Een oorlog verlies je altijd "S a, vertel eens sr de oorlog! jaarbekken TEXELSE COURANT PAGINA 7 'nummer de tweede afleve- ftn de verhalen die door de 'van het voortgezet onderwijs '®n gemaakt over de oorlog op 1 Deze aflevering is van Robert Jvan het LBO die te rade ging li oma's, opa's, buurvrouw en Ier. *iode 1940-1945 staat in de ge- fenis te boek als de tweede we- 5r,ogHet woord zegt het al. Het 'oorlog waar de hele wereld in "flog is voor mij een ander 'voor ellende en verschrikking, 'soms naar het journaal kijk en je c«n al die. ellende, kan je niet be- En dat volwassen mensen zoiets indoen. Mensen die andere onderdrukken en vermoorden "ze anders denken of anders "at gebeurde in de tweede "oorlog met de joden. Deze men eren volgens Hitlér een geweldi- Nging voor hen, en daarom 'miljoenen joden op de ergste E,en vervolgd, vernederd en vermoord. Mijn moeder zegt altijd, als ik vraag: wie heeft nu de tweede wereldoorlog gewonnen? Er is nooit iemand die een oorlog wint. In een oorlog verlies je altijd. Oorlog is vreselijk maar er komen toch ook altijd weer goede dingen in voor. Mensen, zo vertelde mijn buurvrouw, die iedere dag weer hun eigen leven waagden om andere mensen te kun nen redden. Mensen die door dik en dun gingen voor hun medemens. Mijn buurvrouw zat daar ook bij, maar die heeft er nog steeds moeite mee om erover te vertellen, want er zijn heel wat van die personen waar ze in de oorlog mee samenwerkte op een ge mene manier verraden en vermoord. Verraden door Nederlanders. Dat is ook weer zoiets wat er in de oorlog gebeurt. De ene mens verraadt de andere mens, veelal om geld en soms om het eigen lijf te redden. Mijn buurvrouw woonde toen nog in Arn hem. Op Texel is niet zo vreselijk veel gebeurd als in veel andere delen van Nederland. We hebben op Texel bij voorbeeld nooit honger gehad of echt kou geleden, zoals bijvoorbeeld de hongerwinter van '44-45 in Amster dam, waar mensen dood gingen van honger en kou. Het was toen een hele strenge winter en er was vooral in de grote steden bijna geen voedsel en brandstof. In die tijd, vertelde mijn opa stuurden zij elke week een grote kist met aardappelen en ander voedsel naar familie en vrienden in Utrecht. Die kwam elke week weer terug, soms met vertraging maar toch steeds kwam hij weer terug. Ook werden alle fietsen en vrachtwagens gevorderd. De mensen hadden dan ook haast geen vervoermiddelen meer. Als je nog een fiets had, dan had je er geen banden meer voor. Dan maakten de mensen zelf banden, de zogenaamde „anti- plof" banden. Alles was ook op de bon. leder gezin kreeg al naar gelang het aantal personen bonnen waarop je een bepaalde hoeveelheid levensmid delen kon halen. Ook kleding en ander textiel was op de bon. Je was ook be perkt in je vrijheid in de oorlog. Je mocht 's avonds na een bepaalde tijd niet meer op straat, dan was het „spertijd", met enkele uitzonderingen die dan nog wel op straat mochten, bijvoorbeeld de dokters. Scholen wer den ook ingenomen zodat naar school gaan van tijd tot tijd ook erg moeilijk was. Dan werden er soldaten in onder gebracht. Ook huizen van particulieren werden gevorderd. Dan werden de mensen gewoon op straat gezet. In het gunstigste geval mochten ze nog een hoekje voor zichzelf houden. Dat is mijn opa en oma ook overkomen. De soldaten liepen de kamers beneden op en neer met geweer over de schou der en mijn opa en oma mochten met de kinderen boven blijven. Bij die kin deren was ook mijn moeder. Dat was heel angstig hoor, maar daar kan mijn moeder zich niets meer van herinne ren. Wel kan mijn moeder zich nog iets herinneren van de troepen solda ten op het eind van de oorlog, in ver band met de opstand van de Russen hier op Texel. Toen kwamen hier hele kolonnes soldaten die naar het bos trokken om de Russen de baas te wor den. In die tijd is er op Texel wel het meeste gebeurd. Vanaf het vliegveld werd het bos beschoten en daar woonden mijn opa en oma heel dicht bij. Dat was heel angstig maar het is voor het gezin van mijn moeder geluk kig goed afgelopen. Er is nog wel op 30 meter afstand van het huis een bom gevallen waar de scheuren nog van in de muren zitten. Ook moesten allebei mijn opa's net voor de oorlog