligt verlies betekent
waarschuwen we toch voor het over
haast binnen halen. Vooral als het hooi
in balen wordt geperst kan overhaas
ting grotere schade betekenen dan het
afwachten van de juiste tijd.
complete
VtoUektfe
op klompen onder moedors paraplu
classics up to date* hammond gogo 3
beachparty* nonstopovergreens* trum
pet gogo 3* happy Lehér* golden non
stop dancing 10
POLYDOR STEREO 121.—
We moeten daarbij de betekenis van
reuk en smaak niet onderschatten. Hooi
dat van de winter stoffig en schimme
lig uit het pak komt is in ieder geval
minder waard dan hooi, dat één of en
kele dagen langer buiten is gebleven,
maar waar nog iets van reuk en smaak
is overgebleven.
We willen hierbij nog eens wijzen op
het belang van een ventilatie van het
hooi na de opslag in de schuur. Welis
waar biedt geperst hooi niet de moge
lijkheid, die je met los hooi hebt, maar
op diverse bedrijven blijkt duidelijk,
dat hooi, dat zonder ventilatiemogelijk-
heid beslist „verongelukken" zou met
ventilatie tot aanvaardbaar ruwvoer
wordt gemaakt.
Niet alleen nadeel
Het zou echter onjuist zijn om de
overvloedige regen alleen als een scha
depost te zien. We zullen dit jaar het
droeve beeld van verdrogend grasland
en akkerbouwgewassen, die staan te
verkommeren in de 2de helft van juni
niet te zien krijgen.
Vooral de veebedrijven zullen dit
voordeel voor 100% moeten uitbuiten.
Aan één van de eerste voorwaarden
voor een goede grasgroei is nu voldaan.
Het water is er Als u nu voor de stik
stof zorgt om de grasgroei maximaal
te maken, dan heeft de regen toch ook
nog grote voordelen.
We krijgen van Texelse boeren, die
aan de overkant zijn geweest nog al
eens te horen, dat het Texelse grasland
in vergelijking met veel streken op het
vasteland goed te voorschijn komt. Dat
„goed" heeft dan vooral betrekking op
de samenstelling van het grasland,
waarbij we denken aan de goede gras
soorten en de bezetting van onkruid.
Wat het grasbestand betreft menen
we dat de voorsprong, die er ten op
zichte van veel grasland aan de vaste
wal is vooral te danken is aan het feit,
dat maar in heel weinig gebieden zo
veel aan graslandvernieuwing wordt
gedaan dan op Texel.
Wat de aanwezigheid van andere be
standdelen in het grasland betreft me
nen we, dat de voorsprong voor een
gedeelte eveneens te danken is aan het
regelmatig vernieuwen van het gras
land. Daarnaast is het feit, dat op veel
Texelse bedrijven naast het rundvee
ook schapen aanwezig zijn voor een ge
deelte ook gunstig. We denken hierbij
met name aan de bezetting met boter
bloemen. Op bedrijven, waar schapen
worden gehouden zijn de boterbloemen
geen probleem.
Ook wat de bezetting van de weiden
met stekels aangaat geloof ik, dat het
grasland in ons gebied gunstig afsteekt
met veel plaatsen op het vasteland.
Misschien, dat de voorsprong van Texel
op dit terrein ook voor een gedeelte op
de rekening van de landbouwvoorlich
ting mag worden gezet.
Juli-augustus
gunstige tijd
Als we de voorsprong, die er bij het
grasbestand is willen handhaven, dan
zullen we op dit gebied aktief moefen
blijven. Dat wil zeggen, dat we regel
matig door moeten gaan met 't 'zwart'
maken van grasland en het weer op
nieuw inzaaien van een goed graszaad
mengsel.
We zijn nog altijd van mening, dat
de maanden juli en augustus daarvoor
de meest geschikte tijd zijn. Het is ons
bekend, dat er ieder jaar ook nog goede
resultaten worden verkregen met sep-
tember-inzaai. In 1970 hebben we voor
beelden gezien van goed gelukte gras-
landinzaai in oktober, maar laten we
dit alsjeblieft niet als regel gaan be
schouwen.
Vooral als de graslandvernieuwing
gepaard moet gaan met verbetering
van de ligging van de percelen heeft
een bewerking in juli en augustus be
slist voordelen. Daarbij willen we di-
rekt de aantekening maken, dat een
verbetering van de ligging van de per
celen vrijwel altijd nodig is.
