vrijwil
1 igersdag
*7
I
Dammen in een dal
De belangstelling voor de damsport neemt
af. Damclub Heiloo heeft nog maar veer
tien leden. De voorzitter, J.Kraakman,
vertelt over de pogingen, die zijn gedaan
om de vereniging weer te laten groeien.
'We hebben oud-wereldkampioen Harm
Wiersma naar Het Open Huis gehaald.
Dat bracht die avond veel belangstelling,
maar het leverde geen nieuwe leden op.
Voor een bekertournooi hebben we alle
oude leden aangeschreven. Er waren zes
reacties. Ook een wereldkampioenschap
heeft geen effect'.
Hij wijt het gebrek aan interesse voor het
dammen aan de vele andere sportmogelijk
heden, die de jeugd tegenwoordig heeft.
'We hebben een harde kern van
55plussers. Ons jongste lid is rond de der
tig. We houden onderlinge competities,
maar we spelen ook tegen verenigingen uit
andere plaatsen in Kennemerland. Ik ben
ook wedstrijdleider, dat geeft nogal wat
werk. Want dan kan die niet komen en
dan weer een ander. Ik moet dan zorgen,
dat er toch iemand van onze vereniging
achter het bord verschijnt. M'n vrouw
moppert dan wel van: moet je nou al weer
weg'.
Voorzitter Kraakman heeft de liefde voor
het dammen van huis uit meegekregen.
'We waren met z'n tienen. Er was niets
anders dan een potje dammen. Later in
militaire dienst heb ik in tienkampen mee
gespeeld. In Heiloo bestaan we 57 jaar. Ik
ben nog steeds gemotiveerd en ik blijf
proberen ouderen en jongeren bij het
dammen te betrekken'.
Pionier van het
Jeu de Boules
Waarschijnlijk is de heer Van Domburg
Scipio met zijn 76 jaren in Heiloo de
oudste vrijwilliger bij een sportvereniging.
Sinds zijn pensionering - tien jaren gele
den - is hij actief voor de pétanquevereni-
ging Heiloo. Maar eerder al was hij
jarenlang een van de mensen achter het
Alkmaarse Waagpleintournooi.
Toen hij zijn activiteiten voor deze
balsport, die vooral in Frankrijk en Span
je wordt beoefend, naar Heiloo wilde ver
plaatsen, werd hij argwanend aan
gekeken.
'Ik vroeg de gemeente of er een baan kon
worden ingericht. Ze dachten, dat ik er
aan wilde verdienen. Nu is die verhouding
veel beter. Op het terrein van de honk- en
softbalvereniging hebben we een baan,
waarvoor we zelf de plaggen hebben
gestoken.'
Van Domburg is de oprichter van de pé-
tanquevereniging; naast voorzitter doet hij
het secretariaatswerk en onderhoudt hij de
contacten. 'Ik doe zo'n beetje alles', ver
duidelijkt hij.
'In Heiloo spelen we alleen 's zomers. In
de winter moet je naar de renbaan in Alk
maar.We hebben 40 ledjen, van wie de
meesten tot de middenstand behoren. Die
hebben weinig gelegenheid om door de
week te boulen. Zij zien het vooral als een
recreatieve sport. Daardoor doen wij min
der aan tournooien'.
Trainer vraagt
meer medewerking
Hoofdtrainer van het zwemmen,
bestuurslid van de zwemcommissie, voor
bereiden van de trainingen voor de
wedstrijdzwemmers, dat zijn enkele van de
taken van de heer Westerop bij zwem- en
poloclub De Spetters. Hij is daar ten
minste twaalf uren per week mee bezig.
'Ik heb altijd met veel plezier gezwommen
en dat wil ik graag bij anderen overbren
gen. Vooral voor de jeugd vind ik het be
langrijk, dat ze zich in de sport kan
afreageren. Dat is een sociale factor'.
Westerop doet dit vrijwilligerswerk bij De
Spetters nu vier jaar. Ruim twintig jaar
geleden werd hij lid, maar hij is er tien
jaar tussenuit geweest.
'Ik heb toen in Alkmaar gezwommen,
waar het peil hoger ligt. Er wordt twee
maal per dag getraind; in Heiloo kunnen
we niet meer dan driemaal per week in het
zwembad terecht'.
Hij is niet tevreden over de medewerking
in Heiloo. Voor de avond-zwemvierdaagse
moest twee keer betaald worden; om deel
te mogen nemen en om in 't Baafje toege
laten te worden. Die vierdaagse heeft de
Zwembond georganiseerd om het zwem
men te propageren.
