■i 'Allemaal mooi en aardig, maar niemand die me hieruit haalt' TEXELSE j COURANT ontluistering BBB1 Afstudeerproject voor nieuwe vorm van vakantie DINSDAG 24 OKTOBER 2006 loen ik de situatie van mijn vader, die de ziekte van Alzheimer had, jjgon te beschrijven, had ik geen enkel vermoeden dat ik na twee Servio iaanden al zou moeten stoppen in verband met zijn overlijden. Ik epara beschrijven over de gewone, dagelijkse dingen die het voortschrij- 9°H( jjbe proces van dementie met zich meebrengt. Over de gevolgen l3nhet geheugenverlies voor partners en familieleden, gevoelens van 'r terming oproepen bij mensen die met de problematiek in aanraking »n geweest, inzicht geven aan hen die nog nooit een dementerende „hun nabijheid hebben gehad. Het zijn maar vier delen geworden, het niet anders en het is goed zo. Ik heb lang geaarzeld of ik de situatie vjthet einde aan toe moest beschrijven. Na zorgvuldig beraad heb ik jfvoor gekozen de ziekenhuisperikelen niet onvermeld te laten. Hoe junnen ze in het buitenland, met name in Amerika, denken dat wij hier ti Nederland maar hoeven te kikken om een einde aan ons leven te bten maken? Een laatste verhaal uit de praktijk. Lukraak pakt hij opnieuw een krant van tafel om wat te lezen. Tot mijn grote schrik barst hij opeens in tranen uit. Mijn ogen vliegen over de tekst. Mijn god, het artikel over de dood van Belle, hun Golden Retriever. Nu ga ik ook voor de bijl, geen houden aan. Met de hoof den tegen elkaar aan snotteren we samen boven de krant. Hij herpakt zich het eerst. 'Dit wil ik wel verder lezen, maar nu even niet.' Het blijft een tijdje stil. 'Van de week ben ik zomaar weer geval len, 'zegt hij opeens tegen me. 'In het schuurtje. Ik heb niks tegen je moeder gezegd, want dan schrikt ze. Of ze wordt boos. Weet je waar ze ook boos van wordt? Als ik vraag hoe laat ik naar de pedicure moet. Het is vervelend voor haar dat ik daar steeds naar vraag, maar ik kan echt niet onthouden wanneer ik daar heen moet. Zou jij niet even dat papiertje uit m'n tasje kunnen halen? Het staat binnen op de tafel.' Terwijl ik opsta, zegt hij nog iets, waar ik later steeds aan zal moeten terugdenken. 'Die Alzheimer is niet het enige waar ik mee zit. Ik heb nog een probleem.' Als ik vraag of hij me wil vertellen waar hij het over heeft en of ik hem daarmee kan helpen, krijg ik een nietszeggende blik terug. Hij is het volkomen kwijt. 'Hoe laat moet ik nou naar die pedicure? Zal ik alvast m'n sokken maar uitdoen?' Ik moet even terugdenken aan een voorval dat m'n zusje, tijdens het harken van de tuin, enkele maanden geleden met m'n vader had. Tijdens een pauze had ze tegenover hem gezeten. M'n vader in witte korte broek, witte sokken, wit T-shirt en een petje op. 'Goh pa, je lijkt wel een Duitser', had ze gekscherend opgemerkt. 'Alles wit. Vooral die sokken. Dat kan echt met.' Mijn vader had haar aangekeken alsof de opmerkingen niet doordron gen. Mijn zusje was al weer verder gegaan met harken, toen ze opeens met een klap het deksel van de vuil container hoorde vallen. 'Wat doe je nou, pa', had ze gevraagd terwijl ze op hem toeliep. Ze kreeg een verbaasde blik terug. 'Nou, je vond m'n sokken toch niks, dan moet het maar zo.' Een blik op de bodem van de pas geleegde container bevestigde waar ze al bang voor was. Daar lagen ze. In de diepte. Ze kon er met geen mogelijkheid bij. Terwijl ze met haar hark probeerde de sokken weer omhoog te krijgen, was mijn vader na een aantal verwoede pogingen on dat te kunnen. 'Het is vreselijk van haar in lachen uitgebarsten. 5,10 ïtf 10,20 ïn voet is verstuikt en ik kan niet op staan. Vervelend voor maar ook voor m'n ouders, 0it ik had beloofd het weekend ■ar ze toe te komen. Als ik bel jn me af te melden, neemt m'n isder de telefoon op. M'n moeder boodschappen doen, vertelt hij. Zwaar teleurgesteld hoort hij aan 2t ik niet kom. 