Ondergang
A/as aanzet
Nautilus
tot museum
i Het gebeurde vlak voor Kertmis, 25 jaar terug
'VV-periodieken weer
ieurrijk en informatief
Texelse redders
testten nieuw
schip Ameland
Zitting diëtiste
op andere dagen
ndag 16 december 1962, het is
g nacht. Onder de pikdonkere
imel is de Noordzee veranderd in
in wild kolkende watermassa,
in orkaan zorgt voor huizenhoge
olven en wie zich nu op zee be-
ndt. krijgt het uiterst zwaar te
irduren. Zo ook de zeestomer
Mautilus", die op weg is van
wansea (Wales) naar Delfzijl. In
wansea was het ruim gevuld met
)98 ton steenkool, hetgeen de reis
j zichzelf al zwaar genoeg maak-
Op vijftien zeemijlen van het
ihtschip Texel gebeurde het: de
ïgenode westnoordwester storm
veepte de golven dusdanig op
it het eerste luik voor het ruim
indaan sloeg. In minder dan een
jr tijd was de ondergang van de
autilus" een feit.
3-370:
een mum van tijd werden ook de
idere luiken weggeslagen en nam de
e bezit van het voorste ruim. Een
jitse krant meldde het ooggetuigen-
irslag van de enige overlevende, de
en 26-jarige matroos Lienhard Frey:
k werd door een koksmaat aan dek
roepen. Heb je het niet gehoord? De
ok heeft geluid, we moeten allemaal
in dek komen want het schip zinkt,
p hij tegen mij. Ik liep naar voren, in
veronderstelling dat het toch wel
u meevallen en het weggeslagen luik
inieuw zou kunnen worden vastge-
In één oogopslag zag ik echter
it er niets meer aan te verhelpen
s". Het schip lag direct al zeer diep
maakte slagzij over bakboord. Gol-
n sloegen krachtig over de dodelijk
wond geraakte romp.
Pensioen
kapitein stond voor een dramati-
he beslissing: tijdens zijn laatste en
ar later bleek, allerlaatste reis, zou
het schip in de steek moeten laten,
int het was ten dode opgeschreven,
ze 64-jarige, uit Bremen afkomstige
inrich Schupke, zou direct na de
s worden gepensioneerd. Zaterdag
had hij naar Delfzijl geseind dat
Nautilus" zondagmiddag in de
oningse havenstad zou arriveren en
er extra hulp nodig zou zijn bij het
sen. Kapitein Schupke heeft Delfzijl
nmer gehaald. Om 6.19 uur stuurde
marconist zijn eerste SOS de ether
Hij zette zijn morsesleutel vast voor
sitiebepaling: nog een half uur zou
ultieme noodkreet in de ontvangers
zee en aan de wal klinken, daarna
is het afgelopen. Vliegensvlug wer-
n zwemvesten uitgedeeld en trok de
fanning de schoenen uit. De sloep
aan bakboordzijde hing was inmid-
Is onbereikbaar geworden, zodat alle
op was gevestigd op de motorred-
rken igboot aan stuurboord. Vrijwel alle
nanningsleden stapten in de sloep,
ar de zee kende die gruwelijke dag
n enkel pardon. Nog nauwelijks
s de propvolle sloep te water gela-
i, of hij kapseisde. De arme beman-
ig viel ten prooi aan het ijskoude,
:tzwarte Noordzeewater.
Speelbal
erlevende Frey: ,,De zee sleurde mij
Idra bij de anderen weg, ik dreef
ir moederziel alleen. Uur na uur
Vorige week, om precies te zijn op 16 december, was het pre
cies een kwart eeuw geleden dat de zwaarbeladen Dgitse
vrachtvaarder s.s. „Nautilus" in zware storm op de Noordzee
ten onder ging. Slechts één van de 24 opvarenden wist ter
nauwernood de ramp te overleven. Twee dagen later spoelden
op het Texelse strand vele honderden scheepsluiken en andere
stukken hout aan, afkomstig van het betreurde schip. De ei-
landelijke jutterij wist wel raad met zulk spul en kaapte de
mooiste brokken mee, alvorens de strandvonder ten tonele
verscheen. Twee jutters, de gebroeders Jan en Klaas Uitgeest,
zaagden en vertimmerden de luiken en bouwden er een
schuur van. Dat was een mooie opbergplaats voor tal van
aangspoelde voorwerpen. Tezamen met de jutterscollectie van
Cor Ellen (de voornaamste) vormde deze verzameling de aan
leiding tot de oprichting van de Stichting Juttermuseum, zo
verkondigden de gebroeders Uitgeest. Een duik in het archief
van broer Klaas waard.
