Weinig inzendingen maar goede kwaliteit Schapenfokdag zonder zwoegervrije PAGINA 2 TEXELSE COURANT DINSDAG 7 SEPTEMBER De meisjes en jongens van de landbouwafdeling van de Technische Schooi on de landbouwschool uit Oenkerk met de tien beste ramlam- meren, waarvan er zeven afkomstig waren van P. Verberne uit Oosterend. De spanning is gebroken. Kampioen en reservekampioen zijn bekend en burgemeester J. A. Engelvaart feliciteert Kees Commandeur, tegelijker tijd een „geschenk van de slijter" overhandigend: de oer-Texelse drank „Juttertje" in fraai gegraveerd glaswerk. Voor de eigenaar van de reser ve-kampioen was er een barometer. De schapenfokdag die maandagmorgen op de Groeneplaats in Den Burg werd gehouden is voor velen een belangrijke gebeurtenis geweest: Voor C. A. en C. J. Commandeur, eigenaars van de eenjarige ram F 3938/0125 die werd uitgeroepen tot kampioen. Voor P. Verberne uit Oosterend die eigenaar is van maar liefst zeven van (Ie tien uitgeselecteerde ramlammeren. Maar ook voor de mensen van „Het Texels Schapenstamboek in Noordholland'' die de fokdag had den georganiseerd. Alom bestond de vrees voor het verloop van de fokdag omdat er niet aan meegedaan kon worden door bedrijven die reeds zwoegerziekvrij zijn verklaard. Daar tegenover stond dat de getoonde dieren van buitengewoon goede kwaliteit waren en de lof van vele kenners oogstten. Weinig inzendingen, maar beste kwaliteit, luidde de conclusie. Het is een aardig idee bij het keuren der verschillende dieren twee verschil lende jury's te laten opereren. De jury die de kwalificaties vaststelt voor de verschillende rammen bemoeit zich niet met de kampioenskeuring van die ram men. Die kampioenskeuring wordt ge daan door de jury die eerst de ooien heeft gekeurd. Daardoor kan het voor komen dat bij het kampioenschap ande re uitslagen uit de bus komen dan men aanvankelijk zou verwachten. Dat houdt de spanning erin en dat was gister morgen op de Groeneplaats best te voelen. Door de eerste jury was de ram F3938/0125 van C. A. en C. J. Com mandeur beoordeeld met het predicaat 1B. Het leek er daardoor op dat deze ram alle kansen op een kampioenschap verspeelde, want er waren drie rammen met het hogere predicaat 1A' Deson danks besliste de tweede jury, dat toch de ram van Commandeur kampioen moest worden. Reservekampioen werd ram F7678/7078 van P. Verberne uit Oosterend die wél het predicaat 1A had gekregen. Het kampioens viertal ooien behoorde weer toe aan C. A. en C. J. Commandeur en betrof de oudere fok- ooien 47524. 44144, 41474 en 45954. Het reservekampioens viertal ooien was van P. Verberne uit Oosterend. De tien ramlammeren van Verberne die uitge selecteerd werden door de jury waren de nummers 0298, 0248, 0332, 0283, 0255, 0273 en 0306. De overige drie uitgeselecteerde ramlammeren waren van J. Mantje uit Oudeschild met de nummers 0198, 0174 en 0132. Dat het aantal inzendingen dit jaar inderdaad veel minder was dan normaal op fokveedagen werd door voorzitter J. Hin van het Texels Schapenstamboek in Noordholland in zijn openingstoespraak benadrukt. Hin, de eerste Texelse voor zitter van het schapenstamboek sinds dit op 20 augustus 1909 werd opgericht noemde naast het bestrijden van de zwoegerziekte ook de afname van de totale schapenpopulatie in Noordhol land als reden van de geringere deel name aan de fokdag. Het afgelopen jaar zou deze populatie met zo'n vijf procent zijn afgenomen en ook op Texel zou van een dergelijke teruggang sprake zijn. Hin hoopte echter op betere perspec tieven voor de toekomst. Over de zwoe gerziekte merkte hij nog op dat de be strijding ervan niet ten koste van de kwaliteit van de Texelse schapen mag gaan. Zwoegerziekte De zwoegerziekte is een longziekte die de dood van het schaap tot gevolg heeft en die deels door erfelijkheid en deels door besmetting wordt verbreid. De ziekte wordt van het ooi op de lammeren overgebracht via de moe dermelk, Wil men een bedrijf zwoe- gervrij krijgen dan is het dus van belang dat de lammeren met andere dan de moedermelk worden grootgebracht. Een