'Zo'n jonge boer, en dan gebeurt dit met je oogst' 'Alles wat een mens zich maar kan wensen, vind ik hie Hans Boks verhuisde terug naar 'zijn' eiland Droogte maakt waterschapper 'machteloos' Aan- gespoeld .TEXELSE COURANT' Wat ik zeggen wo tDINSDAG 26 AUGUSTUS 2003 'Volgens oudere boeren op het ei land was het in 1976 nog iets dro ger.' Toch kampt Texel met een flink watertekort, constateert Jacques Hin van Hoogheemraad schap Hollands Noorderkwartier. Globaal is over het eiland bijna een halve meter water verdwenen. Een ronde langs probleemgebieden leert dat landbouw en natuur zwaar onder de droogte hebben te lijden. Suikerbieten hangen slap, maïs verdort. 'Kijk nou toch. Zo'n jonge boer en dan gebeurt dit met je oogst.' 'Het is nu ongekend lang droog', ver telt Hin tijdens de rit door Eierland, waar de droogte extreme vormen heeft aangenomen. 'Vanaf januan valt er eigenlijk al te weinig neerslag. De laatste weken is er zelfs helemaal niks gevallen. Normaal heb je tijdens warme zomers altijd een paar dikke onweersbuien met veel water. Ook dat valt dit jaar tegen. Normaal ge sproken valt er zo'n zevenhonderd a achthonderd millimeter regen. Daar van moeten er dit jaar nog vier honderd komen. De grote vraag is wanneer dat gaat komen. Komt het water gedoseerd over de rest van het jaar of komt het in eén keer. Het beste is dat het een paar dagen zachtjes regent. Met één flinke hoosbui slipt alles dicht en spoelt veel weg In de polder is het gras inderdaad bruin en ook de dijken bieden een karige aanblik. De sloten bij het vlieg veld staan droog en daar is de onder grond op de landingsbaan ook naar. Het hoogheemraadschap kan in Eierland met meer meten, domweg omdat de sloten kurkdroog staan. 'Overal in het land zie je bruine plek ken. Met rooien zie je alleen maar stofwolken. De gewassen hebben veel te danken aan de droge winter. Planten hebben daardoor goed kun nen wortelen. Als er veel water was gevallen, hadden ze nu ook meer nodig gehad. Het graan staat er nog redelijk bij en de bieten kunnen zich herstellen. Meer zorgen maak ik me over de consumptieaardappels en de maïs. Door die scherpe zon van de laatste tijd sterft het blad af. De vraag is of de kolf goed wordt.' Rond het hoger gelegen Oosterend blijkt de situatie voor boeren inder daad problematisch. Hin toont bij stuwen dat soms zestig centimeter water is verdwenen Op bepaalde percelen staan alleen boven de dramagebuizen planten overeind. Naast de landbouw heeft ook de veeteeltsector problemen. 'Je ziet overal koeien buiten lopen, maar die hebben daar niks. Ze worden in de stal bijgevoerd. Dat betekent dat veel boeren nu al bezig zijn met de winter voorraad. Schapenboeren moeten leidingwater naar het land rijden om de dieren te drinken te geven Daar komt bij dat sommige eigenaars hun water De Prins Hendrikpoljj, redelijk op peil door drangsj Eierland en bij Oosterend wai tig tot vijftig centimeter weo dramatisch. Inmiddels is hei schijnlijk erger, maar dat is nis te meten. Nu laten we het wate zelfs van het gemaal af lopen,n waterkwaliteit goed genoeg 5 ders heb ie hoog water waarfe moest zijn en andersom. Dat weinige dat je kunt doen. Wij; woon onmachtig.' Tekst en foto's Michiel 0 Jacques Hin van Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier toont bij een stuw de plank waar het water normaal gesproken tegen aan staat. Schapen die anders door het water in de sloten op het weiland bleven, stappen nu makkelijk over naar een ander perceel. schapen hebben gescheiden door middel van sloten Die staan droog en er kunnen dus schapen van land en zelfs van eigenaar verwisselen.' Dankzij de zuiveringinstallatie van het riool Everstekoog aan de Pontweg zijn bepaalde gebieden rond Den Burg nog redelijk van water voorzien. 