Zandzoom richting ideaal
"Het eindbeeld bepaalt of je je doelstelling hebt gebaald of niet"
HavMiJNU
^nemnhetgroen.info
Voorjaarsbijlage 2007
H
J*
..riiUi
IN HET GROEN
bouwen aan het landschap
Er is een sterke rol weggelegd voor
de gemeente, meent Loman. „Je
moet duidelijke richtlijnen stellen
om de ontwikkelaar in toom te hou
den. Hoe beter de markt, hoe mak
kelijker je woningen afzet, hoe
slechter het eindproduct.
Daar moet de gemeente een sterke
rol opeisen. Ze moet voorkomen dat
de Zandzoom gaat lijken op bijna
alle andere nieuwbouwwijken
tegenwoordig. Geen slaapwijk.
Groeneweg, de Hoogeweg en de
Oosterzijweg. Langs deze 'linten'
liggen karakteristieke woningen en
boerderijen, die ook behouden
moeten blijven.
'Wonen in het groen': een uitspraak
waar men niet omheen kan tijdens
de realisatie van de Zandzoom,
bestaande uit zo'n 2400 woningen.
De gemeente maakt het er zichzelf
niet makkelijk op.
De uitgangspunten van het beeld
kwaliteitplan zijn onder meer dat
het huidige landschap het uitgangs
punt moet gaan „vormen voor een
nieuwe ruimtelijke structuur en
nieuwe bebouwing. Daarnaast
moeten de vier linten, de wegen die
op de strandwal zijn ontwikkeld,
het woonlandschap gaan dragen.
„Wonen in het groen gaat uit van
drie punten. De woningbouw, de
aansluiting op de A9 en de herin
richting van het landelijk gebied."
De gemeente kan elk jaar terug kij
ken op de 125 gebouwde huizen,
daarop kunnen ze de volgende
reeks huizen aanpassen. Duidelijk
vastgesteld zijn vier woningklassen,
die worden gebouwd. 25 procent
tot 150.000, 15 procent tot 200.000,
30 procent tot 300.000 en de laatste
dertig daarboven. Het topsegment
betreft woningen van boven de
500.000,- en het laagste segment is
zowel voor starters als voor oude
renhuisvesting. „Het wordt een
dynamisch proces per jaar",aldus
Stijkel. „Het moet uiteindelijk wel
praktisch en leefbaar blijven. Het
eindbeeld bepaalt of je je doelstel
ling hebt gehaald of niet."
maar een wijk waar ook voor jonge
ren nog iets te beleven is. Dan zoek
je het in hogere dichtheden van
bebouwing."
Marcel Stijkel is stedenbouwkundi
ge bij de gemeente en projectleider
van de Zandzoom. Hij legt uit hoe
het huidige idee ontstaan is. „Het
initiatief is door Heiloo opgepakt.
Wij wilden voorkomen dat we te
dicht naar Alkmaar toe zouden
groeien. Zodoende hebben wij de
regionale behoefte aan de zuidkant
aangepakt met de Zandzoom. De
provincie zag een groter plaatje en
heeft dit opgeblazen tot de huidige
plannen, inclusief een aansluiting
op de A9."
Stijkel lijkt wel van mening dat er
een ideale inrichting kan bestaan.
„Ons beeldkwaliteitplan gaat inder
daad richting ideaal", zegt Stijkel.
„Wij maken de woningbouw inhe
rent aan het landschap. De
opbrengst van de huizen steken we
in het landelijk gebied.
Rood voor groen. We willen hout
wallen en greppels behouden en
versterken, cultuur-historie beleef-
baar maken. Het is belangrijk dat de
woonwijk een eigen identiteit, een
imago krijgt." Niet alleen de bouw,
maar ook de infrastructuur wordt
aangepast aan het onderliggende
landschap. De vier karakteristieke
linten, die op de strandwal liggen
moeten in karakter gehandhaafd
blijven, zodat straks ook de bele
ving vanaf de weg prettig is." Met
de zojuist genoemde linten bedoelt
Stijkel de Westerweg, de
HEILOO - Aan het einde van dit
jaar staat het gepland: De eerste
paal van de Zandzoom. Maar de
eerste paal is misschien wel net zo
belangrijk als het laatste likje verf.
Met de bouw van 125 woningen
per jaar kan de gemeente zichzelf
telkens corrigeren. Op deze manier
zou men moeten uitkomen tot een
ideale inrichting van het gebied.
Iets wat waarheid kan worden, of
misschien een utopische gedachte.
Timo Loman (25) is een oud-
Heiloëer en onlangs geslaagd aan
de Universiteit aan Amsterdam voor
het doctoraal examen Geografie en
Planologie. Zijn schrijven over leef
stijlen in de woningbouw, houdt
zich onder andere bezig met de
ideale mix van leefstijlen en leefwij-
zes in een nieuwbouwwijk. „Een
ontwikkelaar kijkt eerst naar de
inkomensklassen, naar de leeftijd en
naar de huiselijke samenstelling. Ik
ben veel verder gegaan, door punt
vier, vijf en zes te onderzoeken."
Volgens Loman bestaat de ideale
inrichting niet. „Ik heb tot mijn
22ste in Ypestein gewoond. Die wijk
voegt niet veel toe aan zowel de
architectuur als de ruimtelijke kwa
liteit in Nederland. Dat mag met de
Zandzoom zeker niet gebeuren."
Toch heeft hij wel wat ideeën voor
de Zandzoom. „Als wijk moet je jon
geren willen vasthouden met inte
ressante stadshuizen, daarvoor
moet je redelijk de lucht in gaan
met de bouw. Ook met het oog op
de vergrijzing in Heiloo, is het ver
standig om in de behoefte van
ouderen te voorzien."