'Het is een communicatiestoornis ge
noemd, maar onze leden moeten wel de
toegang betalen, als onze club twee banen
in 't Baafje voor de training huurt.
Zwemmen is duurder dan andere sporten.
We hebben daardoor geen betaalde trai
ner. Maar je zou meer voor de zwemsport
in Heiloo kunnen doen, bijvoorbeeld door
't Baafje te overdekken. Als dan de cam
pings aan de overkant ook kaarten kun
nen verkopen, dan wordt zo'n bad
rendabel', aldus trainer Westerop.
Bloeiende jeugdafdeling
in Oppositie
De heer J.Jonkheer stelt zich voor als
werkend lid van de schaakvereniging Op
positie. Dat houdt in, dat hij op vrijdaga
vond in Het Open Huis achter het
schaakbord plaats neemt om zijn partij te
spelen. Maar hij draait in de vereniging
ook mee bij het begeleiden van de jeugd.
Oppositie heeft 45 leden boven de 16 jaaï
en 30 junioren. De doorstroming van de
jeugd naar de senioren is een zorgenpunt.
Jongeren, die gaan studeren, houden vaak
het schaken in een vereniging voor gezien.
'We groeien wel, maar vooral dank zij de
rijpere jeugd vanaf 35 jaar en Vutters',
zegt hij enigszins spottend.
'We hebben een bloeiende juniorenafde
ling, waar het schaken geleerd wordt door
toelichting en competitietjes. Er zijn drie
mijlpalen. Je kunt eerst het pionnendiplo-
ma halen, daarna komt het torendiploma
en zal zo'n dertien jaar bent, dan ben je
aan het koningdiploma toe. Je bent dan
rijp voor het schaken'.
Een paar maanden geleden is de heer
Jonkheer begonnen met wat hij noemt
'enige verdieping' in het jeugdschaken aan
te brengen.
'Net als de senioren vinden junioren het
spelen van een wedstrijd het leukst. Maar
je moet ook de theorie beheersen. Aan de
hand van thema's leren we met de tech
niek en de tactiek van het spel om te
gaan'.
't Geeft een goed gevoel
Elke zaterdagochtend van acht tot negen
zit de heer Postma in het bad van Loos.
Hij is daar begeleider van de Stichting Ge
handicaptensport Heiloo.
'Elke pupil heeft een begeleider, soms
zelfs twee. Maar vooral de instructrice en
haar assistente zorgen, dat watervrees
wordt overwonnen en dat de gehandicap
ten plezier hebben. Het gaat niet om het
halen van diploma's. Er komen jonge vol
wassenen, maar vooral kinderen'.
Met negen andere begeleiders helpt de
heer Postma de gehandicapten in het
zwembad. 'Waarom ik dit doe? Ik heb er
andere activiteiten voor laten schieten. Het
geeft ontzettend veel voldoening. Ik ben er
via de EHBO bij gekomen'.
Heiloo heeft financieel geholpen om het
zwembad met een lift toegankelijk te ma-
kem voor gehandicapten.
'Er zijn jongeren bij, die je niet meer til
len kan. En soms zijn de handicaps zo er
nstig, dat je schrikt. Maar als je daar
overheen bent, dan gééft het je toch weer
een goed gevoel, dat je een beetje helpen
kan'.
En als een mooi voorbeeld vertelt de heer
Postma van een geestelijk gehandicapt
meisje van twintig jaar, dat kans zag alle
zwembrevetten te halen, die er bestaan.
'Voor haar begeleider betekende dit, dat
hij moest meezwemmen. Die heeft nu ook
een hele reeks van brevetten'.
Ik vind het heerlijk
Sjoelclub Heiloo is elke donderdagavond
in Het Open Huis te vinden. In vier klas
sen wordt er in clubverband gesjoeld. Al
zestien jaar is de heer De Groot voor
zitter.
'Ze vroegen me, toen de vorige voorzitter
wegging er niemand anders bereid was om
hem op te volgen'.
De voorzitter van de sjoelclub zorgt er
voor, dat de zaal gehuurd wordt, de sjoel
bakken met de stenen klaar staan en aan
het eind van de avond weer opgeborgen
worden. Hij organiseert de wedstrijden en
de slotavond.