'Ook de landbouw heeft baat bij het toensme. Hoe meer vakantiegangers, hoe meer water. Het gezuiverde wa ter wordt afgevoerd naar drie plek ken. Naar De Mars richting de Laag- waalderweg, richting De Westen en via de Nieuwlanderweg richting Waalenburg. Die afvoersloten waren redelijk op peil maar ook daar begint het te zakken.' Het doorstromen van drangwater uit de duinen is al afge lopen. De buffer regenwater, die bij normale neerslagomstandigheden langzaam de lage gebieden van Texel instroomt, heeft geen aanvoer meer en staat dus droog. Zooitje Hm is vanaf januari in dienst bij het gefuseerde Hoogheemraadschap. 'Sinds jij erbij zit is het een zooitje, krijg ik wel eens te horen. Ik ga sa men met mijn collega Kasper van Zuilekom over het waterpeil op het eiland Door mijn agrarische achter grond ben ik meer in het veld, dat praat toch makkelijker. Kasper heeft twee weken geleden naar aanleiding van metingen een kaartje gemaakt met de verdwenen hoeveelheden Kleine knollen en grote stofwolken tijdens het rooien van aardappels. In de Texelse Courant van vnjjj ie zen wij dat Natuurmonument brug van azobéhout aanlegt o, Molenkil. Wij vragen ons af: deze brug met van ivoor gen Een azobé is een enorme booi woudreus. Stond er een op was hij dé bezienswaardighei ct poldertje Waalenburg zou et met mee kunnen wedijveren. Ja dat het bruggetje niet gewoo eiken of robinia wordt gemaal als veel andere bruggen in Ei Eén telefoontje naar het voorlichtingsinstituut had hJco alle informatie kunnen leveren. I* geval van opdrachtgever Ij ie monumenten volstaat het 'jammer' niet. Wat de vorm betreft wordt he een leuk bruggetje. Nog leuks 3 geweest er een klein wedstnjjfj te maken, zodat plaafe 31 creatievelingen hun idee haddsi nen insturen en andere belangst den eruit hadden kunnen kieza ,el bouw je meer dan alleen bruggetje voor Jan Modaal-ms ritsbroek-en-verrekijker. O ja, en laat u niets op de mqSj den over verantwoord ga azobé. Dat bestaat niet. DusN- monumenten en leden schaam je. Stefan Ooj Slechts weinig mensen weten dat de in De Cocksdorp wonende Hans Boks van oorsprong uit Almelo komt. Hij heeft het er zelf nooit over en voor zijn dorpsgenoten kwam hij uit Den Burg. Eentje van bakker Boks uit de Weverstraat. Dat jochie dat met brood langs de deuren ventte. Slechts één keer verliet hij het eiland, niet wetend dat het een afscheid voor tien jaar zou worden. Hij was als een kind zo blij toen hij weer terugkeerde naar 'zijn' eiland. Hans Boks gaat zijn eigen gangetje en is de vriendelijkheid zelve. Maar verstoor je zijn nachtrust of daag je hem uit... dan komt boontje om zijn loontje. Een zomerse dag met tropische tem peraturen. De Ploosterstraat wordt opgevrolijkt door een felgeel gekleur de parasol. Daaronder een bonte uit stalling van allerlei snuisterijtjes, voor een habbekrats te koop aangeboden. Op dit adres is Hans Boks (63) dage lijks te vinden, in de woning van zijn vriendin Carla van der Werve. Ze de len veel, die twee, maar net niet al les. Dagelijks trekken ze er op uit en maken lange fietstochten. Ook de uitstalling voor de woning is een ge zamenlijke hobby. Toch keert Boks iedere avond weer terug naar zijn ei gen stek aan de Poolster. Een situa tie waar beiden aan gewend zijn. Hier, bij zijn vriendin, vertelt Boks hoe hij als veertienjarige voor het eerst op Texel kwam. Een echte reden had hij er niet voor. Hij wilde op die leeftijd maar één ding: werken, het maakte met uit waar. 'Wat dat betreft ben ik een heel ander type dan mijn broer en zussen.' Zijn oom. die regelmatig op bezoek kwam, stelde voor dat hij op Texel kwam wonen. 