Voorbereid met pieren en
lelm op komende stormen
USTVERDEDIGING IS IN GOEDE HANDEN
Lichte afslag
Texelse kust
|JDAG 24 OKTOBER 1986
TEXELSE COURANT PAGINA 13
brengt het weg, deels naar de gronden
van de zeegaten, deels naar de Wad
denzee. De rest belandt in de Noord
zee. In de door storm veroorzaakte
waterbewegingen worden zo miljoenen
kubieke meters zand heen en weer ge
transporteerd. Maar ook in perioden
van rustig weer kruipen eb- en vloed
geulen richting kust. Een permanente
strandverlaging is het gevolg.
Evenwicht
De strandhoofden kunnen zodanig
worden aangelegd, dat het hele gebied
waarover zandtransport plaatsvindt,
wordt bestreken. Als ze maar ver ge
noeg in zee liggen, zal het transport
worden afgeremd en verdere kustafslag
een halt worden toegeroepen. Dat is
echter een gigantisch dure operatie. In
de praktijk kiest Rijkswaterstaat er
daarom voor minder ver in zee te
gaan. Getracht wordt een soort even
wichtstoestand te verkrijgen. Het
zandtransport moet zover worden ge
reduceerd dat er een evenwicht ont
staat tussen aan- en afvoer in ieder
kustvak. Bij de aanleg van nieuwe pie
ren betekent dat dat de dan aanwezige
eerste duinrij op den duur als verloren
moet worden beschouwd. Er worden
Kees Zoetelief (hakkend), Jaap Verbeek en Ruud van Sijp bezig met wiepen maken: als tak-
kebossen in de machine, als een soort boomstammen op de lopende band eruit.
duinafslag op deze plaats niet worden
getolereerd, omdat Texels grootste
camping Kogerstrand zich daar in dui
nen bevindt. Zelfs onstaat nu de gele
genheid om te werken aan verbreding
van het duin. Op een strook van tien
meter breedte voor de eerste duinenrij
zullen evenwijdig hieraan rietschermen
worden geplaatst, zodat nieuw zand
wordt „gevangen" en er zanddijkjes
ontstaan. Deze moeten uiteindelijk uit
groeien tot een glooiende helling.
Overigens is het niet de bedoeling dat
de rietschermen alle stuifzand „van
gen". De helmplanten moeten juist
niet struifvrij zijn: de plant groeit in
een hoog tempo met het aangevoerde
zand mee.
Kalkrijk
Vers stuifzand is kalkrijk en helm heeft
kalk nodig. Door deze krachtige groei
ontstaat een wijd vertakt ondergronds
net van wortels; de duingrond raakt
goed „doorwoeld" zodat het zand
wordt vastgehouden. Helm kan ruim
60 centimeter per jaar groeien. Aan de
wéstzijde, die het meest heeft te ver
duren van de zeewind, wordt de helm
dicht op elkaar geplant, namelijk tien
planten per vierkante meter. Vlakke
stukken duin, waar de wind meer
overheen blaast, hebben een helm
dichtheid van zes planten per m2.
De helm wordt gestoken van dichtbe
groeide helmplekken in de duinen van
Texel zelf. In het gebied ter hoogte
van paal 8 is een vier man sterke
ploeg met dit werk bezig. Ook zij zijn
in dienst bij de firma Daalder. Naast
de bij het wiepen maken werkzame
Jaap Verbeek, maken Guus Dekker,
Harry Veldman en Rob Vinke deel uit
van deze ploeg. De helm hoeft niet,
zoals wel eens het geval was, met de
hand uit de grond te worden getrok
ken. De planten worden nu met een
spits toelopende schop bij ongeveer
tien centimeter wortel afgestoken. Het
is verbazingwekkend te zien hoe een
dicht met helm begroeid gebied een
gedaanteverwisseling ondergaat.
Slechts hier en daar staan nog enkele
sprietjes overeind. Dat is geen enkel
punt: in twee jaar tijd is de begroeiïng
weer op het oude niveau terug.
Huppelende viervoeters
Zoals eerder in dit verhaal al even aan
gestipt, vormen de in de duinen ver
toevende konijnen een fikse bedreiging
voor de helm. De huppelende viervoe
ters beschouwen de plant als een lek
kernij. Vooral de vers gezette planten
genieten hun voorkeur. Oude planten
zijn veel moeilijker uit de grond te ruk
ken. Een oplossing hiervoor is het
plaatsen van rietpoten. Dat weer
houdt de konijnen van knagen en bo
vendien ontstaat bij deze rietpoten
andere begroeiing. Wim Wiering van
Rijkswaterstaat stelt vast dat
de konijnenbevolking dit jaar sterk lijkt
toegenomen. Elke maand plegen RWS
en Staatsbosbeheer overleg met de ja
gers over het eventueel afschieten van
konijnen. Samen met de RWS-mensen
Jaap Kreeft en Kees Smit coördineert
Wiering het werk dat, voornamelijk
aan de westkust, moet worden ver
richt. Coördinator vindt hij echter te
duur klinken. „Wij zijn gewone jon
gens, die niet snel liggen te janken.
