)ver de Russenoorlog is
alles nog niet verteld
opstand
museum
|Georgische
ederom in
Jan van der Pijl
zag hel losbreken
i
„Tussen twee vuren"
jeugdboek Russenoorlog
eruitgave Sondermeldun Texel"
Nach roems ok!
TEXELSE f couRANT
igboeken in blad
Mist. Vereniging
Oorlog is geen kwestie van al
leen maar goeie en slechte men
sen. In dit boek wil ik graag het
andere gezicht van de vijand laten
zien." In Jussen twee vuren"
schetst jeugdboekenschrijver
Theo Hoogstraaten de avonturen
van twee Amsterdammertjes die
tijdens Russenoorlog in hoeve De
Oorsprong zijn ondergebracht.
De gebeurtenissen die de histori
cus beschrijft hebben niet alle
maal in het echt plaatsgevonden.
Hij baseert zich op enkele be
staande boeken en getuigen
verslagen. De belevenissen van
zijn oom Gerrit Hoogstraten, een
verzetsman die in de oorlog in Zij-
persluis bij een vergeldingsactie
door de bezetters werd gedood,
inspireerde hem tot zijn schrijven.
De oom wordt in het boek een
Duitse jachtvlieger Werner en
komt sympathiek over. De soldaat
komt tot inkeer en deserteert. Zijn
belevenissen en die van de
Amsterdammertjes spelen zich af
in het decor van de opstand der
Georgiërs.
Hoewel in voor de jeugd begrijpe
lijke taal, heeft Hoogstraaten het
niet alleen als kinderboek bedoeld.
„Het is voor iedereen leesbaar."
Uitgeverij Sjaloom verspreidde het
boekwerkje door het hele land, zo
dat de Russenoorlog zeker onder
de jeugd aan bekendheid zal win
nen.
Nog voor de presentatie van het
kinderboek gistermorgen in het
Juttersmuseum, had de jeugd van
de Bruinvisschool zich er al in ver
diept. De leerlingen en juf Ria Vis
ser waren uitgenodigd bij de
plechtigheid. Het boek was op
school behandeld en de tekenin
gen ze er over hadden gemaakt,
hingen aan de muur. Ester Boon
en Bas van Schoonhoven lazen
vlekkeloos passages voor.
De presentatie werd ook bijge
woond door Dorie, Ria, Lottie en
Wil Dijkstra, die vijftig jaar geleden
op Texel kwamen om aan te ster
ken. „Toen was ik een mager vent
je en nu ben ik een dikke man
geworden. De goede zorgen van
de Texelaars hebben daaraan bij
gedragen", aldus Wil Dijkstra (56).
Uit hun goedkeurende blikken leid
de de schrijver af dat hij de beleve-
Spang werden we hartelijk ont
vangen op St. Isodorushoeve.
Vandaar ben ik naar dokter Renout
in Oosterend gegaan. Die heeft
met een pincet geprobeerd een
scherf uit mijn ene been te halen,
maar dat mocht niet lukken."
nissen waarheidsgetrouw had
beschreven.
Twee weken geleden kwam hij er
bij toeval achter dat de dood van
zijn oom indirect te maken had
met de Russenoorlog. De moord
was een vergelding voor de sabo
tage van een brug om transport
van Duitse soldaten en materieel
naar het eiland te voorkomen.
Tipgeld. Henk Gieze uit De
Cocksdorp looft een beloning uit
voor degene die aanwijzingen
heeft die hem of de politie op het
spoor zet van de vandalen die af
gelopen weekend spullen van hem
hebben vernield. De schade be
draagt circa 1.500,-. Tien procent
daarvan is degene met de gouden
tip. Gieze is te bereiken onder tele
foonnummer 11292.
daarvan is voor degene met de
gouden tip. Gieze is te bereiken
onder telefoonnummer 11292.
De Amsterdammertjes Dorie,
Ria, Lottie en Wil Dijkstra lo
geerden in de oorlog bij de fa
milie Klaas Tuinder in
Oudeschild en bij de familie
Gerard Koorn in Den Burg.
Toen ze tien jaar geleden naar
Texel kwamen voor de grote
reünie tekende Bert Koning
het volgende verhaal van hen
op:
De meeste Amsterdammert
jes die in Oudeschild aankwa
men vonden direct een
pleeggezin, maar uiteindelijk
bleven er op de havennog zo'n
70 over. Moeder Tuinder, nog
steeds zonder, besloot er zelf
maar één te benaderen. „We
werden op ons voorkomen
uitgezocht." Dorie stapte op
moeder Tuinder af. „Mag ik bij
u in huis. Maar ik heb m'n
moeder beloofd dat ik niet bij
m'n broertje vandaan mag."
