„Gemeenteraad wordt beschouwd
als makkelijk te nemen barrière"
(i
Eerst orde op zaken;
dan nieuwe plannen
OuweSunderklaas is geweest;
de maskerade is voorbij
C. Koorn (CHU):
Bereid akkoord te gaan met
nog hogere heffingen
J. Zuidewind (VVD): inbreng Texels Belang tegengevallen
UITBOUW RECREATIE IS NIET
HET ENIG ZALIGMAKENDE
J. J. Westdorp
moeilijkheden
(Pakt) wil openheid inzake
in college van B en W
ELEGTROHUIS
TESO moet helpen bij
belasten dagtoeristen
Tweede blad Texelse Courant vrijdag 22 december 1972
lilli
De heer J. Zuidewind vindt dat de ge
meenteraad de laatste jaren aan kracht
beeft ingeboet. In zijn beschouwing van
begroting en beleidslijnen zei hij de in
druk te hebben dat het bestuurlijk ap
paraat de gemeenteraad als een gemak
kelijk te nemen laatste barrière be
schouwt. Het was onder meer gebleken
uit de gang van zaken rond de elektri
citeitscentrale. Hoewel door de inge
diende bezwaarschriften een vertraging
van een jaar ontstond, heeft niemnad
eraan gedacht de raad te informeren
over de stijging van de investeringskos
ten. Ook uit de gang van zaken met het
Krimplan is het gebleken. „Ook hier
werd de gemeenteraad „geadviseerd"
dit plan ongewijzigd aan te nemen, on
danks het briljant technische betoog dat
wethouder Dros gaf inzake alternatie
ven. Maar nee, het moest zó en niet an
ders. Ik geloof dat de toen geslaakte
kreet liever een slecht plan dan geen
plan een aanwijzing geeft van de
kracht van de gemeenteraad".
Als derde voorbeeld noemde de heer
Zuidewind de gang van zaken rond de
vestigingsplaats van het natuurrecrea-
tiecentrum. De gemeenteraad moest
snel beslissen omdat het klimaat voor
de subsidieregeling gunstig was. De
heer Blanken zei bij die gelegenheid dat
hij geen tijd had om de konsekenties
van zijn beslissing te overzien en de
heer Westdorp vroeg zich af in hoeverre
een gemeente nog autonoom is. Zuide
wind: „Ik krijg ook wel eens het be
angstigende gevoel dat de provincie
steeds meer invloed krijgt bij het be
palen van onze toekomst en in sommige
gevallen al regelend en dirigerend op
treedt. Met name komen wij dit tegen
bij de ontwikkeling van de recreatie op
ons eiland".
Niet alleen uitbouw
Spreker vond dat teveel aandacht en
geld wordt besteed aan de te realiseren
uitbouwvan de recreatie als zou dat
de enig zaligmakende ontwikkeling zijn
die Texels economie gunstig zou kun
nen beïnvloeden. „In ieder geval ont
breekt het in de beleidsnota aan duide
lijkheid inzake de wijze waarop deze
ontwikkeling zou moeten geschieden en
er blijkt op geen enkele wijze uit aan
welke voorwaarden de toekomstige re-
creatieobjekten qua struktuuropzet zou
den moeten voldoen om de winterercre-
atie te bevorderen en de realisering van
de bestaande voorzieningen te waarbor
gen". De recreatieterreinen zullen in
het bezit komen van speculanten als het
gemeentebestuur niet bij voorbaat voor
waarden stelt waaraan toekomstige ex
ploitanten moeten voldoen. Het gemeen
tebestuur wil blijvend beheer bevorde
ren en versnippering tegen gaan maar
daarvan komt niets terecht omdat de
exploitant weliswaar formeel voldoet
aan de voorwaarde van blijvend terrein
beheer, maar zijn kavels in erfpacht
uitgeeft. Het resultaat daarvan staat
gelijk aan verkaveling. „Wij kunnen en
moeten alleen ontwikkelingen stimule
ren wanneer bij voorbaat de strukturele
opzet van het plan bekend is en op dui
delijke wijze blijkt op welke wijze de
beheersvorm geregeld wordt. Ofschoon
meerdere raadsleden ernstige kritiek
geuit hebben op de recreatieve ontwik
keling van Texel, zijn er nog geen aan
wijzingen dat er verandering bij de be
leidsvoering op komst is".
