„WAT IK ZEGGEN WOU.."
Over boord gezet
na 31 jaar
UÜMIHIWll
Bond in 'Moonraker'
Suikeroom
Hotex naar
Maricoweg
Oud-Texelse
exposeert
in raadhuis
VRIJDAG 21 DECEMBER 1979
TEXELSE COURANT
PAGINA 13
BRIEVEN VAN LEZERS-BUITEN VERANTWOORDELIJKHEID VAN DE REDAKTIE
Naar aanleiding van de stukken die de
laatste tijd in de krant zijn verschenen
over de gang van zaken tussen het
bestuur van de N.V. T.E.S.O. en de fa.
Gebr. Bruin en Snoek willen wij nu ook
eens een boekje opendoen over de uit
zichtloze situatie waarin wij zijn gema
noeuvreerd.
Eénendertig jaar lang hebben de
families Bruin en Snoek de buffetten
aan boord van de veerboten gepacht,
op basis van een contract dat telkens
voor één jaar werd afgesloten. Na het
overlijden van de heer J. Bruin, vijf jaar
geleden, stapten de senioren uit de
firma en namen de junioren de zaak
over. De pacht kwam op naam te staan
van W. Snoek, waarmee de N.V. TESO
akkoord ging. Met het oog op een
grotere zekerheid voor het personeel en
de gezinnen, stelde W. Snoek meteen
(12/11/74) aan de directie voor in het
vervolg met een vijfjarig contract te
gaan werken. Men zag daar unaniem de
redelijkheid van in, maar er werd beslo
ten dat wij eerst één proefjaar moesten
volmaken. Dat jaar verliep soepel we
hadden tenslotte al acht jaar ervaring bij
onze vaders opgedaan en dus wend
de W. Snoek zich weer tot het TESO-
bestuur om nu dat vijfjarig contract te
sluiten. Hij kreeg prompt nóg een jaar
op proef, met de toezegging dat er
daarna over een vijfjarige verbintenis
gesproken zou worden, waarop wij
volgens TESO recht hadden en daar
werd op vertrouwd en gebouwd.
Na afloop van dat tweede proefjaar
vervoegde W. Snoek zich opnieuw bij
de TESO-directie, die hem meedeelde
dat er plannen bestonden voor een
dubbeldeksveerpont en dat er verder
gepraat zou worden over een meerjarig
contract als de kwestie-dubbeldekker
geregeld was. Wel werden hun adviezen
en suggesties over de indeling van
buffetten, kombuis e.d. in dit nieuw te
bouwen monster op prijs gesteld en als
onbezoldigd adviseur bracht W. Snoek
menig uur op het TESO-kantoor door.
Op 17 maart 1979 schreef W. Snoek
de TESO een brief, waarin hijliet weten
dat hij graag een contract wilde sluiten
voor de komende vijf jaar, om aan alle
onzekerheid een einde te maken. Hij
ontving geen antwoord, maar hij werd
drie maanden later wel door de heer J.
Bloem uitgenodigd om nog eens te
komen praten over de indeling van de
buffetten en kombuis. W. Snoek zei dat
hij al maanden op een brief van de TESO
zat te wachten en eerst wel eens wilde
weten waar hij aan toe was. Een dag
later werd hij opgebeld door TESO-
directeur Th. Hoogerheide, die hem zei
dat hij zich nergens druk over hoefde te
maken. „Er is niets aan de hand".
Eindelijk, op 5 juli 1979, kreeg W.
Snoek de lang verwachte brief van de
N.V. TESO, ondertekend door de heer
J. P. Kikkert. De inhoud kwam er op
neer dat het pachtcontract niet ver
nieuwd zou worden, omdat men over
woog de exploitatie in eigen beheer te
nemen. Nader bericht zou volgen vóór
10 oktober.
Directeur Hoogerheide bleek een
week later net terug van vakantie
niets van het schrijven van de heer
Kikkert af te weten. „Eigen beheer?
Nooit van zijn leven!" zei hij tegen W.
Snoek in maart 1978. „Dat is veel te
arbeidsintensief. We hebben aan TESO
al werk genoeg".
In principe hadden wij niet zoveel be
zwaar tegen het door TESO zelf exploi
teren van de buffetten, omdat wij
verwachtten in die veranderde situatie
gewoon aan het werk te kunnen blijven.
