Reders tonen interesse op open dag NIOZ
TEXELSE IQ COURANT
Logeerhuis
Texel
Texels instituut expert op
gebied van ballastwater
1931: De instructiereis met de Prins Hendrik
DINSDAG 17 MEI 2011
Bezoekers1
bekijken wt
open dag konden na de lezing van professor Marcel Veldhuis en zijn collega Etienne Brutel proefopstellingen
e ballastwater wordt gereinigd. Een grote staat op de NlOZ-haven Foto Joop Rommets)
De verontreiniging door ballast
water vormt niet alleen een
bedreiging voor mens en milieu,
maar veroorzaakt ook econo
misch een enorme schade: van
honderden miljarden euro's
wereldwijd. Dat betoogden pro
fessor Marcel Veldhuis en zijn
collega en projectmanager Eti
enne Brutel de la Rivière tijdens
de open dag die de afdeling Bal-
lastwateronderzoek van het
NIOZ vrijdag hield.
Brutel ('s ochtends) en Veldhuis ('s
middags) zetten in hun lezing op
heldere wijze de risico's van bal
lastwater uiteen. Het bekendste
gevaar is de bedreiging van de
biodiversiteit. Een schip neemt -
om de stabiliteit en diepgang te
vergroten - in de ene haven water
in en loost dat in een andere,
waardoor planten, dieren en bac
teriën op plaatsen belanden waar
ze eerst niet voorkwamen. De
gevolgen zijn soms desastreus.
Zo heeft de Amerikaanse ribkwal
het hele ecosysteem van de Zwar
te Zee kapot gemaakt. 'Er groeit
niets meer', volgens de onderzoe
kers.
Andere voorbeelden die ze noem
den, betroffen de Chinese wol-
handkrab, die de wateren van
Europa en de Verenigde Staten
heeft veroverd, en een Europese
mosselsoort die de inheemse
soorten van Amerika bedreigt. In
de Europese wateren komen
inmiddels duizend niet-inheemse
soorten voor. Veruit de meeste
(662) leven in de Middellandse
Zee, mede veroorzaakt door het
watertransport door het Suezka-
naal. Maar met 130 exotische
soorten is ook de Noordzee een
populaire vestigingsplaats gewor
den. 'Elke negen weken vindt
ergens op aarde wel een nieuwe
invasie plaats', aldus Veldhuis en
Brutel.
Ze zeiden het vreemd te vinden
dat olievervuiling altijd veel aan
dacht van de media en de politiek
krijgt, terwijl het milieu zich daar
meestal wel van herstelt. 'De
gevolgen van bio-invasie zijn
is afgenomen, terwijl de schade
door bio-invasies juist zijn toege
nomen. Om de ernst van de situ-
Hoewel sprake is van een sterk
groeiend probleem, is het niet
helemaal nieuw. De paalworm die
in 1730 in Amsterdam werd ont
dekt en die de palen aanvrat waar
op de oude stad was gebouwd,
kwam van oorsprong ook niet in
deze contreien voor. En voor wie
denkt dat de mens geen gevaar
loopt, hadden Veldhuis en Brutel
een paar verontrustende voorbeel
den paraat. Zo staan algen op het
menu van schaaldieren als kok
kels en mosselen, die op hun
beurt door de mens worden gege
ten. Giftige exemplaren kunnen op
deze manier de ingewanden van
mensen bereiken en daar tot
gezondheidsklachten leiden. 'Wie
geluk heeft, krijgt alleen maar dia
ree. Maar in het slechtste geval
treedt verlamming op.'
Ook een in de westerse wereld
bijna verdwenen ziekte als cholera
kan hierdoor de kans krijgen de
kop op te steken. Omdat schepen
vaak niet goed worden leegge
pompt, krijgen schadelijke bacte
riën alle kans zich in het ballast
water te vermeerderen.
De problemen zijn dus groot en
niet gemakkelijk te bestrijden.
Schepen worden steeds groter en
sneller en vervoeren zo'n tachtig
procent van alle transportgoede
ren. Samen nemen ze ruim tien
miljard ton ballastwater per jaar in,
terwijl elk schip gemiddeld 7000
verschillende organismen ver
voert. De oplossing van het pro
bleem wordt gezocht in het reini
gen van het ballastwater. Inmiddels
zijn diverse behandelingstechnie
ken ontwikkeld, die grofweg kun
nen worden opgesplitst in twee
soorten: mechanische technieken,
zoals het verhitten en filtreren van
het water, en chemische, zoals
elektrolyse en behandeling met
ozon.