Krim
De heer Zuidewind noemde het be
treurenswaardig dat de raad geen oog
schijnt te hebben voor de verlangens
van de eigen bevolking. Het plan De
Krim maakte het volgens hem mogelijk
op onverantwoorde wijze gelegenheid
te geven tot ongelimiteerde uitbouw van
het tweede woningbezit, terwijl er
Texelse recreatiebedrijven zijn die al
tien jaar of nog langer een aanvraag
hebben liggen tot uitbreiding van hun
bedrijf. Zuidewind vond dat het de be
langrijkste taak van de raad is om de
belangen van Texelaars te behartigen
en ontwikkelingen te stimuleren die
een uitbreiding van het aantal arbeids
plaatsen tot gevolg hebben zodat de
permanente werkgelegenheid wordt be
vorderd. Spreker veroordeelde ook het
lang uitblijven van bestemmingsplan
nen .Hoewel sommige plannen al twee
jaar in voorbereiding zijn, liggen ze nog
steeds niet tervisie. Besluiteloosheid of
gebrek aan deskundigheid? Het telkens
verlengen van voorbereidingsbesluiten
Aardleidingen en
bliksembeveiliging
J. ZUIDEWIND
niet alleen denken aan
uitbouw recreatie
geeft belanghebbenden grote en kost
bare vertragingen bij noodzakelijke uit
breidingen.
Weverstraat
Mede op basis van het CIMK-rapport
(middenstandsonderzoek) is een ver
keersplan voor Den Burg ontworpen. De
Weverstraat zal worden afgesloten voor
verkeer, met uitzondering van het ver
zorgend verkeer. De winkeliers hebben
duidelijke voorwaarden gesteld. De eis
dat de parkeergelegenheid aan de Burg
wal wordt uitgebreid om de bedrijven
bereikbaar te houden, leek de heer Zui
dewind reeël „omdat de fiets als sim
pel vervoermiddel geweerd gaat wor
den".
In het beleidsplan hadden B. en W.
gerept over 't reserveren van terreinen
voor winkelbebouwing. Zuidewind
vroeg zich af of daaruit gekonkludeerd
moest worden dat het gemeentebestuur
nieuwe winkelvestigingen mogelijk wil
maken.
De heer Zuidewind pleitte verder
voor uniformiteit van onderwijsmetho
den bij het basisonderwijs, vroeg om een
verkeersinstruktiebaan voor het geven
van praktisch verkeersonderricht en
riep op tot aktie om een eind te maken
aan de noodsituatie bij de scholenge
meenschap. „Het is een onaanvaardbare
zaak dat men in zulke hokken onderwijs
moet geven".
Mosselen
Aantrekken van de mosselindustrie
betekent een belangrijke uitbreiding
van de permanente werkgelegenheid,
belangrijke stimulering van de econo
mische bedrijvigheid en uitbreiding van
de dienstverlenende sector. Het gemeen
tebestuur moet daarom alles in het werk
stellen om de mosselindustrie hier te
krijgen. Wieringen heeft zich al gemeld
als kandidaat om de industrie van Yer-
seke over te nemen. De tijd gaat snel. In
1978 moet de Oosterschelde afgesloten
zijn; in 1976 zullen de nieuwe verwater
plaatsen beschikbaar moeten zijn wat
wil zeggen dat in 1973 met de bouw er
van moet zijn begonnen om de continui-
teit in de mosselteelt te waarborgen.
„Welke initiatieven denkt het gemeen
tebestuur te nemen om de kwaliteiten
van het eiland Texel als vestigings
plaats voor de kunstmatige verwater
plaatsen op zo'n voordelig mogelijke
wijze te pousseren?"1
Texels Belang
De heer Zuidewind zei teleurgesteld
te zijn over de inbreng die Texels Be
lang heeft in het college van B. en W.,
gezien de eigen weg die het bestuurlijk
apparaat gaat bij het tot ontwikkeling
brengen van toekomstige aktiviteiten op
Texel. „Je kunt van een vereniging van
individualisten ook niet verwachten dat
ze een positieve bijdrage zouden kunnen
leveren. Dat blijkt wel uit het feit dat
soms de twee wethouders als opponen
ten tegenover elkaar staan". De heer
Zuidewind zei er daarom spijt van te
hebben dat hij aan de totstandkoming
van dit college had meegewerkt. Hij had
verwacht dat de heer Westdorp van de
ze „zwakke opvoering" zou profiteren
door het aangeven van een goed alter
natief beleid en door de tekortkomingen
van het college aan de kaak te stellen.