en in het begin van de oorlog in dienst. Dat was wel erg moeilijk want mijn opa's hadden alle twee een eigen bedrijf en dat moesten mijn oma's toen maar zien te klaren. Ze moesten dus naast hun gezin ook het bedrijf draaiende houden. Ook daar zijn ze goed doorgekomen. Ook maakte m'n oma in de oorlog zelf boter en kaas. Daar werd dan ook een deel van mee gegeven aan mensen die hier door de Duitsers te werk werden gesteld. Die kwamen vaak uit de grote steden en daar werd honger geleden. Ze moch ten dan soms naar huis en dan kregen ze van alles mee voor familie. Zo heb ben ze daar ook na de oorlog nog he le goede vrienden van overgehouden. Eén daarvan kwam uit Rotterdam. Daar was het ook heel slecht. Rotter dam is ook voor een deel platgebom bardeerd, zoals zoveel steden in Ne derland en natuurlijk ook in vele ande re landen. Als ik zo hoor vertellen over de oorlog dan hoop ik maar één ding en dat is dat de mensen nu toch eens leren om de problemen uit te praten en niet te vechten. Want anders ko men er alleen maar méér problemen van en veel ellende. Er zijn nog steeds mensen die van de tweede wereldoorlog nog de ellende ondervinden. Laten we bij het feestvie ren op 5 mei 1985, ^0 jaar vrij dus, ook nadenken over hoe we zoiets ergs als oorlog kunnen voorkomen. Robert Witte. Iedere zaterdagochtend haalt Scou ting Texel oud papier, lompen en oude schoenen op. De mensen worden ver zocht deze spullen vóór 10.00 uur aan de straat te zetten, zodat ze vlot kun nen worden ingeladen. Komende za terdag wordt het oude papier etc. op gehaald in de volgende straten: Duinreep, Zeebries, Vloedlijn, Golfslag, Vaargeul, Schoorwal, Noordwester. waardbekken zei Lievense dat het kostenverschil voornamelijk wordt ver oorzaakt door de veel kleinere hoeveel heid zand die moet worden opgespo ten. Het scheelt 1,2 miljard kubieke meter, uitgaande van een bekken met duindijken die een helling hebben van 1:5. Broodnodig De altijd nog gigantische hoeveelheid zand zal niet uit de directe omgeving kunnen worden weggehaald maar kilo meters verder, niet met gewone zand zuigers maar met enorme hopperzui gers waarmee Nederland onder andere eilanden aanlegt in de Beaufortzee. In dat verband merkte de spreker nog op dat het project wel eens fors gestimu leerd zou kunnen worden door het feit dat Nederland binnenkort een groot waterbouwkundig project nodig heeft om het enorme potentieel aan water bouwkundige mensen en materieel aan het werk te kunnen houden. Op de vraag of bij het project gebruik kan worden gemaakt van de kracht van eb en vloed antwoordde Lievense ontkennend. Het eb- en vloedverschil is te klein om er rendabel van te kun nen profiteren. Desgevraagd zei Lievense dat mossel cultuur of viskweek in het spaarbekken niet mogelijk zal zijn. Afgezien van het feit dat het bekken enorm diep is, loopt er elke dag een laag van 32 me ter water in en uit. Verder werd naar aanleiding van vra gen meegedeeld dat de hoeveelheid energie die door het spaarbekken kan worden vastgehouden aanzienlijk is in verhouding tot het totale landelijke vermogen: een zevende deel. Waterbom Als de 100 meter hoge duindijk zou breken of ondermijnd raken zou het hele bassin kunnen leeglopen, waarbij een enorme vloedgolf ontstaat. Een vragensteller informeerde hoe de mari ne denkt over zo'n „platte waterbom" op zo korte afstand van de oorlogsha ven. Lievense zei dat defensie tot dus ver alleen maar positief heeft gerea geerd. Er is geen reëel gevaar. De met asfalt beklede duindijk is maar liefst Ongeveer zo zal het energiespaarbekken op de Razende Bol er volgens de tekening van Rudolf Das in vogelvlucht en vanuit zuidelijke richting gaan uitzien. 1. De bestaande Razende Bol wordt veranderd, zodat deze een driehoekige vorm krijgt waar het ronde spaarbekken met een doorsnee van totaal 3100 meter juist op kan. 2. het buitentalud van de 100 meter hoge dijk met een helling van 15, geschikt voor recreatieve doeleinden, zoals zeilvliegen. 3. Stuwmeer met een doorsnee van 1912 meter bij een variabele waterhoogte van 64 tot 96 meter. 4. Binnentalud, hellingshoek 13'A, bekleed met 20 cm asfalt. 5. Inlaatschuiven van het turbinewerk, inlaathoogte ongeveer 50 meter boven NAR 6. Turbines, die ook als pompen kunnen worden gebruikt. 