bedrijf op deze wijze zwoegervrij maken duurt drie S vier jaar. Ook is het mogelijk een bedrijf door selectie zwoe gervrij te krijgen. Dat gaat veel sneller, maar heeft als nadelig nevenverschijnsel dat veel waardevol genetisch materiaal verloren gaat. Wat betreft het aantal inzendingen op de fokveedag werd door burgemeester Engelvaart van een dal gesproken. Hij vond dat serieuze po gingen moeten worden ondernomen om door dat dal heen te komen en hoopte dat het aantal inzendingen in de toe komst weer zal toenemen. Jook Nauta verrichte met zijn toe spraak zijn laatste officiële daad als wet houder. Hij blijft in de toekomst wel functioneren als secretaris van de Stichting Het Texelsche Schaap. Nauta zei dat bestrijding van de zwoegerziekte belangrijk is in verband met de export van het Texelse schaap. De Engelse schapen die zwoegervrij zijn brengen hogere prijzen op. De bestrijding van de gevreesde longziekte noemde Nauta een kentering. Het feit dat bedrijven die zwoegervrij zijn niet konden meedoen aan de Texelse schapenfokdag wordt goedgemaakt /doordat donderdag een zwoegervrije schapenfokdag in Purmerend wordt gehouden. Het laat zich aanzien dat hier zo'n tien Texelse fokkers aan mee zullen doen. Nauta zei dat er vorig jaar een verbetering van de marktpositie van het lamsvlees te zien was en dat de ver beterde verkoopresultaten zich dit jaar lijken te stabiliseren. De vraag is met sprongen toegenomen en de waarde ring eveneens. Als secretaris van Het Texelsche Schaap ging Nauta in op de activiteiten van deze stichting. Hij zei dat de stich ting vaak wordt verweten dat ze te een zijdig opereert door alleen vlees van Texelse schapen die op Texel zijn geslacht aan te prijzen. Gesteld wordt dan dat de Texelse schapen op het vasteland ook goed vlees produceren. ,,ln de vergadering van de Vleeskeu ringskring Den Helder werd mij vorig jaar door de burgemeester van Haren karspel verweten dat Texel misbruik maakt van zijn bijzondere positie", zei Nauta. De wethouder noemde dit be grijpelijk, maar niet helemaal terecht. Allereerst stelde hij dat de stichting reclame-argumenten aan de kwaliteiten van het Texels lamsvlees ontleent, zon der daarbij negatief te zijn over niet op Texel geproduceerd lamsvlees van het Texelse schapenras. Wel stelt de stich ting onomwonden dat het Nieuw Zee- lands schapenvlees inferieur is aan het Texelse schapenvlees. Het feit dat Texel als bakermat van het Texelse lamsvlees naar voren wordt geschoven, vond Nauta legitiem. ..Echt Texels lamsvlees van het eiland Texel. Het blijkt een landelijk item waar de gehele Neder landse lamsvleesproductie zich aan kan optrekken en dat mag." Hij bepleitte een verdere versterking van de markt positie van Hollands lamsvlees van schapen van het Texelse ras en zei dat de Nederlandse consument juist daar erg positief op heeft gereageerd. Nauta vond dat de prijs van het lams vlees verder besproken moet worden. Die prijs ligt, economisch gezien nog te laag en een verhoging is dan ook nood zakelijk om het voor agrariërs aantrek kelijk te houden. De schapenhouderij zou anders teveel in de hobbysfeer te recht komen en dat is funest. Bij de prijsvorming zag de wethouder ook een taak voor het schapenstamboek. Wat op de fokdag werd aangevoerd, om schreef hij als prachtige dieren die met groot vakmanschap waren gefokt en kennis en liefde voor het vak afspie gelen. Nauta hoopte dat uiterlijk 1985 een zwoegervrije fokdag op Texel zal kunnen worden gehouden. Duister Voor degenen die weinig van ooien, rammen en lammeren afweten is zo'n schapenkeuring een duister gebeuren. In de verschillende categorieën worden dieren aangevoerd die, né bekeken te zijn weer worden weggezonden en dan een bepaalde prijs hebben gewonnen. Voor de leek lijkt het willekeurig maar de vakman weet de schapen op juiste kwaliteiten te schatten. Hoewel ook vakmensen met hun gissingen over welk dier uiteindelijk kampioensram zou worden er soms aardig naast zaten. Primair wordt door de jury gekeken naar de bouw van het beoordeelde dier. Het