TEXELSE 6 COURANT Gevarieerde carrière voerde Smeding naar Texelsche Courant Van Bestekschaal voor zeevaart naar wandbord voor dopers Lein Brasser bleef altijd 'meester' Win een reisje naar Londen, Parijs of Berlijn DINSDAG 28 FEBRUARI 2012 125 jaar Texelse Courant Op de Kleine Kade in het centrum van Goes op Zuid-Beveland was het zondag 4 augustus 1929 een drukte van belang. Op initiatief van de heren Squire en Mann van Foxx uit New York werd daar een spre kende film opgenomen, die een geweldige reclame zou vormen voor de Zeeuwse stad. Aan de film werd meegewerkt door het Zuid-Beve- landsche a capellakoor onder lei ding van de heer Mazure en bij de opnames werd een rol van beteke nis gespeeld door Sibold Sicco Smeding, voorheen verbonden aan de redactie van de Texelse Cou rant. Voor het invullen van de details zal nog nader onderzoek nodig zijn, Volksonderwijs Engelsche cursus. Wegens ziekte van een der familieleden van den heer Smeding, kunnen de lessen van Donderdag en Vrijdag niet doorgaan- maar ook een oppervlakkige beschouwing leert dat er weinig veelzijdiger mensen op de kantoren van de Texelse Courant hebben rondgelopen dan Smeding, die tot 1 mei 1925 enkele jaren samen met Jacob Gerrit Kooiman de redactie vormde. Geboren in Groningen, op 8 januari 1896, groeide Smeding op in een apothekersgezin. Hij studeer de aan de Zeevaartschool op Vlie land, waar hij kort voor zijn negen tiende verjaardag, in december 1914 het diploma derde stuurman op de grote stoomvaart behaalde. Als zodanig werkte hij enkele jaren op de Java-China-Japanlijn om vervol gens om vooralsnog onbekende redenen een andere werkkring te vinden als eerste rekenaar en waar nemer bij de Sterrenwacht in Lei den. In die functie schreef hij rond 1922 de Bestekschaal, een hulpmiddel voor de zeevaartkundige stand plaatsbepaling door hoogtelijnen, die minder dan een jaar later al ver plichte kost was op verschillende zeevaartscholen. Met deze uitgave werden ingewikkelder rekenmetho den als het kaartnet van Sachse en het kartonnetje van Goedhart, in één keer ouderwets en overbodig. De oplage nam een enorme vlucht toen de uitgever, Dorsman in Noordwijk, besloot tot het uitbrengen van een goedkope versie, zodat de Bestek- schaal kon uitgroeien naar een stan daardwerk. Hiernaast publiceerde Smeding andere werken ten behoe ve van de zeevaart, als De Vier- streekspeiling uitgerekend door den tijd en Het bestek door berekening bij snijding van drie hoogtelijnen maar ook een Lijst van Nederiand- sche plaatsnamen buiten de lands grenzen met de inheemsche namen en ten deele ook die in andere talen, korte plaatsaanduiding en andere aanteekeningen Het schrijven en publiceren had Smeding in zijn greep en wellicht was de overstap naar de journalis tiek dan ook niet zo groot als ver wacht zou worden. Hoe de verbin ding met Texel precies tot stand kwam, is niet eenvoudig te achter halen, maar in ieder geval in 1923 woont Smeding op Gerritsland en verzorgt hij regelmatig lezingen voor diverse verenigingen en instanties. Daarbij behandelt hij de meest uit eenlopende onderwerpen, van droomuitlegging tot de belasting. Ook de Texelsche Courant merkt op dat Smeding de gave van het woord heeft. 