'Oh, dus het gaat iet door?' verzucht hij. 'Je komt jet? Maar waar ben je nou? Ik zie helemaal niet.' Ik hoor hem met s hoorn rommelen en roep zo hard :5ik kan dat hij me aan de telefoon reft en dat ik niet bij hem in de mer ben. 'Oh ja, natuurlijk. Zo het. Je moet trouwens met die wet omhoog. Rust, daar gaat het om. Maar waar ben je nou? Ik zie je stemaal niet. k weet dat m'n moeder een zwaar teekend tegemoet gaat, want hij •een zich erop verheugd en kan -oeilijk omgaan met veranderin- jen. Na een week gedwongen rust an ik gelukkig het weekend daarna •el naar ze toe. Ik zie er tegen op, wantik heb de kranten bij me, waar- ik stukjes over mijn vader heb geschreven. We hebben het hem d een paar keer verteld, maar of het zich herinnert, is de vraag, och vind ik dat hij als hoofdrolspe- ■fopz'n minst moet weten wat z'n l oochter te melden heeft. tó het huis in zicht komt, zie ik tm al rusteloos over het trottoir Sm Seen en weer schuifelen. Het L september en heerlijk weer, dus te kunnen nog lekker buiten op Set terras zitten. Na de koffie haal kranten tevoorschijn. 'Zo, ik :egin gewoon achterstevoren, bij eind,' zegt m'n vader als hij het aste deel in handen heeft gekre- sn. Zijn ogen worden het eerst aar de foto getrokken. 'Aahaa, k I eizo'n tuin als ik heb', klinkt het m swonderd. Na het kris-kras lezen I an enkele alinea's legt hij de krant Bug op tafel. 'Er staan hier veel I ingen in die ook op mij van toepas- sngzijn', vindt hij. M'n moederen ik m wisselen een snelle blik. Begrijpt hij f -ou dat het over hem gaat. of met? m'n moeder uitgelezen is, staat op om het avondeten klaar te -aken. 'Allemaal waar. Geen woord dogen', zegt ze terwijl ze nchting ■aiken loopt. Ifn vader en ik zwijgen een poos. 'Het is allemaal mooi en aardig, maar er is niemand die me hieruit uit deze situatie,' stelt m'n L «ader verdrietig vast. Met samen- S geknepen keel antwoord ik dat ik heel wat voor over zou hebben Over de ziekte van Alzheimer deel 4 voel me blij en vertel haar dat mijn vader net wel 20 minuten heel helder is geweest en dat hij ware volzinnen heeft gesproken. Hoofdschuddend hoort ze het aan. 'Wonderlijk toch. woord ik. 'Je kijkt even niet en het is voorbij.' Terwijl ik het zeg, besef ik dat dit voor mij geldt, maar vast en zeker niet voor hem. Vijf dagen later lig ik op mijn knieën in mijn eigen tuin, als de telefoon rinkelt. Het is mijn zusje, die van uit een ambulance meldt dat m'n vader tweemaal een hartstilstand heeft gehad. Ze vertelt dat hij is gereanimeerd door het ambulan cepersoneel en dat ze nu met twee ziekenwagens, voorafgegaan door een politieauto, op weg zijn naar het VU-ziekenhuis in Amsterdam. De broeders zien de situatie somber in. de piepjes van de apparatuur waar de patiënten op zijn aangesloten. Mijn vader wordt beademd en ziet er onherkenbaar uit. Tegen middernacht rijden we naar huis, om bij m'n moeder de nacht door te brengen. We verwachten ieder moment telefoon uit het zie kenhuis, maar slapen tot onze ver bazing toch nog een paar uur. Als we 's middags na het bezoekuur terug keren, zijn we niet veel hoopvoller. Samen met mijn moeder ga ik op zoek naar zijn euthanasieverklaring, die al twaalf jaar ergens in een map zit opgeborgen. Terwijl mijn moeder, om plaats te maken, een stapeltje wr je moeder dat ik er zo aan toe :en.' vervolgt hij. 'Ze wordt af en te helemaal gek van me. Ik zie het an haar. 'Haha, Ook niet normaal. Staat er hier eentje in de container te har ken.' Als ik de keuken binnenloop, staat mijn moeder lof te snijden. Ik 'Snoepen? Ik Hij heeft de afgelopen drie weken haast geen zin kunnen vormen. Hij wil al avonden lang tegen midder nacht naar de pedicure. Ik moet steeds maar weer uitleggen dat het avond is, dat er dan niet wordt gewerkt en dat hij bovendien don derdag pas heen moet. Ik word er af en toe moedeloos van, dat kan ik je wel vertellen.' Als ik meld dat ik juist op weg ben om het afsprakenkaartje te halen, lacht ze even kort. Buiten, als mijn vader het briefje in zijn handen houdt, blijft hij de afspraak herha len. 