'Omdat ik het heerlijk vind antwoordt
voorzitter De Groot op de vraag, waarom
hij dit vrijwilligers werk doet.
intern
ntif>ncile
Op vrijwilligers moet je zuinig zijn. Dat wordt in de hele wereld erkend.
Daarom is het op 7 december internationale vrijwilligersdag.
Ook in Heiloo worden de mensen, die hun vrije tijd voor anderen beschik
baar stellen, gewaardeerd. Want dank zij hun activiteit is er in onze ge
meente een keur van mogelijkheden op maatschappelijk, cultureel, sociaal
en sportief terrein.
Dit jaar heeft het college van Burgemeester en Wethouders onder andere
besloten een afvaardiging van vrijwilligers uit 'de sport' op het gemeente
huis in het zonnetje te zetten.
Aan enkele vrijwilligers stelden we de vraag, waarom ze zich voor hun club
inspannen. Op deze pagina leest u hun antwoorden, hun visie op het vrijwil
ligerswerk en hun persoonlijke informatie over de vereniging waarin zij ak-
tief zijn.
Wellicht is het van belang te weten, dat deze pagina geen meningen of op
vattingen van het gemeentebestuur bevat over vrijwilligerswerk. Laat de
vrijwilligers zelf maar eens aan het woord was het motto.
Ik mopper wel eens
maar toch
Mevrouw De Wijs is competitieleidster bij
Badmintonvereniging 't Vennewater. Er
wordt ook recreatief gespeeld en van
zelfsprekend wordt er getraind.
Haar werkzaamheden bestaan onder meer
uit het aanschrijven van de bezoekende
verenigingen, waarmee 't Vennewater in
de competitie zit.
1 Tien jaar geleden werd ze voor dit werk
gevraagd. 'Natuurlijk mopper ik wel eens,
dat het teveel wordt, maar ik doe het toch
nog steeds met plezier.
Hartje zomer, als anderen met vakantie
gaan, is de competitieleidster druk doende
om de uitnodigingen te versturen voor de
wedstrijden, die half september beginnen.
'Ik ga iedere zondag kijken. We hebben
drie landelijke teams, negen teams die in
Noord-Holland Noord spelen en vier
jeugdteams. Tijdens de competitie verza
mel ik de formulieren, waarop de resulta
ten staan vermeld. Het vraagt erg veel
tijd, omdat ik ook voor invallers moet
zorgen, wanneer spelers uitvallen. We heb
ben meer dan 430 leden, van wie de
meesten recreatief aan badminton doen'.
Thuis heeft mevr. De Wijs haar eigen in
valster; dat is haar dochter die lid is van
de technische commissie voor de jeugd
van de badmintonvereniging.
Een stuk van mezelf
De schietsportvereniging De Vrijheid Hei
loo komt voort uit de stichting Steun Wet
tig Gezag. Die ontstomd in 1948, toen
Tsjecho-Slowakije onder de voet gelopen
werd. De overheid vroeg vrijwiliigers voor
de reserve-politie en de Nationale Reserve.
Zo kwam de heer P.Gauw bij de reserve
rijkspolitie terecht. Na de opheffing werd
in 1955 de schietsportvereniging opgericht.
'De Vrijheid is in die veertig jaar een stuk
van mezelf geworden. Elke woensdag ben
ik op de baan aanwezig. We leren de le
den op sportieve wijze schieten. We heb
ben 125 leden, onder wie tien vrouwen. Ik
-ben 25 jaar penningmeester geweest. Nu
leid ik de schoonmaakploeg. Die houdt
het gebouw en de toiletten schoon en ze
verzorgt de schietstand en de schietbaan.
Verder ben ik voorzitter van de ballotage
commissie. Die adviseert het bestuur over
toelating tot lid. Ik ben ook secretaris van
de wedstrijdcommissie. Als je een jaar lid
bent en regelmatig bij ons geschoten hebt,
dan kun je een eigen wapen aanschaffen.
Je moet wel toestemming van de politie
hebben en het bestuur moet ermee ak
koord gaan. De meeste leden hebben een
eigen wapen, want daar schiet je het beste
mee'.
Veel vrijwilligers
en toch te weinig
Tot voor kort kwam de damesploeg van
atletiekvereniging Trias nog in de hoogste
klasse - de eredivisie - uit. Nu zit ze in de
eerste divisie; nog altijd een resultaat om
trots op te zijn.
Voorzitter Brouwer ('Heiloo staat bijna
bovenaan de lijst van atletiek-
beoefenaren') werd twintig jaar geleden lid
en na korte tijd trainer.
