'Ik werkte voor 50 cent per week en een zak brandhout' vakbondsman 1-1-2 Marco Lexmond succesvolle jonge kok Reumavereniging Texel viert derde lustrum COURANT' .TEXELSE g jFmr bedrijvigheid Opening nieuwe schoenenzaak in Weverstraat Van Oortmerssen I VRIJDAG 17 JANUARI 2003 I hXkl VI-. U Omgeven door lijsten komen de schoenen In Koorn morgen openen aan Weverstraat 22. Marco Lexmond plaatste zich voorde finale van een landelijke wedstrijd voor leerling-koks. Twee weken lang is er volop ver bouwd aan Weverstraat 22 in Den Burg. Morgen (zaterdag) openen Martin en llsa Koorn uit Den Burg er een nieuwe winkel. Ze gaan er merkschoenen en streetware (kle ding en schoenen voor skaters) verkopen. Gegalvaniseerde golfplaten bedek ken een deel van de wanden. Een ander deel is rood geschilderd, een kleur die ook op veel andere plekken in de winkel opduikt. Hout neemt eveneens een belangrijke plaats in het interieur in, dat modern overkomt. 'Schoenenwinkels zijn meestal zo saai. Ik wilde het graag anders doen', zegt Martin Koorn. Het echtpaar nam de zaak vorig jaar over van Riet Bakker-Groen, die er 32 jaar lang Boetiek 22 runde. Voor de Koorns betekende de aankoop dat zij de schoenen- en kledingverkoop in hun zaak Treffers aan Weverstraat 5a konden splitsen. Daar kampten ze al enige tijd met ruimtetekort. De schoe nen worden vanaf morgen alleen nog verkocht aan Weverstraat 22, de kle- de nieuwe winkel te staan die Martin en WC (Foto Joroon van Haf# ding bij Treffers. Merkkleding die et'! der bi] Boetiek 22 werd verkoel., hangt voortaan bij Treffers. De naam van Boetiek 22 is verandeS' in Amigo, naar de naam van de ten waar de winkel deel van Koorn: 'Amigo was eerst franchiseonderneming die later is gegaan. Met negen ondernen gen hebben we daarna de naarr het concept overgenomen.' Volgens het Amigo-concept kom de schoenen omgeven door lijsti tegen de muur te staan. Koorn. 'Bi nen die lijsten komen planken waar we de schoenen neerzetten. Per li komt één merk te staan, zodat straks niet hoeft te zoeken naar e bepaald merk. Je kunt er zo op af pen.' Er kofnen negen hoofdmerk en zo nu en dan worden ex schoenenmerken ingeslagen. Een deel van de zaak wordt ingerit met skatekledmg en andi skategerelateerde goederen vo jongeren. 'Dat deel heeft ook een: gen deur, zodat jongeren echt et winkel voor zichzelf hebben.' AfreP nen moet iedereen in het middelt gedeelte van de zaak, waar de toe' bank komt te staan. Martin en Is Koorn hebben voor de nieuwe za< twee nieuwe personeelsleden aano'f nomen. In totaal hebben ze nu neo^ mensen in dienst. Het is de beds' ling dat Martin Koorn het vaste n zicht wordt van Amigo, llsa Kon wordt dat in Treffers. kerken. De hervormde kerk in De Waal en de gereformeerde kerk in Den Burg. En op zondag ging ik dan naar de katholieke kerkToen die zelfde katholieke kerk nog niet zo lang geleden moest worden opge knapt, ging Witte wel hoog de ladder op om er timmerwerk te verrichten. 'We bouwden ook rusthuis De Gollards, dat inmiddels alweer is ge sloopt en plaats heeft gemaakt voor het nieuwe Zorgcentrum Texel.' Kees Drijver belde hem op laat op de avond van 31 januari 1953. 'Hij haalde ons op met de auto Hij reed zo hard. dat hij bijna uit de bocht vloog. In Oudeschild moesten we de coupure met zandzakken vullen. Wij daar druk in de weer, toen om een uur of twaalf de kroeg leeg liep. Joep Weijdt vroeg wat wij zo laat nog aan 'Nooit onenigheid met een baas gehad en altijd fijne collega's. FNV-jubilaris Gerard Witte bekijkt het lidmaatschapsboekje van de vakbond waarvan hij 70 jaar geleden lid werd. (Foto Gerard Timmerman) Als de verslaggever doorvraagt, blijkt dat het zeker met zo is dat Witte (85) na zijn pensionering het lidmaat schap van de FNV Bouw is vergeten op te zeggen. 