Maar het nader bericht dat voor 10
oktober zou volgen, bleef uit. W. Snoek
was begin oktober met vakantie en
daarom werd zijn broer H. Snoek
gemachtigd om de heer Hoogerheide op
te bellen en te informeren waar de
beloofde toelichting bleef.
Directeur Hoogerheide deelde hem
mee, dat het definitief afgelopen was
met de exploitatie door de fa. Gebr.
Bruin en Snoek en dat de N.V. TESO in
onderhandeling was of in ieder geval
van plan was dit te gaan doen met de
heer J. Stolk, pachter van het Haven
restaurant. Ook meldde hij nog dat het
initiatief tot deze veranderingen geno
men was door de commissarissen.
Na zijn vakantie belde W. Snoek on
middellijk een aantal TESO-commissa-
rissen op.
Mevrouw T. Vlas: „Ik weet er niets
van. De heer Hoogerheide probeert ons
de Zwarte Piet toe te spelen. Maar er is
nog niets beslist. Je moet niet wanho
pen. De man is ziek".
De heer B. Bakker: „Als Stolk het
krijgt, stap ik op". Maar later, na het
kranteartikel van de heer C. Vonk, zou
de heer Bakker, die zelf leiding geeft aan
een bedrijf met personeel, zich laten
ontvallen: „Als er mensen bij TESO zijn
die het niet zint, zoeken ze maar ander
werk".
De heer C. Dros verwees W. Snoek
terug naar de heer Hoogerheide: „De
directeur beslist, dus moet je bij hem
wezen. Maar ja, hij is er nooit".
Steun kregen wij alleen van de heer
C. Vonk, voor wie deze kwestie blijkbaar
de bekende druppel was, want hij is in
middels uit de raad van commissarissen
gestapt.
Enkele weken na het telefoongesprek
van H. Snoek met de heer Hoogerheide
vond er een onderhoud plaats tussen
aan de ene kant de heren Th. Hooger
heide en J. P. Kikkert en aan de andere
kant W. Snoek en medefirmant J.
Bruin. Uit deze bespreking kwam naar
voren dat de N.V. TESO het Haven
restaurant en de buffetten onder één
beheer wilde stellen. Integreren, heet
dat met een duur woord. Omdat de heer
J. Stolk nog een vierjarig contract met
TESO had over de exploitatie van het
Havenrestaurant, zou hij het gezamen
lijk beheer moeten gaan voeren. De fa.
Gebr. Bruin en Snoek werd definitief
buiten spel gezet. Als reden hiervoor
kregen wij te horen dat wij een slechte
presentatie hebben en niet over onder
nemingsgeest beschikken. Vreemd ge
noeg zouden wij, ondanks onze presen
tatie, wel bij de nieuwe pachter in dienst
mogen treden, wat wij om begrijpelijke
redenen hebben geweigerd.
De laatste vijf jaar hebben wij de N.V.
TESo in totaal één miljoen gulden aan
pacht overgemaakt, welk bedrag overi
gens niet gespecificeerd in de financiële
jaarverslagen terug te vinden is en dat
van Stolk ook niet. Een aardige som
vinden wij zelf. Maar de heer Hooger
heide deed er nogal achteloos over.
„Ook al halen we er straks minder uit
dan jullie, dat hindert niet", zei hij tegen
W. Snoek. „Geld speelt voor ons geen
rol". (Maar de tarieven stijgen wel
steeds).
Met onze ondernemingsgeest valt het
wel mee. We hebben met zijn vieren
door hard te werken een ondernemers-
loon weten te verdienen en TESO een
hoog percentage aan pacht afgedragen.
Het verwijt dat wij te weinig aan ver
nieuwingen hebben gedaan, is even
eens onterecht. Een expert van de
D.E.-fabrieken, die wij een keer om ad
vies hebben gevraagd, vond de huidige
methode qua snelheid, effectiviteit en
zovoort, de best mogelijke. Zeker in een
dergelijke, verouderde akkommodatie.
Alleen zouden ketels plus boilers ver
nieuwd moeten worden, waarbij ver
schillende variaties mogelijk waren.
Hiervoor dienden wij een plan in bij de
TESO-directie, maar het hoofd van de
technische dienst vond twintigduizend
gulden voor alle koffieketels te duur.
Later kregen wij de schuld dat wij in
gebreke waren gebleven, terwijl TESO
contractueel verantwoordelijk is voor de
inventaris.
