KLEINE COUKANT HELDER. NIEUWEDIEP EN OMSTREKEN. ren nd. No. 563. Dinsdag 9 Juli 1878. Zesde Jaargang. laald. i de itre abonnement Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag. Uitgevers BERKHOUT <fc Co, advertentien nieuwstijdingen n, feuilleton. VERSTOOTEN. INT Vliegend Blaadje VOOR DEN m. ir 3 maanden binnen de gemeente 35 Ct. franco per post 60 te HELDER. Van 15 regels25 Centen, eikeregel meer 5 Centen; grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 ure bij de Uitgevers bezorgd zijn. HELDER, 9 Juli 1878. .Naar wij vernemen moet alhier ge- p 's rijks werf een belangrijke dief- EL- tal van verschillende goederen ont- IEP lekt zijn. Zoo men ons verzekert, het s de bootsman der werf, als daarvan zijn rerdaeht, reeds in arrest gebracht. Sss Gisteren namiddag kwam alhier ir reede de Zweedsche oorlogskorvet .Saga," welke een oefeningstocht doet met de adelborsten der Zweedsche Marine. Aan boord van dien bodem bevindt zich Prins Oscar, tweede zoon van den Koning van Zweden. Gisterenavond 71/, uur werden in het Marine-Hospitaal alhier bin nengebracht een adelborst en een kadet van Zr. Ms. Zweedsch Korvet »Saga," beiden met belangrijke ver wondingen; de een aan den linker- 'jj-arm en oog en de ander aan den reet ierhand. Beide lichaamsdeelen, voorarm en hand, zijn aldaar geam puteerd geworden. De verwondingen zijn gebeurd bij het salueeren met geschut, waarbij een ingebrachte kar does bij het aanzetten ontplofte. De oogverwonding is, van minder belang voor 't oogenblik, veroorzaakt door ingesprongen kruid. Een der lijders was gisterenavond niet buiten levens gevaar. Heden is de toestand van beiden betrekkelijk bevredigend. In den nacht van Zaterdag op Zondag jl. is een marinier in beschon- Een Poolsche geschiedenis. 43). XYI. „De abdis van het nonnenklooster St. I Ursnia heeft aangegeven, dat voor eenigen tijd een jonge Poolsche te middernacht on der bijzondere omstandigheden in het kloos ter was gekomen; zij scheen krankzinnig en van haar vader verstooten te zijn geworden." „Wie is baar vader? Behoort hij tot de opstandelingen „Het schijnt dat de abdis zulks tot nog toe niet doorgrond heeft." „Begeef n dan van avond zelf naar het klooster," beval de grootvorst; „zoek het meisje uit te hoorenmisschien verraadt zij ons in haren waanzin een of ander gewich tig spoor reeds meermalen hebben der gelijke ontmoetingen de gunstigste resultaten ken toestand in de gracht om 's rijks werf geloopen, en hoewel er spoedig uitgehaald, mocht men er niet in slagen de levensgeesten weder op te wekken. Gisteren is op Onrust het lijk gevonden van een onbekend mans persoon, reeds in vergevorderden staat van ontbinding verkeerende. Het st. Conrad, van Batavia naar hier, is den 7en dezer te Napels aangekomen en heeft denzelfden dag de reis voortgezet. Aan boord van bovengenoemden bodem moet, naar men mededeelt, een bedroevend ongeluk hebben plaats gehad. Een overboord gevallen mili tair willende redden, is de sloep, die ter zijner redding was uitgezet, om geslagen, waardoor drie man der equipage hun dood in de golven vonden Het st. Koning der Nederlan den is gister van Snez vertrokken. Het st. Madura, van Batavia naar hier. is 5 Juli des avonds te Napels aangekomen en dienzelfden avond van daar vertrokken. Blijkens een bij het depart. van Marine ontvangen telegram, is Zr. Ms. schroefst. Prinses Maria, onder bevel van den kapt.-luit. t. z. C. J. Smith, den 6 dezer van Malta vertrokken, ter voortzetting van de reis naar Nederland. Door Reuter's Office is een depêche medegedeeld uit Batavia, in geleverd. Wat is er meer?" „De bekende graaf Dewbinsky is gisteren avond, vergezeld van een jood, genaamd Baruch Levi, hier aangekomen," voer de politiechef met zijn bericht voort. „In het laatste beslissend gevecht, dat tot de ver nietiging der bende van Langiewicz leidde, kommandeerde hij de ruiterij en werd ge kwetst. Op de reis naar Warschau moest hij ten gevolge van wondkoorts eenigen tijd in een boerenhuis aan den straatweg een onderkomen zoeken. Wat het oogmerk zijner komst alhier is, kan men niet raden." „Hij is een der hoofden van de samen zweringriep Kon«*--*ijn levendig, „ik wensch n geluk met deze vangstwant natuurlijk," voegde hij er bij, „is de graaf reeds door u in hechtenis genomen?". De politiechef boog en zei met ironischeu glimlach „De graaf en de jood bevinden zich reeds in verzekerde bewaring op de citadel." De lezer ziet dat de Russische politie goed onderricht en snel in het handelen was. Geen wonderWant er bestaat in de dato 6 Juli, waarin gemeld wordt: dat aanzienlijke versterkingen naar Atjeh zijn gezonden, waar ernstige onlusten zouden ontstaan zijn." Vermoedelijk, zegt het Hbl. heeft deze depêche betrekking op dezelfde voorvallen, waarvan een paar dagen geleden in de Staats-Courant is mel ding gemaakt. Uit 's Hage deelt men mede Over enkele weken zal de benoeming van de adelborsten 2e tot adelborsten le klasse volgen, wanneer de instruc tie-tocht met de Urania en het prak tisch examen is afgeloopen. Z. E. de Min. van marine schijnt dan een ander plan met de jonge zee-officieren te hebben, dan tot dusverre werd gevolgd. Men zegt, dat allen op een scheeps- divisie zullen worden geplaatst, die om de Kaap naar O.