'De heer Smeding van Ger ritsland in staat is gebleken, een Nutspubliek een geheele avond te boeien, onverschillig over welk onderwerp.' Wellicht was dit voor Kooiman reden Smeding te vragen de redactie te komen ondersteunen toen het werk hem boven het hoofd dreigde te groeien. Smeding, die ook Engelse les gaf, bleef tot 1 mei 1925 aan de redactie verbonden. Hij leek de smaak van de journalistiek te pakken te heb ben, want van de Texelse Courant maakte hij de overstap naar de Delftsche Courant en vandaar naar de Zutphensche Courant. Om het Dr. SIBOLD S. SMEDING ANNIE A. M. VAN DER MADE. Middelburg 'sH.-Arendskerke ,'t 22 Sept. 1932. 'de liberale politiek verdedigt of voorstaat', zonder echter aan vrij heid in te boeten of te worden tot een partijblad. Eerder al vertegen woordigde Smeding de pers in de propagandacommissie van de Libe rale Staatspartij, die bij de verkiezin gen van 1929 een zetel had verloren en zich beraadde over de omgang met de pers. Samen met commis sielid Elias, hoofdredacteur van de Provinciale Groninger Courant, stel de Smeding voor over te gaan tot de oprichting van een 'economisch- politiek persbureau op liberale grondslag', dat zou moeten funge ren als intermediair tussen partij en pers. Dit persbureau is nooit van de grond gekomen, maar toen Den Boer de te volgen koers van de Mid- NOOTJES Pr. S. S. Smeding te Middelburg Is be noemd tot eerelid van het Instltut Grand- Ducai de Luxembourg, in de afdeeling der delburgsche Courant omschreef als 'neutraal, louter nieuwsbrengend, berichtgevend en niet langer leiding gevend, oordeelvormend en waar nodig oordeel vellend', was het Smeding duidelijk dat een nieuwe weg moest worden ingeslagen. Hij verliet Middelburg en bracht de oor logsjaren door in Goedereede, waarvan hij na de bezetting enige tijd waarnemend burgemeester Ook in zijn jaren als hoofdredacteur bleef Smeding actief als publicist. Van zijn hand verschenen vertalin- verscheen op zijn initiatief de eerste Zeeuwse Reisgids, waarin zes uit gevers samenwerkten om de ver spreiding zo groot mogelijk te maken. In zijn voorrede gaf Sme ding als reden voor de gids dat 'verschillende personen meer of minder verzorgde reisgidsjes [uitga ven], waarin sommige deelen onzer provincie ten naaste bij volledig ver zorgd waren, [terwijl] omtrent andere deelen slechts spaarzame gegevens waren vermeld.' Na de oorlog, in 1947, kwam de gids opnieuw uit, toen alleen uitgegeven door de Pro vinciale Zeeuwse Courant en De Vrije Zeeuw, omdat de andere kran ten waren opgeheven of gefuseerd. In 1969 verscheen de gids voor het laatst. Ook was Smeding betrokken bij het opstellen van streekplannen, had het Zeeuwse landschap zijn bijzondere belangstelling en nam hij het initiatief tot de uitgave van een boekwerk waarin de Zeeuwse kle derdrachten werden opgetekend en beschreven. Een vergaand plan was de oprichting van de Vereeniging tot bevordering van het vliegwezen op Walcheren in 1932, om dit eiland te ontsluiten voor toeristisch verkeer. 'Wanneer de bewoners en bezoe kers van Walcheren zo Zaterdags of voor een week-end eens naar inder daad mooi Haamstede trekken, maar wanneer dan omgekeerd de gasten en inwoners van Schouwen- Duiveland per lucht-expres eens voor een Zaterdag of een week-end, of langer, de vele schoonheden en aantrekkelijkheden van Walcheren in oogenschouw komen nemen, dan pas varen allen er wel bij', wees hij in zijn functie van WV-directeur tijdens een bijeenkomst op de nood zaak van deze luchtverbinding. Ook toeristische belangen zag hij in de restauratie van het stadhuis van Veere, waarbij hij als vice-voorzitter Rede ran den vlce-voorzll- ter