Moeder Tuinder: „Dat begriep
ik ok wel hoor. Laat dat
broertje maar meekomen." En
zo togen we met z'n vieren
naar de Ruijterstraat.
Thuis werd al gauw duidelijk
dat de kinderen katholiek wa
ren. „Tjee, dear benne ze nach
roems okl Naja, het ken niks
skele wat jullie benne, allien
ken ik jullie niet zo'n opvoe
ding geven als jullie thuus
wend benne." Maar Trijntje
werd toch voor raad en daad
naar meneer pastoor ge
stuurd...
stig uit de vernieuwde uitgave van
het boek „Sondermeldung Texel,
opstand der Georgiërs", dat vanaf
vandaag in de winkel ligt. De
meeste foto's zijn afkomstig van
de Duitse oud-soldaat Dieter Röh-
ren uit Hannover, die ze afstond
aan uitgever Theo Timmer. Het
zijn unieke opnamen van het Geor
gische bataljon in Polen en Frank
rijk, waarop diverse later op Texel
bekende Georgiërs voorkomen.
Tijdens de opening werd gister
middag het woord gevoerd door
ing. Jan van der Pijl, met een eigen
terugblik op de 6e april 1945, en
Theo Timmer. Die gaf de eerste
exemplaren van „Sondermel
dung" aan de drie nog levende En
gelandvaarders: Wim de Bloois,
Klaas Doornekamp en Cor Dros.
„Toen waren we met z'n drieën 75
jaar, nu zijn we 250 jaar oud." De
tijd heeft niet stil gestaan, maar de
herinnering aan de Russenoorlog
bleek gisteren nog steeds uiterst
levendig.
VRIJDAG 7 APRIL 1995
(nacht om één uur realiseerde
dat precies vijftig jaar gele
de Russenoorlog begon. Ik
het raam open, maar hoorde
Het was het goede moment
een minuut stilte." Aldus uit-
Theo Timmer gistermiddag
et Maritiem en Juttersmu-
bij de presentatie van de
tgave van „Sondermeldung
opstand der Georgiërs". Dit
jronkelijk in 1981 voor het
door Dick van Reeuwijk ge-
jven boek is door Timmer ge-
herzien en aangevuld met
materiaal.
fens Timmer heeft het boek en
andere publicaties ertoe
(dragen dat Texelaars hun
oorlogsherinnëringen kun-
Iverwerken. „Dat merkte ik
1 bij de voorbereiding van dit
Als je mensen benadert
omdat je één ding wilt weten, krijg
je vaak een bult informatie. De ver
halen barsten los. Waarschijnlijk
heeft men zo'n aanleiding nódig
om de eigen ervaringen kwijt te
kunnen."
Volgens Timmer was er tot eind ja
ren zeventig sprake van zwijg
zaamheid bij de Texelaars die de
Russenoorlog hadden meege
maakt. Pas door de verschijning
van boeken, de eerste expositie
(1981) en het bezoek van 200
Texelaars aan Georgië ('83) kwa
men velen met hun verhaal naar
buiten.
Niet te dik
Timmer gaf de aanzet tot de her
uitgave. „Voor Van Reeuwijk was
de zaak afgerond na de tv-
documentaire en het op basis
daarvan verschenen boek. Voor
mij als Texelaar ging het door." Hij
heeft niet geprobeerd er een veel
completer boek van te maken. „Ik
ben juist blij dat het niet te dik is.
Het kleine aantal bladzijden, 72,
geeft al aan dat het boek niet pre
tendeert volledig te zijn. Wél bevat
het bijzondere details, waaruit
emotie blijkt."
Een terechte opmerking, want
„Sondermeldung Texel" is een
overzichtelijk geheel, dat niet
technisch is, maar naast veel
historische feiten ook tal van men
selijke verhalen bevat. Juist die
anekdotes maken het prettig lees
baar en soms ontroerend.
Nieuwe foto's
Timmer verbeterde voor deze uit
gave diverse details, en bracht
soms nieuwe passages aan. De
voornaamste bron voor nieuwe
gegevens was Dieter Röhren uit
Hannover, die van eind 1942 tot
april 1945 als Duits^ soldaat bij
het Georgische bataljon was be
trokken. Hij was één van de weini
ge Duitsers die het bloedbad van 5
op 6 april heeft overleefd. De in
middels overleden Röhren had zelf
contact met Timmer gezocht naar
aanleiding van in Duitse kranten
verschenen artikelen over de eer
ste uitgave van „Sondermeldung
Texel", die ook in het Duits was
vertaald. „Zeven brieven en enkele
telefoontjes verder kreeg ik twin
tig foto's van hem."