'Het is belangrijk dat zo'n organisatie die voor de belangen van de mensen op komt blijft be staan. Daar heb je leden voor nodig. Vroeger was het wel zo dat de bond veel dichter bij de mensen stond, te genwoordig is het allemaal veel gro ter. Heeft Texel nog wel een eigen afdeling?' Vroeger was de tijd van de Rooms- Katholieke Bouwvakarbeidersbond St. Joseph. Het staat nog in sierlijke letters op het wat vergeelde contributieboekje dat Witte uit de kast haalt. Hij wijst op de in zwarte inkt geschreven datum 16 januari 1933. 'Toen heb ik me als lid laten inschrijven. Ik was een jaar of vijftien. De inschrijfpremie was toen een kwartje. Elke week moest je je con tributie betalen en zegeltjes plakken. Het was toen lang niet vanzelfspre kend dat iedereen lid werd van de heb er bijna twee jaar gewerkt. Toen kwam ik bij het timmerbedrijf Jan Smit aan de Molenstraat terecht en ging ik er een mooi stuk op vooruit. Ik verdiende daar een rijksdaalder in de week. Vergelijken met de jongens die gelijk met mij van school waren gekomen was dat nog niet erg veel, want in de bollen verdiende je één gulden per dag, dat was dus zes gul den in de week. Want van een vrije zaterdag hadden we toen nog nooit gehoord. Maar ik leerde wel een echt vak, dat van timmerman. En je kwam nog eens ergens. Bij hoeve Zeewijk van kapitein Lap in de PH-polder en een stolpschuur achter Sint Donatus, zo'n ouderwetse met een vierkant erin. Het moest heel solide worden. Het hout kwam met van het strand, maar werd keurig besteld. Oregon balken van 43 centimeter doorsnee. We gingen overal op de fiets naar toe. Zelfs naar de Eendracht We hadden daar eens een flinke klus en met een oudere collega fietsen we daar elke dag heen en weer. Als we er dan ein- Het moest heel secuur gebeuren, al les in het lood, precies waterpas. We hadden er een paar jaar werk. En toen brak de oorlog uit en werd besloten het zaakje op te blazen, zodat het met in handen van de Duitsers viel. Toen lag het hele zaakje in vijf minuten plat. Je begrijpt dat ik er daarna een grote hekel aan had om voor militaire doel einden te bouwen. Nutteloos.' Maar het liep anders. In de oorlog werd hij door de bezetters gedwongen om bunkers te bouwen voor de Noord en Zuid-Batterij. Toen de Duitsers hem in Duitsland te werk wilde stel len, werd het Witte te gortig. 'Ik ben toen ondergedoken bij mijn schoon ouders op Isidorushoeve in Spang. Het duurde bij elkaar twee jaar. In hetzelfde hol in het hooi hebben la ter twee Russen ingezeten. Die heb ben de oorlog overleefd.' Tijdens de wederopbouw was er aan werk geen gebrek. 'Ik was in die tijd in dienst bij Drijver. Dertien jaar heb ik er gewerkt. We bouwden nieuwe boerderijen, woningen en ook twee Zelf vindt Gerard Witte uit Den Burg het feit dat hij precies zeven tig jaar lid is van de vakbond geen prestatie en zeker geen reden om in de krant te komen. 'Ik heb ge woon mijn lidmaatschap niet op gezegd. De contributie wordt auto matisch van mijn bankrekening afgeschreven, dat merk ik dus niet. Zoveel heb ik er niet voor gedaan.' Maar mensen die hem wat beter kennen, weten dat de man die 46 jaar als timmerman heeft gewerkt niet alleen de handen uit de mou wen wist te steken, maar ook over tuigd lid van de bond was. 'Gerard is daar altijd heel principieel in ge weest', vertelt echtgenote Annie Witte-Kuip, met wie hij vorig jaar 60 jaar getrouwd was. bond Maar ik was er al vroeg van overtuigd dat het nodig was. Als je bijvoorbeeld zonder werk kwam te zitten, dan kreeg je dertig cent of zo.' Als de bond bij elkaar kwam, dan was de kapelaan altijd bij de opening van de vergadering en hield een praatje, 'Hij was immers geestelijke adviseur van de bond.' Zoals veel van zijn generatiegenoten, raakte Witte al op jonge leeftijd aan het werk. 'Toen ik er acht jaar lagere school op had zitten, op mijn veer tiende. Geen ambachtsschool, want werken en geld verdienen was in die tijd heel belangrijk. Mijn eerste baas was ome Dirk (Witte, red.), de wagen maker Daar verdiende ik vijftig cent in de week en een halve zak brand hout. Dat heb ik altijd onthouden. Ik delijk waren, dan wilde ik aan het werk. Maar mijn oudere collega wilde eerst een bakkie koffie. Daar snapte ik toen niks van.' 