der Restauraüecommis- sie, dr. S. S. Smeding te Middelburg. Excellenties, Mijnbeer de Commissaris der Konin gin b. Zeeland, Mijnheer de Voorzitter, Dames en Heeren! Het is mij vergund, u bier een en an- waarop de belangstelling van bet Ne- derlandsche volk voor de restauratie van het stadhuis van Veere werd opge wekt, en omtrent de resultaten van die gewekte belangstelling. vak goed in de vingers te krijgen, volgde hij het adagium om te begin nen bij een regionale krant, waar alle werkzaamheden in één hand waren. Onderzoek in de archieven van genoemde - niet meer zelfstandig bestaande - kranten zal meer licht moeten werpen op deze periode, maar een grote stap voorwaarts maakt Smeding als hij in mei 1929 de op 56-jarige leeftijd overleden J.H. Deibei opvolgt als hoofdredac teur-directeur van de Middelburg- sche Courant. Zelf schrijft hij daar over: 'Een dagblad is als een kind, hetwelk men eiken dag opnieuw geboren ziet worden.' Tien jaar blijft Smeding als hoofdredacteur aan de Middelburgsche Courant - in zijn tijd samengevoegd met de Goesche Courant en thans opgegaan in de Provinciale Zeeuwse Courant - ver bonden. Dan komt het blad in ande re handen en de nieuwe eigenaar, drukkerij G.W. den Boer, en Sme ding worden het niet eens over de te varen koers. In een uitgebreid afscheidsartikel beschrijft Smeding zijn visie over een liberale krant, die gen uit het Frans, Duits en Engels, waaronder een Nederlandse versie van de Zeeuwse reizen van Victor Hugo, en oorspronkelijk werk, waar onder een monografie over de Ierse filosoof George Berkeley, Berkeley's verhandeling van de grondslagen der menselijke kennis. Zijn werk bleef niet onopgemerkt en Smeding ontving diverse onderscheidingen. Zo werd hij in 1936 benoemd tot erelid van de afdeling geschiedkun dige wetenschappen van het I nstitut Grand-Ducal de Luxembourg. In 1933 werd hij Ridder in de orde van de Eikenkroon van Luxemburg en in 1939 ridder in de Kroonorde van België. Ook in 1939 ontving hij van de Luxemburgschen Toeristenbond de literaire Prix de littterature touris- tique 1938 en voor zijn publicatie over Berkeley kreeg hij in 1931 een eredoctoraat in de wijsbegeerte aan de universiteit van Kansas City. Smedings werk bleef dan ook niet beperkt tot zijn hoofdredacteur schap. Als voorvechter van het toe risme in Zeeland stond hij aan de wieg van de provinciale WV. In 1938 In memoriam Ook na zijn pensionering bleef hij voor ons altijd 'meester' Brasser. En dat terwijl we jarenlang bij hem en zijn vrouw over de vloer kwa men, bevriend als we waren met Aukje en Johan. Maar ondanks dat innige contact bleef er altijd een afstand, ook natuurlijk door de gezagsverhouding en het verschil in leeftijd. Maar ik geloof niet dat het voor mijn ouders veel anders was. Vele honderden kinderen, zeker twee, misschien wel drie hele generaties, werden onder leiding van Brasser op de School met de Bijbel aan de Kotterstraat voorbe reid op de rest van hun leven. Een gedegen voorbereiding. Zelfs al heb ik hem maar één jaar als onderwijzer meegemaakt, ook mij staat nog helder voor de geest hoe hij wekelijks begrippen als zelf standige naamwoorden, de tafels van vermenigvuldiging, de hoofd steden van de verschillende pro vincies en andere zaken die ieder een diende te weten, overhoorde. Al deze dingen ben ik dan ook nooit meer vergeten. Brasser, afkomstig uit Zuid-Hol land, werd in 1956 waarnemend hoofd in verband