'Hij kon nog wel iemand gebruiken in de bakkerij. Nou, ik wilde maar wat graag.' Zodoende kwam Hans Boks in 1954 naar Texel, waar hij opgenomen werd in het gezin van bakker Boks uit de Weverstraat in Den Burg. De nog jonge Boks had er geen enkele moeite mee Almelo te verlaten. 'Ik vond het heerlijk hier en werken was voor mij een lust. In de vroege ochtenduren werd het brood gebak ken. Als dat klaar was, laadde je de wagen en ging je te venten in Den Burg. Daarna werden er bestellingen in de andere dorpen weggebracht, tot in De Cocksdorp aan toe.' Het was hard werken tot 's avonds laat. Boks maalde er niet om. 'Tante Jet kwam wel eens de bakkerij in en dan zei ze: nu wordt het toch wel een keertje tijd dat-te het bed in komt hoor.' Onder de Texelse jongedames ging al snel het gerucht dat er 'een nieuwe', 'eentje van de vaste wal', op hef dorp was. 'Er stonden altijd wel meiden voor de winkel. Prachtig vond ik dat. Dan zei mijn oom, we hadden een soort spiegelraam, daar staan er weereen paar. We konden altijd pre cies zien wie en welke meiden er stonden, zonder dat ze ons zagen. Dan kwamen ze om één gevulde koek in de hoop een glimp van me op te vangen.' De omgang met de Texelaars ging als vanzelfsprekend. 'Ik denk dat ze in het begin meer problemen met mij hadden Ik kom natuurlijk uit Tukkers- land en alleen al het verschil in pra ten was duidelijk waarneembaar. Maar ik paste me snel aan.' De over vloedige aandacht van de jongeda mes ten spijt, had hij weinig tijd voor uitgaan. 'Ik voetbalde bij SV Texel en de enige avond dat je uit ging, was de zaterdagavond. Meestal liep je dan een rondje door Den Burg, tot je elkaar drie keer tegenkwam en dan had je het wel weer gehad. Of een enkele keer naar een toneeluitvoering van Door Dik en Dun. Dan ging je om een uur of acht de deur uit en voor twaalven was je weer binnen.' Vrijwel iedere zondag was hij op het strand te vinden. Het strand en de zeelucht deden hem altijd goed. Steevast bezocht hij daar Jan en Paula. 'Jan en Paula zaten altijd bij paal 17 en hadden daar zo'n kinder club. Dan vertelden ze verhalen en zongen we Christelijke liedjes met de gitaar erbij. Een beetje te vergelijken met zondagsschool, maar dan in de openlucht. Een pracht vond ik dat. Als ik ze vandaag de dag nog tegen kom, kennen ze mij nog steeds bij naam. Zoals van ieder kind die daar vroeger bij zat.' In 1959 werd hij opgeroepen voor militaire dienst In datzelfde jaar had hij een leuk meisje leren kennen dat bij haar familie op Texel logeerde. Hij besloot haar op weg naar Almelo op te zoeken. 'Ik had hier een fiets ge kocht en vertrok met de eerste boot. Na een uur of tien fietsen zat ik in Kampen. Daar ben ik gaan zoeken, maar ik was haar adres kwijtgeraakt en kon haar met vinden. Toen heb ik de fiets maar op de trein gezet en dat laatste stuk van Kampen naar Almelo getreind.' En met een schuin oog naar zijn vriendin, wat plagend: 'Ik zit alle dagen nog te wachten of ik haar op televisie zie bij Memories, dat pro gramma over verloren liefdes.' Zo diep zat de liefde echter nog niet, want in zijn diensttijd kwam hij een Almelose tegen, die met hem mee zou gaan naar Texel. 'In de tussentijd was mi|n vader ook in de bakkerij van mijn oom gaan werken. Dus het hele gezin zat hier.' Ze zijn niet op het eiland gebo ren en getogen, maar wonen hier al zó lang dat ze nauwelijks meer van een echte Texelaar zijn te on derscheiden. Waar komen ze vandaan en wat bracht hen ertoe zich blijvend op ons eiland te vestigen? In de rubriek Aange spoeld dit keer: Hans Boks. 