Als een bijxomend voordeel voor in
zaai in de maand juli geldt, dat de
loonwerkers, die het werk moeten uit
voeren in deze periode daarvoor meest
al goed de tijd hebben.
Eén goede methode
De Texelse landbouwvoorlichters zijn
van mening, dat er voor ons gebied,
maar één werkelijk goede methode is
van graslandvernieuwing. Die methode1
is de volgende.
Na het frezen met de normale frees
wordt de grond geploegd. Dit ploegen
zal afhankelijk van het feit of er veel
of weinig moet worden geëgaliseerd
dieper of ondieper moeten gebeuren.
Als er veel grond moet worden ver
plaatst kan het nodig zijn om 25 - 30
cm diep te ploegen.
Het egaliseren kan vrijwel altijd met
de kilver gebeuren. Na dit kilveren is
de grond tevens goed vast geworden,
wat gunstig is voor de goede aanslag
van het zaad. Dit zaaien moset gebeu
ren met 'n graszaad- of vlaszaaimachi-
ne. Iedere keer weer blijkt, dat de aan
slag bij machinaal zaaien beter is dan
bij breedwerpige zaai met de hand of
de kunstmeststrooier.
We zijn van mening, dat de zaadhoe-
veelheid liefst 40 kg per ha moet zijn.
Onder zeer gunstige omstandigheden
zou mogelijk kunnen worden volstaan
met 35 kg zaad per bunder, maar het
komt ons voor, dat het risico van een te
dunne stand niet genomen kan worden
,voor een bedrag van 20,per bun
der.
Wat u ook niet
vergeten moet
Telkens blijkt, dat na het omploegen
van oud grasland de pH of zuurgraad
van de grond minder goed in orde is
dan uit het onderzoek van een grond
monster uit de zodelaag naar voren
komt. De grond onder de zodelaag ver
keert heel vaak nog in een „natuurlij
ke" toestand. Voor ons gebied betekent
dit onder meer zeer kalkarm.
Daarom zou iedere graslandvernieu
wing vooraf moeten worden gegaan
door een bemonstering van de grond
tot e'en diepte van 20 cm. Als de pH
van de grond inderdaad laag is kan de
kalk het beste worden gestrooid voor
dat de bewerking een aanvang neemt.
Met het frezen en ploegen wordt de
kalk dan goed door de grond gewerkt.
In bepaalde gevallen is het tevens
aan te raden om vooraf een koperbe
mesting te geven. Koper heeft met kalk
gemeen, dat het moeilijk de grond bin
nendringt. Daarom is een graslandver
nieuwing tevens een goede gelegenheid
om de kopervoorziening op peil te
brengen.
Als op bepaalde bedrijven wordt
overgegaan tot het in de zomer „bin
nen" houden van de kalveren, dan is
de reden daarvoor beslist niet, dat we
als algemene waarheid kunnen bewe
ren, dat het onderdak houden beter is
dan het laten weiden. We kunnen wel
stellen, dat er een mogelijkheid van
weiden is, die betere resultaten geeft
dan het binnen houden met als ruw
voer hooi, voordroogkuilgras of vers
gras.
De reden, dat op sommige bedrijven,
waar veel kalveren worden opgefokt
toch gekozen wordt voor het op het
hok houden is, dat men geen kans ziet
om de kalveren op een werkelijk goede
manier te laten weiden. Wat bedoelen
we hier met die goede manier?
Er is bijna geen onderwerp, dat in
vakbladen zo dikwijls ter sprake komt
als de opfok en de verzorging van kal
veren en jongvee. Maar er lijkt ook
geen zaak te zijn, die zo'moeilijk door
de praktijk wordt aanvaard dan die
van de manier, waarop kalveren moe
ten worden gehouden.
Al diverse jaren wordt er op gewe
zen, dat het „kalverweidje", waar de
jonge dieren ieder jaar gedurende de
hele weideperiode moeten weiden uit
de boze is. Toch is nog lang niet op
ieder bedrijf dit kalverweidje afge
schaft. De laatste jaren kan men tel
kens lezen, dat kalveren in feite alleen
mogen weiden op percelen, die net in
gezaaid zijn, of die kort tevoren zijn
gemaaid voor het winnen van kuilgras
of hooi. Maar het aantal bedrijven,
waar deze methode konsekwent wordt
toegepast is nog maar heel klein. Toch
moeten we aannemen, dat alleen nieuw
ingezaaid grasland, of pas gemaaide
percelen aanspraak kunnen maken op
de aanduiding „schone weiden".