'Donderdag, om 10.00 uur. Ja, dan moet er heen. Donderdag, om 10.00 uur.' De volgende dag is hij weer hele maal weggezakt in zijn eigen wereld. Geen gesprek meer mogelijk. Tegen de tijd dat ik weg wil gaan, wordt hij heel onrustig. 'Nou moet je maar gaan', zegt hij geëmotioneerd tegen me als ik m'n tas heb gepakt en nog tien minuten over heb voordat ik naar het station moet. Hij heeft al een uur lopen ijsberen, want sinds hij de kunst van het klokkijken niet meer beheerst, is de factor tijd een bedreiging voor hem. 'Nou zie ik je een hele tijd met meer', stelt hij ver drietig vast als ik hem een kus geef. 'Welnee, pap. Het duurde door m'n voet nu langer dan normaal, maar over 14 dagen ben ik er alweer,' ant- vertelt ze met onvaste stem. We pakken wat kleren en njden naar de boot. Onderweg begint het gepieker. Hoe gaat dit aflopen? Wat gaat dit lichamelijk betekenen voor mijn vader, waar geestelijk toch al zo weinig van is overgebleven? Zal hij ooit nog thuiskomen of is opna me in een verpleeghuis zo meteen aan de orde? Dat heeft hij nooit gewild. In 1994 vond hij het al zo'n verschrikkelijk idee om hulpbehoe vend te zijn, dat hij samen met de dokter een suthanasieverklaring heeft opgesteld. 'Ik reken op je', heeft hij me destijds glimlachend opgedragen In het VU vinden we onze familie in een wachtkamer op de Intensive Care. We zijn net op tijd binnen voor een gesprek met de dokter, die meldt dat de situatie bijzonder kritiek is. Het infarct heeft zich voor gedaan in één van de hartkamers, met ernstige gevolgen. Ze gaan m'n vader koelen, deelt hij mee, wat betekent dat de lichaamstempera tuur op 33 graden celcius wordt gebracht. Het hart wordt dan zo min mogelijk belast. De patiënt zal er niets van merken, verzekert hij, die wordt kunstmatig in slaap gehou den. We mogen even bij hem kijken en betreden een grote zaal, waar wel acht bedden staan. Het is er erg stil, het enige wat je hoort zijn papieren weg wil leggen, hoor ik haar adem stokken. 'Kijk,' zegt ze verbijsterd, 'hier is ie al.' We kunnen onze ogen niet geloven. Mijn vader moet de verklaring recentelijk uit de map hebben gehaald. Dag in, dag uit gaan we op bezoek, maar m'n vader komt niet bij. We hebben zijn verklaring inmiddels overhandigd, met de wens niet meer levensreddend op te treden als er nog méér mis mocht gaan. Er is ons verteld dat hij er lichamelijk niet meer bovenop zal komen. Hij zal bijvoorbeeld nooit meer kunnen lopen. Een neuroloog onderzoekt hem. Er is geen enkele hersenac- tiviteit meer te bespeuren. Na zes dagen worden we uitgenodigd voor een gesprek met een vrouwelijke dokter, die ons vraagt of we het er mee eens zijn dat er niet meer levensreddend wordt opgetreden. Dat hadden we zelf al gevraagd, maar met zo'n voortdurend wisse lend personeelsbestand verloopt de communicatie blijkbaar moeilijk. We maken haar nogmaals het stand punt van mijn vader, en dat van ons, duidelijk. We zijn allemaal heel erg moe als het weekend zich aandient. Mijn vader ligt daar maar en met eerder dan maandag, de tiende dag, zullen we weer een gesprek met de dienst doende dokter kunnen hebben. Het wordt steeds moeilijker om naast het bed te staan en te aanschouwen hoe hopeloos de situatie is. Als ik maandagmorgen om 9.00 uur bel om te vragen hoe hij de nacht is doorgekomen, hoor ik dat ze hem 's nachts hebben geopereerd. Hij heeft weer een infarct gehad en er is een buisje in een ader geplaatst. Ik ben eerst verbijsterd, daarna woedend. Hebben gemaakte afspraken dan helemaal geen waarde? Mijn moe der kan van vermoeidheid amper meer op haar benen staan. Als Toon en ik een paar uur later naast m'n vader's bed staan, ziet hij er nog zieker en zwakker uit dan de afgelopen dagen. Wat een ver schrikking is dit toch. Er komt een verpleegster aanlopen. 