VRIENDENRAAD.
onbekende natie 6. Hieronder zyn
begrepen G schepen, waar berichten
van ontbreken. Stoomschepen 10, van
Engeland 8, Egypte 1, onbekende
natie 1.
De stoomboot Zeeland van de
Red Star Line is van Philadelphia
te Antwerpen aangekomen met 254
Amerikaansche ossen.
Voor het hof van assises der
Seine staan thans terecht vyf knapen,
van welke de oudste nog geen 20
jaar heeft bereikt en de jongste pas
vyftien jaar is. Twee hunner zyn be
schuldigd van moord, gepleegd op
een vrouw te Montreuil, gevolgd door
diefstal, en bovendien van een dief
stal, door hen in vereeniging met
drie anderen gepleegd. By een der
hoofdbeschuldigden zijn de statuten
gevonden, die voor de jeugdige bende
waren vastgesteld. Het eerste artikel
bepaalt, dat de bende of vereeniging
slechts 14 leden mag tellen, waarouder
twee vrouwelijke. De wapens, waar
van zy zich te bedienen hebben by het
plegen van moord, zijn in de statuten
aangewezen. Zonder bevel van een
der hoofden, (die vier in getal konden
ziju), mocht geen misdaad gepleegd
worden. De ware naam der hoofden
moest voor de leden verborgen blijven
wie trachtte ze gewaar te worden,
zou met den dood gestraft worden.
In de statuten werd voorts voorge
schreven, dat elk lid steeds voorzien
moet zyn van valsche papierendat
er op bepaalde tijden byeenkomsten
zonden worden gehoudeu; dat geen
lid ooit onder zyn waren naam een
kamer zou mogen huren of bewonen
dat het verboden was, uit de ver
eeniging te treden, op straffe des
doods; dat ieder, die gevangen ge
nomen werd, recht zou hebben op
twee franks daags en op andere hulp,
enz.
Het blykt niet, dat de bende meer
dan de vyf thans te recht staande
booswichten onder hare ledeu geteld
heeft. Drie dezer vyf waren, hoe
jong ook, reeds vroegerwegens
diefstal en andere misdaden veroor
deeld.
Lloyd's agent te Jokahama seint
ouder dagteekeniug van 25 dezer,
dat het Russische stoomschip A. E.
Nordenskjöld te Nemora is veronge
lukt, doch de bemanning gered. De
Nordenskjöld was uitgezonden tot
hulp van het stoomschip Vega, van
de Noordpool-expeditie, hetwelk in
het ys was bekneld geraakt.
samen verecnigd en daar zij het talrijkst
waren, oefenden zij een schaamteloos systeem
van dwingl&ndij uit over ccn ieder die zich
zciveu niet verdedigen kou en een arme
Spanjaard, die gedwongen was geworden
om te werken totdat bij er eindelijk bij
was neergevallen, was weldra meer in 't
bijzonder bet voorwerp van hun opmerkzaam
heid geworden. Tegen bun oppermacht
echter verzette zich een partij van zeven
of acht in lompen gckleede landslui van
dien Spanjaard met een of twee Portugeczen,
die altijd gereed waren om het mes te
trekken en die tc zamen een soort van
oppositie vormden. Bij deze partij bad Fe-
derigo zich aangesloten.
Salvé stond alleen. De Amerikaneu en
4c Ieren hadden er eerst op gerekeud dat
bij wel met hen zou gaan, maar haddeu
zich langzamerhand tegen hem gekeerd. Zij
waren door zijn blijkbareu tegenzin om in
bun verbindtenis opgenomen te worden, meer
Verstoord dan hij helpen kon. Hij scheen
zich zeiven voor hen te goed te achten en
daar kwam bij, dat de eigenschappeu van
een flink zuemau, die hij toonde te bezitten,
hen uit afgunst hem dedeu haten. Maar
Uit Moneton, in Nieuw-Bruns-
wyk, wordt dd. 7 dezer bericht, dat
in den voorafgaanden nacht een
vreeselyke orkaaan woedde. Een zware
brug werd weggesleurd, 80 gebouwen
werden vernield en veel schade aan
audere roerende en onroerende goe
deren berokkend. De katholieke kerk
werd van haar toren beroofd, waarby
drie personen om 't leven kwamen
en een groot aantal kwetsuren be
kwamen.
Het grootste houtvlot, dat ooit
de Mississippi is afgezakt, passeerde
onlangs Davenport met bestemming
naar New-Orleaus. De inhoud van
het eigenlyk vlot was 3.838.924 vierk.
voet; daarenboven lagen er nog op
het vlot 9 millioen latten en ander
gezaagd hout.
