'Kamelen zijn achterlijk in Egypte
ze hebben er tegenwoordig tractors'
Klaas Hayma voelt zich thuis op molshoop in zee
Onderzoek Wendrich:
gevoeligheden mijden
an-
gespoeld
TEXELSE y CouRANT
VRIJDAG 26 NOVEMBER 1999
Zo'n vijf jaar later dan eigenlijk de bedoeling was, stond Willeke
Wendrich (38) gisteren in het Leidse Academiegebouw oog in
oog met een forgm van geleerde en hooggeleerde criticasters
om haar proefschrift 'The world according to basketry' te ver
dedigen. Ze deed dat succesvol, zodat de oud-Texelse zich nu
doctor in de archeologie mag noemen. Een verhaal over op
gravingen, palmbomen, theezakjes, kamelen en tractors.
Willeke Wendrich logeert momenteel
bil haar ouders aan de Ruyslaan in De
Koog. Daar werkt ze aan haar proef
schrift, dat op 14 december voltooid
moet zijn.' Dat stond te lezen in de
Texelse Courant van vrijdag 2 de
cember 1994, toen het promotie
onderzoek van de in Egypte woon
achtige archeologe op een oor na
leek gevild. Geconfronteerd met de
datum van de krant, moet Wendrich
een beetje lachen. 'Vijf jaar geleden
alweer Dat had ik niet gedacht. Maar
sindsdien heb ik bijna geen dag vrij
gehad om eraan te werken. Zo'n
proefschrift schrijf je met even tus
sendoor. Je moet er rustig voor kun
nen gaan zitten.'
Oe tijd om dat te kunnen doen, had
:e duidelijk niet. Ongeveer een halve
paan op jaarbasis vervulde ze voor de
Leidse Universiteit, die haar in Cairo
Had gedetacheerd om er archeologie
ie doceren aan studenten uit onder
meer Nederland, de Verenigde Sta-
en. Noorwegen, Belgié en Engeland.
Ik ging vaak met ze op stap naar niet-
oeristische plekken. Maar dat bete-
;ende dus ook dat ze moeilijk bereik-
oaar waren, Dat kostte nogal wat tijd.'
Daarnaast was ze eén van de twee
directeuren die leiding gaven aan een
opgraving in de Egyptische woestijh,
ifakbij de Rode Zee. 'Ik was er ver-
intwoordelijk voor eigenlijk alles,
foor de contacten met de oudheid-
(undige dienst, maar ook voor het op
oorraad houden van de theezakjes
?n de Nescafé. Vooral daarvoor, ei
genlijk', lacht ze.
eder jaar werd (en wordt) er drie
maanden lang intensief gegraven,
werkzaamheden waarbij Wendrich
:elf ook actief betrokken was. 'We
wonen dan in tenten. Die zijn best
üxe hoor, je kunt er rechtop in staan.
Ve hebben een heel strak dagelijks
schema. Om half zes staan we op.
Om zes uur scherp beginnen we met
de opgravingen. Dan is er om half elf
ontbijt. Daarna werken we weer een
paar uur. Om twee uur lunchen we.
Dat is in Egypte de grote maaltijd, 's
Middags wacht daarna het papier
werk: plannen en resultaten uitwer
ken. Om zeven uur is het avondeten
en om negen uur wil je dan wel eens
naar bed. Want de volgende ochtend
moet je er weer om half zes uit.'
De resultaten zijn interessant. 'We
hebben naar verhouding veel tem
pels gevonden. Dat komt waarschijn
lijk doordat het een havenstad was.
Voor ze gingen varen, wilden de zee
lieden eerst offeren. Duidelijk is ook
geworden dat het een ontzettend in
ternationale stad was. Er zijn
producten gevonden uit India. Die zijn
waarschijnlijk geïmporteerd. Maar uit
vazen met ingekraste teksten kunnen
we concluderen dat er ook mensen
wóónden die uit India afkomstig wa
ren.'
Ook buiten de opgravingen zelf
kostte het project Wendrich veel tijd.