Eén van de laatste foto's van de betreurde Duitse vrachtvaarder, wiens 139ste reis in veertig levensjaren een noodlottige afloop zou krijgen.
was ik een speelbal van de golven. Ik
hoorde het motorgeraas van een vlieg
tuig, wenkte en wuifde maar bleef on
opgemerkt. Ten einde raad gaf ik alle
hoop op dat ik het er levend vanaf
zou brengen. Ik besloot het onverbid
delijke einde te bespoedigen en wilde
me ontdoen van mijn zwemvest. Maar
ik slaagde er alleen maar in om de
halssluiting los te krijgen, de rest lukte
niet. Mijn handen waren stijf en krach
teloos". Uiteindelijk kwam er een schip
in zicht. Frey dacht dat hij droomde,
maar greep in zijn shocktoestand toch
de hem toegeworpen lijn. Meer dood
dan levend zakte hii bii ziin redders in
de armen. Hij bevond zich op de Duit
se coaster „Gretchen von Allwörden",
die zelf met sterke slagzij te kampen
had, maar niettemin gehoor had gege
ven aan de noodsignalen. Ook de red
dingboot Prins Hendrik" uit Den Hel
der rukte uit in de hoop nog overle
venden te kunnen oppikken, maar was
in de heksenketel maar liefst vier uur
onderweg. De Texelse reddingboot
,,Joan Hodson" was niet geschikt
voor dergelijke zware omstandigheden
en kon geen helpende hand bieden.
Wèl baanden twee in de buurt vertoe
vende schepen zich een weg door de
Noordzeegolven: de zeesleper Hol
land" en de Groninger kustvaarder
,,Banka". Voor de 23 overige opvaren
den kwamen zij allen te laat. De
Prins Hendrik" en de ,,Banka" bor
gen respectievelijk dertien en veertien
lijken, die zij drijvend temidden van
een grote hoeveelheid wrakhout
aantroffen.
In het jaarverslag, verschenen in het
juni-nummer van ,,De Reddingboot",
meldt de KNZHRM: ,,ln de loop van
de dag namen nog verschillende ande
re schepen aan de zoekactie deel. Na
11.30 uur werden echter geen overle
venden of lijken meer gevonden. Te
14.00 uur keerde de Prins Hendrik naar
de haven van Den Helder terug. Het
rampgebied was volledig afgezocht en
het was niet langer verantwoord, met
dertien lijken aan dek, te blijven zoe
ken. Alleen de sleepboot Holland bleef
tot het invallen van de duisternis zoe
ken."
Luiken
Uit verklaringen van matroos Frey
blijkt dat het luik nummer 1, dat als
eerste werd weggeslagen waarna naar
schatting 850 ton water het ruim bin
nendrong, onvoldoende was afgeslo
ten. ,,Luke widerstand Orkan nicht",
luidde dan ook de kop in voornoemde
Duitse krant. Maar ook de kwaliteit
van de overige luiken liet te wensen
over. Een deel was al vernieuwd, maar
een ander deel verkeerde in bedenkelij-
De spanten van deze schuur werden door de juttende broers Klaas (links) en Jan Uitgeest vervaardigd uit de luiken van de vergane
lus" De ruimte is nog altijd gevuld met vele ..souvenirs".
ke staat en was aan vervanging toe.
Illustratief daarvoor was de situatie
twee dagen later, dinsdagochtend 18
december 1962, op het Texelse strand.
Tussen paal 16 en 18 lag het strand
bezaaid met dezelfde luiken. Klaas Uit
geest: „Dat was eigenlijk onverwacht.
We waren er wel op gespitst uiteraard.