Het is vaak tijwerk. Dat moet door
gaan, ook als het koud is. Niemand
van ons is meer dan de ander. Als het
nodig is moeten we elkaar kunnen ver
vangen", zo meent Wiering.
Eigenlijk zag hij het liefst zijn naam
niet eens genoemd worden. Tenslotte
zorgt bij de dienstkring Texel van Rijks
waterstaat een heel team van mensen
vobr onze veiligheid: peilploeg, teke
naars enz. enz.
Samen wordt de strijd aangebonden
tegen de soms wrede zee. Een strijd
waarvan het eind nog niet in zicht is.
Het geeft daarom een extra veilig ge
voel, dat op Texel anno 1986 dit ge
vecht met veel inzet en deskundigheia
wordt aangegaan.
De eerste herfststorm heeft in de
nacht van maandag op dinsdag voor
enige afslag gezorgd van de Texelse
duinen. Onrustbarend was de afslag
allerminst. Tussen paal 8 en 9 ver
dween over een afstand van meer dan
honderd meter ongeveer drie meter in
de golven, bij paal 27 ging over een
halve kilometer twee a drie meter duin
verloren en bij paal 19 was pok sprake
van geringe afslag. Door de niet zo
hoge waterstand bleef de schade
iksn san zee zorgt voor menig romantisch beeld. In mei werd onder ideale omstandigheden aangevangen met de eerste zinkstukken
nieuwe pier ten zuiden van paal 9. Tijdens stormachtig weer toont de zee zich in een heel wat wredere gedaante.
dststormen hebben de lange, mooie zomer van 1986 definitief
iar het verleden verwezen. In den lande berokkenden deze stor
en al veel schade en zelfs vielen er menselijke slachtoffers. Ook
wl haalde in de voorbije jaren menigmaal de landelijke publiciteit
et gestrande schepen of vele meters kustafslag. Vooral de duinen
in ons stormgevoelige eiland vormen een kwetsbaar onderdeel
in de kustverdediging. Jaarlijks neemt Rijkswaterstaat maatrege-
o die verdere inbeslagname door de zee moeten beperken of
\orkomen. De stand van zaken anno oktober 1986.
telief en Ruud van Sijp, schatten dat
ze per uur ongeveer 14 wiepen produ
ceren. Ook maakten zij kleinere wie
pen: van negen meter lengte. Als op
deze wijze voor een flinke voorraad
was gezorgd, kon worden overgescha
keld op de tweede fase in het produk-
tieproces: het vlechten van de
zinkstukken óp een speciaal plateau op
het RWS-terrein. De onderzijde wordt
gevormd door 'n doek van polypropy-
leen. Ter bescherming tegen het stor
ten wordt het kunststof doek bedekt
met rijshout. Alle verbindingen zijn
met touw geknoopt. Na gereedkoming
werd het kolossale raamwerk vervoerd
op een aandachttrekkende één-assige
wagen van negen bij achttien meter,
op vliegtuigbanden. Het lijkt een om
slachtige methode, maar vergeleken
met het aanbrengen van zinkstukken
in het verleden veel effeciënter. Toen
werd met man en macht per tij een
zinkstuk ter plekke gevlochten en ge
zonken. Bij ruw weer staakten de
werkzaamheden. Nu kon het vervaardi
gen van zinkstukken onverwijld
doorgaan.
Trucjes
De laatste fase is het aanbrengen van
de zinkstukken in zee: de vorming van
een pier. Tevoren is de ligging van de
nieuwe strekdam nauwkeurig bere
kend. Ten opzichte van paleri~Óp
het strand die de nullijn aangeven,
moet een loodrechte lijn kunnen wor
den getrokken. De hartlijn van de
zinkstukken moet exact hierop worden
aangelegd. Een kromme pier is tenslot
te geen gezicht.
Rechtopstaande takjes aan de uitein
den van de zinkstukken duiden bijvoor
beeld de ligging van een onder water
verdwenen mat aan. Een kraan op het
uiteinde van het in aanbouw zijnde
strand hoofd tilt het zinkstuk van de
wagen en legt deze in zee. Vervolgens
wordt met een shovel enkele ladingen
kleinere stortstenen aangebracht. Met
touwen en andere hulpmiddelen kan
het zinkstuk dan nog worden gema
noeuvreerd. Als vervolgens met een
truck een grotere lading stenen op het
zinkstuk is gekiept, is bijsturen niet
meer mogelijk.
