't VLIEGEND BLAADJE. Algemene Nieuws- fit en Advertentiebode VOOR DEN HELDER EN OMSTREKEN. Oplaag 4000 Ex. Prijs 1 Cent. fio. 259. Woensdag 11 Augustus 1875. Derde Jaargang. Advertentiën van 15 regels 25 Cent. Elke regel meer 5 Cent. Groote letters naar plaatsruimte. Advertentiën. Verschijnt DINSDAG EN VRIJDAG. Uitgevers BERKHOUT Co. Abonnement per drie maanden 30 Gt., buiten deze gemeente, franco per post, 50 Ct. Vertrekdagen der Mails. Naar Qott-Indië Eiken Donderdag, 's avonds 6.50. NIEUWSTIJDINGEN. HELDER, 10 Augustus 1875. De heer Basch zal in het lokaal Tiroli eenige voorstellingen in de Magie de Physique, enz.geven. De gunstige reputatie van genoemden heer doet ons verwachten, dat vele plaatsgenooten deze voorstellingen zullen bezoeken, te meer, daar zij hoogst beschaafd, nuttig en onder houdend zijn. De onlangs alhier opgerichte schietclub Willem Teil" neemt in ledental toe. Ten bewijze van sym pathie voor deze vereeniging, hebben drie heeren officieren der schutterij alhier elk een .prijs beschikbaar ge steld voor de op 22 Aug. te houden huishoudelijken wedstrijd. Volgens een bij het departe ment van marine ontvangen bericht, is Zr. Ms. raderstoomschip aMerapi" den 6 Aug. te Point de Galle aan gekomen en zou den lOn daaraan volgende naar Atchin vertrekken. Aan boord was alles wel. Tot opzichter van den Water staat le kl.in Nederl. Indië, is o. a. benoemd de heer F. S. H. Courbois. De miliciens der lichting 1873, dezer dagen van groot verlof bij de regementen teruggekeerd, zullen met 1 September met onbepaald verlof huiswaarts worden gezonden. Naar de inlichtingen, die in gewonnen zijn betrekkelijk de beken tenis, door zekeren oud-grenadier te Samarang afgelegd nopens een moord, door hem gepleegd, moet die beken tenis niet slaan op den moord van mevrouw Van der Kou wen en haar dienstbode, maar op een anderen moord, korten tijd daarna gepleegd op een meisje, nabij de Geestbrug. Dat meisje was met eenige kolo nialen uitgegaan en gezien, en som migen hunner, benevens Lagerman, hebben zich destijds voor de justitie moeten verantwoorden. Haar lijk werd kort daarna uit de vaart deerlijk verminkt opgehaald. In het kerkbestuur te Brouwers haven is een voorstel gedaan tot sloo ping der kerk, een der merkwaardigste gebouwen van Zeeland, waarschijn lijk dagteekenende uit de 12de eeuw. In een sloot tussohen Sloterdijk en Amsterdam, aan den Spaarndam- merdijk, is door een maaier gevonden het ljjkje van een pasgeboren kind. Men vermoedt, dat het uit Amster dam derwaarts is gebracht. In Grave heeft zich een dolle hond vertoond en er vrij wat drukte veroorzaakt. Vier honden, 'door het dier gebeten, zijn afgemaaktboven dien: moetenalle honden gedurende een maand vastliggen. Ook te Velp is een dolle hond waargenomen. Aan 't strand onder Kims werd, ia even buiten de zeepalen een on bekend zeedier gevonden. Het dier was dood, maar scheen nog kort te voren te hebben geleefd. Zijne lengte ia ongeveer 20 voet en zijne dikte kolossaal, dat het gewicht op ongeveer 2000 kilo geschat wordt. Een massa spek, wel 600 kilo, had men er bereids afgesneden. Het mon sterdier, in andere zeewateren te huis behoorende, is ongetwijfeld op deze kusten verzeild geraakt e'n. door de eb overvallen, zoodat 't verder buiten staat geweest is te ontkomen en den dood gevonden heeft. 't Gebrek aan goede zwemin richtingen voor mingegoeden te Am sterdam, heeft Zondag weder twee menschenlevens gekost. Een 24jarig jongeling, die zich met zwemmen vermaakte in de Oostenburgergracht, en een 17jarig jongeling, zwemmen de in den Buiten-Amstel (gemeente Nieuwer-Amstel), zijn beiden verdron ken. De laatste, een goed zwemmer zijnde, moet in een kuil geraakt zijn. Zondagavond jl. heeft te Utrecht een zwaar onweder gewoed, verge zeld van hevige regen- en hagelbuien. In den tijd van anderhalf uur viel een hoeveelheid van 63 m.m. of met andere woorden 63 liters op den vierk. meter, waarvan