Zondag woei 't dat 't rookte en thuis
heb ik de hele ramp via de noodfre-
quentie van Scheveningen radio kun
nen volgen Maar daarna was de wind
gaan liggen en bovendien gedraaid,
zodat niemand er op rekende dat er
nog wrakhout zou aanspoelen. Maar
dat kwam nog nèt met het tij mee, 's
morgens vroeg lagen er een paar hon
derd luiken op het strand."
Sommigen daarvan waren nog gloed
nieuw: ,,Die waren nog niet gebruikt,
dat kon je zien omdat het ijzerbeslag
ontbrak. Ik denk dat die luiken ergens
los waren opgestapeld, om als er tijd
voor was de oude luiken mee te ver
vangen."
Helmplanters
Hoe onverwacht het hout ook aan
spoelde, het juttersbloed kruipt waar
het niet gaan kan en binnen de kortste
keren was er in de wijde omtrek geen
knap stukje hout meer te vinden. „D'r
waren al vroeg een stuk of wat jutters
en ook waren er helmplanters die knap
hun best deden. Jan en ik haalden
niet eens de meeste luiken weg, kun
je nagaan. Toen halverwege de och
tend het beste deel van de buit binnen
was, stelde Willem van der Werf, die
ook aan het jutten was, voor om de
rest maar aan te geven. Hij is toen
naar De Koog gefietst om Arnold
Daalder, de hulpstrandvonder, te waar
schuwen. Bij persoonlijke aangifte krijg
je vindersloon, snap je wel", grijnst
Klaas Uitgeest. Hij mag er om lachen,
want van fanatiek jutter is hij enkele
jaren geleden bekeerd" tot
hulpstrandvonder en weet dus precies
waar Bram, Cor en Jan de mosterd
halen.
Hij vervolgt: Daalder stuurde z'n
schoonzoon Dirk Sieme Boon erop af,
maar toen die op het strand kwam, la
gen er alleen nog maar slechte luiken
Die Nautilus" moet toch wel een
ontzettend slecht schip zijn geweest,
vertelde hij aan ieder die het horen
wilde. Wij jutters wisten wel beter, ha-
ha."
Geraamte
De Uitgeesten zaagden de luiken aan
stukken en bouwden er het geraamte
voor een nieuwe schuur van, van de
niet kinderachtige afmetingen vijf bij
twintig meter. De schuur staat er nog
steeds, achter hoeve Flora" van Jan
Uitgeest aan de Pontweg. Voor de
broers betekende dat eindelijk een
ruimte om de spullen die ze langs de
waterlijn aantroffen of van wrakken
haalden, te bewaren. Voorheen werden
de meeste souvenirs" weggegeven of
verkocht. De schuur werd voor het
stallen van landbouwmachines ge
bruikt, maar alle wanden kwamen
langzamerhand vol te hangen met
Schotse blazen", boeien, touwlad
ders, naamborden en ga zo maar door.
Wie een kijkje in de schuur nam, was
er meestal met geen stok uit vandaan
te krijgen. Ook bij een „excursie" van
het reddingstation Den Helder was dat
het geval. ,,Je moet hier een jut-
tersmuseum beginnen", grapte ie
mand.
Elders op het eiland hadden wijlen
Koos Boon uit De Cocksdorp (met een
succesvolle expositie) en Cor Ellen
(met „open dagen" tijdens Oosterend
Present) soortgelijke ervaringen met
hun exposities.
Oprichting
De tijd was rijp geworden voor de
oprichting van een echt juttersmu-
seum. In april 1975 werd de Stichting
Juttersmuseum in het leven geroepen.
Aanvankelijk werd gedacht aan een
plek in het artikel 11-gebied in De
Koog, met verplaatsing van de wier-
schuur daarheen. Later wijzigden de
plannen en belandde men in juli 1980
in het huidige pand naast de molen in
Oudeschild, Het museum opende tij
dens het „200 jaar haven"feest voor
het eerst de poorten en sloeg gelijk
enorm aan. In de nog resterende
maanden van dat eerste jaar trok het
museum 16 000 bezoekers. De formule
van het Maritiem en Juttersmuseum
lijkt voorlopig niet stuk te kunnen.
Jaar op jaar werd de grens van 40.000
bezoekers gepasseerd en het afgelopen
jaar brak alle records.