Veel van onze tijd is in het onderhoud
van de, hetzij door lekkage, hetzij door
constante bevuiling, moeilijk schoon te
houden w.c.'s gaan zitten, leder jaar
tegen de winter, als de boten hun onder
houdsbeurt krijgen, moesten wij een lijst
insturen van alle gebreken aan buffetten
w.c.'s e.d., die dan verholpen zouden
worden. Maar er werd niet of nauwelijks
geschilderd, de constante verstoppin
gen werden onvoldoende verholpen en
de lekke leidingen niet vernieuwd, zodat
wij het jaar daarop praktisch dezelfde
lijst konden indienen. Wel moet gezegd
worden dat na de in diensttreding van
de heer J. Bloem de situatie lichtelijk
verbeterde.
De slechte presentatie, die ons door
de heren Kikkert en Hoogerheid werd
aangewreven (die aantijging is in de
krant van dinsdag j.l. enigszins terugge
nomen, maar dan is het kwaad toch al
geschied) zou ook van toepassing zijn
op het personeel, dat overigens onder
de nieuwe pachter kan blijven werken.
Over de kleding van de meisjes kunnen
wij kort zijn. 's Zomers namen wij soms
meisjes voor drie weken in dienst en het
spreekt vanzelf dat we niet van hen
konden verlangen voor zo korte tijd een
complete garderobe aan te schaffen. Bij
onze eerste contractbespreking ver
klaarde de heer Hoogerheide trouwens:
„Kleding interesseert me niet. Ik kijk
alleen naar de keiharde cijfers."
Misschien is er wel eens een onver
togen woord gevallen, maar dat is dan
ongetwijfeld gebeurd als reactie op een
onheuse bejegening uit het publiek.
Vooral de meisjes krijgen soms heel ver
velende opmerkingen naar hun hoofd en
als je dan ook nog heel hard moet wer
ken tijdens die snelle, druk bezette over
tochten, is het begrijpelijk dat je een
keer iets terugzegt.
Eénendertig jaar lang hebben de fami
lies Bruin en Snoek de buffetten op de
TESO-boten beheerd, zonder klachten
of toespelingen van de directie. Nu blijkt
er opeens van alles niet in orde te zijn,
hoewel de met name genoemde kritiek
slechte presentatie, geen onderne
mingsgeest, geen bereidheid tot ver
nieuwingen niet kan worden waarge
maakt. Wat is er dan aan de hand? Er
rijzen bij ons allerlei vermoedens. Was
het niet de meest logische gang van
zaken geweest om, toen de heer Stolk
van exploitatie afzag, de fa. Gebr. Bruin
en Snoek met hun grote ervaring het
tweed Ijarig contract te laten uitdienen
dat de heer P. Evers thans in de wacht
heeft gesleept? Om met de TESO-on-
dernemingsraad te spreken: „Dit is een
asociale zaak". Per 1 januari 1980 staan
de kostwinners van vier gezinnen op de
„Moonraker", de nieuwste James
Bond-film is in het City-theater te zien
van vrijdag tot en met maandag èn op
woensdagavond (Tweede Kerstdag) om
20.00 uur.
„Moonraker" is het elfde filmavon-
tuur dat aan James Bond wordt gewijd.
Wat bij ieder gewoon mens op schrome
lijke zelfoverschatting zou duiden, blijkt
bij Bond een teken van onoverwinnelijk
heid, hoewel dat niet moeiteloos gaat.
In deze film ondervindt agent 007 weer
veel tegenwerking van de 2.20 meter
lange Richard Kiel (Jaws), de man met
het stalen gebit, die behalve wreed ook
heel beminnelijk kan zijn.
Ook in „Moonraker" gebeuren merk
waardige dingen. Onder meer zijn wan
delaars op het St. Marcoplein te Venetië
er getuige van hoe Bond in een gondel
vanuit het kanaalwater opstijgt en hoe
keien.
Wij danken alle mensen, die de afge
lopen jaren met de Texelse boot over
kwamen, voor hun klandizie en het in
ons gestelde vertrouwen. Onze beste
wensen voor het nieuwe jaar vergezel
len hen allen. Tevens geldt dit voor het
buffetpersoneel en personeel van de
N.V. TESO.
J. Bruin
W. Snoek
(fa. Gebr. Bruin en Snoek).
Den Burg.