de grootste helft hagelsteenen waren, waarvan enkele een middellijn van 33 m.m. en den vorm van een knikker hadden; ande ren hadden eene lensvormige gedaante waarvan de middellijn soms nog groo- ter was. Daardoor is veel schade aan boomen en planten veroorzaakt en zijn vele glasruiten verbrijzeld. Bjjna geen huis is er, waar niet van lek kages en dergelijke ia geleden. In den hortus werden circa 2000 ruiten en aan het hospitaal 267ruiten stukge slagen. Ook uit de omliggende ge meenten hoort men van aangeriehte schade. Te Benschop werd o. a. een koe in de weide, midden uit een aan zienlijke kudde, door den bliksem getroffen en gedood. Onder te Ylissingen loopende ge ruchten verdient melding, dat binnen kort. aldaar een nieuwe rechtstreek- sche verbinding met Londen zou ge opend worden. De booten die op de lijn AntwerpenHarwich varen, zonden nameljjk in het vervolg ook te Vlissingen passagiers afzetten. Reeds vroeger moet hiertoe plan bestaan hebben, doch het aanvankelijk succès dat de lijn VlissingenScheerness behaalt, zou er nu den doorslag aan hebben gegeven. Het schip »Mary Evans," kapt. Mc. Cracken, thans te Rotterdam lig gende, verliet Banana met den kapt. en 9 man. Een week daarna lagen 8 man ziek, van welke 6 spoedig stierven. Tweemaaal werden schepen gezien, doch te vergeefs om hulp geseind. De kok, die zelf half ziek was, kon slechts nn en dan eens,aan het roer staan. De kapt. was de eenige valide man gebleven, die het voor 10 man bestemde werk alléén te doen had, behalve nog de verzorging der zieken. Daarvan heeft hij zich met zeldzame volharding, gedurende zes weken, nacht en dag werkzaam, gekweten. Eindelijk zou men de vei lige haven bereiken en toen zette kapt. Cracken de kroon op het werkhij hield voor de.naderende loodsboot zijn henarden toestand verborgen, en liet (opgedrongen redders willende weren,) niemand aan boord, alvorens, tegen vooraf overeengekomen billijk loon, zich van manschappen te hebben voorzien. Assuradeuren, die door het man haftig gedrag van kapt. Mc. Cracken zeer gebaat zijn, hebben hem en den kok een bljjk van waardeering toege dacht. Een Fransch blad verhaalt van iemand, die uit zwaarmoedigheid een zelfmoord wilde begaan. Hij wierp zich uit een venster van de derde verdieping, dóch viel op eenige tele graafdraden, die onlangs voor dat huis gespannen waren. De elasticiteit der draden, gevoegd bij het gemeen schappelijk weerstandsvermogen, was oorzaak dat zij alle heel bleven, en dat de ongelukkige, in plaats van dadelijk dood te zijn, levend in zijn woping kon teruggebracht worden. De maker van de Keizersklok te Keulen, de klokkengieter Hamm, uit Frankenthal, is er eindelijk in geslaagd de klok aan het luiden te brengen en hoopt nu voor goed de daarmede verbonden moeielijkheden overwonnen te hebben. Over eenige dagen zal het plechtige proefluiden plaats vinden. Te Plymouth is weer een half verrot schip aangehouden, dat op het punt was zee te kiezen. Het schip had bijna geen touw, oude zeilen en geen timmerman aan boord. De inschrijving, die te Londen voor de overstroomde districten in Frankrijk is gehouden, heeft onge veer 23.000 p. st. opgebracht. In Frankrijk vreest men op nieuw voor overstrooming van de RhöneVrijdagavond heeft het te Parijs uren achtereen geonweerd en geslagregend. Te Bordeaux is het doodvonnis aan Fradou voltrokken, die zijn vrouw vermoord en gepoogd had zijn moeder van 't leven te berooven. Niet minder dan 20.000 nieuwsgierigen hadden zich langs den weg geschaard, dien de veroordeelde moest passeeren. Hij stierf gelaten en heeft als laatste wensch gevraagd, naast zijn vrouw te worden begraven. Bij het zuiderstation te wordt een perk in gereedheid gebracht tot het houden van stierengevechten. De troep (quadrille), wier aankomst men dezer dagen uit Nimes verwacht, bestaat uit 22 stieren en 14 toreadors. De Bjelgisohe bladen leggen eenparig hun ontevredenheid aan den dag over de poging