'Vier zakken bloed voor meneer Stam', roept ze tegen een andere zuster. Op dat moment knapt er iets bij me. Mijn vader kan niet eens langer dan een uur op eigen kracht ademen, heeft geen hersenactiviteit meer en dan nieuw bloed? Dat nooit. Vastbeslo ten meld ik ze dat daar toch echt geen sprake van kan zijn. Degene die nu nog aan hem durft te komen. is nog niet met me klaar. Ik posteer me naast het bed met de vaste bedoeling verder medisch ingrijpen te voorkomen. Desnoods timmer ik er op. Er wordt kalmerend tegen me gesproken. Waarom? Denken ze soms dat ik hystensch ga worden? Geen seconde. Ik ben alleen maar helemaal klaar met deze zenuwslo pende situatie. Ze verzekeren me dat ze de transfusie achterwege laten en beloven dat de dokter er aan komt. Het is weer een andere arts. We gaan onmiddellijk in de aanval, waarmee we een stortvloed aan woorden over ons afroepen. Natuurlijk is mijn vader geopereerd, zegt de medicus. Dat is toch logisch als iemand op Intensive Care ligt? Daar grijpen ze direct in als er iets mis gaat. Ontredderd zitten we in onze stoelen. We zien geen oplos sing meer. 'Maar uiteindelijk willen we toch allebei hetzelfde', zegt hij opeens op opgewekte toon. 'Omdat uw vader de operatie niet goed heeft doorstaan, vinden we het niet meer zinvol om de behandeling voort te zetten. We kunnen bijvoorbeeld de beademing stopzetten.' In de tussentijd is de situatie van mijn vader al zo verslechterd, dat hij het geen tien minuten na het uitzetten van de apparatuur meer volhoudt. De morfine, die hij al een aantal dagen krijgt toegediend, helpt hem om vredig weg te zakken. Als we twee uur later naar huis rijden, zegt mijn moeder dat ze hem deze dagen iri het zieken huis graag had willen besparen. 'En dan te bedenken dat ik alleen maar de huisartsenpost heb gebeld om te vragen of ik met hem langs mocht komen. Die assistente heeft de ambulance ingeschakeld. Als je alles toch van te voren weet...' Naast mijn vader's tuin ligt een kerk hof, waar we hem hebben begra ven. Er zit alleen een brede sloot tussen, een uitloper van het Zwet. Mijn moeder loopt er zo naar toe. Je bent eruit, pap. Uit de situatie. Maar anders dan we dachten. Margreet Berndsen. Vliegveld Enerzijds stoot de provincie aande el af en anderzijds moet zij goed- «eunng aan Texel verlenen voor de Jtbreiding van het aandelenpakket.' DeNV-voorzitter doet die goedkeu- fngaf als een formaliteit. De slech- 8 financiële positie van Texel zou i niet van invloed zijn. 'Beslist liet, want het geld is al beschikbaar 1 door de gemeenteraad.' Voorfinanciering rtfien de gemeenteraad de statu tenwijziging zou afkeuren, ontstaat sn groot financieel probleem voor vliegveld. In de hele transactie overeengekomen dat het Rijk de complete renovatie van het vlieg- told, die tussen 2003 en heden «erd uitgevoerd, zou voorfinan cieren. Daarmee is een bedrag üsmoeid van 1,2 miljoen euro. 'Dat subetekenen dat het vliegveld fail s' gaat als de raad de statuten niet Goedkeurt en daarmee de aande- «noverdracht alsnog afwijst. Maar blijkt mij niet aan de orde.' k commerciële gebruikers die zich nu hebben verenigd, Paracentrum fexel, Texel Air, BSU (alle eigen- torn van de familie Rienks) en res- kurant Texel Airport, zijn vooral in to aandelen geïnteresseerd, omdat uj invloed willen op het beleid en "ut beheer van het Texelse vlieg- sld. Zij vrezen de komst van nog ton paracentrum. Volgens Geldorp toeft de Raad van Bestuur van to NV Luchtvaartterrein ooit uit sproken dat het niet wenselijk dat gebruikers van het vliegveld andeelhouder worden. 