Het gaat om foto's uit de tijd dat
de Georgiërs nog in het buitenland
zaten, in Polen en Zuid-Frankrijk.
Zelfs is nog te zien dat de gevan
gen genomen Georgiërs nog in
hun Sovjet-uniformen staan. Die
foto staat dan ook in de heruitga
ve.
Geloofwaardigheid
Volgens Timmer geven de foto's
meer duidelijkheid in de discussie
of de Georgiërs wel of niet contact
hebben gehad met het verzet in
Frankrijk. „Uit het foto-album met
data blijkt dat ze er drie maanden
hebben gezeten. Een periode die
lang genoeg is om contact moge
lijk te maken. Het komt de geloof
waardigheid van de Georgiërs in
elk geval ten goede."
In vergelijking met de vorige uitga
ve heeft Timmer ruimte gewonnen
door een kleiner lettertype te han
teren. Daardoor kon hij meer infor
matie en foto's kwijt, maar kwam
toch op hetzelfde aantal pagina's
uit. „Sondermeldung Texel, op-
V.l.n.r Wim de BlooisKlaas Doornekamp en Cor Dros ontvangen de eerste exemplaren van de heruitgave uit handen van Theo Tim- stan^ der Georgiërs IS verkrijg-
mer. IFoto Frans Hopman) baar VOOT f 21,50.
schraal en winderig,
beschrijft boekhouder
Eo Kuip het weer in zijn oor-
"sdagboek. Hoe de Geor-
rs in opstand kwamen
|en de Duitsers die daar to
il met op voorbereid waren,
I als de Texelaars. Over de
warring, de onzekerheid en
betrokkenheid gaat het
owe nummer van de Histo-
fbe Vereniging. Daarin
ian ook fragmenten van het
Jboek van Dirk de Vries van
Postweg, van Marie Reij en
1 Use en Mini Beers, toen 8
'1 jaar. Ook een verhaal
de bom bij hoeve Schiller
Spang. Het blad is bij alle
olse boekhandels te koop
'6,75.
Schrijver Theo Hoogstraaten overhandigt het eerste exemplaar van zijn boek aan
oud-Amsterdammertje Wil Dijkstra iFoto Gerard Timmermani
H/go op Texel gemaakte foto. die nieuw in het boek is opgenomen. De opname toont leden van het verzet bij Texla, kort na de bevrijding. Let op het op z'n kop gezette De Georgische soldaten nog in hun Sovjet-uniform Foto begin '43 in Kruszyna (Men) Deze foto uit de collectie van Dieter Hohren
if van Hitler met de kreet Pech gehad". (Foto archief Thoo Ttmmeri komt niet in het boek voor, omdat Timmer aan een andere de voorkeur gaf
In een toegevoegd nawoord tracht
Timmer verklaringen te vinden
voor de opstand en houding van
de Texelaars. „Voor het eiland was
de opstand een ramp. Het bracht
een hoop ellende en de vrede
kwam er geen stap door dichterbij.
De bevolking heeft de Georgiërs
desondanks gesteund; de solidari
teit was zelfs opmerkelijk groot",
concludeert Timmer. Hij denkt dat
dit mede komt door het wegsturen
van 800 Texelse mannen naar As
sen en het fanatisme waarmee de
Duitsers wraak wilden nemen op
de Georgiërs.
en, op dag af vijftig jaar na-
let Georgische bataljon in
Ind kwam, opende het Mari
en Juttersmuseum een ten-
telling gewijd aan de
noorlog. Dezelfde expositie
n 1981 voor het eerst en in
voor het laatst te zien. Het
l al van „Europa's laatste
|Veld" is het echter waard om
opnieuw te worden
K>nd.
in de vijf jaar een expositie,
wel voldoende?", zo vroeg
jumdirecteur Willem Peter
der Vis in zijn ope-
[toespraak. „Voor een Mari-
luseum wel, voor het belang
ixel niet. Eigenlijk zou de ten-
itelling over de opstand er
op Texel permanent onder-
icht moeten worden."