'Samen met het docentschap had ik
er een volle baan aan. Alleen 's zo
mers had ik de tijd om aan mijn proef
schrift te werken. Dat deed ik op
Texel. In mijn dankwoord heb ik mijn
Bij de opgravingen zijn tweeënveertig
archeologen betrokken. 'Daar zijn
heel veel specialisten bij. Daardoor
kunnen we met zo min mogelijk gra
ven zoveel mogelijk gegevens ver
werven Vroeger, bij het ouderwetse
graven, werd vooral heel veel gegra
ven en werd alleen onderzoek ge
daan naar wat ze interessant vonden.
Soms waren ze alleen geïnteresseerd
in een laag uit een bepaalde tijd en
vonden ze het eigenlijk maar verve
lend dat ze eerst door die nieuwere
lagen heen moesten. Later brak het
besef door dat graven eigenlijk ver
nielen is. Er wordt met lukraak meer
gegraven, maar we gaan op van te
voren vastgestelde plekken naar be
neden. Het grootste gat is tien bij tien
meter en zeven meter diep. Dan krijg
je een mooie dwarsdoorsnede van de
verschillende tijdvakken. Bovenin is
het de zesde eeuw na Christus, toen
Berenike - de stad waarnaar we on
derzoek doen - werd verlaten. On
derin ligt de oudste laag, uit de derde
eeuw voor Christus.'
ouders er speciaal voor bedankt,
want in al die tijd zagen ze me eigen
lijk nooit Ik zat alleen maar achter de
computer.'
Gevolg van alle vertraging was dat
het onderzoek van aard veranderde.
Aanvankelijk richtte ze zich vooral op
de vraag hoe in het oude Egypte
manden werden gemaakt, een am
bacht dat nog altijd bestaat. Later
betrok ze ook de makers in het on
derzoek. Waren het mannen of vrou
wen? En deden ze hun werk voor ei
gen gebruik of voor de handel?
Moeilijke vragen, die echter goed te
beantwoorden zijn door te kijken naar
het uiteindelijk resultaat, dat weer
veel zegt over de manier van produ
ceren. 'Als je dat behoedzaam doet,
krijg je een goed beeld van hoe het
er in zo'n dorpsgemeenschap aan
toeging', meent Wendrich. 'Het gaat
niet om de manden, maar om de so
ciale context.'
Het gebruik van de manden zou een
onderzoeksonderwerp op zich zijn.
Ze zijn eeuwenlang gebruikt (en wor
den dat nog) om etenswaren en an
dere spullen in te vervoeren en kun
nen dus veel vertellen over onder
meer de handel en de economie 'Ik
heb me geconcentreerd op de
productie. Het boek is nu al vijfhon
derd bladzijden dik geworden.'
Om het onderwerp beter te kunnen
begrijpen, zocht Wendrich contact
met moderne mandenmakers en
leerde ze het ambacht ook zelf. 'Ik
heb veel gepraat met die mensen.
Dat was heel erg leuk. Ik moest er wel
veel tijd voor uittrekken. Je kunt niet
zomaar even aanwaaien, je moet
eerst een vertrouwensband krijgen.
Meestal ging ik eerst langs om te vra
gen of ik geen les van ze kon krijgen
Een belangrijke stap, omdat ik op die
manier iemand werd die méér deed
dan alleen apies kijken. Ook de po
sitie van de mandenmaker werd er
duidelijk door Hij was leraar, ik zijn
leerling. Ik liet ook altijd foto's zien
van oude manden, die waren gevon
den bij opgravingen De meeste
mandenmakers vonden dat heel in
teressant, omdat ze daardoor hun
eigen werk konden vergelijken met
dat van vroeger. Maar je moest vooral
heel precies zeggen wat je kwam
doen. Soms ligt iets gevoelig, terwijl
je dat niet zou verwachten. Zo film je
bijvoorbeeld nooit kamelen in Egypte.
Die zijn achterlijk. Ze hebben tegen
woordig tractors en die gebruiken ze
allemaal. Dat dóen ze weliswaar met,
maar ze willen tenminste de schijn
ophouden.'