Trias is de grootste atletiekvereniging bo
ven het Noordzeekanaal. Ze telt ongeveer
630 leden tussen de zes en tachtig jaar,
van wie een kwart de atletiek als recrea
tiesport beoefent.
'Als voorzitter onderhoud je de contacten
met de buitenwereld en de verschillende
commissies binnen Trias. Ik maak ook
deel uit van de technische commissie, wat
weer te maken heeft met de uit- en thuis
wedstrijden. Elke avond Iaat ik op het
Triasterrein mijn gezicht zien. En een deel
van elk weekend ben ik ook voor de club
bezig. Ik vind het belangrijk om contact
te onderhouden met de groep trainers, die
voor een groot deel uit vrijwilligers
bestaat. Als je die wilt binden aan Trias,
dan moet je geregeld met ze spreken. We
hebben veel vrijwilligers, maar toch is er
steeds een tekort. Als je vroeger iemand
voor de kantine nodig had, dan was dat
zo voor elkaar. Nu moet je lopen zeuren
om iemand te vinden, die dat werk wil
doen'.
Wanneer Trias in Heiloo een wedstrijd in
de ere-divisie organiseert, dan moet er
voor 40 juryleden gezorgd worden. 'We
kunnen putten uit een bestand van 80
kandidaten, vooral ouders van kinderen.
Die hebben een cursus van 5 avonden
moeten volgen met afsluitend een examen,
dat de erkenning als jurylid geeft'.
Uit plichtsbesef
Vergaderen, notuleren en de post verzor
gen. Dat is de taak van Marianne Lampe,
secretaris van de tennisvereniging HSV.
Het kost haar redelijk veel tijd.
'Ik ben bij HSV gegaan, omdat ik wilde
tennissen. Twee jaar geleden vroegen ze
me of ik secretaris wilde worden. Ik heb
ja gezegd, omdat iemand het moet doen.
Plichtsbesef zou je het kunnen noemen.
Het is voor een vereniging moeilijk om
aan mensen te komen, die er ook iets voor
willen doen'.
Mevrouw Lampe is naast vrijwilligster in
de sport ook nog actief op het terrein van
de thuiszorg en op de school van haar
kinderen.
Hoe ga je met vissen om
Stimuleren van de vissport onder behoud
van de visstand. Dat is het doel van Hen
gelsportvereniging De Vroegte Wint. Se
cretaris van <le jeugdafdeling is de heer
Schouten.
'Dat betekent een paar keer per jaar ver
gaderen, een informatieboekje voor de
jeugd maken, zes wedstrijden per jaar or
ganiseren, maar vooral aan de zestig
jeugdleden vertellen, hoe je met de vissen
omgaat. We laten zien, wat goed hengel-
materiaal is, hoe je voer maakt en welke
dieren er in de Zander sloot leven. We
houden ze voor, dat je geen rommel aan
de waterkant achterlaat. We laten de
brandweer vertellen hoe ze helpt, als er
een tekort aan zuurstof in het water ont
staat. We vinden dat we een opvoedende
taak hebben. Maar we zijn er natuurlijk
ook voor de wedstrijd, waar iedereen met
een prijsje naar huis gaat, ook wie niets
gevangen heeft.'
Het enthousiasme van de vrijwilligers in
de hengelsport uit zich in het ledental. De
meeste jeugdafdelingen in Noord-Holland
tellen 50 leden; De Vroegte Wint heeft er
300. Schouten noemt dat 'redelijk groot'.
'We willen bij de jeugd de basis leggen
voor het goed omgaan met de natuur. Dat
kan niet zonder de ouders. We proberen
die te stimuleren door ze persoonlijk aan
te schrijven. Maar het is moeilijk om hun
medewerking te krijgen. Gelukkig krijgen
we veel steun van Handy Fish. Dat is het
halve werk'.
Niet als politie
vooral gezellig
Een veertigurige vrijwilligers-werkweek
heeft mevr.De Jong vroeger aan volleybal
vereniging Effect besteed. Tegenwoordig
doet ze het wat kalmer aan. Negen uur
per week geeft ze aan haar club als
trainster van de jeugd. Tien jaar is ze nu
al actief.
Naast jeugdtrainster is ze vooral secretaris
van Effect. Dat werd ze na lid van het
jeugdbestuur te zijn geweest. Alles wat
aan post binnenkomt en uitgaat, gaat
door haar handen. En dan is er nog de
administratie, het notuleren van de verga
deringen, het jaarverslag en het regelen
van allerlei zaken.