Zorg wordt beloond
Het is ook op een landbouwbedrijf
niet zo, dat goede zorgen in elk geval
beloond worden met een duidelijk be
ter resultaat. Telkens loop je tegen ge
vallen aan, waarbij je de vraag stelt
„Hoe komt het toch, dat er ondanks
goede zorgen toch geen bevredigend re
sultaat naar voren komt?"
We hebben de indruk, dat dit in het
algemeen niet geldt voor de verzorging
van de kalveren. Uit diverse proeven
blijkt ieder jaar weer duidelijk, dat de
zorg, die besteed wordt aan de opfok
van de kalveren tot uiting komt in een
voorspoedige ontwikkeling van de die
ren. Het vrij van parasieten houden
wordt beloond met een besparing van
krachtvoer en het voordeel van een stel
gezonde kalveren.
ZON, MAAN EN HOOG WATER
De zon komt 20 juni op om 4.19 uur en
gaat onder om 21.03 uur; 23 juni op om
4.20 uur en onder om 21.04 uur.
Maan: 22 juni N.M.; 8 juli V.M
Hoog water ter rede van Oudeschild
18 juni 2.52 en 15.42; 19 juni 4.16 en 17.08;
20 juni 5.45 en 18.25; 21 juni 7.02 en 19.29;
22 juni 8.06 en 20.28, 23 juni 9.02 en 21.20;
24 juni 9 49 en 22.09; 25 juni 10 28 en 22.50;
26 juni 11.02 en 23.25.
Aan het strand is het ongeveer een uur eer
der hoog water.
In ons gebied heeft een naar verhou
ding vrij groot aantal agrariërs na
nieuwjaar de gang naar de districts
bureauhouder gemaakt om te spreken
over de mogelijkheid van beëindiging
van het bedrijf. Hoewel dit spreken in
niet alle gevallen heeft geleid tot een
aanvrage voor bedrijfsbeëindiging is er
toch een aantal aanvragen in behande
ling en in de loop van dit jaar zal ze
ker nog een aantal volgen.
De aanvragen komen niet alleen van
agrariërs, die een bedrijf hebben, waar
van al jaren gezegd moet worden, dat
de oppervlakte te klein is om een in
komen te halen, dat gelijkwaardig is
met dat van andere beroepen. De plan
nen om het bedrijf te beëindigen ko
men vooral naar voren op bedrijven,
waar de boer z'n „beste" jaren heeft
gehad en geen opvolger aanwezig is.
Op heel wat bedrijven komt men in
deze jaren voor de keus te staan of
men het bedrijf moet aanpassen aan
nieuwe eisen, of dat men de weg van
beëindiging moet kiezen. Vooral als het
boeren betreft, die de vijftig gepas
seerd zijn en waar geen opvolger aan
wezig is kunnen we de keuze voor be
drijfsbeëindiging begrijpen.
Toch doorgaan
Intussen zijn er ook gevallen, waarin
men toch welbewust besluit om door te
gaan. Kort geleden waren we op een
bedrijfje, waarvoor al jaren geldt, dat
de oppervlakte te klein is om een vol
waardig inkomen te halen. De man in
kwestie ziet dit zelf ook heel goed in.
Hij is verstandig genoeg om te begrij
pen, dat er voor een opvolger geen
brood meer in zit. Hij weet ook heel
goed, dat z'n arbeid op het bedrijf in
vergelijking met werknemers op aller
lei bedrijven onvoldoende wordt be
loond. Hij denkt er echter niet over om
daar „zure" opmerkingen over te ma
ken, omdat hij weet, dat dit de prijs is,
die hij voor zijn zelfstandigheid moet
betalen.
Ik geloof, dat je als voorlichter in
zo'n geval het onderwerp bedrijfsbe
ëindiging ver weg moet houden. Dat je
in zo'n geval de economie moet laten
wijken voor het plezier en de bevredi
ging.
Het komt me voor, dat de houding
van deze „kleine boer" iets te zeggen
heeft aan iedere zelfstandige agrariër.
We zijn echt niet blind voor de zorgen
en moeite, die het boer-zijn meebrengt.
Tegelijk zullen we echter oog moeten
hebben voor „de weelde" van het zelf
standig zijn. Een weelde, die voor
steeds minder mensen is weggelegd.
feuilleton door L. van Schooten
25. Hij zag Ursula een verraste be-
vegmg maken.