Ondanks alle omzichtigheid ontston
den toch af en toe misverstanden. Zo
meende één van haar leraren dat
Wendrich het vak bij hem wilde leren
om zelf een zaakje te kunnen begin
nen. Toen ze hem duidelijk probeerde
te maken dat ze alleen onderzoek
deed en dat het maken van dergelijke
manden in Nederland een probleem
zou vormen omdat er geen palmbo
men groeien, viel een diepe stilte. 'Hij
raakte helemaal in paniek. Geen
palmbomenMaar hoe moet dat
dan? Wat eten jullie dan? En waar
maken jullie je vuurtjes van? In Egypte
blijft geen onderdeel van een palm-
Willeke Wendrich: 'Ik doe onbewuèt allerlei dingen op Egyptische wijze.
boom ongebruikt. Dat ze bij ons he
lemaal niet groeien, kon hij zich maar
moeilijk voorstellen.'
Een van de grote praktische bezwa
ren waarop Wendrich stuitte, was dat
het produceren van een mand moei
lijk valt te beschrijven 'Hoe vang je
zoiets in woorden? Zo'n manden
maker maakt het duidelijk door soms
even je hand te pakken. Om dat vast
te leggen, moest ik een instrument
bedenken, een systeem om zoiets te
kwantificeren. Om die reden heb ik er
ook een video bijgevoegd Maar het
bleef problematisch.' Dat gold ook
voor het filmen zelf. 'Dat heb ik eerst
helemaal moeten i leren. Want wat
neem je op? Hoe is de uitsnede van
je beeld?'
De conclusie van haar onderzoek
was nogal opmerkelijk, namelijk dat
de verschillen per regio groot kunnen
zijn, maar dat de productie op één
bepaalde plek maar weinig afwijkt
van hoe dat op dezelfde plek duizen
den jaren geleden gebeurde. 'Het
principe is altijd hetzelfde gebleven.
Dat geldt ook voor de decoraties.
Door de uitvinding van kunstmatige
kleurstoffen zien de manden er nu
alleen wat wilder uit.'
Toch lijkt het oude ambacht nu op z'n
retour: 'Je ziet steeds minder man
den. Plastic bakken zijn erg populair.
En manden die zijn gemaakt van au
tobanden. Dat vinden ze zelf een
vooruitgang. En ze gebruiken er nog
steeds dezelfde naam voor.'
De toekomst van Wendrich is met zo
duidelijk en hangt samen met die van
haar man. Hans Barnard, die op de
Nederlandse ambassade in Egypte
werkt. 'Hij is eigenlijk arts, maar mag
als zodanig niet in Egypte werken.
Het Egyptische artsenexamen wordt
in Nederland niet erkend en van de
weeromstuit geldt dat ook andersom.
Hij probeert toch toestemming te krij
gen, maar dat gaat heel traag. We
willen in ieder geval bij elkaar blijven,
maar dat mag overal ter wereld zijn.
Ook in Egypte. Cairo is erg vervuild,
dat is een nadeel, maar het wonen is
me er prima bevallen. Ik doe onbe
wust allerlei dingen al op Egyptische
wijze, hoor ik van anderen. Autorijden
bijvoorbeeld. Er wordt veel getoeterd.
Ook naar fietsers, want het zou niet
beleefd zijn om ze niet te waarschu
wen dat je er aan komt. En je rijdt er
zonder licht, want anders zou je de
andere verkeersdeelnemers maar
verblinden.'
Wendrich is druk aan het solliciteren
en heeft zich ook ingeschreven bij het
arbeidsbureau op Texel 'Bij het ge
sprek dat ik er had vroegen ?e of ik
alleen geïnteresseerd was in een
baan op Texel of dat het ook in de
regio mocht zijn. Ik had net
sollicitatiebrieven naar Liverpool.
Toronto en New York de deur uitge
daan. Van mij mag het ook de regio
zijn. Ze moesten er zelf om lachen
Bij de opgravingen in Egypte wil ze
in ieder geval betrokken blijven, hoe
wel ze er geen cent mee verdient.