'We hebben 225 leden met elf competitie
teams, vier jeugdteams en acht recreatie
teams. Er melden zich mensen, die alleen
wat recreatiesport willen doen, maar ook
die verder willen. Het jeugdwerk is in de
lift gekomen, toen we districtscompetities
kregen. Dat geeft meer mogelijkheden.
Jeugd met veel talent schuiven we door
naar een hogere groep. Dan moet je wel
flink trainen. Maar we gaan niet als een
politieagent achter ze aanzitten. Onze ver
eniging is een gezelligheidsclub met weinig
verloop. We gaan ook niet de boer op
nieuwe leden te werven', aldus mevr.De
Jong.
'Ons grote probleem is de zaalruimte. Wil
je verder met de jeugd in het volleybal,
dan moet je meer dan twee keer kunnen
trainen. Dat is nu jammer genoeg niet
mogelijk'.
Pony rijden en
oliebollen bakken
De vrijwilligers bij Ponyclub Heiloo e.o.
doen voor de leden meer dan alleen leren
hoe je op zo'n paardje moet rijden.
'We zijn er voor kinderen tot 18 jaar. Het
is een gezellige club, die ook oliebollen
bakt, duinritten maakt, onderlinge
wedstrijden organiseert of een barbecue
middag houdt', vertelt mevr.Nowee, sinds
twee jaar secretaris van deze vereniging.
'Als je bij onze club wilt, dan moet je zelf
voor een pony zorgen. Je ziet wel eens
kinderen, die een beetje doelloos met hun
paardje in het groen van Heiloo lopen.
Dat verveelt gauw. Bij ons gaat het meer
gericht. We hebben een eigen terrein, waar
we kinderen instructielessen geven om
goed met een pony te kunnen rijden'.
'Onze leden kunnen ook deelnemen aan
landelijke springconcoursen en dressuur-
proefjes. Je krijgt bij ons een uur per
week lessen en we geven ook springlessen.
De kinderen rijden bij ons zo'n vijf keer
per week. We krikken het niveau van het
ponyrijden bij de kinderen op. Je kunt het
resultaat vergelijken met wat in een mane
ge bereikt wordt. Maar onze vereniging is
meer gericht op het lesgeven aan kinde
ren', aldus mevr.Nowee.
Ze vindt, dat vooral de mensen van de
technische commissie het meest voor de
club doen.
'Die zijn continu bezig het veld te verzor
gen; bij wedstrijden moeten ze het par
cours opbouwen en weer afbreken. Ze
steken elk vrij uurtje in de club, dat
vraagt enorm veel tijd'.
Weg bij de geraniums
Twintig jaar geleden verhuisde de heer
Leusink uit Amsterdam en korte tijd later
werd hij actief in de Eerste Heiloöer Kla-
verjasvereniging. 'Je kan in de winter niet
de hele dag achter de geraniums zitten',
stelt hij.
Hij is een van de 39 leden. Vroeger telde
de klaverjasclub er 60, maar de jeugd laat
het afweten. Het jongste lid is 55 jaar.
'Met vijf bestuursleden organiseren we de
wedstrijden. Elke maandagavond zetten
we daarvoor in Het Open Huis de tafels
klaar. En eenmaal per maand is er een
vrije drive, waaraan ook niet leden kun
nen meedoen. Het bestuur stelt de lijsten
op voor de wedstrijden en het koopt de
prijzen in.'
Het kost hem anderhalf uur per week. De
activiteitencommissie van het Ouderen
werk, waarvan hij ook deel uitmaakt,
vraagt twee dagen per week.
Leurink doet dit vrijwilligerswerk, omdat
zo weinig anderen het willen doen. Maar,
zo voegt hij er aan toe, 'ik vind ik het
ook leuk'.
Schreeuwend zalengebrek
Het eerste team van Zaalvoetbalvereniging
Foresters'71 zit in de tweede divisie en dat
is volgens voorzitter Sarelse voor een
plaats als Heiloo 'hoog'.
De piek van zijn werk voor Foresters'71
ligt in juli aan het begin van het seizoen.
Twintig jaar is de heer Sarelse actief voor
zijn vereniging. Aan het begin van het sei
zoen moet hij regelmatig vergaderen. Als
de competitie eenmaal loopt, dan is dat
nog maar eens in de zes weken.