met langdurige ziekte van meester Bolt. In de jaren daarna groeide het aantal leerlin gen en werd de school gedurig uitgebreid. Eerst met een noodge bouw aan de achterzijde, later werd ook de zolder in gebruik genomen, die eerder al dienst deed als handarbeidlokaal. Tegen die tijd woonde Brasser al in de dienstwo ning naast de school, waar wij regelmatige gasten werden. School was daarbij nooit onderwerp van gesprek, al was Brasser ook thuis 'meester'. Het was een roerige tijd voor het onderwijs, met de opkomst van buitenschoolse activiteiten en ouderparticipatie. Ook Oosterend kreeg te maken met de hervormin gen van de jaren zestig en zeventig en, hoewel wij daar weinig van merkten, het kan niet anders dan dat Brasser daar problemen mee had. Maar wat wij meemaakten, was een standvastige persoonlijk heid, die zijn school door de ruwe stormen loodste. Thuis zagen we hem niet heel vaak, hij was 's mor gens als eerste in de school te vinden en ook 's avonds was er altijd wat te doen. In interviews in deze krant blikken zowel Henk de Boer als Henk Jansen terug op hun samenwerking met Brasser. Bei den merken op dat hij veel vertrou wen in zijn medewerkers had en dat hij hen veel speelruimte liet. In 1979, aan het eind van het school jaar 1978-'79, ging hij met pensi oen. Zonder toeters en bellen, al bezocht mijn vader de school om een portret te maken van Brasser in zijn lokaal. Wij waren al lang van school en ook omdat hij naar de Spangerweg verhuisde, verwater de het contact. Zo gaan die din gen. Maar kwamen we hem een enkele keer tegen, in het dorp of elders, dan was het nog altijd 'meester' Brasser. Zijn laatste jaren bracht hij door in een verzorgingshuis in Heerhugo- waard, nadat - in 2001 - na bijna zestig jaar huwelijk zijn echtgenote overleed. Ook toen en ook daar was zijn geloof hem een grote steun. De tekst op de rouwkaart komt dan ook uit de Psalmen, die hij ons wekelijks, op maandagoch tend, overhoorde: 'Geloofd zij God met diepst ontzag'. Lein Brasser overleed op 25 febru ari, hij werd 94 jaar. Pip Barnard Smeding het hogerop gezocht, toen hij bij de Staten-Generaal een aan vraag indiende voor de verhoging van zijn Duurtebijslag. En gedurende de oorlogsjaren, toen kranten beperkt waren in de onderwerpen waarover zij publiceerden, verzorg de hij voor de Texelse Courant een serie artikelen over de betekenis van astronomische verschijnselen en hun folkloristische namen als de Hondsdagen, Sinte Margriet en de ijsheiligen. De vraag rijst natuurlijk hoe Sme ding al deze werkzaamheden wist te combineren met zijn leven als huis vader. Een vraag die niet eenvoudig te beantwoorden is, omdat daar voor andere archieven dan de alge meen toegankelijke geraadpleegd dienen te worden. Bovendien is de familie Smeding wijd verbreid, maar niet groot. Op 22-jarige leeftijd trad Smeding in het huwelijk met Elisa beth Neeltje Swart van Terschelling. Samen kregen zij een dochter, Wel moed Greta. Na veertien jaar werd het huwelijk met Elisabeth ontbon den, het echtpaar scheidde in 1932. In september van dat jaar treedt Smeding in 's-Heer Arendskerk opnieuw in het huwelijk, met Johan na (Annie) Alida Marie van der Made. In 1936 krijgt het echtpaar een zoon, Sytso Sebald, die in 1961 als afge vaardigde van het Rode Kruis tij dens een hulpactie in Elisabethstad in Belgisch Kongo (tegenwoordig DR. S. S. SMEDING Op zijn verzoek is eervol ontslag v leend aan onze