'Werk is er genoeg, geld niet. De
basiskosten worden door de stich
ting Nederlands Wetenschappelijk
Onderzoek vergoed, maar dat is
maar een klein bedrag. Dat is verve
lend, want als projectleider ben je
constant bezig donateurs en spon
sors te zoeken. Werken in de woes
tijn kost veel geld. Er is bijvoorbeeld
geen elektriciteit. Die wordt opge
wekt door grote zonnepanelen. Nu
zijn de accu's op en moeten er eigen
lijk nieuwe komen. Maar die kosten
wel zo'n tienduizend gulden. Stop
pen met dit werk wil ik niet. Ik heb dit
altijd willen doen. En het pleit alleen
maar in je voordeel, als je een eigen
project hebt. Mocht ik straks een
baan krijgen, dan moet ik daarvoor
wel drie maanden per jaar vrij kunnen
krijgen. De rest kan ik op afstand
besturen, per telefoon en e-mail.'
Tekst en foto Joop Rommets
in het voorjaar een vakantie bespreken op Texel, niet wetende
1at hij daar in hetzelfde jaar zou gaan werken. Dat overkwam
Klaas Hayma, nu werkzaam op de afdeling Financiën van het
gemeentehuis in Den Burg. Hij verruilde de Haarlemmermeer
mor 'dat molshoopje in de zee'. Althans, dat was de mening
tan de familie, die het gezin met lede ogen zag vertrekken. Voor
Hayma zelf was het een enorm waagstuk. Een goede betrek
king bij de gemeente waar je al twintig jaar zit, zeg je niet zo-
mar op. Alles kwam echter op zijn pootjes terecht. Het gezin
rnnd een prachtig stekje aan de rand van De Waal. En de flora
in het gemeentehuis vaart er wel bij. Komt Hayma niet met een
plantje aan, dan zijn het wel pompoenen.
Het was een groot waagstuk toen ik
1982 mijn baan in Nieuw Vennep
verruilde voor een baan op Texel.'
Klaas Hayma, nu 58 jaar, beseft ter-
lege dat die keuze ook wel eens ver
eerd had kunnen uitpakken. 'Ik ben
op het platteland geboren, in Sint*
Anna Parochie in Friesland. Toen ik
n 1962 in de Haarlemmermeer te-
'echtkwam, was het er nog landelijk.
Maar alles werd volgebouwd. We be
gonnen ons steeds onbehaaglijker te
/oelen in die grote drukte. De vraag
drong zich steeds meer op: willen wij
hier ons verdere leven wel slijten?'
De banen lagen echter niet voor het
opscheppen. De arbeidsmarkt was
grotendeels ingestort en met zijn 41
jaar lag Hayma met echt in de markt
om zomaar eventjes van baan te ver
wisselen. Dus toen de kans zich voor
deed, moest die wel worden gegre
pen. Dat de stap moeilijk te overzien
was en de familie er maar weinig heil
'n zag, kon daar niets aan verande
ren.
Hayma belandde al op jeugdige leef
tijd in de Haarlemmermeer. 'Mijn
ouders zeiden altijd tegen ons Jon-
lens, zorg dat je bij de overheid komt.
zit je goed Dat was vroeger zo.
Je was verzekerd van een vaste
Paan.'
Hierdoor gestimuleerd reageerde
Hayma na zijn militaire diensttijd op
een vacature van de gemeente
Haarlemmermeer. 'Ik werd aangeno
men en kon in de kost, bij een we
duwe die een boerderij bezat. Beter
ton ik het met treffen. In de week
enden bleef ik vaak en hielp een
handje mee. Dat vond ik prachtig, dat
Puitenwerk. Ik heb er jaren gezeten.
Ook later, na mijn huwelijk, hielden
we contact met haar.'
Op het gemeentehuis werkte Hayma
nde boekhouding. De uitbetalingen
'an de salarissen gingen allemaal
'Oghandje contantje. 'Dat betekende
dat je één keer in de maand onder
Politiebegeleiding naar de bank
moest om geld te halen En daar
■erde ik mijn vrouw, Rietje, kennen.
:<zag haar zitten en dacht: wat een
tuke griet.'
Van het een kwam het ander. Zij
trouwden, kregen drie kinderen en
bleven hangen in de Haarlem
mermeer. In Nieuw Vennep, waar een
groot deel van de familie van Riet
woonde. De kennismaking met Texel
dateert uit de tijd dat de kinderen nog
klein waren. 'We waren er op vakan
tie, in een huisje op de Vogelmient.