om dit wreedaardig volks vermaak daar te lande in te voeren. Dezer dagen heeft zekere Mé- ringot bij Aubussen een moord op zijn vrouw gepleegd. Bijna twee jaren was Méringot van zijn vrouw gescheiden. Achter een hoogte aan den weg verborgen, wachtte hij haar op, wierp haar op den grond en sloeg haar met een grooten steen op het hoofd. De schedel van zijn slacht offer was gebroken. Den dag daarna werd Méringot in den vroegen ochtendstond gevonden, uitgestrekt aan den voet van een boom dicht bij de plaats waar hij zijn mis drijf had uitgevoerd; om zijn hals had hij verscheiden zakdoeken ge bonden. Het bleek, dat hij gepoogd had zichzelf van 't leven te berooven, maardat de zakdoeken te zwak geweest iwaren om het gewicht te dragen. Zij waren gescheurd. Bij zijn val op den grond had hij een been gebroken, doch hij leefde nog en is onmidde llijk naar de gevangenis gevoerd. Te Mekka heeft den 2n Juli een hevige brand gewoed, die ook het schoone, oude paleis van den groot-sherif, met meer dan 150 ka mers, vernielde. Gedurende twintig uren woedde het vuur. Aan blusschen werd niet gedacht. Mekka heeft niet één brandspruit. Op een nacht in September, nu een goede twintig jaar geleden, ston den twee huzaren der garde op wacht jbij Cbarlottenhoff in 'tpark van Sans- jsouci, de toenmalige residentie van Koning Friedrich Wilhelm IV. 't Was alles donker om hengeen lichtstraal drong meer uit de ramen van het slot naar buiten. Een der huzaren, een Brandenburger, vertelde weenend aan zijn kameraad, dat hijden vori- gen ochtend van huis bericht gekre gen had, dat zgne moeder op haar sterfbed lag en den wensch had uit gesproken hem vóór haren dood nog eens te zien. Hij had dadelijk ver lof gevraagd aan den ritmeester, maar tot antwoord gekregen, dat, volgens een onlangs door den Koning uitge vaardigd bevel, met het oog op de naderende manoeuvres, aan niemand verlof gegeven werd. De ritmeester was nog met hem naar den komman- dant van het regement gegaan en had een goed woord voor hem ge daan, maar ook deze had zich ge houden aan het strenge bevel des Konings. Staat daar een soldaat onder de wapens te weenen?" klonk het plot seling uit een der vensters van het slot. De Brandenburger, die onmidde lijk de stem van den Koning her kende, gaf onbeschroomd ten ant woord: Ja, Majesteit, ik moet wel weenen Toen hem naar de reden gevraagd was en hij aan den Vorst zijn ver haal gedaan had, sprak Friedrich WilhelmGa onmiddelijk naar mijn kabinetsraad Hlaire, laat hem wekken, en breng hem mijn last Over om u onmiddelijk 15 thaler reisgeld te ge ven, opdat gij uw stervende moeder nog eens zoudt kunnen zien." »Maar Majesteit," gaf de huzaar trouwhartig ten antwoord, »ik mag toch mijn post niet verlaten." Juist, mijn zoonhernam de Ko ning, »ik zal u dadelijk laten aflos sen." Spoedig had de Vorst een briefje aan Hlaire geschreven, 't welk hij nu aan den huzaar gaf, waarop hij in eigen persoon naar de naastbijgelegen wacht liep om voor de aflossing te zorgen. De makker van den huzaareen Slees wij ker, die het gebeurde later vertelde, kreeg last den volgenden middag in het slot de eerewacht te betrekken. Nauwelijks was hij toen op zijn post, of de regementskomman- dant werd aangediend. Op gestren- gen toon vroeg de Koning hem, waar om hij een soldaat, wiens stervende moeder hem verlangde te zien, verlof geweigerd had. De kommandant beriep zich op het strenge bevel van den Vorst. »Maar kunt gij dan geen onder scheid maken?" vroeg de Koning op vriendelijker toon. »Hebt gij zoo weinig hart dat ge hebt kunnen mee- nen, dat ik aan een zoon zou verbie den zijn stervende moeder de oogen toe te drukken?" De Brandenburger keerde van zijn verlof terug. Hij had zijn moeder grafwaarts gedragen, maar het genot gesmaakt, nog een laatsten blik vol liefde uit hare oogen te mogen ont vangen. Een Engelsch beoordeelaar van schilderijen, tevens een groote dronk aard, begaf zich op zekeren