vroegere pla Dr. S. S. Smeding, directeur-iln teur van de liberale die van I Sept. af ei Meisje voor dag en nacht gevr. burg, tegen 1 Februari, N. Herv. (of Geref-l, niet ben. 20 jr., katoen of Z.dr. dragend. Aanm. tusschen 6 en 7 u. bij Mevr. SMEDING, Mid delburg, Park v. Nieuwenhoven. betrokken was. En als hoofdredac teur trad hij in 1935 toe tot het comité dat ijverde voor een stand beeld ter gedachtenis aan de konin gin-moeder. Dit beeld, dat verrees op het Damplein in Middelburg, werd door Smeding in het januari nummer van De Delver, een onaf hankelijk kunstblad, geroemd als een van de beste werken van kun stenaar H.J. Etienne, die in zijn toen 25-jarige carrière meer werk in Zee land maakte. 'Ik zeg het waarlijk niet omdat 't een goede vriend van mij betreft', schrijft Smeding, 'maar voor mij staat als een paal boven water, dat het Middelburgsche monument voor Koningin Emma verreweg het beste is van de vier, die momenteel in Nederland staan. Men mag het voor den beeld houwer misschien betreuren, dat deze zijn grootste en belangrijkste schepping in de hoofdstad van een betrekkelijk afgelegen provincie staat, wij die hier wonen en werken, verheugen ons er stillekes over.' Naast publicaties over de Vrijmetse larij en lezingen over Materie en Bewustzijn speelde ook zijn verle den als rekenaar bij de sterrenwacht af en toe op. In 1934 richtte Sme ding, als hoofdredacteur/directeur van de Provinciale Zeeuwsche Mid- delburgsche/Goesche Courant een adres aan de Eerste Kamer, waarin hij zijn bezwaren uiteenzette tegen invoering van de Middel-Europese tijd. Dit deed hij naar aanleiding van een motie van de Zeeuwse Land bouw Maatschappij, die bezwaar maakte tegen aansluiting bij de Mid del-Europese tijdzone. Smeding verduidelijkte zijn bezwaren met een kaartje, dat 'in één oogopslag' aan toonde 'dat Nederland geheel ligt in de zóne van den West-Europee- schen tijd'. Eerder al, in 1923, had Bronnen Hoewel in het archief van de Texel se Courant (www.archieftexelse- courant.nl) veel informatie over Smeding is te vinden, werden voor dit verhaal ook andere bronnen geraadpleegd. Een belangrijke bron was het in de Krantenbank Zeeland verzamelde archief van de meeste Zeeuwe kranten, maar ook werden doopsgezinde en genealo gische bronnen geraadpleegd. Een portret van Smeding, hoewel daar in verschillende bronnen wel spra ke van is, werd echter niet gevon den. Ook hiervoor zal aanvullend onderzoek nodig zijn. Congo Kinshasa) om het leven kwam. Later krijgt het echtpaar nog een dochter, Marijke. Na de oorlog en zijn burgemeester schap van Goedereede, neemt Smedings leven een tweede wen ding en treedt hij in het ambt van doopsgezind predikant. Eerst op Goeree en Overflakkee, tot hij in 1946 wordt beroepen in de gecom bineerde gemeente Pieterzijl in Grijpskerk en Noordhorn in Gronin gen. Hoewel hij jarenlang kranten volschreef, wordt dit misschien wel de periode van zijn leven waarin hij het meest herinnerd wordt. Als dominee, vertelt zijn dochter Wel moed in een interview in 2010, was Smeding een imposante man, 'van wie met recht kon worden gezegd als hij ergens binnen kwam: Daar komt de dominee.' Doordat het gezin nogal eens verhuisde (ze werd in 1921 geboren in Noordwijk-Bin- nen) had Welmoed een moeilijke jeugd. Ook omdat, zoals ze het zelf zegt, haar vader altijd 'aanwezig afwezig' was. Als predikant, eerst in Grijpskerk en Noordhorn en later in Den Horn, waar