Dat was ons goed bevallen. Later gin
gen we veel naar Zuid-Frankrijk toe.
Maar het ging me steeds meer tegen
staan. Het is zo'n gruwelijk eind rij
den.'
Over een alternatief hoefden ze met
lang na te denken. Op Texel hadden
ze goede ervaringen opgedaan En
dus bespraken ze in januari 1982 een
plaatsje op camping Om de Noord in
de Koog.
'Voor de zomervakantie. Maar in het
voorjaar stond er ineens een adver
tentie van de gemeente Texel in de
krant. Er was een vacature bij Finan
ciën.' Omdat ze nog steeds uit de
Haarlemmermeer weg wilden, be
sloot Hayma een kans te wagen. Niet
lang daarna lag er een uitnodiging
voor een gesprek in de bus 'Het was
ontzettend slecht weer die dag.
Windkracht acht of negen. Als je dan
boven Alkmaar komt, richting Den
Helder, dan denk je echt dat de we
reld ophoudt. Alles was kaal, geen
blad aan de bomen. Een troosteloos
stuk. Toen ook nog die harde wind en
de boot. Ik dacht: waar kom ik te
recht? Maar ja, toch maar eens kij
ken.'
Het eerste gesprek verliep goed,
maar de toenmalige chef van Finan
ciën, Piet Blankevoort, wilde geen kat
in de zak kopen. En dus werd Hayma
nogmaals ontboden. De tweede keer
was het weer een stuk beter. Het
voorjaar liet zich in al haar glorie zien.
De zon scheen, de bomen kwamen
in blad en de schapen liepen in de
wei. 'Een wereld van verschil Wat is
Texel dan mooi...'
Hayma werd per 1 september aange
nomen. De familie schrok toen zij van
de plannen hoorde: Wat haal je je in
je kop! Ga je naar die molshoop in zee
toe? 'Ze namen het ons gewoon een
beetje kwalijk. We woonden op een
steenworp afstand van de familie en
zagen elkaar geregeld. En daar zou
nu zomaar verandering in komen.'
Maar het besluit was genomen en ze
zetten door.
Per 1 oktober zouden de Hayma's
tijdelijk de beschikking krijgen over
een woning van de gemeente. In Den
Hoorn, op Diek 25. Daa; zat op dat
moment een collega in die een huis
liet bouwen in Den Burg. 'Tot die tijd
moesten we zelf voor onderdak zor
gen. We dachten: ach we staan met
een caravan op de camping. Dat red-
den we wel. We konden er ook rus
tig langer blijven. De vakanties waren
dan toch al afgelopen. Half juli scha
kelden we een makelaar in voor ons
huis in Nieuw Vennep. Binnen drie
dagen was het verkocht! We lieten
onze meubels opslaan en vertrokken
met de caravan naar Texel. Dat gaf
best een raar gevoel. Geen huis
meer, alleen die caravan.'
De mensen op de camping snapten
er mets van. De kinderen, vol van het
nieuwe avontuur, vertelden overal dat
ze geen huis meer hadden. Op de
camping werd al snel gefluisterd: Dat
zijn toch zulke rare mensen. Die ko
men op vakantie en blijven zomaar
hier wonen. Met drie kinderen... 'Wij
lieten het maar zo. We hadden er lol
om.'
Echt vakantie is het uiteindelijk niet
geworden 'We maakten ons behoor
lijk zorgen. De woning die ons was
toegezegd zou met op tijd vrij komen.
De bouw was vertraagd. Daar kon die
collega ook niets aan doen, maar
onze meubels zouden op 1 oktober
komen. Dat was zo afgesproken.
Bovendien maakte Riet zich de hele
vakantie druk over een pot zilver
uitjes. Ze dacht dat die meegegaan
was in de container waarin de meu
bels zaten opgeslagen. Ze was bang
dat die pot ging lekken.'