'In oktober zouden we trouwen, maar omdat mijn vader in september ver ongelukte, werd het huwelijk uitge steld tot februari. Ondertussen wilde mijn gewezen vrouw met meer op Texel wonen. Dat was wel spijtig want ik had hier graag blijven wonen.' Via via kwam hij terecht in de textielin dustrie. Bij de firma Eggen in Almelo. 'Heel wat anders dan brood bakken, maar ik had werk en het verdiende goed. Eerst zat ik achter de brei- en later achter de stikmachines.' Boks had daar geen enkele moeite mee. Hij houthandel. Daar ging ik hout spui ten. Maar om de één of andere reden kon ik daar met tegen. Kwam ik on der de zweren te zitten, van die dikke puisten Het arbeidsbureau had op dat mo ment alleen werk in het bos. Maar dat maakte Boks mets uit. Als hij maar werk had. Uiteindelijk kwam hij te recht bij De Vries en van de Wiel, waar hij heel wat jaren zou blijven werken. Zwaar werk. 'We werkten aan de dijk bij De Cocksdorp om deze op Delta hoogte te krijgen. Met die stenen- zetters. Dus dat was puin kapot slaan en stenen aangeven. Tot ik er van de éen op de andere dag mee kapte. Ik was altijd heel flexibel, maar als me iets met aanstond, was ik wel van: a/u paraplu. Ik was in die laren toch alleen, dus dat interes seerde me niets. Op een dag regende het zo hard dat ik in de keet ging zit ten. Tot op het bot nat. Komt de voor man eraan. Hij zei. wat maak jij nou Boks? Je hoort te werken. Ik zeg: waar kom jij dan vandaan? Nou uit de keet... Wou jij dan hebben dat ik de hele dag in die stromende regen doorwerkte? Kom nou, haal mijn pa pieren maar op, dan ga ik. Ben zo weggegaan richting Den Burg. Kwam ik die jongen van Stam, grondwerkers tegen. Die vroeg gelijk of ik bij hen wilde komen.' Stam werd zijn laatste werkgever. 'Ik kreeg al meer last van m'n rug maar bleef gewoon doorwerken. Tot ik door m'n baas naar de dokter werd wist waar hij aan toe was: hij begon om zes uur 's ochtends, twee uur 's middags was hij er klaar. Zodra hij de fabriek uitkwam, ging hij naar zijn zwager, die een meubelzaak had. Daar werkte hij dan ook nog een paar uurtjes. 'Het eerste waar ik aan dacht, na mijn scheiding: ik ga weer terug naar mijn eiland. Niet dat ik vervelend woonde in Almelo, want het was toen nog een prachtstad in een mooie, bosrijke omgeving. Maar ik miste Texel, de zeelucht.' Zijn baas kreeg in de ga ten dat het niet lekker met hem ging. 'Op een gegeven moment kwam hij naar me toe en zei: Hans, zit je wat dwars of zo? Ik vertelde dat ik erover dacht terug te gaan naar Texel. Jon gen, als je hier weg wilt, gaan! Je kriigt nooit die kans weer Dus, ik diende mijn ontslag in, kreeg een mooi ge tuigschrift mee en was weg.' Ter overbrugging mocht Boks een tijdje op het strand bivakkeren bij een neef van hem. Ook een Hans Boks. tegenwoordig havenmeester in Oudeschild. 'Die had een strand paviljoen bij paal 12. waar ik een tijdje kon meehelpen en de nacht kon doorbrengen. Ook om wat tot rust te komen en uit te zoeken wat ik nu echt wilde. Ik pakte daarvan alles aan. Van schoonmaken tot patatbakken en meehelpen in de bediening. Van daaruit kon ik gaan werken bij een andere neef, Arie van der Vis van de gestuurd. Het kon ook niet langer meer. Uiteindelijk werd ik, na een hoop geklier, geopereerd aan mijn rug. Er was geen alternatief meer. Na de operatie mocht ik absoluut met meer werken. Dat was af. Als ik dat moet vertellen... Ik heb echt een jaar lang nachten liggen janken. Ik was nog maar 43 jaar. Ik woonde toen al in De Cocksdorp. Daarvoor had ik een klein kamertje in Den Burg. Bij Gouke Visser in een soort boerderij. Tot ik bericht kreeg dat er een huisje vrij kwam aan de Kikkertstraat in De Cocksdorp. Dat was in 1974. Daar stonden vier huisjes aan de dijk, die nu zijn afgebroken.' Boks had het er goed naar zijn zin. Tot er allemaal |on- geren in kwamen en het eens zo rus tige buurtje veranderde in nachtelijk kabaal en gekkigheid. 