Asfalt gieten
Een pier is een gewilde wandelprome
nade voor toersten en een geliefde
stek voor sportvissers. Bij de afwer
king wordt hiermee een beetje reke
ning gehouden. Met de allerkleinste
maten stortsteen wordt een zekere
egalisatie en dichtheid bewerkstelligd,
waarna het oppervlak nog beter be
gaanbaar wordt door het gieten van
asfalt, dat in de asfaltmolen te Oude-
schild wordt vervaardigd.
De natuur zelf zorgt voor een
aantrekkelijker aankleding. Op het nog
verse asfalt ligt inmiddels een groen
tapijt van zeegras en aan één zijde van
de pier heeft zich mosselzaad aan de
stenen gehecht.
De aanleg van de twee strandhoofden
behoort tot het „verhoogd onder
houd" door Rijkswaterstaat, waarmee
de veiligheid van het zuidwestelijk
kustdeel van Texel moet worden ge
waarborgd. Het noordelijk deel (vanaf
paal 18) móet in stand worden gehou-
Barencl Lok plant al bijna een kwart eeuw helm in de Texelse duinen. Ruud van Sijp spit
voor Barend de gleuf.
wel maatregelen genomen om het le
ven van deze duinen zo lang mogelijk
te rekken. De afslag komt echter pas
tot stilstand als een situatie van even
wicht intreedt. Daarom is het vooral
zaak de aandacht te richten op verste
viging van de achterliggende duinen.
In de praktijk wordt met de bouw van
strandhoofden aangevangen met de
aanleg van de kop nabij de laagwater-
lijn. Bij het dit jaar aangelegde strand-
hoofd was dit niet mogelijk. De laag-
waterlijn daar lag te dicht onder de
duinen. Om een vloeiend verloop met
de andere strandhoofd-koppen te ver
krijgen werd de jongste pier meer zee
waarts aangelegd.
De kust ten zuiden van paal 9 is hoog
nodig aan extra bescherming toe. In
de laatste tien jaar heeft dit deel
ernstig geleden onder de beukende
golven en werd liefst 140 meter kust
prijsgegeven.
Helm planten
Nu het koudste deel van het jaar voor
de deur staat en het werk aan het
eerste strandhoofd vrijwel is afgerond,
kan een aanvang worden gemaakt met
de gebruikelijke winterwerkzaamheden.
Het bekendste voorbeeld hiervan is het
wel jaarlijks terugkerende helmplanten
Ook deze klus in weer en wind, stuif
zand en vaak op steile duinhellingen
wordt verricht door werknemers van
Daalder uit Alkmaar. Momenteel zijn
vier man bezig de buitenste duinenrij
vanaf paal 20 (Badweg) in zuidwaarste
richting met de bekende rondbladige
(sprietvormige) helm te beplanten. In
Nederland worden ook proeven geno
men met de platbladige Noorse helm,
die de voordelige eigenschap heeft
niet lekker te zijn voor konijnen. De
vier helmplanters zijn de Texelaars
Kees Zoetelief, Ruud van Sijp, Tinus
Witte en Barend Lok. Laatstgenoemde
heeft ontegenzeggenlijk de meeste er
varing. Volgend jaar heeft Lok er zelfs
25 helmplantseizoenen opzitten, ,,'s
Zomers geniet ik van het uitzicht op
het strand en 's winters sta ik in de
duinen. Als er vorst in de arond 7it
kunnen we niet planten, maar bij
windkracht 8 of 9 gaan we gewoon
door", grijnst Barend, die niet wil zeg
gen op welke dag precies zijn jubileum
valt. Qua techniek is het helmplanten
al die jaren onveranderd gebleven. Nog
immer zijn schop en handen de werk
tuigen. Volgens het bestek zullen in de
lopende periode 1,6 miljoen helmplan
ten worden aangebracht.
Kogerstrand
Bijzonder is dat van paal 20 tot paal
19 helm wordt geplant op de buitenste
duinenrij. In het verleden gebeurde dat
op deze plaats niet, omdat dat nutte
loos was: na de eerste de beste storm
met kustafslag zouden slechts kale,
steile duinwanden resteren. Nu heeft
planten wél zin, door de zandsupletie.
Hierdoor zal eerst het zand van het
verhoogde strand worden afgevoerd,
en blijven de dujnen van afslag
gespaard. Zoals bekend kan verdere
ministerie van verkeer en waterstaat
stelt voor de verdediging van Texels
westkust tegen de zee jaarlijks 75,5
miljoen beschikbaar.
vanaf mei werken mensen van
jkswaterstaat en Aannemersbe-
jjf Daalder uit Alkmaar aan de
itstandkoming van twee nieuwe
andhoofden („pieren") ten zui-
nvan paal 9. Het eerste hoofd is
vrijwel gereed, met het tweede
irdt komend voorjaar gestart.