'Wij hebben sdnjfsadvies ingewonnen voor de "toekomst van het vliegveld en een van de punten uit dat advies heeft betrekking op het feit dat de belan gen van de gebruikers gescheiden moeten worden van de bestuurlijke verantwoordelijkheden.' Dat houdt volgens de voorzitter verband met de Code Tabaksblat. Dat is een gedragscode die sinds 1 januari 2004 geldt voor het beurs genoteerde bedrijfsleven en die onder andere meer dan hon derd regels bevat over taak, werk wijze en samenstelling van bestuur ders en commissarissen. De code is bedoeld om het toezicht en de verantwoordelijkheden van bestuur ders goed te regelen. Volgens Geldorp is de komst van een nieuw paracentrum niet uit te sluiten. 'De NV heeft zich te houden aan het bestemmingsplan dat van kracht is voor het vliegveld. We heb ben de regels gevolgd en de com missie Bezwaarschriften heeft ons destijds in het gelijk gesteld toen de heer Rienks bij de komst van BSU naar de rechter stapte.' Die oordeelde dat er op grond van de ruimtelijke ordening geen reden was de komst van BSU tegen te gaan en dat economische verhoudingen in het bestemmingsplan geen rol spelen. Prullenbak Vooral bij de familie Rienks leeft het vermoeden dat het tweede para centrum destijds in de schoenen is geholpen door de luchtvaartdirectie, temeer daar de verstandhouding tussen havendienst en paracentrum verre van optimaal zou zijn. BSU kreeg faciliteiten in de hangar van het vliegveld, zodat daar parachu tes konden worden gevouwen. Die veronderstelling wordt door zowel Geldorp als vliegvelddirec teur Ed de Bruijn ferm naar de prullenbak venwezen. 'Conform het bestemmingsplan is de hangar in gebruik voor luchtvaartactiviteiten. Daar past het vouwen van parachu tes in. Dat is overigens niets nieuws, want de heer Rienks is in de jaren zeventig zelf ook zijn bednjf begon nen in deze hangar. Het standpunt van de agerende bedrijven verbaast De Bruijn. 'We hebben het afgelopen jaar uitste kend samengewerkt met alle par tijen. De onderlinge verstandhou dingen waren goed en ook met Jan Boyen Rienks heb ik in prettige harmonie gewerkt. Ik zie geen reden waarom dat in de toekomst niet meer zou kunnen. Wij zijn er om de bedrijven op het vliegveld zoveel mogelijk van dienst te zijn.' Dat het vliegveld teveel een familiebedrijf zou worden doordat ook Mike de Bruijn sinds 1998 in dienst is getre den bij de NV wijst de bestuursvoor zitter van de hand: 'Het zijn allemaal professionals. Als er klachten zijn, dan graag naar de NV, zodat ik ze in aanwezigheid van een ander bestuurslid kan bespreken.' Aandelenbezit door de commerci ële gebruikers van het veld lijkt De Bruijn en Geldorp geen goede zaak 'Dat zou problemen in de operati onele sfeer kunnen opleveren. De havenmeester is er om de orde en veiligheid te kunnen handhaven. Dan moet hij onafhankelijk kunnen opereren, zonder invloed van wie dan ook.' Geldorp vult aan: 'Stel dat de gebruikers een meerder heidsbelang zouden vergaren, dan zou er ook financiële invloed zijn op bijvoorbeeld de hoogte van het landingsgeld en de erfpacht. Dan krijgen ze de absolute macht. Of dat nou goed is.' VERVOLG VAN PAGINA 1 Stichting Broodnodig Aan vlees geven we het meeste geld uit', zegt Brigida van Lieshout van de Stichting Broodnodig Texel. Homan kreeg afgelopen vrijdag om 10.00 uur de kans om gratis te win kelen. 'Ik moest beginnen bij het hekje en was met 20 seconde bij de vleesafdeling.' Hij mocht van alles één product nemen en kreeg zijn win kelwagen voor 2/3 deel vol met ver schillende soorten vlees. Na afloop overhandigde Homan het vlees aan Van Lieshout, die haar geluk met op kon: 'Het is in één woord fantastisch. Mijn bedoeling is dat mensen twee warme maaltijden per weekend heb ben. Van dit vlees kunnen ze wel twee weekenden eten. Het is gran dioos.' Homan heeft ook een goed gevoel overgehouden aan de actie: 'Dat is toch fantastisch? Ik heb alles wat mijn hart begeert en wilde niet voor mezelf