Dit zou volgens Zuidewind vooral mo
gelijk zijn omdat het Pakt over goede
informatiebronnen op het gemeente
huis beschikt.
De centrale overheid zal moeten in
zien dat de gemeente Texel een taak,
zoals neergelegd in de tweede nota op
de ruimtelijke ordening, behoorlijk zal
moeten kunnen uitvoeren. Er moest dus
geld komen. De heer Zuidewind twijfel
de eraan of Texel rijp is voor de artikel
12 status, maar wees erop dat aan de
hoogte van de toeristenbelasting van
rijkswege geen maximum is gesteld zo
dat de financiële mogelijkheden van de
gemeente nog niet zijn uitgeput. Verde
re verhoging van plaatselijke belastin
gen is geen haalbare kaart omdat de
kosten van levensonderhoud op Texel
toch al hoger zijn dan op het vasteland.
De heer Zuidewind vond dat de ge
meentebegroting te zeer werd beheerst
door de in de tweede nota op de ruimte
lijke ordening neergelegde opdracht dat
het eiland als dagrecreatiegebied moet
worden ontwikkeld. De kosten daarvan
zijn te hoog in vergelijking met het re
sultaat. Niet alles moet op die éne re-
creatiekaart worden gezet. De heer Zui
dewind noemde het bestuurlijk apparaat
van Texel groot, misschien tè groot. Hij
vroeg zich af in hoeverre het efficiën-
cyonderzoek nog een gunstige invloed
op de financiële situatie zou hebben.
De heer Zuidewind zei verder geen
studie van de begroting hebben kunnen
maken omdat de stukken hem veel te
laat hadden bereikt. „De investerings
nota voor de komende jaren heb ik ook
maar links laten liggen omdat deze lijst
mij deed denken aan de onvoltooide van
Beethoven".
In de beleidsnota 1973 hebben B. en
W. onder meer gesteld dat de recreatie
gebieden niet ontsloten behoren te wor
den voordat de basisvoorzieningen (rio
lering e.d.) aanwezig zijn of verzekerd
zijn. De heer C. Koorn (CHU) noemde
het daarom in zijn algemene beschou
wing van beleid en begroting een onbe-
gerjjpelijke zaak dat desondanks nog
volop wordt gebouwd hoewel deze voor
zieningen er niet zijn. Hij dacht daarbij
onder meer aan 't Horntje waar nog
steeds niet van een goede rioolzuive
ringsinstallatie gebruik gemaakt kan
worden waardoor de stank van de slo
ten in die omgeving al ondragelijk
wordt en qua omvang die van Gerrits-
land benadert.
De heer Koorn herhaalde wat hij al
eens eerder had betoogd nl. dat eerst or
de op zaken moet worden gesteld alvo
rens wordt begonnen met nieuwe pro-
jekten op het gebied van de recreatie, zo
die dan nog nodig zijn. „Ik kan mij niet
aan de indruk onttrekken dat het ge
meentebestuur zich wel eens wat op laat
jagen door beleggingsmaatschappijen".
Voor wat het milieu betreft had de
heer Koorn nog een suggestie: goede
voorlichting geven over het gebruik van
de minst schadelijke wasmiddelen, wat
voor het oppervlaktewater van onschat
bare betekenis zou kunnen zijn.
Wat betreft de openbare voorzienin
gen zou de heer Koorn het vliegveld
Texel graag uitgerust zien met radio
communicatie ten behoeve van de ver
keersleiding. Verder wilde hij het
vliegveld meer bij het toeristenvervoer
betrekken, waarbij hij dacht aan lijn-
vluchten naar en van bijv. Duitsland.