7. Werkhaven met onderhoudsdepót. 8. Verbin- dingsdijk met Texel door het Molengat. 9. Strand aan de binnenzijde van de verbindingsdijk. 10. Den Hoorn. 11. Den Burg. 800 meter breed. Er zijn in Nederland andere, veel gevaarlijker toestanden. De overheid zal extreme veiligheidsei sen stellen. De zaak moet tien keer zo veilig zijn als de Deltadijken en die del- tadijken zijn al veiliger dan een groot deel van de Nederlandse duinkust. L. J. Weijdt vond dat Lievense toch te makkelijk dacht over de gevolgen van de Molengat-afsluiting voor de kust in de buurt. Texel heeft er baat bij, maar de kust van Den Helder wordt erdoor be dreigd. De Steenplaat in het Eierlandse Gat leek hem een betere plaats voor het spaarbekken. Lievense zei dat de Hoofdingenieur directeur van Rijkswa terstaat er blijkbaar anders over denkt, hetgeen was af te leiden uit de CIBAS-studie. Aan de afsluiting van het Molengat waren alleen financiële nadelen verbonden. Op een vraag van de heer P. Wit van het PEN zei Lievense dat 40% van de totale investering in het spaarbekken nodig is voor de electrotechnische werken; meer dan de helft is dus voor waterbouwkundig werk. Dure kabel Verder werd naar aanleiding van vra gen nog meegeddeld dat het spaar bekken via een kabel met een enorme capaciteit zal worden aangesloten op het Noordhollandse 380 KV net. Die kabel kost alleen al 135 miljoen gulden. Met het extra dure stuk zeekabel is veertig miljoen gemoeid (10 miljoen per kilometer). L.J. Weijdt pleitte er voor het bekken voor 2/3 met zand te vullen, met het oog op de veiligheid. Hij vond het een griezelige gedachte dat in het asfalt haarscheurtjes kunnen ontstaan waar die massa zeewater met een druk van 9 atmosfeer op staat, zodat de boel ondermijnd kan raken of uitspoelen. Lievense rekende voor dat dit 300 mil joen gulden extra zou kosten „alleen omdat je niet je eigen kunnen ver trouwt". Dat leek hem weggegooid geld. „Wat nu is begroot is supervei- lig." Waaraan hij toevoegde het zinloos te vinden om over zulke details te pra ten. Als men met alle geweld toch het geld wil uitgeven om het bassin ge deeltelijk met zand te vullen, vond hij dat best. „Als ze maar niet aan mijn waterschijfje van 32 meter komen." Dagelijks gebruik Hans Roeper bracht naar voren dat het overschot van basislast van centra les elders, waarmee men het bekken wil vullen er nog helemaal niet is. Lie vense antwoordde dat de ontwikkeling van kernenergie in het buitenland een feit is en dat Nederland van Frankrijk makkelijk 300Mw goedkope overtollige stroom kan kopen. Nog goedkoper is natuurlijk windenergie en het is hele maal niet uitgesloten dat deze energie bron in de jaren die met het ontwer pen en bouwen van het bekken zijn gemoeid, toch soulaas zal bieden. Nog geruime tijd werd gediscussieerd, waarbij de humor niet uit het oog werd verloren. De heer G. Mok (buitenlandredacteur van Elsevier) tilde zwaar aan de „visuele hinder" die dat toekomstige hoge eiland zal opleveren. Lievense maakte een vergelijking met een Egyptische pyramide in de vlakke woestijn. Die wordt niet als hinderlijk beschouwd, hoewel het bouwsel was bedoeld voor „eenmalig gebruik door één persoon", terwijl het Razende Bol- bekken is bedoeld voor dagelijks ge bruik door vijftien miljoen mensen. Ie Bol-spaarbekken is dat het mdig tegen de zee te verdedigen Razende Bol is bij uitstek ge- omdat deze al de benodigde op- kte (6 km2) heeft en boven wa- jekt, terwijl in de loop der jaren dat deze zandplaat niet zo- nse zei eigenlijk alleen maar voor- te kunnen zien in de vesti- plaats Razende Bol. „Een fan- h mooie plek". Hij vertelde ver at maar liefst 50 deskundigen jnteel bezig zijn het Marker- Iplan uit te werken en dat het Bol-plan hierbij gelijk wordt •nomen. Het staat al vast dat dit ■én tot anderhalf miljard gulden toper zal uitvallen, een verschil 0% met het Markerwaardplan. Rijdende trein ns Lievense wordt buitengewoon en realistisch geraamd zodat er herhaling komt van het Ooster- dedrama. Er zijn nog tal van vra- vaarop in het onderzoek het ant ral worden gevonden. Hoe het funderingseiland waarop het komt, worden gemaakt? Welke moet het onder water