'Kort voor de Tweede Wereldoorlog heb ik nog circa twee jaar op de Mok gewerkt, bij Joh. Schutte uit Zaandam. Er moest een grote kelder van 60 meter lengte worden ge bouwd. Daarvoor waren 3000 zakken cement nodig van 50 kilo. Ze werden per schip aangevoerd en wij moch ten ze met de hand op vrachtwagens sjouwen, daarna lossen in de keet en dan naar de betonmolen sjouwen. Dan had je de zakken dus drie keer in je handen gehad. Nu zijn de zak ken 25 kilo. Daarna moesten we er twee hangars bouwen voor water vliegtuigen. De bouw stond onder streng toezicht van de rijksopzichter. Het eerste bestuur van de Reumapatiëntenvereniging Texel die 15 jaar geleden werd opgericht. Van links naar rechts: Fer Boon (over leden), Lies Eelman-Vos, Jan Pelgnm (niet lid bestuur, maar initiatiefnemer, Nel Uitgeest-Vos (overleden), Dick Sijtsma, Addy Smidt (over leden) en Marjan van der Vis - Van der Slikke. Sjerp Sietsma ontbreekt op de foto. (Foto Asemt r«,eisa courant) DAAR RED JE LEVENS MEE het doen waren. Ze hadden geen idee wat er aan de hand was.' Waar Witte de kost buitenshuis ver diende, zorgde zijn vrouw Annie, met wie hij in 1942 trouwde, dat hun ze ven kinderen niets te kort kwamen. 'Ik heb nooit buiten de deur gewerkt. Tegenwoordig brengen veel ouders hun kroost maar naar zo'n crèche, maar dat is niks voor ons. Die kinde ren missen zoveel.' Wittes loopbaan bij Drijver eindigde toen de voorgenomen bouw van het PTT-gebouw aan de Waalderstraat wegens bestedingsbeperking bij het rijk met door kon gaan. Maar lang zat hij niet zonder werk. 'Daar kon ik ook met mee staan, want ik had een heel gezin te onderhouden.' Achttien jaar lang werkte hij daarna bij bouwbedrijf Gieze. Ik denk dat het werk in de bouw op Texel toen meer gevarieerd was dan nu. Met een ploeg bouwden we een heel huis, van de fundering tot het aftimmeren. We deden de kozij nen. de trap en hingen de deuren af. Alles. Tegenwoordig schakelen ze overal specialisten voor in. Voor het metselen, het leggen van dakpannen en noem maar op.' Witte stond bekend als een secuur baasje. 'Ik was vaak aan het uitzet ten. Ik weet nog dat we Hotel Prinses Juliana aan de Badweg bouwden. Toen werden we zo de duinen inge stuurd en moesten we toch zien dat alles waterpas werd. We moesten veel meer sjouwen dan nu. Hijskra nen hadden wij met. Alles met de hand de steiger op. Al geloof ik dat ik van al dat gesjouw niks slechter van ben geworden. Ik heb in al die jaren nooit onenigheid met een baas gehad en had altijd fijne collega's. Ik ging altijd met plezier aan het werk, al kon het soms wel koud wezen. We zaten eens op een dak in De Koog, waarvan we dachten het nog dicht te kunnen krijgen. Maar het ging niet. Op het laatst konden we elkaar door de sneeuw niet meer zien. Ach, en met de veiligheid werd het ook niet zo nauw genomen. Machines waren niet zo goed beschermd, er gebeurde wel eens een ongelukje, maar ik heb ze allemaal nog', steekt de timmerman zijn geheel intacte handen omhoog. Rob van Oortmerssen, met belanf stelling heb ik je stuk gelezen over» jaar beheer van jeugdherbi Eijercoogh. Het gaat over 'gastj mogen andere gasten niet tot ovi last zijn'. Dit was zeker ook zo in p| norama. Je schrijft dat ze in Pai rama hun biezen konden pakken ze alcohol gebruikten. Dit is pertini met waar. Jongens waar wij klachli over kregen van andere gasten, heb ik wel eens na overleg met |i doorgestuurd naar de Eijercoogh. weet nog goed dat het de eerste ki heel wat overredingskracht kosl voordat je toestemde Natuurlijk jij geen probleem met die jongems Als je later belde dat jij er één naar r„ wilde sturen, dan was dit van on! kant geen probleem. En natuurt! had ik geen last van deze gast. Ma! nu over het alcoholgebruik. Well waar dat ze zeker niet op de slaal zaal sliepen als ze dronken de jeuga herberg in kwamen. Er was voor del persoon wel een ander plekje. Ri heb je er wel eens over nagedai wat er gebeurt als zo'n dronken t| op een bovenbed ligt