De zee heeft in de loop der jaren veel
gegeven, en de aantrekkingskracht van
al die grote, kleine, merkwaardige en
in ieder geval interessante voorwerpen
blijft onveranderd groot. Dat de zee
van tijd tot tijd met niets ontziend ge
weld ook veel heeft genomen, wordt
door de museumbezoekers nog wel
eens vergeten. Niet door iedereen ech
ter. Een jaar of vijftien na de Nautilus
ramp kwam een vrouw uit het Ruhrge-
bied in de bewuste schuur van de ge
broeders Uitgeest. De Duitse vertelde
dat haar broer één der opvarenden
was geweest en zij wilde graag een
aandenken van de Nautilus" hebben.
Haar wens werd vervuld. Zo vond zij
op het verre Texel dankzij enkele snelle
jutters nog enige genoegaoenmg,
want van de rederij was nooit meer
een woord vernomen
JNDERDAG 24 DECEMBER 1987
TEXELSE COURANT
PAGINA 7
'addeneiland Texel" en de „Va-
ntiereisgids Texel", de belang-
ste uitgaven van de VVV Texel,
tijdig van de pers gerold om
insen die de periode rond de
rwisseling gebruiken voor het
eden van vakantieplannen, be-
irlijk te informeren. De aan-
loten logiesverstrekkers hebben
liddels allemaal een exemplaar
vangen en de reacties van
pirant vakantiegangers die het
d toegestuurd hebben gekregen
Dmen al binnen.
verrassend waren beide uitgaven
'igens niet. Ook nu is het ruim-
ots beproefde recept van veelkleu-
en nogal bonte informatie toege-
veelal met series foto's die al
vaker zijn gebruikt. Het had geen
ad gekund om eens naar wat an-
plaatjes uit te kijken. Het is zelfs
iedende eis om de foto's die echt
eden de maat zijn, eruit te gooien,
herhaaldelijk afgedrukte grote plaat
het watermolentje temidden van
atuurlijke gele rietbossen doet je
Ier huiveren dan watertanden, er Is
mislukt plaatje van een lepelaar,
meerdere andere foto's deugt de
«weergave niet en er zijn zelfs fo-
bij die zo zijn verouderd dat de in-
ïatieve waarde er van twijfelachtig
dtEen gezicht op Den Hoorn da-
1 van eind vijftiger jaren. Een foto
de haven van Oudeschild toont
serie kotters waarvan er niet één
meer bestaat, al zullen maar weinig
aspirant Texelbezoekers dat merken.
Het kan ook geen kwaad om de tekst
eens te controleren op onjuistheden.
Het is zelfs voor een vakantieganger
die niets van Texel weet, bevreemdend
om te lezen dat Ecomare het be
kendste zeehondenopvangcentrum van
Nederland is (want dat is helaas Pie-
terburen) en een foto met tekst over
het scheepvaartmuseum in Den Hoorn
had weg moeten blijven, want dat mu
seum bestaat niet meer.
Het grootste deel van het blad
Waddeneiland Texel is gedrukt bij
Drukkerij Brugemann op Texel. Dat
deel ziet er overwegend goed uit. Het
algemeen informatieve gedeelte dat er
bij ingebonden is (en dat ook in de
Vakantiereisgids zit) is volgens een an
der, voordeliger maar aanmerkelijk
minder fraai procédé gedrukt bij een
bedrijf op het vasteland. Dat zou in de
colofon vermeld moeten worden; of er
zou helemaal geen drukkerij genoemd
moeten worden, want nu staat daar
alleen de naam Brugeman en dat
werkt dan als anti-reclame voor dit be
drijf. We zouden ook nog kunnen aan
merken dat een behoorlijk redactioneel
en elk jaar wisselend gedeelte in Wad
deneiland Texel ten onrechte ontbreekt
en dat de afscheiding tussen sommige
advertenties is weggelaten waardoor
het bijvoorbeeld lijkt alsof het toe
komstige zwemparadijs een onderdeel
is van het Bosch en Zee-complex.
