IWerkzaamheden aan nieuwe ;Waddenzeedijk vorderen gestaag Stormseizoen leverde enige vertraging op io Het bouwen van een dijk is geen sine- Hire, er gaat nogal wat tijd mee heen. Dat %eldt ook voor de nieuwe Waddenzeedijk gjie nu tot ongeveer de helft gevorderd is. 'Momenteel zijn de afrondingswerkzaam- leden aan het dijklichaam tussen de ijs- ^lijk en de voormalige wierschuur in volle £<jang. Dit gedeelte wordt eind maart vol tooid. IJDAG 10 FEBRUAR11978 TEXELSE COURANT PAGINA 5 Foto links: de oude dijk zal spoe dig een onaangename herinne ring zijn. Foto rechts: de werkzaamheden in volle gang; het slopen van de oude dijk en het tegelijkertijd bouwen van de nieuwe. ër 30 - „Eerlijk gezegd zijn we ai met ai een had jaar achter op het oorspronkelijk plan waarin gepland was om eind oktober het eizand er tot aan de Oostkaap al op te hebben. Maar daar zijn we urnog lang niet en daarbij komt dan nog dat we tot maart 8wegens het stormrisico ook liever niet verder gaan. Er zou vol- 3 gende week een orkaan a la 1953 komen en wij zijn net bezig ~de oude dijk te ontmantelen noemen, maar je denkt soms wel 's: moest dat nou persé zo?" Kosten De grondaankopen inbegrepen kost het gedeelte tussen de Hornt (iets ten noorden van Oudeschild) en de Oost kaap ongeveer 16 miljoen gulden. Dit komt grof weg neer op 5 miljoen gulden per kilometer dijk. Voor het 15 kilometer lange traject van Oudeschild tot De Cocksdorp betekent dit een bedrag van iets meer dan 80 miljoen gulden. De aan te leggen dijk wordt hiermee gemiddeld 3 meter hoger dan de nu aanwezige. Per meter vergt de aanleg naast een gemiddelde hoeveelheid zand van 175.000 m3, ongeveer 33.000 m3 klei. Voor de dijkbekleding zijn verder nodig; 10 ton asfaltbeton, 4 tot 15 ton stortsteen en 4 5 ton basalt. Dit laatste eveneens allemaal per strekkende meter dijk. Zoals gezegd wordt het zand dat men voor het dijklichaam gebruikt uit de Waddenzee gehaald, waar Rijkswater staat iets ten zuiden van Oudeschild een concessie heeft. Dit punt ligt aan de oostelijke rand van de Texelstroom bij de zogenaamde Bollen. De klei voor de nieuwe Waddenzeedijk komt hoofdza kelijk van een oude zeedijk bij Harlingen. Verder voert men klei aan die afkomstig is uit de Maas en van het verbrede Am sterdam-Rijnkanaal. Bovendien heeft men opties op een aantal oude Noord hollandse dijken. Het gebruikte basalt wordt per schip uit het Zuidduitse Westerwald naar de haven van Oude schild gebracht. Met uitzondering van het zand ligt het dijkmateriaal in de nabijheid van de nieuwe haven van Oudeschild opgesla gen tot men aan het gebruik ervan toe is. Het zand gaat rechtstreeks naar een pers-zuiginstallatie nabij het gemaal Dijkmanshuizen. Er is hier speciaal voor de zandschepen een geultje gebaggerd, waardoor men zo dicht mogelijk onder de kust kan komen. De pers-zuiginstallatie van Dijk-- manshuizen heeft een capaciteit van enkele kilometers. De lading (50% water en 50% zand) wordt door een pijpleiding naar het gewenste punt gevoerd. Zon der extra voorzieningen kan deze instal latie tot aan de Oostkaap dienst doen. „Een dijk in de steigers" is eigenlijk de beste formulering van de toestand, waarin de nieuwe Waddenzeedijk tus sen de punten IJsdijk en Wierschuur zich op dit moment bevindt. Daarop voort bordurend zou je ook kunnen stellen, Maartensvlotbrug en de Texelse onder aannemers W. Bakker en J. Kikkert. J. C. van Beek: „Zo op het oog is 25 man natuurlijk niet veel maar als je bedenkt hoeveel zij met de beschikbare machines kunnen verzetten, sta je wel even te kijken. Het lijkt wel of de ge bruikte graafmachines en vrachtwagens dat er nu ook sprake is van enig „vorstverlet". Omdat in de wintermaan den aan de glooiing van de dijk (waar deze het water van de Waddenzee raakt) niet gewerkt kan worden, be draagt het aantal mensen dat momenteel in touw is ruim 25. In augustus van het vorig jaar was dit ongeveer 90 man, waaronder 10 steenzetters van P. Daal der N.V. uit Alkmaar. De resterende mankracht is in dienst van hoofdaanne mer De Vries en Van de Wiel uit Sim Volgens de heer J. C. van Beek van ^Rijkswaterstaat, die de dagelijkse leiding -ran het kustverdedigingsproject in han- jèn heeft, is het stormseizoen ieder jaar nveer ue grote spelbreker van de werk zaamheden. - Dat geldt niet alleen voor het opho- *Bn van de dijk op zich. Ook de bagge- reaars die het benodigde zand uit de rexelstroom halen, hebben met het ru- )cwere herfst- en winterweer te kampen ipin verleggen hun werkzaamheden in nfHze tijd liever naar veiliger oorden. Half jaar - Wanneer we met betrekking tot het e3P Deltahoogte brengen van de nieuwe IWaddenzeedijk tussentijds de balans tapmaken, blijkt dat de in februari 1976 genoemde streefdatum van eind 1980 Trui definitief met ongeveer een„half jaar ^Opgeschoven is. Het maakt echter fi nancieel niet veel uit. De heer L. J. ^/Veijdt, die de eindverantwoordelijkheid pver het gehele project heeft, vindt de ogenschijnlijke