Het NIOZ heeft zich in korte tijd
ontwikkeld tot expert in het testen
van deze technieken. De afdeling
Ballastwateronderzoek telt zestien
medewerkers, die nauw samen
werken met meer dan veertig
(internationale) collega-onder
zoeksinstellingen, overheden en
bedrijven. Hun conclusie is dat
lang niet alle technieken kansrijk
zijn. 'Eén op de vier of vijf lijken
geschikt, de andere hebben veel
neveneffecten', aldus Brutel en
Veldhuis, die aantekenden dat het
lastig te bewijzen is dat een
systeem werkt.
De lezing trok 's ochtends 47 en 's
middags 32 belangstellenden.
Onder hen veel vertegenwoordi
gers van reders, werven en andere
organisaties uit de scheepvaart.
Zij weten opvallend weinig van de
materie, constateerde Brutel. Veel
reders staan voor enorme investe
ringen in reinigingstechnieken,
omdat ze verplicht worden hun
ballastwater te reinigen. 'In de
Verenigde Staten zijn staten waar
je nu al aan deze eisen moet vol
doen. Maar ook in de rest van de
wereld zit het er aan te komen. Als
minimaal dertig lidstaten van de
International Maritime Organizati
on, een agentschap van de Ver
enigde Naties, akkoord gaan, wor
den de eisen wereldwijd van
kracht. Inmiddels hebben achten
twintig staten hun handtekening
gezet.'
's Heerenloo Noord-
Nederland, afdeling
Noorderhaven
Teammanager Heidi
Huiberts, 06 52538265
Rabobank 3031 06 360
onomkeerbaar en dus veel erger, atie in kaart te brengen, is inmid-
maar de belangstelling ervoor is dels een lijst opgesteld van de tien
veel minder.' Komt bij dat de grootste bedreigingen: Ten of the
schade door olie sinds 1978 sterk most unwanted.
Het laatste nieuws het eerst!
www.texelsecourant.nl
Ook te volgen via
Twitter @texelsecourant
en facebook Texelse Courant I
men getroffen en zonk. De Tjisa-
dane werd in mei 1945 ingezet bij
de landing op het Japanse eiland
Okinawa en ontsnapte ternauwer
nood aan een aanval door Japan
se torpedovliegtuigen. In 1946
maakte het schip twee reizen in
dienst van de Nederlandse rege
ring, waarbij op de heenreis
Nederlandse militairen werden
vervoerd en op de terugreis eva
cués naar Nederland werden
gebracht. In 1961 kwam de Tjisa-
dane nogmaals in het nieuws toen
het de bewoners van het door een
vulkanische uitbarsting getroffen
Tristan da Cunha (in het zuidelijke
gedeelte van de Atlantische Oce
aan) hielp evacueren. In 1962 werd
het eens zo trotse schip in Japan
gesloopt.
Johannes Herlé kreeg op 14 juli
1931 het Getuigschrift Eindexa
men Programma A uitgereikt.
Samen met klasgenoot J. Kramer
had hij het hoogste aantal punten
en werd hiervoor door de Vereni
ging tot Bevordering van het Zee
vaartkundig Onderwijs beloond
met het door J.H. Hoogendijk
geschreven boek De Nederlandse
Koopvaardij in Oorlogstijd (hier
mee werd uiteraard de Eerste
Wereldoorlog bedoeld). Deze prijs
werd uitgereikt door W.H. Lap, in
zijn functie als voorzitter van de
Commissie van Toezicht.
Door de economische malaise viel
het echter niet mee om een plaat
sing als leerling-stuurman te ver
krijgen en het zou nog tot 1934
duren voordat Herlé in dienst zou
treden van de Rotterdamsche
Lloyd. Zijn eerste reis maakte hij
op de Sibajak. Wel had hij in de
tussengelegen tijd zijn diploma 3e
stuurman behaald en gesteld kan
dus worden dat de leerling-stuur
man van de Sibajak in 1934 over
méér dan de vereiste diploma's
beschikte. Daarna maakte Herlé
reizen op de Dempo, de Kota
Pinang en de Indrapoera. In 1939
werd zijn loopbaan op zee inge
haald door het uitbreken van de
Tweede Wereldoorlog.