precies Welke problemen of mogelijk- ontstaan er voor de scheepvaart marine? Wat zal het preciese ef- ijn voor de kust van Texel en leider? Spreker verwachtte dat er Ie termijn een principeuitspraak imen over het Razende Bol-plan. irdt hard aan gewerkt. „We zijn rijdende trein gestapt." mensen die nogal geschrokken de hoogte van honderd meter ringvormige duindijk moet krij- Lievense trachtte dat te relative- Gezien van twee kilometer afstand èxelse kust) lijkt 100 meter niet oij hij er op wees dat op Jere plaatsen langs de Nederland- de duinen rond vijftig meter zijn. Niemand vindt dat lelijk, iel die duinen veel hoger lijken il je er veel dichter bij staat. Lie- wees er verder op dat het geen dijk wordt maar een geacci- erd terrein, dus met hoogtever- sn. Mede door de beplanting zal heel natuurlijk gaan uitzien, gens staat nog niet voor 100% het nieuwe eiland door een et Texel verbonden zal worden. Geen molens meerder bladen gepubliceerde ^■H| vogelvluchttekening van Rudolf Das geeft niet in alle opzichten een correct beeld. Het eiland lijkt door het sterke perspectief veel groter in oppervlakte en de windmolens die erop staan moe ten als een aardigheidje worden be schouwd. Dit aantal molens zou veel te klein zijn voor het volpompen van het bassin. Daarvoor is een enorm windmolenpark nodig dat in Friesland of het industrie- en havengebied bij Rotterdam zou kunnen worden aange legd. Het is dus helemaal niet nodig dat de molens vlak bij het bassin staan. Lievense zei dat hij Das nog een tekening zal laten maken, waar mee een indruk zal worden gegeven hoe het Razende Bol-eiland er op oog hoogte zal uitzien. Meedenken De Bredase ingenieur ging er bij voor baat vanuit dat uit de omgeving wel bepaalde bezwaren tegen het plan zul len worden ingebracht maar hij voor spelde dat aan alle bezwaren tegemoet zal kunnen worden gekomen. Hij zou het een verademing vinden als uit de omgeving niet alleen kritiek komt maar ook adhesie, in die zin dat mensen of groeperingen positief gebruik zullen willen maken van de forse gebiedsuit breiding die de aanleg van het spaar bekken voor Texel betekent. Na twintig minuten pauze beantwoord de Lievense schriftelijke vragen uit de zaal. Naar aanleiding van eén van die vragen benadrukte hii dat op dit mo ment niet vast staat of het bassin dan wel met windturbines of alleen met overtollige nachtstroom van andere centrales zal worden gevuld. Het één sluit het ander niet bij voorbaat uit. Hij rekende voor dat het niet zo aantrek kelijk is om het bassin te vullen met stroom die uitsluitend is opgewekt door centrales die op fossiele brandstoffen (olie, kolen of gas) wer ken want met het pompen en opnieuw opwekken van stroom door het laten weglopen van het opgepompte water, gaat veel energie verloren: ca. 24%. Dat betekent dus brandstofvernieti ging, waarbij men moet weten dat 60 tot 70% van de kosten van een kilo- watuur uit brandstofkosten bestaat. Uit het betoog viel verder op te maken dat het gebruik van goedkope buiten landse, door kerncentrales opgewekte stroom op dit moment het meest reëel lijkt, al zal het nadere onderzoek ook op „gewone" energie en windenergie zijn gericht. Kernfusie? Een andere vragensteller opperde dat de mjljarden die nodig zijn voor dit project beter gestoken kunnen worden in kernfusie, een vorm van kernenergie die „schoon" is en werkelijk oneindig. Lievense antwoordde dat kernfusie geen realiteit is. Het is althans ondenk baar dat voor het jaar 2030 kernfusie kan worden toegepast. Op dit moment is er niet meer dan de hoop dat dit werkelijk een schone energiebron zal zijn; er wordt dus geen rekening mee gehouden. Gevraagd naar de kosten van bedie ning en onderhoud van het spaarbek ken met de bijbehorende technische installaties zei Lievense dat deze kosten zeer klein zijn, althans in ver houding tot de totale exploitatie kosten, nl. één tot anderhalf procent. Op de vraag waarom het Razende Bol- bekken goedkoper is dan het Marker- 'thouders Schilling. Barendregt en directeur gemeentewerken Doppenberg praten met Ir Lievense over de financiële, economische en aspecten van het Razende Bol-plan.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 1985 | | pagina 7