t n hm
Weinig wind en zomerse temperaturen op 28ste kwart triatlon
V
i,. M-
TEXELSE 6 COURANTdinsdag 10 jl
De weergoden waren de triatlon
dit jaar gunstig gezind; weinig
wind en zomerse temperaturen.
De warmte zorgde ervoor dat
het looponderdeel door de mees
te deelnemers als zwaar werd
ervaren. De laatste binnenko
mers kregen een onweersbui op
hun dak. Frans van Heteren won
voor de achtste keer de kwart
afstand.
De triatlon startte met een noviteit.
De deelnemers startten voor het
zwemmen vanaf de boot in plaats
van de gebruikelijke start vanaf het
surfstrandje. Nadat eregast Wieb
van den Berg met een druk op de
toeter in de stuurhut het startsein
had gegeven, werd in een rechte
lijn gezwommen in plaats van het
gebruikelijke heen en terug par
cours. Als eerste stapte Sverre
Eschweiler van trioteam Vliegens
vlug uit het water, die de kilometer
in 13.17 minuut had afgelegd.
Snelste fietser was tri-atleet Henk
Elbertssen uit Breezand, die 40
kilometer aflegde in 59.39 en de
snelste looptijd kwam op naam
van Ruud Doodeman uit Warmen-
huizen, die tien kilometer liep in
40.37. De eerste finisher was oud-
Texelaar Norbert Eelman (1:04:12).
Hij won de triatlon op de achtste
afstand met overmacht. Texelse
Natascha van der Vis eindigde op
dezelfde afstand als tweede dame.
Frans van Heteren (1:56:43 uur),
won voor de achtste maal de kwart
afstand, bij de vrouwen ging de
overwinning naar oud-Texelse Lin
da van Vliet (2:09:41) Van Heteren
ondervond tijdens het zwem- en
fietsonderdeel stevige concurrentie
maar wist tijdens het looponder
deel de koppositie over te nemen,
die hij niet meer afstond. Snelste
Texelaar op de kwart was Koen
van der Meer (2.23.20). In de esta
fette ging de winst naar het trio
Vliegensvlug (1:54:01). De enorme
voorsprong die Eschweiler tijdens
het zwemonderdeel op de rest van
het veld had genomen, gaven fiet
ser Thomas Boom en loper Martijn
van Haren niet meer prijs. De orga
nisatie kan terugzien op een eve
nement zonder wanklanken, waar
bij de start vanaf de TX20 Orion
door de meeste deelnemers en
toeschouwers als een verrijking
werd ervaren.
Uitslagen:
Mannen kwart: 1. Frans van Heteren, 2.
Jeroen Tiebie (1:58:31), 3 Henk Albertsen.
'Als het schip de startlijn nadert, wordt het stiller'
Ik plons in het water en zink als een
baksteen. Geen bodem te voelen, ik
had niet gedacht dat het hier zó diep
zou zijn. Dan krijgt het drijfvermogen
de overhand en kom ik boven. Vlak
naast de TX20 waar ik zojuist over
boord ben gesprongen. Ik doe mee
aan het kwartje van Texel. Een kilo
meter zwemmen, veertig km fietsen
en tien km lopen, gekkenwerk, maar
wel leuk, zeker achteraf.
Voor het eerst starten we vanaf de
Orion. Kapitein Piet de Vries heeft
ons opgehaald bij het surfstrandje,
waar we via de loopplank één voor
één aan boord van de enorme rond
vaartboot zijn geklauterd. Rechter
hand Sjef Boom aanschouwt het
geamuseerd. Het is een maf gezicht,
al die sporters in hun strakke zwem
pakken en met witte, rode en oranje
badmutsen en een zwembril op. Zo
heeft hij ze nog niet aan boord
gehad.
Dan klinkt geronk van de diesel en
nemen deelnemers en toeschou
wers zwaaiend afscheid. Niet dat we
elkaar uit het oog verliezen. Terwijl
wij op het zonnige dek rustig langs
de kust varen, lopen toeschouwers
over de dijk met ons mee naar het
gemaal van Dijkmanshuizen. Een
nieuwe traditie wat mij betreft.
Er zijn veel overkanters aan boord.
Van de 150 deelnemers aan het
kwartje komen er maar vier van
Texel, aan de achtste gelukkig veel
meer en ook veel Texelaars bij de
trio's, met elk hun eigen specialisten.