Johannes Herlé (rechts) toert met een klasgenoot en charmant, zeer waarschijnlijk
Texels, gezelschap over Texel.
Ed Vermeulen uit Baarn, bezig
met de geschiedschrijving van
de Texelse Zeevaartschool,
kwam naar aanleiding van een
oproep in deze krant in contact
met Joop Herlé uit 's-Heeren-
hoek, net als Vermeulen in 1959
leerling van de Kweekschool
voor de Zeevaart in Amster
dam. Herlé's vader Johannes,
geboren in april 1911 te Amster
dam, studeerde van 1929 tot
1931 op Texel.
Het contact met Herlé leverde een
aantal bijzondere foto's op en ves
tigde de aandacht op het in 1931
geschreven verslag van de door
Johannes gemaakte studiereis
met het instructieschip Prins Hen
drik. De reis werd vlak voor het
eindexamen gemaakt, van dins
dag 12 tot woensdag 20 mei, het
verslag verscheen als (ingezon
den) bericht in de krant van zater
dag 23 mei. Toen zonder, nu met
foto's.
'Woensdag jongstleden [bedoeld
wordt woensdag 20 mei 1931]
kwam het instructie-vaartuig Prins
Hendrik rond 4.30 uur Oudeschild
binnenloopen, met aan boord de
zestien leerlingen der tweede
klasse van onze Zeevaartschool.
De leiding berustte tot Amsterdam
bij de directeur, de heer P. Vijn,
daarna bij de heer J. de Vries. Van
hen leerden wij het practisch
gebruik van de instrumenten bij
observaties en andere nautische
werkzaamheden. Voor het
scheepswerk als schiemannen en
dergelijke nam aan de tocht deel
de heer J. de Gooijer, leeraar-
instructeur. Het besturen van het
schip gedurende de geheele tocht
was toevertrouwd aan de leerlin
gen.
Uitgeleide gedaan door de eerste
klasse, stak de Prins Hendrik op
12 mei met prachtig weer in zee.
Er werd koers gesteld naar Ter
schelling. 's Middags werden
zonobservaties gedaan en peilin
gen verricht. Om zeven uur arri
veerden we op Terschelling, 's
Avonds werd een voetbalwedstrijd
gespeeld tegen de Terschellinger
Zeevaartschool, die vlot en geani
meerd verliep. Op 13 mei vertrok
ken we weer, met bestemming
Enkhuizen. De wind liet niet toe
dat de zeilen konden worden bij
gezet. Aan dek en bij het kompas
werden weer de noodige werk
zaamheden verricht. Tegen zes
uur kwam de Dromedarisstad in
zicht en al gauw lagen we in de
haven, waar we gedurende Hemel
vaartsdag bleven liggen. Met goed
weer voeren we vrijdag naar
Amsterdam en meerden daar in de
Six-haven. De zaterdag werd
besteed aan het bezoeken van de
werven der Nederlandsche
Scheepsbouw Maatschappij
[NSM],
Zeer interessant was daar het
bezoek aan de Tjisadane, het
nieuwe passagiersschip van de
Java-China-Japan-Lijn. Hier kre
gen we in werkelijkheid te zien wat
we op school uit het scheeps-
bouwboek hadden geleerd. Rond
geleid door een ingenieur, bewon
derden we verder nog de hellingen
en goed ingerichte werkplaatsen.
Zondag mochten we uitrusten van
de vermoeienissen en op maan
dag zeilden we de Zuiderzee over
naar de IJsselstad Kampen. De
volgende dag gingen we naar Sta
voren om tenslotte op woensdag
weer op ons uitgangspunt, Oude
schild, terug te keren.
De tocht mag werkelijk als zeer
geslaagd worden beschouwd.
Veel werd ons in praktijk aange
toond, wat we in theorie reeds
wisten. Wij hopen, dat de toekom
stige tweede klasse een even
prettige en leerzame reis zal heb
ben aan boord van het nieuwe
opleidingsschip, de Prinses Julia
na.'
Tijdens het bezoek aan de werf
van de NSM maakte Herlé een
foto van de in aanbouw zijnde
tanker Merula. Zowel de Merula
als de in het verslag genoemde
Tjisadane hebben een rol van
betekenis gespeeld in de Tweede
Wereldoorlog. De Merula werd op
13 februari 1942, onderweg van
Pladjoe op Sumatra naar Tandjong
Priok op Java door Japanse bom-