Uiteindelijk werd besloten een zo
merhuisje te huren, de 'Tarwestop-
pel' in de Dennen. 'We hadden er
geen brievenbus. Riet fietste iedere
ochtend naar Den Hoorn om te kijken
of er nog post was. De hond vond dat
schitterend. Hij heeft nooit zoveel
kunnen rennen als in die periode. En
Riet vond het niet erg. Ze had toch
niet zo veel te doen in dat huisje. De
kinderen waren naar school en ik
naar kantoor.'
Ondertussen keken zij uit naar een
geschikte woning. Maar er was bijna
niets. Dan maar de makelaars af.
Eerst naar Jan Duin. 'Het eerste dat
hij zei was: oh, dan ben jij die nieuwe
ambtenaar. Ik dacht: verrèk, hoe weet
die man dat? Hij wist precies waar ik
vandaan kwam en hoe ik heette. Ik
was stomverbaasd. Maar ja
Texelaars kennen elkaar natuurlijk
allemaal. Dus de tam-tam was al lek
ker rond gegaan.'
Het werd een leuk gesprek maar het
leverde mets op. Er was heel weinig
te koop. Het begon er wat somber uit
te zien voor de Hayma's.
Tot het moment dat Hayma in ge
sprek raakte met makelaar Paul Kuip.
'We zaten wat over woningbouw te
praten. Ik wist er wel het één en an
der van. Want ons huis in Nieuw Ven
nep had ik samen met een neef van
mijn vrouw zelf gebouwd. Dat kon
Kuip nauwelijks geloven. Een ambte
naartje dat zelf een huis bouwt, die
combinatie kende hij met. Nadat hij
van zijn verbazing was bekomen, zei
hij: Misschien heb ik dan toch wel iets
voor je. Wat dacht je van het huis aan
de Sommeltjesweg? Dat hadden we
al bekeken, maar ging ver boven
onze begroting uit. We zaten er nog
wat over te praten en Kuip vroeg wat
ik eventueel zelf zou kunnen doen.
Nou, het schilderwerk, tegelwerk en
noem maar op Kuip ging toen naar
de gebroeders Bruin toe om te over
leggen. Er werd wat aan de prijs ge
daan en we zouden de zaak zelf
afbouwen.'
Op 27 augustus zaten ze bij Kuip om
het koopcontract te ondertekenen.
'Hij vroeg naar mijn geboortedatum.
1 april 1941. Dat is natuurlijk al een
belachelijke datum, die vergeet je
nooit meer. Toen die van Riet. 27
augustus... Het bleef even stil. Dan
ben je vandaag jarig! riep Kuip. Dat
heb ik nooit meegemaakt dat een
vrouw op haar verjaardag een huis
van haar man krijgt. Dat was lachen.
Kregen we nog een fles wijn mee
ook.'
Ze hadden een huis, maar meer dan
vier kale muren met een dak erop was
het niet. De gebroeders Bruin hadden
precies een maand de tijd om het af
Klaas Hayma inspecteert de Chinese roos in de broeikas op z'n erf aan de Sommeltjesweg.
te bouwen. Alles moest nog afge
werkt worden. 'Soms liepen er wel
vijftien mensen rond, want het moést
1 oktober klaar. Keihard hebben die
jongens er aan gewerkt. Een keuken
hadden we nog niet en het water
droop nog van de muren af. Maar op
de dag dat de meubels kwamen,
konden we er in. Zelfs toen hielpen de
Bruintjes mee om alles op zijn plek te
krijgen. Geweldige kerels waren dat.
Dat het de eerste tijd nog behelpen
was, maakte niet uit. We hebben hier
ontzettend mee geboft.'
Nadat het huis een beetje op orde
was, bedachten ze een manier om
een beetje tussen de mensen te ko
men. 'Een Texelaar zit echt met op je
te wachten.' Door beiden op een koor
te gaan, legden ze al snel wat sociale
contacten Toch viel het eerste jaar
niet mee. 'Dat had met mijn werk te
maken. Ik moest natuurlijk ook eerst
m'n draai vinden. Je hebt twintig jaar
in een grote organisatie gewerkt en
dan kom je hier als vreemde eend in
de bijt.'