Naschrift:
Zoals gebruikelijk met ingezonden
stukken, waarin beschuldigingen aan
personen voorkomen, stelden wij TESO
in de gelegenheid tot het geven van
weerwoord. Bestuur en directie oor
deelden dat het te ver zou voeren om op
alle details in te gaan hoewel zij van me
ning zijn, dat nogal wat onjuistheden in
het betoog voorkomen, waardoor het
beeld onnodig wordt vertekend. Voor
de emotie, die in het stuk doorklinkt
hebben zij alle begrip, maar zij hadden
op een dergelijke reaktie niet gerekend,
het bekende vaartuigje door het opbla
zen van een enorm luchtkussen veran
dert in een hoovercraft
Echte Bond-fans mogen „Moon
raker" niet missen. De film is toeganke
lijk voor personen vanaf 12 jaar.
Zondag en woensdag (2e kerstdag),
aanvang 15.00 uur gaat het gordijn open
voor een vrolijk tekenfilmprogramma,
waarin we de avonturen kunnen bewon
deren van Tweety de kanarie die allerlei
listige plannetjes moet bedenken om het
niet aan de stok te krijgen met Sylvester
de kat. Maar ook Popeye zal weer vele
kilo's spinazie tot zich moeten nemen
om Olijfje bij zich te kunnen houden en
zijn rivaal Bluto van zich af te kunnen
schudden. En dan is er B6gs Bunny, die
zijn tegenstanders moet belagen met
honderden kilo's dynamiet. Al met al
brengen deze bekende tekenfilmfiguren
anderhalf uur vrolijk amusement voor
jong en ach... waarom ook niet voor
oud.
gezien het feit dat TESO de exploi
tanten op royale wijze financieel is tege
moet gekomen. De partijen zijn betrek
kelijk vredig uit elkaar gegaan. TESO
vindt het wel belangrijk erop te wijzen
dat de gebroeders Bruin en Snoek het
aanbod hebben gehad bij de nieuwe
exploitant in dienst te treden (wat zij niet
wilden) en ook is hen aangeboden nog
tot 1 april door te gaan met de buffet
exploitatie om aldus de kans te vergro
ten (dichter bij het seizoen) dat zij
spoedig ander werk zouden vinden. In
dat laatste geval zou het daaraan even
tueel verbonden financiële nadeel door
TESO worden vergoed. Ook wil TESO
graag kwijt dat op 5 juli definitief is
duidelijk gemaakt, dat de verpachting
van het buffet in ieder geval per 1 januari
zou stoppen en dat de datum in oktober
alleen bedoeld was om bekend te maken
hoe het verder zou gaan met de buf
fetten Red.
ondememers-aktiviteiten
Plet Hoogerheide heeft zijn „Hotex"
electronicabedrijf vanuit de garage van
zijn ouders aan de Vloedlijn overge
bracht naar Maricoweg 14. Daar heeft
hij veel meer ruimte, waardoor hij beter
en vooral sneller kan werken.
Thuis werd het echt te gek. De garage
stond propvol. Bovendien dienden de
gang en de woonkamer van zijn ouders
regelmatig als opslagruimte en in drukke
tijden had P. Hoogerheide zelfs twee
slaapkamers bij J. Trap in Oosterend in
gebruik om alle (nog niet) gerepareerde
spullen onder te brengen.
Zijn nieuwe onderkomen is gevestigd
in de schuur van H. Koopman (boot- en
caravanopslag) en heeft een opper
vlakte van zo'n honderd vierkante me
ter. Een deel van de schuur is ingericht
als showroom, de rest is werkruimte.
Piet Hoogerheide kan zijn service nu
verhogen. Het onderdelenbestand is
groter geworden en hij streeft er naar
reparaties in maximaal twee dagen te
verwerken. Dit is onder meer mogelijk
door de assistentie van Jaap Trap, die
twee middagen per week en in de
avonduren voor Hoogerheide aan de
slag gaat.
Oud-Texelse mevrouw G. van
Boxel-Zuldewind exposeert van 18
december 1979 tot en met 4 januari
1980 tekeningen en olieverven in de
tentoonstellingsruimte van het
Gemeentehuis.
Mevrouw G. van Boxel-Zuidewind is
op Texel geboren, maar woont al gerui
me tijd in Den Haag. Tot haar 24ste
jaar bleef ze op het eiland. Wel komt ze
samen met haar man, een portret
schilder, regelmatig het eiland bezoe
ken. Nadat de kinderen het huis uit
waren, is zij zich gaan toeleggen op
tekenen en schilderen, waarbij ze hulp
en aanwijzingen kreeg van haar echtge
noot.