Ier Vis memoreerde dat de
ind diepe sporen in de Texelse
liedenis heeft nagelaten. „In
ipositie kan je zien hoe het
fest is. Foto's, videofilm, do-
snten en voorwerpen geven
)eeld van het verhaal. Maar
[evoel over de opstand is veel
(ijker te vatten. Wat heeft de
ind in het denken, het gevoe
len de Texelaars teweeg ge
it? Dat is voor iedereen
(billend.
tpositie is ondergebracht op
'Ider van de wierschuur op
luseumterrein. Nieuw in ver-
|ing met vorige keer is een
'I uitvergrote foto's, afkom-
Zelf viel ik op een afgerukt been,
dat aan mijn vriend Anton Broek
man, die naast mij liep, had toebe
hoord. Ik werd aan beide benen
gewond en naar later bleek was
Kees David Keyser gewond ge
raakt aan zijn schouder en Jan Ka-
ger (van het Kogerend) aan zijn
enkel. Door de enorme klap was ik
totaal de kluts kwijt en had ik gro
te angst, omdat de dood zo dicht
bij was.
Ik vluchtte naar een huisje, waar ik
mijn verwondingen eens bekeek.
Vlakbij zag ik een Duitse auto vol
explosieven en besefte dat ik zo er
zo snel mogelijk weg moest. Door
een greppel kroop ik langs de tuin-
wal richting de boerderij van Bou-
we Bakker. Intussen bleef het
maar granaten regenen en vloog
overal de grond omhoog. Tenslotte
struikelde ik een bunker binnen,
wat later de gewondenbunker
bleek te zijn. Ik herinner me de
wastafel vol bloed en een massa
getafel met daaronder een grote
hoop verband.
Ineens hield het schieten op. Tot
mijn verbazing stond buiten Jan
Rey al met de ziekenauto. Hij was
een reus, die met gevaar voor
eigen leven voor anderen
klaarstond.
In de geschutspauze vluchtten de
meeste mensen terug naar huis.
Eerst durfde ik niet uit de bunker
te gaan, bang dat het schieten
weer zou beginnen. Vermoedelijk
had Tinus van der Kooi hetzelfde
gevoel. Hij bleef zitten tot de Duit
sers 's middags weer op Texla
kwamen, en dat kostte hem zijn
leven. Ik was toch gevlucht en
maakte op 'Sonnevanck' de be
schieting van Den Burg mee. Toen
dat ophield kwam er een exodus
op gang richting De Waal. Onder
weg vlogen veel geweerkogels
over ons heen. Vlak voor De Waal
begon een hoogzwangere vrouw
te gillen; zij kreeg het bericht dat
haar familie was omgekomen. In
Tijdens de opening van de exposi
tie over de Russenoorlog kon je,
toen ing. Jan van der Pijl aan het
woord was, een speld horen val
len. Op verzoek vertelde Van der
Pijl zijn herinneringen aan het uit
breken van de Georgische
opstand. Een aangrijpend relaas,
dat hij af en toe moest onderbre
ken om met een slok water de
brok in zijn keel weg te spoelen.
De genodigden in het propvolle
juttersmuseum huiverden mee; de
Russenoorlog kwam 50 jaar na
dato weer tot leven.
„Na het bevel dat alle mannelijke
personen zich bij hoofdman Lolad-
se moesten melden, begaf ik me
naar Texla. Daar was al zo'n 700
man aanwezig. Wim Grisnigt was
bezig een zender te repareren, om
contact met Engeland te kunnen
opnemen, maar dat scheen niet te
lukken. Loladse sprak de verzamel
de menigte toe, wat in gebroken
Duits door een Feldwebel werd
vertaald. Hij was amper klaar, of
de granaten suisden over ons
heen en kwamen in het land tot
ontploffing.
Er brak paniek uit, men vluchtte
alle kanten op. Zelf vond ik met
nog vier jongens een onderkomen
in een bunker langs de oude Ko-
gerweg, op het land van 'Buiten-
lust'. Onderwijl regende het
granaten op het bunkercomplex.
Plotseling werd er een deur ge
opend. Het was politieagent Van
Dijk, die ons sommeerde de bun
ker te verlaten omdat er gewonde
Georgiërs in moesten. Mijn protest
was tevergeefs.
We renden over de Kogerweg om
te proberen een schuilplaats te
vinden aan de andere kant van de
weg, waar nu nog de paardenstal
staat. Zover kwamen we echter
niet, want precies op de Koger-
wêg sloeg een granaat voor ons
in. De 7 7-jange Wim Zijm, die voor
mij liep, werd dodelijk getroffen.
De genodigden luisteren ademloos naar het aangrijpende relaas van Jan van der Pijl.
Foto Frans HopmanI