„Mensen die vliegend op vakantie gaan,
„Wij kunnen ons niet aan de indruk
onttrekken dat het niet loopt zoals het
moet in het college. De tijdsduur die
verloopt over een groot aantal zaken en
dingen voordat er beslissingen worden
genomen is aanzienlijk. We weten niet
waaraan dat ligt maar krijgen steeds
meer het gevoel dat het niet in de eer
ste plaats ligt aan de besluiteloosheid
dan wel aan onenigheid, dus het niet tot
overeenstemming kunnen komen waar
door vele zaken niet afgewerkt kunnen
worden". Aldus de PAKT-fraktievoor-
zitter J. J. Westdorp in de beschouwing
die hij dinsdagmiddag gaf op de beleids
nota en gemeentebegrotingen 1973. De
heer Westdorp riep op tot spoedige ope
ning van zaken. „Er wordt veel gespro
ken over openheid. Ouwe Sunderklaas
is geweest, de maskerade is voorbij, laat
het college die openheid geven. De gang
van zaken is voor de gehele raad ondui
delijk en voor Texel funest".
De heer Westdorp herinnerde eraan
dat zijn fraktie destijds voorstander was
van een derde wethouder omdat dat dan
een betere werkverspreiding geschapen
kon worden maar hij moest met spijt
konstateren dat er nooit eerder een col
lege is geweest dat zó moeilijk heeft ge
werkt.
Naakt
Over de gemeentebegroting was de
heer Westdorp slecht te spreken. Hij
sprak van een begroting, zó uitgekleed
en zo naakt dat een groep hier onlangs
opgetreden vrouwelijke musici er daar
bij vergeleken nog zwaar gekleed bij
liep. Aan de veel te lage uitkeringen
van rijk en provincie hebben B. en W.
hun begroting moeten aanpassen, deze
hogere overheden schieten daardoor
ernstig tekort. De heer Westdorp vroeg
waarom B. en W. niet veel eerder met
J J. WESTDORP
nog hogere heffingen
hun voorstel tot verhoging van plaatse
lijke belastingen zijn gekomen. Het was
drie maanden geleden toch ook al be
kend hoe de stand van zaken was?
Westdorp riep het college op toch
vooral alles in het werk te stellen om
de mosselcultuur naar Texel te halen.
Dit is op het ogenblik belangrijker dan
al het andere.
Met waardering reageerde de heer
Westdorp op het voornemen om het be
stemmingsplan buitengebied tijdens een
groot aantal hoorzittingen aan de orde
te stellen. „Wij vinden het beslist nut
tig dat het publiek tevoren kennis kan
nemen en haar mening kan zeggen over
een dergelijke ingrijpende opzet. Maal
laat het publiek ook proberen de zaak
ruim en in de totaliteit van Texel te
zien en te beoordelen en niet in de te
enge of persoonlijke kring.
Spreker benadrukte vervolgens de
noodzaak dat alle instanties op het ge
bied van de recreatie gaan samenwer
ken om te komen tot een instelling die,
los van het direkt commerciële, de be
langen van Texel en de Texelaars zal
behartigen zodat aan de uitverkoop van
Texel een eind kan komen. Mogelijk kan
de onlangs benoemde adviescommissie
voor recreatie en toerisme hier stimu
lerend werken.
'7)
Offers
Terugkomende op de begroting kon-
stateerde Westdorp dat voor het inves
teringsprogramma 1973 geen enkele
dekking aanwezig is. Worden geen an
dere wegen gevonden, dan zal het pro
gramma bevroren moeten worden. „De
mens vraagt voorzieningen op allerlei
gebied maar dan zal men er zich van
bewust moeten zijn dat daarvoor offers
gebracht moeten worden in de vorm van
belastingen of heffingen, offers die iets
meer zijn afgestemd op welzijn dan op
welvaart". Waarop de heer Westdorp
liet blijken dat zijn fraktie akkoord zou
kunnen gaan met nog verdere verho
ging van de heffingen dan nu door B.
en W. is voorgesteld en wel tot de nor
men die de minister heeft aangegeven
voor artikel 12 gemeenten.
Dus verhoging opcenten personele be
lasting tot 268; straatbelasting met 27
en 13,5°/o en rioolgeld en reinigings
recht tot 85°/o van de werkelijke kosten.