„Henkie" ging Frits verder „doet wel
:ens gek, maar hij is het niet. Om de
Irommel niet. Allereerst was Henkie
fan ouds mijn vrindje, dan was hij de
peciale beschermeling van de oude
leer Maartens, en voorts droeg hij zijn
juffrouw direkteur" een blinde ver-
ring toe. Je weet niet, Ursula, hoe
oed het geweest is, dat je voor de ke-
ïltje altijd zo vriendelijk geweest
ent.hij was hier je trouwste bond-
enoot.... een tijdlang je énige op
éél je kantoor!"
Ursula zat als een standbeeld achter
aar bureau. Likkens omklemde de
euningen van zijn stoel, zodat zijn
nokkels zich wit aftekenden, en Van
fzer had een houding aangenomen als
ng hem dit alles niet aan, en wachtte
ij maar tot hij met goed fatsoen kon
ïrdwijnen. Maar zijn geagiteerd trom-
elen op zijn stoelleuning bewees, hoe
>gewonden hij was.
„Dank zij Henkie, die in voortdurend
►ntact stond met meneer Maartens, en
irdoor ook met mijhoe, dat zal
je later verklaren, weet ik nu hoe
fze twee hun spel gespeeld hebben.
Je hebt je vast wel eens afgevraagd,
>e het mogelijk was, dat jullie overal
altijd Van IJzer op je pad vond, hoe
bij alle offertes altijd lager was, hoe
zich wist in te dringen bij firma's
vroeger zwoeren bij Leeuwenstein
léén. Maar Adolf van IJzer wist van
zaak nog meer dan jij, dank zij de
gevens, die vrind Likkens hier, hem
eds in handen speelde. Je hebt je
getwijfeld afgevraagd, of Van IJzer
ns 'n zesde zintuig hadnu, daar
z'n zesde zintuig, en het heet Henri
dtens!"
.Je liegt, je liegt!" schreeuwde Henri
wit als een doek, „ja ik ga daar m'n
[en positie ondergraven!"
.Jouw positie was gewaarborgd,
ind", antwoordde Frits kalm, „als
Sfrouw Leeuwenstein murm gemaakt
was en de fusie een feit, zou jij ad-
junct-direkteur worden bij Leeuwen
stein en Van IJzer!"
„Hoe weet je dat?" flapte Likkens er
onwillekeurig uit.
„Je eigen mond veroordeelt je", con
stateerde Frits „ik zie dat ik in de roos
geschoten heb. Alleen heb je er nog
nooit over nagedacht, dat wanneer het
eenmaal zover was, Adolf van IJzer al
tijd wel een weg zou vinden om zich
van jou te ontdoen. Want deze man, die
gelooft dat iedereen zijn prijs heeft en
alerlei mensen probeert te gebruiken,
wil zulke mensen toch niet onder zijn
éigen personeel. Die moeten betrouw
baar zijn en niet te koop. Maar zo ver,
Hanneman, waren jouw gedachten nog
niet gegaan! Hoe je echter de moed kon
hebben, vanavond mee te gaan naar
dat diner, zogenaamd tot steun van
juffrouw Leeuwenstein, maar in wer
kelijkheid als de doodgraver van haar
bedrijf en medeplichtige van Van IJzer,
daar breekt m'n klomp". Zijn stem was
laag van verachting. „Dat je zo'n
schurk was, zo'n misselijke karakterlo
ze slak, dat had zelfs ik niet van je ge
dacht".
Likkens zakte in zijn stoel terug, zijn
gloeiende blikken nu eens op Frits en
dan weer op Van IJzer gevestigd.
„En hij speelde zijn rol zo goed" ver-
nieuwe jobstijdingen brengen. Wat
volgde Frits, „steeds meer moest hij
heeft hij gescholden op Van IJzer! Die
lui waren hem altijd voor! En wat
heeft hij tegelijk handig juffrouw
Leeuwenstein zo ver helpen brengen,
dat ze inzag, dat het aanbod van Van
IJzer tenslotte het enige was dat de
zaak en het personeel nog redden kon".
„Hoe wéét je dat allemaal", fluister
de Ursula, „het is zo. woordelijk!"
„Twee mensen, Ursulade oude
getrouwe, de heer Maartens, die de
zaak door en door kende, en Henkie,
die voor jou door het vuur zou gaan.
Henkie gaf oren en ogen de kost. Maar
tens wist genoeg om te kunnen nagaan
waar de schoen wrong. Tot op het laat
ste toe heeft de informatiedienst ge
werkt. Zodoende wist ik van alle plan
nen, ook van het feest van vanavond,
ook van het diner, dat meneer Van IJ
zer in Carlton heeft besteld. Kreeften,
cocktail, reerug, nietwaar Adolf? Het
beste was niet goed genoeg. Maar het
was me dan een triomf!"