vertraging geen pro- -bleem. De nieuwe datum valt nog ■steeds binnen de destijds genoemde «periode 1980/1981. Volgens Weijdt zal rmet inbegrip van de afwerkingsfase, de rr7.50 meter hoge nieuwe Deltadijk tus sen Oudeschild en De Cocksdorp in de -loop van 1982 voltooid zijn. Die afwer- 'kingsfase bestaat uit hen aanbrengen van klei en teelaarde over 't uit zand ge- yvormde nieuwe dijklichaam. Hierna vol den dan nog het op hoogte brengen van „wegen, het graven van sloten etc. etc. - Bezinning j Vooral voor wat betreft de kustverde- i diging van Nederland en van het eiland Texel vormt de maand februari een - periode van bezinning. Het was in februari 1953 dat de watersnoodramp 1835 doden (waarvan 6 op Texel) vergde en de onnoemelijke materiële schade aanrichtte. Op 20 februari 1976 werd (definitief besloten de Texelse Wadden zeedijk op zo kort mogelijke termijn op Deltahoogte te brengen. Dit laatste naar 'aanleiding van de demonstratie die de i Texelse bevolking (1200 man sterk) op s dinsdag 27 januari in Den Haag hield. Hoewel de hogere overheid hierna onverwacht vlug handelde, zijn er toch enkele punten bij de dijkaanleg die achteraf bekeken beter iets grondiger besproken hadden moeten worden. Een en ander werd er nu in vrijwel een iddagje praten (20 februari) allemaal loorgejaagd. Van Beek: „Je moet natuurlijk wel leggen dat wat betreft de inspraak rijwel iedereen aan zijn trekken is lekomen, maar het gevolg daarvan is latuurlijk wel dat het werk niet altijd zo ifficient mogelijk tot stand gebracht kan orden. Ik wil hierbij geen exacte zaken Een in mei 1977gemaakte luchtfoto van het natuurgebied Kleiputl Zandkes, waar men op dat moment juist begon nen is met het aanleggen van de nieuwe Waddenzeedijk, die hier een slaperdijk functie heeft. Op dit moment is de dijk gevorderd tot de inmiddels afgebroken wierschuur, die centraal in het bovenste gedeelte van de foto nog juist zichtbaar is. Foto J. Nauta. die men laat aanrukken ieder jaar weer groter worden". Ondanks dit uitstekende materiaal is het volgens Van Beek vrijwel uitgesloten dat de huidige achterstand in de dijkaan leg nog wordt weggewerkt. Wat dat betreft ziet hij de toekomst duister tegemoet. „Het is tijdens dit werk wel duidelijk geworden, dat het in de dijk brengen van meer zand dan de dit jaar verwerkte 800.000 m3 bijna onmogelijk is. Er stond tot medio november nog 400.000 m3 extra op het programma. Dat betekent dus precies een half jaar. Je zou eventueeel met meer mensen en materiaal kunnen gaan werken, maar of je daar nu een half jaar mee inhaalt zie ik niet zo". Op z'n vroegst kan de gunning van het traject Oostkaap-Krassekeet voor 30 april plaatsvinden nu de aanbesteding op 23 maart zal zijn. Indien de aanleg van dit dijkgedeelte wel volgens de planning verloopt (80 weken) zou men daar eind oktober 1979 mee klaar kunnen zijn. Probleem is echter dat het eerste zand voor dit nieuwe gedeelte pas na het gereedkomen van het huidige werk opgespoten zal kunnen worden.... Om het traject Oudeschild-Oostkaap zo snel mogelijk te realiseren, is het werk in etappes verricht. Naast het veiligheidsaspect was het diepteverschil in de Waddenzee hier een punt van overweging. Men begon met het ge deelte Dijkmanshuizen en IJsdijk (minste diepte) en is pas daarna de stukken Oudeschild-Dijkmanshuizen en Span- gerweg-Wierschuur gaan aanleggen Met uitzondering van het plaatsen van afrastering en het inzaaien van gras is het trakject Oudeschild-Dijkmanshui zen nu voltooid. Natuurgebieden Iets waar men bij de aanleg van de dijk nogal mee zit is het modelleren van het natuurgebiedje Dijkmanshuizen (1 ha). Doordat de oude dijk enigszins wa- terdoorlatend was, ontstond hier door het brakke water een aparte flora die met de komst van de nieuwe dijk ten dode opgeschreven zou zijn. Om dit te vermijden wordt er over gedacht dit gebiedje zoutwaterinjecties te geven. Men studeert er momenteel nog op in welke mate dit kan worden gedaan. Bij het grotere natuurgebied Kleiput-Zandkes (15 ha.) gelegen tussen de IJsdijk en plaats van de voormalige wierschuur, doet zich dit probleem niet voor omdat de nieuwe dijk westelijk van de oude dijk ligt en een zg. „slapers functie" heeft. Voor de afwatering wordt hier dit jaar een pomp naar zee gebouwd. Via Rijkswaterstaat is dit gebied het eigendom van Natuurmonumenten geworden. De vroegere eigenaars hebben het recht op de beweiding van dit terrein behouden. Een dijk mag voor een buitenstaander niet veel meer zijn dan een hoop zand, klei en stenen, een blik op wat vergelij kende foto's en op de tekeningen van de huidige werkzaamheden bewijzen dat er wel iets meer aan vast zit. Ook voor een buitenstaander is in ieder geval wel duidelijk dat wat het nu gerealiseerde dijkgedeelte betreft Texel weinig meer van stormweer te duchten zal hebben. Gelukkig maar, want 25 jaar na de februariramp werd dat wel eens tijd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1978 | | pagina 5