'Die jongeren leven nu eenmaal anders dan ik. Ik had daar geen trek in. Als ik om half zes mijn bed uit moet en het is 's nachts om half drie een keertje stil, dat trek ik niet. Het was altijd wat daar. Ik kwam een keer thuis van mi|n werk, kon ik met eens mijn tuin inko men. Ik zeg: wat krijgen we nou? Staan er twee van die grote kamelen in m'n tuin. Waren die jongens van Boon even op bezoek bij hun broer Die had het gras op kniehoogte staan en die kamelen zouden het wel even kort vreten. Dus ik er heen en zeg: jongens, alles goeden wel, maar ik wil graag mijn huis in en die kamelen uit mijn tuin. En snel, anders rij ik met mijn auto alles aan flarden. Bert Vonk Hans Boks: 'Ik heb nooit spijt gekregen dat Ik hier ben terechtgekomen. was daar ook. Die stond alles te fil men en had de grootste lol.' De ka melen werden weggehaald en de buurt kwam weer tot bedaren. Ach teraf gezien is het een mooi verhaal, maar op het moment zelf was ik een enorme driftkikker.' Het woonplezier was echter wel voor bij. Irritaties over en weer, de muziek- overlast. Hij voelde zich tussen de jongeren, die zo anders leefden, niet meer op zijn gemak. Boks besloot te verhuizen. Dan kon er maar beter een jongere in zijn huis worden gezet, dat paste beter bij elkaar. Omdat er in De Cocksdorp niet direct een woning beschikbaar was, zat hij noodge dwongen drie jaar in Den Hoorn. Overigens niet tegen zijn zin, want ook daar kende hij veel mensen. 'Al lemaal nog van de biljartclub waar ik jarenlang lid van was. Maar voor Carla kwam ik iedere dag op de scooter naar De Cocksdorp. Tot 's avonds tien uur en dan ging ik weer terug. Toen ik Carla in 1980 leerde kennen, besloten we om wege haar kinderen die nog thuis woonden het zo te doen Het was haar keuze en dat respecteerde ik, daar legde ik me bij neer. Tot op de dag van vandaag.' 'Alles wat een mens zich maar kan wensen, vind ik hier. Ik hou van de natuur. Als ik de vogels hoor fluiten, geniet ik. We fietsen veel, minstens vijfendertig kilometer op een dag. Dat mogen we graag doen met z'n twee ën 's morgens vroeg ga ik er eerst alleen op uit. De campings over, het strand. Lekker strunen of ik nog wat tegenkom. Ik neem alles mee, anders gaat het toch naar het vuil. Dan knap pen we het met zijn tweetjes op en zitten we er weer mee op de koffer- bakmarkt. Dat vinden we hartstikke leuk om te doen. Ze vragen me ook wel om spulletjes op te komen halen, of ze zetten gewoon een doos bij ons op de stoep. Schitterend vinden we dat. Zo ben ik altijd bezig, anders zit je de hele dag op je stoel. Soms moet ik het 's avonds wel bekopen, want die rug hou ik altijd. Al heb ik nog zo'n pijn, ik kan niet stilzitten.' (Foto GeiVd 'Ik heb nooit spijt gekregen datf' ben terechtgekomen. Met mijnt se en zus op Texel heb ik een goed tact. We overlopen elkaar niet hebben ons wekelijks kaartavt de dat ik niet zou willen missen. Eêi is in Almelo blijven wonen en om ga ik nog wel eens een keertje de overkant. Verder heb ik daar' meer te zoeken. Al kon ik daa' vrijstaand huis krijgen, voorft' miljoen... Als ik daar de deur uit 4 dan denk ik: nog even, danzihl' jjt op de Afsluitdijk. Dat geeft ee1 ker gevoel. Dan moet ik nogwf1 kilometer rijden maar dat geel Toen ik indertijd in Almelo t kwam, dacht ik: jongens, sis it ut toch moet blijven wonen... 0>: ben ik ook direct vertrokken te die kans kreeg. Inpakken erve.' j zen. Ik was zo blij dat ik weer® eiland was. Echt, ik kan niet zo! uitleggen hoe ik het voelde, e® 't* was als een kind zo blij... '9-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 2003 | | pagina 6