In de Raadhuiskelder hangen veertien
olieverfschilderijen, vaak stillevens van
bloemen. De tekeningen in bruine
,,Rembrandt"-inkt zijn gemaakt
tijdens de vele bezoeken aan Frankrijk.
Twee werken zijn in Oudeschild op
Texel gemaakt.
Mevrouw van Boxel heeft al diverse
keren in het land geëxposeerd. De
voorlaatste tentoonstelling was in
Gouda. De expositie is geopend op
werkdagen van 9.00 tot 12.00 uur en 's
middags van 14.00 tot 17.00 uur.
12. Jeanne Kroonstuiver geboren Krol
stond de volgende morgen op in een
allerslechtst humeur. Liefst zou ze oom
Simon verteld hebben dat hij maar op
moest krassen en hoe eerder hoe beter,
maar dat ging niet. Ze moest de huik
maar naar de wind zetten. Ze veront
schuldigde haar balorig zwijgen met
hoofdpijn en zag geërgerd toe, hoe
smakelijk oom Simon z'n uitgebreid
ontbijt naar binnen zat te werken.
Maar hij zelf sprak het verlossende
woord.
„Je schoonmoeder" zei hij, „m'n
zuster Anna, heeft al eens laten door
schemeren dat ze best een kamer over
had. Van haar vandaan is het een dik
kwartier fietsen naar die werf. Geloof je
ook niet Jannie, dat het 't beste zou
zijn, als ik bij Anna introk?"
Met zo veel gratie als ze kon opbren
gen stemde ze toe. „Ja, dat lijkt me wel
erg praktisch. Ben kon u zei ze toch
een beetje sarcastisch, „niet elke dag
met de auto halen en brengen".
Hij lachte.
„Fietsen is gezond. Ik heb buiten
lucht nodig. Ik ben blij dat ik aan de klus
kan. Dan denk ik dat ik vandaag maar es
naar Anna ga om te kijken of dat lukt.
Enne dan ben ik hier wel de langste
tiid aeweest"
„Ja", zei, „dat zal dan wel". De
woorden „het was ons niets te veel"
kon ze niet over de lippen krijgen, zelfs
niet bij wijze van frase. Ze had inderdaad
de figuur oom Simon omgeven met de
glans der veronderstelde miljoenen, en
als origineel en karakteristiek betiteld
alles, waaraan ze zich geërgerd had,
met name dat hij zo weinig „represen
tatief" was. In de grond der zaak was hij
niet meer dan een arbeider van haar
mans fabriek, al was hij dan ook oom
Simon. Normaal zou ze er niet over
gedacht hebben, hem als gast in haar
huis te ontvangen. Ben met zijn malle
familiezwak had het allemaal op touw
gezet. Oom Simon moest en zou bij hèn
logerenl Nu, daar had hij het laatste nog
niet over gehoord
Oom Simon schonk zich nog een
kopje thee in en legde een grote plak
ham op een vers gesmeerd broodje.
„Zo goed als ik het bij jullie had, zal ik
het voortaan wel niet hebben", over
peinsde hij hardop, „want Anna is niet
krenterig maar ze heeft het niet breed,
en wat ik daarginds verdien zal ook niet
zoveel zoden aan de dijk zetten. Als ik er
maar van leven kan en een paar centen
overhou voor een zak tabak, dan ben ik
al dik tevreden".
Karei kwam geeuwend binnen. Het
was laat geworden de vorige avond.
„Mogge. Zo oom, smaakt het nog
al?"
Op een andere tijd zou Jeanne hem
de toon waarop hij het vroeg, kwalijk
genomen hebben. Nu vertolkte haar
zoon haar eigen gevoelens, zoals wel
vaker.
„Best jongen. Dank je. 'k Heb het
hier best naar m'n zin gehad".
„Gehad? Gaat u weg?", informeerde
de neef, plotseling geanimeerd.
„Je oom heeft werk. Op een
scheepswerf", zei Jeanne droog.
„Waarschijnlijk gaat hij bij oma wonen,
dan is hij dicht bij z'n werk".
Karei keek van de een naar de ander.
Zijn moeders intonatie zei hem genoeg.
Waren de ouwelui déér even ingeston-
kenl De miljonair uit Braziliël Een dood
gewone arrebeierl
„Dan hebt u al die tijd toch maar een
bruin leven gehad", zei Karei scherp.
Maar oom Simon scheen niets te
merken.
„Ja jongen, het is leuk als je bij je
familie terugkomt en het blijkt dat ze
allemaal zo in goede doen zijn. Bij jullie,
en bij je tante Thea, heeft het me aan
niets ontbroken".