schaap moet een goede evenredige bouw hebben met een goed gevormde kop, dichte vacht en vooral goed bevleesde benen. De kop dient blank te zijn met een zwarte neus en moet „voldoende adel uitstralen." Met dit laatste wordt bedoeld dat een kop niet groot en zwaar hoeft te zijn om ook mooi te zijn. De kop van een goede ram is driehoekig met veel ruimte tussen de ogen en een brede bek. Verder moet de aansluiting van de kop op de hals en de rug zoveel mogelijk in een rechte lijn staan. Een brede borst met een iets naar voren stekend borstbeen wordt ideaal gevonden en de schapen dienen een ruim bevleesde „achterhand" te hebben, met een goed „ingepakte" staart. Dieren die aan al deze eisen vol deden maakten dus de meeste kans op een prijs. Vooral bij de rammenkeuring had de jury het moeilijk. De verschillende eigenaren liepen met hun soms wat onwillige dieren langdurig door de ring. Sommigen moesten hun nummertjes inleveren en verdwenen daarmee uit de strijd. Vier rammen bleven over. Op aanwijzingen van de jury dienden ze op een bepaalde manier te worden neergezet. Eentje werd weg gestuurd. De spanning bij de „overge bleven" fokkers was voelbaar. Toen moesten de rammen met hun achter kant naar de jury gaan staan. De jury bekeek en vergeleek. Nóg een ram werd weggestuurd. De twee die overbleven waren de kampioensram en reserve kampioen. Felicitaties van de secretaris van Het Texels Schapenstamboek Noordholland, de heer W. Kistemaker, burgemeester Engelvaart en wethouder J. Nauta. Beste benen Na afloop van de keuring voerde A. Appel uit Hoogwoud in een informele bijeenkomst in hotel De Lindeboom- Texel het woord. Appel prees de inzet van leerlingen van de landbouwschool uit Oenkerk die bij de jurering geholpen hadden. Doelend op het weerbarstige gedrag van enkele rammen tijdens de keuring zei hij dat de leerlingen kennelijk beter geïnstrueerd waren over wat er ging gebeuren dan de rammen. Als jurylid signaleerde Appel het verschil tussen grote en kleine dieren. Grote schapen hadden vaak de beste benen, terwijl de kleinere qua type beter waren. Besloten was het type als belangrijkste te laten meewegen. De tweejarige ram men werden door Appel als een beste rubriek betiteld, maar hij waarschuwde voor slijtage in de benen. De fokkers moeten volgens hem in de gaten hou den dat de dieren goed moeten kunnen lopen. Appel zei dat het zijn jury een beetje pijn deed dat de andere jury geen ram met kwalificatie 1A tot kampioens ram had gekozen. Overigens verklaarde hij het jureren met plezier te hebben ge daan omdat de inzendingen van goede kwaliteit waren. „Als de kwaliteit in Purmerend net zo is, dan zit het goed met het Texelse schaap", concludeerde hij. De heer M. Meinsma van de andere jury zei dat de jurering erg was mee gevallen. De scholieren van de land bouwschool snapten snel waar het bij de keuring om ging en ondanks het geringe aantal inzendingen was de kwaliteit goed. Dat deze jury de 1B ram van Commandeur tot kampioen had uit geroepen verklaarde Meinsma door de fraaie huid, de mooie bovenbouw en het goede type van het dier. Hij gaf toe dat de ram nog iets meer vlees aan de achterbenen zou moeten hebben, maar omdat het nog een jonge ram is kan dit nog komen. De 1A ram van Verberne die door de andere jury favoriet werd gevonden, omschreef Meinsma als „gaaf met goede verhoudingen en voor zijn leeftijd goed van uiterlijk". Hij vond echter ook dat deze ram „weinig jeugd" had en dat was, ondanks de betere ontwikkeling van de bilspieren, door slaggevend om hem tot reservekam pioen uit te roepen. Het erelid van het Texelse Schapen stamboek in Noordholland, de heer C. Roeper uit Alkmaar, zei al 50 jaar van Texel af te zijn en 45 jaar bij het stamboek betrokken te zijn. Hij vond dat vakmanschap en kwaliteit in de scha penhouderij en -fokkerij de laatste tijd sterk zijn toegenomen. Wanneer je de huidige dieren vergelijkt met foto's van jaren geleden, dan blijkt die kwaliteits verbetering het duidelijkst. Roeper zei dat Texel met kop en schouders boven de landelijke kwaliteit