dag, na weder veel gedronken te hebben, naar bet Britsch museum, om aldaar de stof te vinden voor een artikel over nieuwe schilderstukken. Toen hij in de voorkamer kwam, bleef hij voor een spiegel staan, in de vaste over tuiging, dat hij voor een schilderstuk stond. Hij beschouwde een oogenblik het zonderbare gelaat, dat zich daarin afspiegelde en schreef in zgn notitie boek: Eerste zaal: Kop van een dronkaard, zonder naam van den schilder. Veel karakter. Een roode neus, die de werkelijkheid nabij komt. Stomp, dierlijk uiterlijk." Deze type, reeds meer gezien, moet een portret zijn naar de natuur genomen. Den volgenden dag las men in een dag blad een groot artikel, aan den»kop van een dronkaard" gewijd. Het was een Schotsche vrouw, die zeide dat de slager van hare plaats maar een half beest te gelijk slachtte. 't Was een Hollander, die zei, dat een varken geen kenmerken aan zijn ooren had, behalve een korte staart. 't Was een Engelsch overheidspersoon, die, toen een land- looper hem vertelde, dat hij niet getrouwd was, dezen toevoegde„dat 's een geluk voor je vrouw." 't Was een Engelsch verslaggever, die, ineen vergadering van een maatschappij voor volken kunde, verklaarde, dat er afgietsels waren van den schedel van een persoon, op verschillende tijdperken van volwassenheid, om de veranderingen aan te toonen in tien jaren plaats grijpendeof schoon zekerlijk deken "Swift melding maakt van twee schedels, die in Ierland bewaard worden, de een van een persoon toen hij jongen, de ander van denzelfden persoon toen hij man was. 't Was een Franschman, die weltevreden een keulsche pot als hoofdkussen gebruikende, iemand, die hem vroeg of 't niet wat hard was, antwoordde: „in 't geheel niet, want 'k heb hem gevuld met hooi." 't Was esn Amerikaansch prediker, die plechtig op zekeren avond zei: „Ouders, ge hebt wel kin deren? of, zoo niet, dan hebben uwe dochters ze." 't Was een Dnitsch redenaar, die, in 't vuur zijner rede, uitriep: „er is geen man, vrouw of kind in huis, die den ouderdom van vyftig jaren bereikt heeft, of do waarheid heeft hem reeds gedurende eeuwen in de ooreu geklonken." HELDERSCHE MOPPEN. ONAANGENAME VERHINDERING. Een matroos van de Koninklijke Nederlandsche Marine was wegens insubordinatie tot 25 slagen veroordeeld, juist op een dag, waarop hij beloofd had zijn meisje te znllen komen bezoeken. „Het doet mij zeer leed dat ik niet kan komea, maar ik ben verhinderd," schreef bij haar. EEN NIEUWE MAATSTAF. Eenigen tijd geleden stond te Londen een va gebond van de ergste soort terecht. Hij had een donker zwarte baard van zeldzame grootte. Toen de rechter den beschuldigde over zijn vroeger leven had ondervraagd, zeide hij: „Als alles waar is wat je ten laste wordt ge legd, dan moet je geweten even zwart zijn als je baard." „Ja," zeide de beschuldigde, „maar als men 't geweten naar den haard moet beoordeelsn, dan zou U EdelAchtbare in het geheel geen geweten hebben." Burgerlijke Stand. Helder. Van 610 Augustus 1875. ONDERTROUWD: A. J. L. Sörensen, sergeant der mariniers en M. E. den Haan. H. Schaap, machinist bij de marine en J. Koorn. P. Keim, zeeman en J. Esbaeh, wed. A. Brnining. GEHUWD: Geene. BEVALLEN: M. Fooij geb. Metzelaar, Z. G. Marchand geb. Keijser, Z. A. Wit geb. Schouten, Z. A. M. Vinken geb. Ramler, D. L. J. Zoll geb. Braams, D. T. Heepke geb. Butter, Z. H. Herrmann geb. Hendriks, D. M. Durer geb. Smeets, D. M. F. Christensen geb. de Graaf, D. C. Duinkor geb. Bakker, D. OVERLEDEN: J. Gorter, 18 d. H. Rook- maker, 18 j. J. G. O vering, 2 j. en 11 m. M. Slikker, 2 j. ei 9 in. B. Roeffel, bijna 7 m. van JACOB DE BOER, Landbouwer, ELIZABETH BAKEN. Callantsoog, 11 Augustus 1875.|j |Uit naam van Broeder en Zuster.^ Algemeene kennisgeving. Ondertrouwd Albertus Jacobus Lanrens Sörensen en Maria Elisabetli den Haan. Helder, den 6 Augustus 1875. Geen receptie.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1875 | | pagina 1