Maar dan zouden we de indruk wek
ken dat van de VVV-bladen niets
deugt en zo erg is het gelukkig niet, in
tegendeel. Ook nu weer vormen beide
bladen een bont pakket van informatie
dat vooral de veelzijdigheid van de va
kantiemogelijkheden op Texel goed tot
uitdrukking brengt. De ANWB-
klassificatiecijfers die zijn vermeld in
het accommodatie-overzicht en in de
opsomming van accommodaties die
via de VVV zijn te reserveren kunnen
een aanwinst worden genoemd, al zijn
helaas nog niet alle huisjes en apparte
menten gekeurd. De objectieviteit en
uniformiteit van de informatie in de va
kantiereisgids zou nog groter worden
als niet van het ene huisje het interieur
en van het andere de buitenkant wordt
afgebeeld. Dat wekt de indruk dat de
gastheer zijn accommodatie alleen van
de beste kant wil laten zien. In een
advertentie mag dat; in een objectief
overzicht niet.
Het moet op betaalbare wijze mogelijk
zijn de genoemde kleine onvolkomen
heden in een volgende uitgaaf te ver
mijden, gedachtig het streven naar
kwaliteitsverbetering en perfectie dat
de VVV zelf terecht voorstaat.
Ingaand januari komt wijziging in het
tot dusver aangehouden zittingssche
ma van de diëtiste in het Groene
Kruis-gebouw. De zitting is dan elke
eerste maandag en derde vrijdag van
de maand, dus in januari a.s. op de
vierde en vijftiende.
Met de gloednieuwe reddingboot
van Ameland, de Johannes Frede-
rik" werd dinsdag proefgevaren
voor en door Texelse redders, ter
hoogte van het reddingboothuis
nabij De Cocksdorp. De technische
proefvaart, die slechts enkele zeer
kleine mankementen aan het licht
bracht, werd begeleid door hoge
KNZHRM-functionarissen en perso
neel van het hoofdkantoor in
Amsterdam.
De „Johannes Frederik" is een totaal
ander type dan de vorig jaar op Texel
in gebruik gestelde „Siegfried Egmun-
dis". De 14.39 meter lange en 14'4 ton
wegende reddingboot heeft als het
ware een rubberen tube om het casco.
Het schip kan een topsnelheid ontwik
kelen van 27 knopen (ca. 50 km/u.) en
wordt niet per schroef, maar door
„waterjets" voortgestuwd. Dit naar
voorbeeld van de kleinere „Koningin
Beatrix" van de Zuidhollandse redding
maatschappij. Directeur Ch. van der
Zweep van de KNZHRM, die bij de
proefvaart bij Texel aanwezig was, ver
klaarde dat de maatschappij van plan
is alle grote zelfrichtende reddingboten
door dit nieuwe type te gaan vervan
gen, tenminste als de „Johannes Fre
derik" voldoet. Dat betekent niet dat
ook de half-automatisch zelfrichtende
„Siegfried" te zijner tijd door een der
gelijk schip zal worden vervangen. In
tegendeel, de reddingmaatschappij is
blij met de Texelse reddingvlet, die uit
stekend geschikt is voor zeegaten en
een gebied als de Waddenzee. De
nieuwe Amelander boot werd op 10
december overgedragen door de werf.
Aluboot in Hindeloopen (waar ook de
„Siegfried" het levenslicht aan
schouwde), aan de KNZHRM. Dat be
tekent echter niet dat het schip tech
nisch al perfect is en de werf niets
meer hoeft te doen. Via tal van proef
vaarten wordt het schip tot in de de
tails getest. En wat is er aardiger (en
nuttiger) om dan één der KNZHRM-
stations aan te doen? Terschelling was
al aan de beurt geweest en dinsdag
konden de redders van de whipper-
ploeg uit De Koog en station De
Cocksdorp kennismaken. De „Johan
nes Frederik" wordt medio april op
Ameland gestationeerd en vervangt
daar twee motorstrandreddingboten.
Eén daarvan wordt als reserveboot
achter de hand gehouden, de andere
wordt verplaatst naar Hollum. De al
oude lancering met behulp van paar
den wordt daar voor de toeristen tij
dens de zomermaanden voortgezet.
De voltallige KNZHRM-vloot omvat nu
35 boten.
De KNZHRM-ploeg van station Da Cocksdorp waadt door hat water voor de eerste kennismaking met de nieuwe Amelander reddingboot.
Hun collega's uit De Koog hebben gr al bezit ven genomen.