Ik raak aan de praat met een deelne
mer uit Zaandam. Vanmorgen geko
men en na afloop weer terug. 'Ik had
wel een weekendje gewild, maar
mijn vrouw zag het niet zitten Ach,
we komen hier al zo vaak.'
Aan boord heerst volop gezelligheid,
al die sporters hebben veel te bepra
ten. Ik zie veel bekenden. Als het
schip de startlijn nadert, wordt het
stiller, de zenuwen spelen hier en
daar wat op. Van spreekstalmeester
Benno Bakker mogen we van boord.
Al voordat hij het gezegd heeft, ligt
de eerste al in het zilte nat. 'Kom op
Gerard', wijst Natascha van der Vis
over de reling. Dus klauter ik over de
rand en zet af. Plons! Verderop zie ik
hoe anderen vanaf de loopplank het
water in gaan.
De start is pas over ruim tien minu
ten, dus volop tijd de spieren te
weken. Zonder ook maar iets te
doen drijf ik al richting surfstrandje
en moet mijn best doen om weer
achter de startlijn te komen. Wat een
stroming, de vloed loopt nog. Dat
belooft het een snelle zwemtijd te
worden. In het water is nog tijd voor
een praatje en iedereen zwemt kris
kras door elkaar. Totdat Wieb op de
toeter blaast en iedereen ineens
haast krijgt. Bij het zwemmen eindig
ik traditioneel achter in het veld,
maar met wind en stroming in de rug
moet het deze keer een fluitje van
een cent zijn. En inderdaad, binnen
de kortste keren zie ik een streep op
het dijktalud, die ik meen te herken
nen als de 500 meterlijn. Nu al hal
verwege? Maar dan word ik rechts
ingehaald door de TX20, die de
deelnemers aan de achtste triatlon
naar hün startlijn brengt. Die ligt op
500 meter, de streep die ik zag ligt
kennelijk op 250 meter. Nog 750 te
gaan dus.
Of het vermoeidheid is, het kerende
tij of beiden, maar langzaam daalt de
snelheid. Maar uiteindelijk is daar
dan toch het surfstrandje, waarna ik
onder enthousiaste aanmoedigingen
een drafje inzet op de trap en me
gelijktijdig uit het strakke zwempak
probeer te wurmen. En speaker
Albert Hoven me er aan herinnert
mijn badmuts af te geven. Zoveel
dingen tegelijk is niet aan mij
besteed, van mijn voornemen om
deze wissel snel te volbrengen komt
weer weinig terecht. Ik zie mijn race
fiets eenzaam in het rek hangen, de
rest is al vooruit gesneld.
Gelukkig gaat fietsen mij beter af en
al na drie kilometer haal ik de eerste
in. De klap moet nog komen, want
de overgang naar het laatste onder
deel, het lopen, valt tegen. Na het
fietsen voelen het alsof aan elk been
een pak lood hangt. Het prachtige
poldertje Zandkes ligt al een eind
achter me als de benen minder
zwaar voelen en ik wat in mijn ritme
kom. Het voelt bloedheet en echt
snel wil het niet gaan. Deelnemers
die ik op de fiets heb ingehaald, pak
ken mij nu weer terug. Ik passeer de
IJzeren Kaap en krijg een koele
spons en een beker water aange
reikt. Een verademing. De weg voor
mij ligt bezaaid met sponzen en
bekers, vrijwilligers verzetten bergen
werk om ze te verzamelen. Vergeet
niet de verkeersregelaars bij elke
kruising, de motorrijders en al die
anderen die zich inzetten voor dit
bijzondere Texelse evenement. Toch
maar mooi dat het allemaal kan.
Ter hoogte van Oost zie ik donkere
wolken aan de horizon, in de verte
klinkt gerommel van naderend
onweer. Er is een dikke bui in de
maak en om die voor te zijn probeer
ik te versnellen. Met weinig resultaat,
want mijn vermoeide onderdanen
hebben er geen zin in. Weer terug bij
de Kaap, komt de finish in zicht.
Terwijl de spieren steeds luider pro
testeren, moet ik het in de eindfase
hebben van de wilskracht en die
laatste beker water. Als ik eindelijk
de finish passeer, is de huldiging van
nummers 12 en 3 al in volle gang.
Dan barst de bui los en pers ik er
een laatste sprintje uit, achter de
meute aan de tent in.
Gerard Timmerman