en hij kotst boel onder! Je zal maar op benedenbed liggen. En deze jon man stuurden we met weg, er wi wel met hem gepraat. Dus hier gi ook 'gasten mogen andere gastü niet tot overlast zijn'. Als je e» avondje wil komen praten, ben je va harte welkom. Om een teleurstellira te voorkomen, er is geen borrel, maffi' we hebben wel wat te drinken voa je. I Freek Veldwiscfli Den Bui® Marco Lexmond is bij een lande lijke kookwedstrijd tot de finale doorgedrongen. Hij viel niet in de prijzen, maar mag zich dankzij zijn prestatie wel tot de beste tien leer ling-koks van Nederland rekenen. De 20-jarige oud-Texelaar, die te genwoordig in Amstelveen woont, is werkzaam bij hotel Méridien Apollo in Amsterdam. Aan de wedstrijd deden in totaal tweehonderd leerling-koks uit het hele land mee. In de voorrondes, die op de scholen werden gehouden, viel veruit het grootste deel af. De beste twintig mochten hun kunsten vorige week maandag en dinsdag vertonen in de halve finales, die werden gehou den op de Horecava, de vakbeurs voor horecamensen. Lexmond, vierdejaars student aan de koks- opleiding van het ROC in Amster dam, was op dreef en kreeg van de jury de uitnodiging om de donderdag erop zijn kunsten te demonstreren in de finale. Daarin moest hij een menu van drie gangen en een amuse (klem hapje bij het aperitief) bereiden met de producten die door de organisa tie beschikbaar werden gesteld. Lexmond: 'Je kreeg bijvoorbeeld een zeebaars, maar wat ie ermee deed, moest je zelf weten. Het kwam daar door erg aan op creativiteit en ken nis. En omdat je maar drie uur voorbereidingstijd kreeg, ging het ook om snelheid. En om de presen tatie natuurlijk, het moest er goed uitzien.' De deelnemers moesten elk gerecht uitserveren op vier borden. Eén werd beoordeeld door de jury, één was be doeld voor de 'showtafel' en twee gingen naar de tafels met bijzondere gasten, onder meer bestaand uit koks en redacteuren van culinaire tijdschriften. 'Je mooiste bord was natuurlijk voor de jury.' Hoewel de drie prijzen aan Lexmonds neus voor bij gingen, is hij niet ontevreden 'Ik heb honderdnegentig deelnemers achter me gelaten en behoor tot de beste tien van Nederland.' Lexmond, die ooit als afwashulp in restaurant Theodorahoeve in Den Burg begon en onder meer stage liep bij het Wapen van Texel in Den Hoorn, heeft sowieso niet te klagen over zijn carrière. Volgende maand doet hij als enige Nederlander mee aan een grote internationale wedstrijd in België, waar koks uit vijftien verschillende landen acte de presence geven. Zijn huidige werkgever, de keten Méridien Apollo, bezit meer dan honderdtien luxe hotels in de hele wereld. Het hotel in Amsterdam is er één met vijf sterren en twee keukens. De oud- Texelaar werkt samen met achttien collega's voornamelijk in de keuken die de a la carte-gerechten bereidt. 'We hebben ook nog een banketingkeuken, voor congressen, partijen en andere grote groepen. Daar maak je steeds voor honderd of honderdvijftig mensen hetzelfde ge recht. In de keuken waar ik sta, ma ken we allemaal verschillende cou verts. Ons restaurant trekt veel mensen van buitenaf. Dat is bestt. zonder, want in de meeste hotels et-, alleen gasten.' Hoewel hij dit jaar examen doet :e niveau 3 en daarna nog naar «C opleiding op een zwaarder nive V zou kunnen, overweegt Lexmad nauwelijks de schoolbanken te tub ven bezoeken. 'Dan zou ik een s\t dere werkgever moeten zoeken e dat vind ik jammer. Er zijn hier zó veS mogelijkheden om door te groeien. Amerika. China. Japan, je kunt oveji heen. Wat mij betreft blijf ik nog «i even.' n R vanzelfsprekendheid zijn. Zeker niet als het om groepen gaat. 'Het is een hele klus om het allemaal te organi seren. Je moet van tevoren goed bekijken of het wel allemaal kan, want je hebt te maken met mensen die niet lang kunnen lopen of zitten en men sen die soms in een rolstoel zitten. Daar moet je allemaal rekening mee houden Je moet bekijken of er bij voorbeeld liften en invalidentoiletten aanwezig zijn.' Bij de laatstgehouden dorpentocht in september werd een bezoek gebracht aan de Bolder en het schietsportcentrum. 