„Gemene leugenaar dat je bent!" Het
was Likkens, die zijn zelfbeheersing
verloor en opvloog uit zijn stoel. Zijn
klauwende handen grepen Fnts naar
de keel, maar een forse stoot tegen
zijn kin deed hem terugdeinzen. Een
ogenblik stond hij te wankelen op zijn
benen, maar meteen had Frits hem te
pakken bij de kraag en het zitvlak en
duwde hem naar de deur. Die ging, als
door een wonder, vanzelf open, en Frit's
hief zijn rechterbeen en bespoedigde de
aftocht van Henri Likkens zodanig, dat
die met een vaart de deur uitschoot.
Frits smeet die achter hem dicht. Te
vreden klopte hij zich de handen af,
als na een welvolbracht, maar stoffig
karwei.
„Dat is één", constateerde hij wel
gemoed. „En nu hebben we hier nog
ons aller vriend Adolf".
Van IJzer was opgestaan met zoveel
waardigheid als hij maar kon opbren
gen.
„Op al de nonsens die jij hier hebt
uitgekraamd, jongeman", zei hij hoog
hartig, „wil ik niet eens ingaan. Wan
neer juffrouw Leeuwenstein al deze
leugens en fantasietjes wil geloven,
moet zij dat weten. Maar u zult be
grijpen hij wendde zich tot Ursula
fmtlikdi:
Hebt u op korte termijn geld nodig?
Bij de NMB wordt u zonder
omslag geholpen. Bijvoorbeeld
2000,in handen, betaling in
18 x 127,07. Of 5000,-in han
den, betaling in 24 x 240,33.
Of 10.000,- in handen,
betaling in 36 x 340,79.
Ook voor andere bedragen
kunt u prettig terecht
bij elk NMB kantoor.
nederlandsche
middenstandsbank
de bank waar óóku
zich thuis voelt!
dat na dit alles van onze overeen
komst niets meer terecht komt. Mijn
aanbod is ingetrokkenu kunt op
eigen gelegenheid naar de bliksem
gaan!"
„Neem dat terug", verzocht Frits met
dreigende kalmte, vraag excuus aan
juffrouw Leeuwenstein, ten eerste voor
de manier waarop je haar hebt bedro
gen en ten tweede voor de belediging
die je haar hebt aangedaan, want ik
zweer je Adolf-me-vrind", hij stond nu
vlak voor Van IJzer en zijn ogen spra
ken een duidelijke taal, „dat je precies
dezelfde weg opgaat als m'n vriend
Hanneman, misschien nog een beetje
hardhandiger".
„Dat is mishandeling!" protesteerde
Van IJzer, „ik dien 'n aanklacht in.."
„O nee", wist Frits, „dat doe jp niet.
Alles liever dat dat. Je moet nooit in
de modder gaan roeren, Adolf, je weet
nooit wat er dan wellicht boven komt.
Dus.
„Goed", zei hij, m'n excuus. We spre
ken mekaar nog".
„Dat hoop ik niet voor je," glimlach
te Frits, „want dat kon wel eens een
heel onprettig en eenzijdig gesprek
worden, erger nog dan nu. Enne
Adolf, maak je maar geen zorgen om je
diner af te bestellen, want dat komt
wel op. Daar heb ik al voor gezorgd".
HOOFDSTUK XIV
Ursula treedt af
Ursula Leeuwenstein staarde door de
zaal van het restaurant. Aan de wit
gedekte tafels, waarop zilver blonk en
kristal fonkelde, zaten de gasten, praat
ten, lachten. Als duistere geesten be
wogen zich de kellners daartussen
door.
Haar ogen hadden een nieuwe glans,
op haar wangen was weer kleur en
Fnts, aan de andere kant van de tafel,
moest zichzelf beheersen om niet op te
springen, en dat geliefde gezicht tus
sen zijn handen te nemen.
Maar telkens toch leek het, of die
glans in haar ogen overschaduwd werd
door bezorgdheid, en na enkele hape
rende aanloopjes sprak ze haar zorg
uit tegen Frits, die zijn wel wat kaal
colbertje verwisseld had voor een din-
nerjacket, dat hem als gegoten zat, en
waarmee hij er, vond ze, uitzag als een
prins.
(wordt vervolgd)