Zaalvoetballers spelen in een competitie,
die in augustus begint en tot april door
loopt. Dat vraagt de nodige voorberei
dingen.
Tien jaar geleden kwam er een splitsing
tussen zaal- en veldvoetbal in verband met
eisen, die de KNVB stelde.
De voorzitter van het zaalvoetbal zit met
zijn collega van het veldvoetbal automa
tisch in het bestuur van de overkoepelende
sportvereniging Foresters.
'Daar bespreken we zaken als de exploita
tie van de kantine. Ik houd me bezig met
de opstelling van de teams. Ons grote pro
bleem is het schreeuwende gebrek aan
zaalruimte. De zaal van Het Vennewater
zit elke avond vol. Er is behoefte aan een
tweede sporthal. We hebben negentien
teams. Thuiswedstrijden houd je normaal
gesproken in je eigen complex. Met uit
zondering van het eerste team en het
jeugdteam spelen we onze thuiswedstrijden
in Egmond en Alkmaar'.
Water uit Alkmaar halen
Bij IJsbaanvereniging Heiloo is de heer
Jan Sleutel de technische man; en als het
vriest, dan is hij de ijsmeester. De 2300 le
den kunnen hun slag slaan op kwaliteit
sijs, waaraan vrijwilligers bijna het hele
jaar werken.
In december draait Sleutel de kraan open
om de ijsbaan onder water te zetten. Het
komt door verschillende duikers uit de
Singelgracht in Alkmaar.
'Als alles goed gaat, dan staat na vijf da
gen voldoende water op de baan. Je moet
er voortdurend bijblijven, want er kan al
tijd iets mis gaan. Elke drie dagen moet je
weer een hele dag malen, omdat het water
wegzakt. Er moet voldoende water onder
het ijs zitten, zodat het vlak is. Goed ijs is
zes centimeter dik. Ik voel, waar te weinig
water is. Dan pomp ik bij. Na de vorst
moet het water weer afgevoerd worden. In
drie dagen is het veld leeg. Dan is het tijd
om de kantine te schilderen. En daarna is
het bos en het hek aan de beurt'.
Mevrouw Sleutel herinnert zich een winter,
dat de poltie haar' midden in de nacht uit
bed belde. 'Er stond een auto met ons
kenteken bij de Kattenberg. 'Ik kon ze ge
ruststellen. Als 's avonds het volk van de
baan was, dan ging mijn man sneeuw
ruimen'.
V.l.n.r. Flora Phaff, Yvonne van der
Kaay en Sietske de Graaff.
Kinderen leren
met elkaar omgaan
Drie dames zijn bij hockey-vereniging De
Terriërs met de jeugdleden bezig. Ze vin
den van hun vrijwilligerswerk vooral het
sociale aspect belangrijk. 'Niet iedereen
kan even goed zijn, maar je kunt de kin
deren wel leren hoe ze elkaar kunnen acti
veren', zegt mevr.De Graaff, een van de
drie vrijwilligsters.
Ze proberen de kinderen bij de vereniging
te betrekken met hockey en met gezellige
pannekoekmiddagen. Ze onderhouden
contact met de ouders. Soms worden ze
gebeld met vragen.
'Onlangs vroeg een ouder of een kind met
astma mag hockeyen. Dat mag. Maar je
krijgt ook telefoontjes, als een kind ge
plaagd wordt of een dieet moet volgen en
daarom geen pannekoeken mag eten. Daar
moet je allemaal op ingaan. We maken
rijschema's om de kinderen naar een
wedstrijd te brengen. En als ouders door
hun werk niet kunnen, dan vragen we ze
om in de bar te helpen of iets anders voor
de vereniging te doen. We zorgen ook
voor het contact tussen coaches en trainers
en de andere secretarissen. De bezoekende
clubs vertellen we hoe laat ze kunnen ko
men en in welke pool hun team speelt'.
Aan het begin van het seizoen vraagt de
teamindeling veel tijd. Een secuur werk,
omdat rekening wordt gehouden met de
wensen van ouders en kinderen.
'Met ons drieën zijn we zeker 45 uur per
week voor De Terriërs aan het werk. Ik
ben er vijf jaar geleden mee begonnen.
Maar ik vind het nog steeds leuk om te
doen'.
PAGINA 12
UITKIJKPOST 7 DECEMBER 1994
HEILOO ZET VRIJWILLIGERS
IN HET ZONNETJE
li
illlfiti