'Normaal kom je daar met. En we hebben het afgesloten bij Molenkoog.' Het onderwerp reuma is tijdens de bijeenkomsten met elkaar zeker niet hét gespreksonderwerp, zegt Sijtsema. 'Daar word je de hele dag al mee geconfronteerd. Je wilt ook wel over andere dingen praten.' Vla ming: 'Je ziet soms wel dat iemand zijn dag niet heeft of dat het niet lek ker gaat en dan sla je even een arm om iemand heen of je praat erover.' De gemiddelde leeftijd van de leden is 62 jaar. Volgens Vlaming en Sijtsma kampt de vereniging een beetje met het beeld dat alleen oudere mensen lid zouden zijn, terwijl reuma zich ook bij jongere mensen kan voordoen. 'Er zijn ook vijftigers en mensen van rond de veertig lid. Maar ook niet iedereen heeft er behoefte aan.' Aandacht voor mensen die naar het ziekenhuis moeten, hoort eveneens bij de activiteiten van de vereniging. 'We sturen een kaartje of we gaan op bezoek als het langer duurt', vertelt Vlaming. 'Maar we weten helaas niet altijd alles.' Mensen die meer willen weten over de vereniging kunnen contact opnemen met Dick Sijtsma, tel. 312486. contactpersoon optrad, werd dat geregeld. Op 4 januari 1988 passeerde de oprichtingsakte de notaris en op 26 januari werd de eerste vergadering gehouden in de toenmalige LTS aan de Emmalaan in Den Burg. Het eer ste bestuur bestond destijds uit voor zitter Fer Boon, secretaris Sjerp Sietsma, penningmeester Dick Sijtsma, Lies Eelman-Vos, Nel Uit geest-Vos. Marjan van der Vis-Van der Slikke en Addy Smidt De nieuwe vereniging startte met 23 leden, waar van drie zich vlak voor aanvang van de vergadering in de LTS aanmeldde. Patiëntenvereniging Texel was de tachtigste vereniging die zich aan sloot bij de bond. Tegenwoordig zijn dat er 114. De vereniging op het eiland heeft een divers activiteitenprogramma ontwik keld. Er worden onder meer regelma tig lezingen of knutselmiddagen ge houden. Vier keer per jaar wordt een blad uitgeven met daarin verslagen van bijeenkomsten en medische in formatie over reuma. Er wordt elk jaar een dorpentocht gehouden en om de twee jaar wordt een uitstap naar de overkant gemaakt. Sijtsma: 'We zijn bijvoorbeeld in de Amsterdam Arena geweest, bij de Zaanse Schans, bij de veiling in Broek-op-Langedijk, het openlucht museum in Enkhuizen, we hebben een rondvaart gemaakt door de Am sterdamse grachten en we hebben een keer in Friesland gevaren.' Vla ming wijst erop dat dergelijke uitstap- les voor mensen met reuma geen Lezingen, uitstapjes naar de over kant, dorpentochten, andere bij eenkomsten, een kerstdiner, een eigen blad. Aan activiteiten ont breekt het de reumavereniging op het eiland niet. Morgen (zaterdag) viert de vereniging haar 15-jarig bestaan in dorpshuis De Bijenkorf in Oosterend. 'Alleen in de maand augustus hebben we niets', vertellen voorzitter Lida Vlaming en secretaris Dick Sijtsema. De vereniging telt 149 leden (van wie twintig uit Den Helder en omgeving) en 116 donateurs. Zwemmen in Tubantia is één van de meest terug kerende activiteiten. Elke dinsdag- of woensdagochtend ontmoet een deel van de leden elkaar in het zwembad van het hotel om oefeningen te doen. Vlaming: 'We deden dat met gemid deld 55 mensen, maar we zijn nu even met wat minder, omdat een aan tal mensen is geopereerd. Dan ben je er zo een maand tussenuit.' Het zwemmen leidde vijftien jaar ge leden min of meer tot de oprichting van de Reumapatiéntenvereniging Texel. Oud-gymleraar Jan Pelgrim had het Nationaal Reumafonds een bijdrage gevraagd voor de energie kosten die nodig waren om het wa ter van het zwembad goed te kunnen verwarmen voor mensen met reuma. Het Reumafonds deed dat en vroeg vervolgens aan de overkoepelende bond van Reumapatiënten verenigingen of het met mogelijk was ook op Texel een afdeling op te rich ten. Met hub van Pelarim. die als

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 2003 | | pagina 8