Dat zou ƒ129.500,extra opleveren. De
heer Westdorp gaf toe dat het een in
grijpend voorstel is, maar het welzijn
van de bewoners moet nu eenmaal voor
op staan terwijl meer financiële armslag
eveneens van groot belang is. De raad
kan wel een investeringsplan vaststellen
maar er moet dan ook voor gezorgd
worden dat er zoveèl mogelijk van kan
worden uitgevoerd.
C. KOORN
Het Rijk is inconsequent
laten hun auto thuis waardoor er hier
weer minder problemen zijn".
Ten aanzien van het onderwijs merkte
hij op dat bij het rijk nog eens „en
desnoods dagelijks" moet worden aange
drongen op de bouw van een school ten
behoeve van de Rijksscholengemeen
schap, die het nu met een aantal nood-
optrekjes moet doen.
Met B. en W. was de heer Koorn van
mening dat grondspeculatie moet wor
den tegengegaan. De mogelijkheid dat
grote maatschappijen gronden kunnen
opkopen moet spoedig tot het verleden
behoren, „Want meestal worden op deze
terreinen overal wat onderkomens neer
gekwakt. Verkopen en wegwezen! De
gemeente blijft met de erfenis zitten en
de Texelaar heeft er niets aan". Ten
slotte wilde de heer Koorn nog weten of
er een reele kans is dat de gemeente
meer uitkering uit het gemeentefonds
krijgt ter tegemoetkoming in de toeris
tische uitgaven.
Tonnen tekort
Ingaande op de gemeentebegroting
1973 zei de heer Koorn dat deze begro
ting op het eerste gezicht weliswaar
sluitend is, maar feitelijk is er 'n tekort
van enige tonnen. Die tonnen heeft de
gemeente nodig voor allerlei noodzake
lijke voorzieningen die nu achterwege
moeten blijven. Koorn sprak van een
bittere pil. De plaatselijke belastingen
worden wel verhoogd maar B. en W.
hebben zelf in hun aanbiedingsbrief la
ten blijken dat de financiële armslag
van de inwoners iets is verslechterd en
dat terwijl die armslag in wezen al lang
niet goed was! „De minister heeft in de
tweede nota op de ruimtelijke ordening
Texel aangewezen als primair te ont
wikkelen gebied voor de verblijf srecrea-
tie. Maar de financiële konsekwenties
moet de gemeente dan maar voor eigen
rekening nemen. Een inkonsekwente
zaak!"
Koorn: „Iedere Nederlander betaalt
wegenbelasting. Waarom dan geen vol
doende uitkeringen om deze wegen in
behoorlijke staat van onderhoud te hou
den? Achterstallig onderhoud gaat uit
eindelijk nog meer kosten. Moeten wij
dagtoeristen die bij honderden met gro
te touringcars naar Texel komen en die
veelal de Texelroute gaan berijden gaan
belasten?" Op de laatste vraag gaf
Koorn direkt een bevestigend antwoord;
hij wilde er een voorstel van maken en
veronderstelde dat TESO hier wellicht
de helpende hand zou willen reiken.
„Tenslotte is TESO er ook ten behoeve
van Texel".
Recreatie is noodzakelijk voor de
Texelse economie. De heer Koorn be
greep niet waarom de recreatieve sec
tor dan niet in staat is de WV te be
kostigen, waardoor de gemeente ook
hierin jaarlijks een forse subsidie moet
pompen. „Dan zou de gemeente bijv.
Bloembollencultuur, visserij of stands
organisaties ook wel subsidie kunnen
geven. De subsidie aan de WV is m.i.
inkonsekwent".
In 1973 heeft de onlangs benoemde
commissie van advies voor de recreatie
ƒ88.000,te verdelen. De heer Koorn
vond gezien de financiële situatie
die verdeling meer op de weg van het
gemeentebestuur liggen. Met het geld
zouden de kapitaalslasten en goede
voorzieningen gedekt kunnen worden,
zoals de rioleringen van 't Horntje en
Gerritsland. „Kan Texel het op deze
manier volhouden of zullen we in de
toekomst noodgedwongen een artikel 12
gemeente moeten worden, met alle ge
volgen van dien? Of moeten we op dit
moment zeggen: tot zóver in de recrea
tie en eerst de achterstand in de diver
se voorzieningen maar eens inhalen?"