Ook aan de Texelse mentaliteit moest
Hayma in het begin flink wennen In
de Haarlemmermeer zat ik in diverse
besturen. Als we iets moesten voor
bereiden. spraken we af wie wat
deed. De lijn werd uitgezet. Ruim van
tevoren was alles geregeld. Op Texel
is dat een heel ander verhaal. Je
spreekt wat af. Ja, dat is goed, is het
dan. Maar ondertussen wordt er mets
gedaan, tot op het laatste moment
Het komt altijd goed. Maar ik zat
wekenlang met het zweet in mijn han
den. Gemakzucht is niet het goede
woord. Het is meer van rustig maar...
Ze maken zich met druk. Het duurde
wel een tijdje voor ik dat door had.
Ach, het mag hier dan misschien al
lemaal met zo professioneel gaan,
maar dat geeft er nu net de sjeu aan.
Het hoeft met met zoveel poespas.'
'De rust en dat gemoedelijke, dat trok
ons hier het meeste aan. Mijn
schoonvader kwam hier graag op
bezoek Dan gingen we vaak naar
Leen Huisman, de appeltjesboer.
Moest je zo'n doodlopend weggetje
in tussen de bomen door. Stond er
een trommeltje met wisselgeld. Als
Huisman met te bekennen was. hielp
je jezelf.' Zijn schoonvader kon daar
met over uit. Als je dat in de
Haarlemmermeer zou doen, was je
met alleen je appels kwijt, maar ook
je trommeltje. 'Dat vond hij toch zó
gek. ledereen moest horen dat dit
hier zomaar kon. Maar de tijden ver
anderen ook hier. Jammer genoeg.
Het enige waar Hayma wel eens op
moppert, is de boot. 'Je bent altijd
(FotoGeimd rminwnvuii aan tijden gebonden. Dat is wel eens
Ze zijn niet op het eiland gebo
ren en getogen, maar wonen hier
al zó lang dat ze niet meer van
een echte Texelaar zijn te onder
scheiden. Waar komen ze van
daan en wat bracht hen er toe
zich blijvend op ons eiland te
vestigen? In de rubriek Aange
spoeld dit keen Klaas Hayma.
vervelend Maar verder mis ik hier
mets. Behalve onze kinderen dan. die
alle drie aan de overkant zijn gaan
wonen. We zijn met van die uitgaans-
mensen. Ik ben een echte tuinierder.
Mijn grootste hobby is mijn kas ach
ter het huis. Daar kweek ik allemaal
verschillende soorten cyclamen.
Laatst kwam er een wildvreemde
man aan de deur. Die had ergens in
het midden van het land een tentoon
stelling van tuinplanten bezocht Daar
viel mijn naam. Hayma op Texel,
cyclamen... Hé. dacht die man, ik ga
toch naar Texel op vakantie. Hij had
mijn adres opgezocht en kwam even
langs om te kijken. Mooi toch?'
Ook met andere gewassen experi
menteert hij graag. 'Het maakt met uit
wat. Als het maar groeit en bloeit.
Zoals pompoenen.' Hayma moet er
nog om lachen als hij er over vertelt.
'Het was maar een probeerseltje.
Maar ik kreeg er zoveel. Nam ik een
paar pompoenen mee naar kantoor.
Achter op de fiets. De meiden waren
er gek mee. Maakten ze pompoenen
soep van. Ik kon ze aanslepen. Ze
mochten ze allemaal hebben. Maar
ze moesten ze wel zelf komen opha
len. want ik tilde me een breuk aan
die dingen!'
Andere hobby's van Hayma zijn wan
delen en fietsen. 'Texel ontdek je op
de fiets. Heerlijk. Je hoort de vogels
fluiten, de wind ruisen Je bent hier
veel dichter bij de natuur. De kinde
ren vroegen ons laatst wat wij van
plan zijn als ik straks in de vut ga.'Ik
denk dat als wij nu. op onze leeftijd,
van Texel af zouden moeten, het ons
hard zou vallen. We wonen hier nu al
zo veel jaar en hebben vele vrienden
gemaakt We hebben het gewoon
ontzettend naar onze zin, ondanks
dat we onze kinderen erg missen We
waren het er met een kwartiertje over
eens. Nee dus
Ingrid de Raad