Iele honderden meters van de
aats waar een paar winters geleden
«derden zandzakken ternauwernood
orkwamen dat strandpaviljoen Paal 9
«r de golven werd verzwolgen, is
ir nummer 23 neergelegd. Dit gloed-
iuwe strandhoofd heeft thans een
igte van 165 meter,
lige cijfers tonen aan dat dit werk
ien kleine klus is geweest: benodigd
iren 3700 m2 zinkstuk, 5500 ton
sen en 1500 ton gietasfalt. Goed
lor een strekdam uitlopend van totaal
lit meter breedte tof 33 meter breed-
bij het kopeind. Vóór de kop zullen
tra zinkstukken worden gelegd om
(uitslijpen van de zeebodem, die
tor de versterkte stroming op die
aats het hevigst is, te weerstaan.!
«e zinkstukken worden verzwaard
it ca. 1 ton stortsteen per m2.
ie voorzorgsmaatregelen niet zou
n worden genomen, dan bestaat
n gerede kans dat de pier wordt on
tmijnd. De stenen die daar als tallud
m de kop van de pier worden gestort
ngeen kleine jongens: ze wegen 200
1500 kilogram. Deze „breukstenen"
n afkomstig uit de grote steengroe-
b uit de omgeving van Namen (Bel-
sche Ardennen). Deze blokken vol
len precies aan de eisen die in een
trapport zijn gesteld. Wekelijks leve-
e schepen 1300 ton af in de Oude-
hilder haven. De stenenvracht wordt
Br gelost door de werknemers van
balder, na eerst te zijn gemeten en
teurd door RWS-mensen.
Depots
m september tot februari wordt
•000 ton aangevoerd. De keien wor-
in ondergebracht in depots te Oude-
bild (voor vervoer per pontons voor
Kstorten vóór de kop van het
randhoofd), bij het Westerslag en hel
m Ayeslag
lor de opbouw van de pier zelf zijn
tdere maten stortstenen gebruikt:
n 60 tot 200 kilogram. Deze worden
steen shovel of truck met kiepbak
![1af het inmiddels gerealiseerde stuk
'andhoofd op de zinkstukken gestort.
Wiepen
sb deze zinkstukken, populair om-
breven „gevlochten matten", worden
'Texel vervaardigd. Tijdens het voor-
ïr en de zomer gebeurde dat in hoog
!fnPo op het terrein van Rijkswa-
Maat bij het Westerslag. De eerste
Se is het maken van zogeheten
wepen". Stapels wilgetakken uit
ienden uit Zuid-Holland en de
svopolders worden in de specia-
'Wiep-machine" geperst en komen
°P een lopende band als een soort
tomstammen weer uit. Deze met
joststof (polypropyleen) touw om-
jbkelde bundels wiepen") worden
I een lengte van 17 meter doorge-
a9d. De drie mannen van de firma
die dit jaar met wiepen maken
Een voorname oorzaak is de verplaat
sing van zandbanken in de buitendelta
van het zeegat van Texel. In de meest
recente eeuwen heeft deze cyclische
verschuiving die zich in noordelijke rich
ting voltrekt, gezorgd voor kustvooruit-
gang. Grote zandbanken (zoals de
„Ezels" en „Onrust") hechtten zich
aan de zuidwestkust van Texel. Na de
ze periode van aanwas heeft Texel te
maken gekregen met het opdringen
van zandplaat De Razende Bol, die
zich in noordelijke richting beweegt,
naar de zuidpunt van Texel. Het aan
vankelijk onbeduidende geultje „Mo
lengat" groeide uit tot een groot zee
gat. De stroomsnelheden aldaar lopen
op, zodat de druk op de Texelse west
kunst navenant toeneemt. Een gevolg
is onder meer een versterkte uitslijping
van de „vooroever" van het strand,
waardoor strandverlaging en achteruit
gang van de duinvoet optreedt. De
hoogwaterlijn komt dichterbij de dui
nen te liggen. De kracht van de gol
ven wordt zodoende in een te laat sta
dium gebroken. Tijdens storm krijgt de
zee hierdoor volop gelegenheid grote
stukken duin te verzwelgen. Het duin
zand is dan voorgoed verdwenen. Het
wordt door het water weggesleept en
gedeponeerdJn. de_ a.auLen-O-ad-e-Lde
Verschuiving
Waarom is het noodzakelijk dat
de 22, sinds 1959 aangelegde strand
hoofden tussen paal 18 en paal 9 met
twee stuks worden uitgebreid?
Wim Wiering tevreden op het nieuwe strandhoofd:.Wij rijngew^^pnaen^i^uM