uitsteekt. Hij noemde de voordelen, maar ook de risico's van het zwoegervrij maken van de Texelse dieren en sprak de hoop uit dat volgend jaar een zwoegervrije fok dag gehouden kan worden. De situatie dat een deel van de dieren op Texel wordt gekeurd en een ander deel in Purmerend noemde Roeper verre van ideaal. Droge zomer Grote bewondering voor de inzen dingen had eveneens de heer J. Zijlstra, consulent van de rundveehouderij en adviserend lid van het schapenstam boek. Hij wees op het verschijnsel dat na een droge zomer de schapen beter op een fokveedag te voorschijn komen. Volgens hem hadden de inzenders vooraf al een zeer strenge selectie toegepast en was dat de reden waarom zoveel goede dieren te zien waren. Zijlstra erkende dat de schapenhouderij terugloopt. „Op menig bedrijf wordt het houden van schapen stap voor stap teruggedrongen en wordt voorkeur ge geven aan koeien." Hij vond echter dat ook de schapenhouderij toekomst heeft. In dit verband vroeg hij aandacht voor nieuwe rassen zoals die door kruisingen kunnen ontstaan. Begin deze eeuw ontstond een nieuw voortreffelijk Texels schaap door een kruising met Eng dieren. Zijlstra waarschuwde echte geen ratjetoe van te maken. Het be: den van de zwoegerziekte vond hij g zaak die te vergelijken is met de strijding van TBC of mond- en kla zeer, maar iets dat hoofdzakelijk is it geven door economische motiei Transacties met Engeland hebben leerd dat zwoegervrije dieren voor gere prijzen kunnen worden geëx teerd. „De tijd zal leren of dat bij Texelse schaap ook lukt." Hij vret echter dat niet élle Texelse schaj houders aan de bestrijding van de zii mee zullen doen en sprak in dat verb zelfs van een utopie. Ook hij hot volgend jaar op een zwoegervrije dag. Als laatste sprak de heer De Boet b Utrecht van de veterinaire gezondhe dienst die als coördinator bij de be ding van zwoegerziekte is betrokl h Met zwoegervrije én besmette bed rij bevindt de Texelse schapenteelt volgens hem op twee sporen, moeten oppassen dat niet twee grot tegenover elkaar komen te Staan weet niet of het haalbaar is dat bedrijven op den duur zwoegervrij Ik weet wel dat je tegen degenen zeggen wiens bedrijf nog niet vt verklaard, dat ze in feite aan het fok zijn met zieke schapen. Schapen geen last hebben van zwoegerzi leven langer en dat betekent dat eer dan meer lammeren kan grootbren: Bij meer lammeren per ooi worden de selectiemogelijkheden groter. T| is het Mekka van de schapenhoudei ik denk dat we op den duur toch een zwoegervrij eiland zullen moi Zolang dat niet zo is, zullen de schillende bedrijven niet als twee pen tegenover elkaar moeten si maar moeten samenwerken. Texel het Mekka van de schapenhouderij! ven", zei hij. De kwalificaties voor de schapen verschillende rubrieken zijn als volg Rubriek 1, oudere rammen: 1A, fokker K. F. Korf, Appingedam; P. Verberne, Oosterend. 1B, fokke D. Kuiper, Oosterend, eig. Gebr. I man, Oosterend. 1C, fokker Kooiman, Oosterend, eig. Mevr Porto Oosterend, 1D, fokker J. Ba Czn., De Waal, eig. P. A. Bakkt Horntje. Rubriek 2, tweejarige rammen: IA, fokker Fa. K. Mantje en Zn., 0 schild, eig. Gebr. van der Sta Noorden; IB fokker M. C. Veeger, Burg, eig. H. Tjepkema, De Waal koffer P. Kesteloo, Venhuizen, ei< Mantje, Oudeschild; 1D fokker Fa Mantje en Zn., Oudeschild, eig. Hin, Oudeschild; 1E fokker Gebr. man. Oosterend, eig. A. J. Goeman Waal; IF fokker K. Zuidewind, 0 schild, eig. J. Zuidewind, Oudesc 2E fokker J. Bakker Czn., De Waal, H. Tjepkema, De Waal. Rubriek 3, eenjarige rammen: 1A, fokker/eigenaar P. Verberne, terend; 1B fokker C. A. Commanc Den Hoorn, eig. C. A. en C. J. C mandeur, Texel; 1C fokker/eigena: J. Hin, Oudeschild; 1D fokker 0 Kikkert, Den Burg, eig. H. Tjepki De Waal; 1E fokker C. A. Commani Den Hoorn, eig. C. A. en C. J. mandeur, Texel; 1F fokker J. C. Roi (Lees verder pagi De reservedrampioen van P. Verberne uft Oosterend. De kampioensram van C. A. en C. J. Commandeur. Dit jaar werd aangewezen. i jeugdkat

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1982 | | pagina 2