hij had geholpen een eigen kerk te realiseren, was Smeding dichter van het kwatrijn dat symbool zou worden voor het na-oorlogse doperdom: 'Dopen wat mondig is spreken dat bondig is Vrij in t Christelijk geloven daden gaan woorden te boven.' Het oorspron kelijke wandbord met die tekst, met het familiewapen van Smeding, wordt door zijn dochter in 2010 geschonken aan Fredeshiem, het doopsgezind vakantieoord in Steen- wijk-De Bult. Smeding eindigt zijn werkzaam leven in Rottevalle-Witveen in Fries land, om zich na zijn emeritaat terug te trekken in Roden in Drenthe, waar hij in 1970 op 74-jarige leeftijd over lijdt. De film waaraan hij in 1929 zijn medewerking verleende, werd na voltooiing vertoond in Goes, de eer ste stad onder de 10.000 inwoners waar de mogelijkheid tot het verto nen van geluidsfilms mogelijk was. De opnames kwamen niet zonder slag of stoot tot stand, omdat door weers- en andere omstandigheden op zondag moest worden gefilmd. Na aandringen van Smeding en de hoofdredactie van de Goesche Cou rant moest burgemeester Hajenius echter toegeven dat hier sprake was van een force majeur en dat het belang van de gemeente erbij gediend was de opnames te laten doorgaan. Een beslissing waarover nog wekenlang polemieken werden gevoerd in diverse Zeeuwse kran ten. Smeding was slechts zijdelings bij het filmen betrokken, als tolk om de in het Engels gesproken wensen van de Amerikaanse filmers te ver talen voor de Zeeuwse zangers en dansers. Pip Barnard Correspondent De prijsvraag uit de krant van 24 november luidde: 'In december 1963 besloot Ferry Zwanenburg, correspondent voor Den Hoorn, deze taak "wegens drukke werk zaamheden" neer te leggen. Daar mee zag de redactie zich voor het probleem gesteld een opvolger te vinden. Er werd een oproep geplaatst en al vrij snel leidde dit tot resultaat. De vraag is nu wie de opvolger van Zwanenburg werd. Het antwoord op deze vraag bleek niet moeilijk te vinden, hoewel niet iedereen met het juiste antwoord kwam. Op 31 december 1963 meldt de krant onder de kop 'Cor respondent benoemd voor Den Hoorn': 'Met ingang van 1 januari 1964 hebben wij de heer Daan Welboren, Loodsmansduin te Den Hoorn benoemd tot correspondent voor ons blad. De heer Welboren volgt de heer F. Zwanenburg op, die voordien onze nieuwsman voor Den Hoorn was.' De Texelse Courant bestaat op 15 1925 biedt hij zijn Duitse Konversa- september 125 jaar. In de aanloop tions-Lexicon te koop aan. Het naar dat jubileum stellen we elke twaalfdelig werk, uit 1865, is 'oud, maand een vraag, waarvan u het maar nog zeer bruikbaar'. De prijs antwoord kunt vinden in het digi- vraag is wat de vraagprijs voor dit tale archief van de Texelse Cou- lexicon was. rant, dat is te vinden via www. archieftexelsecourant.nl. Stuur het antwoord per e-mail naar de redactie (redactie@texelsecourant.nl) of per post naar Spinbaan 6, 1791 MC Den Burg. Op 15 september wordt uit alle goede antwoorden een win naar getrokken. De hoofdprijs is een stedentrip naar Londen, Parijs of Berlijn. Prijsvraag Als tolk-vertaler en kamergeleerde had S.S. Smeding de beschikking over een uitgebreide bibliotheek. In Mede mogelijk gemaakt door uw persoonlijke reisadviseur VAddy van Tatenhove International Reisadvies a 06-50822045 addy.van.tatenhove@reisbureauathome.nl reisbureauathome.nl/addy-vantatenhove

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Texelsche Courant | 2012 | | pagina 6