door de winkel rennen. Om het voor de stichting te doen. gaf me een goed gevoel.' Als dank voor de donatie ontving Homan een boeket bloemen uit handen van Van Lieshout. De Stichting Broodnodig Texel voorziet op het moment 25 cliënten van voedselpakketen. Stoelmassage In het artikel over Studio Soma stond vrijdag vermeld dat stoelmas sages bij bedrijven een voor Texel nieuwe activiteit zou zijn. Masseur Irene van Vliet liet de redactie echter weten dat zij deze vorm van mas sage al jaren aanbiedt bij bedrijven en dat het dus niet om een noviteit voor ons eiland gaat Dat zijn ouders op Texel wonen was voor Bram Hurkens (25) mede de reden om zijn afstudeerproject op het eiland te situeren. Anderhalf jaar is hij bezig geweest met het project Vakantiewoningen op Texel dat resulteerde in een ontwerp met 41 huisjes in de duinen. Het werd door de Technische Universiteit Eindhoven Faculteit bouwkunde, afstudeerrichting architectuur, beoordeeld met een 9. 'Het landschap van de duinen is een aparte ervaring. In de duinen is geen bebouwing en het wordt er nog echt donker', zegt Hurkens. Om de ervaring van logeren in de duinen intiem te houden is gekozen voor kleine verblijven. 'Je krijgt geen Centerparcs. Als gasten in de dui nen verblijven, moeten ze genoegen nemen met een kleine verblijfplaats. Er is alleen ruimte om te overnach ten en te eten. Zo neem je minder plaats in en tast je het landschap minder aan. De huisjes zijn ook alleen te voet te bereiken.' Hurkens meent dat de verschillen de perspectieven, standpunten en belevingen die mensen hebben over de duinen worden versterkt door door het interessanter en intenser wordt voor toeristen. Hierdoor zal de waardering voor het landschap en daarmee het verantwoordelijk heidsgevoel voor het landschap groter worden.' De toenemende invloed en belas ting van de vrijetijdsindustrie op het landschap is aanleiding geweest voor het project. Hurkens zocht naar een andere manier van omgaan met het landschap. Maar geen negatief verhaal, Hurkens zorgt voor een relativerende noot: 'Toerisme kan een positieve uitwerking hebben op het Texelse landschap, waar bij architectuur een belangrijke bij drage kan leveren. Het landschap heeft toerisme nodig om behouden te blijven.' De architectonische vorm van de gebouwen is geïnspireerd op het duinlandschap en de vormen aan de kust. Hierdoor ontstaat volgens Hurkens een interessant spel tussen landschap en gebouw. De vakantie verblijven verspringen van hoogte en zijn zowel boven- als onder gronds getekend. 'Door de grillig heid van de duinen liggen sommige huisjes verzonken in het landschap Bram Hurkens. Texel niet snel gerealiseerd worden, Hurkens weet dat. 'Het plan is niet uitvoerbaar op het eiland en dat is ook met de bedoeling geweest. Het doel is mensen te prikkelen en erover na te laten denken.' Zijn plannen zijn echter wel te realiseren op een andere locatie in duingebied. Het project staat van 21 tot 29 okto- Hier zijn de afbeeldingen waar te het ontwerp van de vakantiewonin gen. Het moet een aparte ervaring zijn om in het huisje te verblijven, en om ze tijdens een wandeling te pas seren. 'Het moet zorgen voor een nieuwe blik op het landschap, waar- c/at de huisjes zowel boven- als en vallen anderen juist meer op.' Met de huisjes in de duinen zal vol gens Hurkens een nieuwe vorm van vakantievieren ontstaan die vooral natuurliefhebbers zal aantrekken De bebouwing in de duinen zal op ondergronds gesitueerd zijn. ber tentoongesteld tijdens de Dutch Design Week. het bezoekadres is Faculteit Bouwkunde, Plaza Vertigo. De Wielen 1 te Eindhoven. Het afstudeerproject is op te vragen via bhurkens@ateliereen.nl. i De huizen moeten zorgen blik op het landschap, zowel voor mensen die er verblijven als voor passanten.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 2006 | | pagina 5