-Indië zal ver trekken, en dat de adelborsten daar mede den tocht heen en terug zullen maken, om daarna verschillende plaat singen te hekomen. Men begrijpt, hoe voordeelig zulk een regeling zou wezen, die de jonge officieren een uitstekenden praotischen oefenings tocht zou doen maken, en hen te gemakkelijker voor een later verblijf in Oost- of West-Indië zon doen acelimatiseeren. Het eskader van de van Galen, Zilveren Kruis en Leeu warden, dat pas uit W. Indië is te ruggekeerd, en onder bevel van den kapt. t. z. Gennep te N.-Diep is binnengevallen, zou voor dien tocht naar O.-Indië bestemd zijn. Men noemt reeds de kommandanten der divisie gehcele wereld geen staat, die meer spionnen heeft en ze zoo goed betaalt als Rusland. Komt een vreemde in een of andere stad, dan kan hij overtnigd zijn, dat al zijne stappen bespied en aan de politie bekend worden. In het hotel, in den schouwburg, in de aristocratische huizen, in de kerk, zelfs in zijne slaapkamer is men voor Rus sische spionnen niet veilig. Toen de chef der politie Baroff zijn ver slag ten einde had, verliet hij den stadhou der, nadat deze hem nogmaals op het gemoed had gedrukt, de non in het Ursulinncn- klooster niet uit het oog te verliezen. Op zachte kussens lag de ziekelijke priores van het Ursulinnen-klooster; de zwarte hoofdband en de teruggeslagen sluier, die bet haar verborgen, verrieden toch het fraai gevormd voorhoofd; om de blecke lippen trilde het pijnlijk en de ingevallen waugen verhaalden van een lang lijden; door de fijne gordijnen der hooge vensters schoot de laatste groet van den avondstond binnen en omgaf de neerliggende gestalte met een en der schepen. Dit eskader zou tevens dienen tot aflossing der matrozen en mariniers in O.-Indië. De noodige herstellingen aan deze schepen moe ten nog plaats hebben; de reis naar Indië zou dus eerst in 't najaar voort gang hebben. Men schrijft uit Harderwijk aan de Zwolsch Ct. Evenals bij het uitbreken van den oorlog op Atjeh is thans opnieuw te Belfort in Frankrijk, nabij de grenzen van Zwitserland, een kantoor gevestigd, hetwelk zich bezighoudt met het aanwerven van Zwitsers voor het I Oostindische leger. Naar men verneemt zal eerstdaags het handgeld voor de aangeworvenen bij dat leger weder j verhoogd worden. Een en ander wordt in verband gebracht met de minder i gunstige berichten, die in den laatsten j tijd uit Indië zijn gekomen." Men vreest dat op Texel een I moord en wel door vergiftiging is l geschied. Blijkt die vrees gegrond te j zijn, dan kan het een broedermoord wezen, zegt de Amst. Ct. De ver moedelijke dader staat zeer slecht be kend, maar wist tot heden telkens aan de justitie te ontkomen. Een commissie uit de rechtbank te Alk maar is, vergezeld van doctoren, aangekomen tot onderzoek. In- tusschen: meldt de N. R. Ct. dat de als vermoedelijke dader voorloopig aangehoudene weder op vrije voeten gesteld is en dat men vermoeden, maar geen bewijzen heeft. glans van heerlijkheid. Een zacht kloppen stoorde haar in hare rust. De politiechef trad binnen. „Reeds hierP" sprak de priores zwak en hief zich een weinig van de kussens op „wat moet met de krankzinnige geschieden." „Zij blijft voorshands hier," zei de beambte. „Hebt ge nog niet beproefd van haar te vernemen, hoe baar vader heet?" „O ja hij heet Baruch Levi." Als een bliksem vloog dit antwoord door het brein van den politic-chefhij nam zoo haastig mogelijk afscheid en snelde voort. „Dat moet ik dadelijk berichten," prevelde hij, „het is dus de dochter van den met den graaf gevangen genomen jood." Sara was bij haar volle bewustheid en lag wakend op haar bed; de heldere maneschijn viel in hare cel. Het beeld van den ver losser op het ivoren crucifix scheen half weemoedig, half dreigend op haar neer te zienzij voelde hare borst bekneld; de lucht was heet en drukkend. Een non zat bij haai en bad het was hare bewaakster. Sara lag met gesloten oogen, zonder te slapen,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1878 | | pagina 1