„En nu de magere jaren aanbreken",
zei Karei spottend, „zit u hier voor 't
laatst nog es flink te bunkeren".
„Nou" antwoordde oom Simon, „als
alles gaat zoals ik hoop, dan kom ik toch
vanavond nog terug om m'n spullen op
te halen. Dan kunnen we voor het laatst
nog eens gezellig samen eten".
,,'t Lijkt me maar beter dat u bij oma
eet, of bij de De Jongen. Dan kunt u
vast een beetje wennen aan gewone
kost".
Jeanne schrok ervan. Karei zei dat zo
rauw. Maar ze kon zich maar al te goed
begrijpen hoe ook hij zich ergerde
aan,. ja, hoe moest je het nemen?
Bedrog? Oplichterij? Ben had dat alle
maal geslikt. Het was Ben die erin was
gevlogen. Ben, Ben
„Nou", zei oom Simon en smeerde
z'n laatste broodje, „dat is nog niet eens
zo'n gek idee, neef. Dat spaart je
moeder weer uit, niet? Weet je wat,
Jannie? Ik zal straks maar meteen m'n
spullen pakken. Dan hoef ik die reis
terug niet meer te maken en dan ben ik
jullie ook niet langer tot last".
„En u weet nog niet eens
begon Jeanne.
„Ik vind altijd wel een plekje. Des
noods slaap ik bij Sjoerd. Die heeft nog
wel een hangmat. Het is niet voor 't
eerst dat ik in een hangmat slaap. Nou
mensen", hij stond op, „dan zal ik
meteen gaan pakken. Neef, als ik je niet
meer zie, sterkte en bedankt voor alle
hartelijkheid".
Karei keek hem aan. Nam de ouwe
baas hem te grazen? Maar het gezicht
van oom Simon toonde blanke on
schuld.
,,'t Ga u goed", zei hij. „Moeder,
hebt u nog een eitje, of heeft oom die
allemaal opgegeten?"
Jeanne stond voor het raam te kijken
toen zij oom Simon, met zijn koffer,
heen zag gaan naar het station. Hij had
niet gewild dat ze een taxi belde. Nee,
ze moest Ben niet lastig vallen, die had
zijn werk. Ze moest hem vooral de
hartelijke groeten doen.
Hij ging de hoek om. Hij keek niet om.
Oom Simon af. Opgeruimd staat
netjes, dacht ze.
Om elf uur kwam Ben koffie drinken.
Karei had hem, op de zaak, verteld
dat oom Simon weg ging. Hij stond
verbaasd, dat de oude baas al verdwe
nen was.
„Hij heeft me niet eens gedag ge
zegd".
„Ik moest je de hartelijke groeten van
hem doen", zei Jeanne stijf.
Hij zag haar opmerkzaam aan.
„Hoe is is weggegaan?"
„Lopend".
„Met die zware koffer?"
„Hij wou geen taxi".
„Waarom heb je mij niet gebeld?"
„Ik dacht dat jij wel wat anders te
doen had".
Hij stond daar, en een ogenblik was
Jeanne bang. Ben was een doodgoeie
vent, maar hij had driftbuien, en dan
was hij niet te hanteren.
,,'t Ontbijt was zeker zo gezellig, dat
hij 'em meteen gesmeerd is, niet? Hij
zou toch vanavond terugkomen, mor
gen pas gaan?"
„Hij ging liever meteen".
Hij stond daar, en ze zag de gevrees
de ader op z'n voorhoofd donker wor
den.
Met één ruk sleurde hij het ontbijt-
laken met alles wat er op stond van de
tafel. Jeanne hield de gebalde vuist voor
de mond om niet te gillen.
„Ziezo", zei hij met een kalmte die
haar deed verstijven, „nou hoef je ten
minste z'n bordje ook niet af te wassen.
Jij re-pre-sen-ta-tie-ve gast-vrouw".
Toen draaide hij zich om en even later
hoorde ze het portier van de auto dicht-
knallen.
Op datzelfde ogenblik wandelde oom
Simon, die z'n koffer op het station in
bewaring had gegeven, fluitend naar de
woning van zijn zuster.
Beter thuis in het gevang, dacht hij,
dan aast in een paleis waar ze je weg
kijken. Anna zal de koffie wel bruin
hebben.
(wordt vervolgd)
FEUILLETON
door Tom Lodewijk