Te Nieuw-York hebben twee
dames met elkander geduelleerd. Helen
en Jenny waren kostschoolvriendin
nen geweest, maar hadden later twist
gekregen by het spel. Een duel werd
onvermydelyk geacht; getuigen waren
twee onderwyzeresseu vau de kost
school. Jenny kreeg een kogel door
den arm en viel flauw, en men denkt,
dat haar de arm zal moeten worden
afgezet.
In Duitschlaud neemt in den
laatsten tyd het zelfmoorden op on
rustbarende wyze toe. Vooral in de
hoogere rangen van het Duitsche leger
zij ze zeer menigvuldig.
By een brand in het dorp Ru-
bigeu (kanton Bern) is een geheele
familie, bestaande uit vader, moeder
en twee kinderen, in de vlammen
omgekomen. Buitendien kwam een
brandspuitgast by den brand om.
VAN ZINS OM EERLIJK TE ZIJN.
Iu een Amerikaansche stad bleef onlangs
een man van een forsch voorkomen voor
een eetkraampje op de groote markt staan,
en na de eetwaren lang bekeken te hebben,
zeide hij tot de koopvrouw„Ik beu een
arm man, maar ik wil eerlijk wezen, al zou
ik ook uit het armenhuis begraven worden."
„Waarom zeg je dat zoo?" vroeg de vrouw,
hem met wantrouwen aanziende. „Niemand
heeft gezien dat ik van ochtend vroeg hier
bij dit kraampje een banknoot van twintig
dollars heb opgeraapt, maar, zooals ik zeg,
ik wil eerlijk wezen. „Een banknoot van
twintig dollars hier opgeraapt?" fluisterde
zij met een vriendelij ken glimlach op haar
gelaat. „Het zou wel kunnen wezen," ging
hij voort, „dat iemand, die hier voorbijkwam,
de bauknoot heeft lateu vallen, maar het
ligt meer voor de hand te denken dat gij
het geld verloren hebt." „Spreek zoo luid
niet," fluisterde zij, terwijl zij over het
kraampje voorover leunde. „Je bent een
hun vijandige houding was misschien het
meest te danken aan den bootsman, die
aan het denkbeeld onder het overige scheeps
volk voet gaf, dat hij door de officieren
werd voorgetrokken. Federigo vertoonde
zich in een onverwacht gunstig licht en
Salvé ontdekte dat het alleen door hem
kwam dat dc Portugeczen niet ook allen
tegen hem waren. Het gevolg was, dat die
beiden weer gaande weg elkander nader-
k wam en.
Natuurlijk waren er in zulk een collectie
gespuis eenigc bullebakken, wier handen
gereed waren iedereen haar kracht te doen
gevoelen, maar die ook tot op zekere hoogte
elkander in bedwang hielden. Een van de
meest gcvreesden onder hen was een reus
achtige, koperkleurige Ier vol litteekens,
die bij buien door een echten duivel scheen
bezeten te zijn en bij wien zich ook nu
weer kwaad bloed gezet had. Korten tijd
voor dat het schip Rio bereikt had was hij
in de boeien gesloten geweest, omdat hij
op zekeren dag op het dek gezworen had,
dat hij den kapitein zou vermoorden. Met
dezen wildoman moest Salvé zich het eerst
meten, waartoe de bootsman de eerste
eerlijk man, en ik zal je naam in alle kran
ten laten zetten, zoodat iedereen het weet.
Ik ben een vrouw die bard voor haar brood
moet werken, en als je nu dat geld niet
terug hadt gebracht, zouden mijne arme kin
deren er slecht aan toe zijn geweest." „Als
ik bij een kraampje geld opraap, geef ik bet
altijd terug," zeide hij, en meteen ging hij
op een bankje zitten. „Dat's braaf, dat's
eerlijk," fluisterde zij. „Schuif wat aan en
eet wat voor je ontbijt. „Dat liet hij zich
geen tweemaal zeggen. Hij viel op de
koude ham, gebraden worst, beschuit en
koffie aan, dat het voor de vrouw verschrik
kelijk was om aau te zien. „Ja ik hum
doe altijd mijn best eerlijk te zijn,"
bracht hij tusschen eiken mondvol uit. „Dat's
ook braaf. Als ik geld vond, dat van jon
was, zou ik 'tje ook teruggeven, daar kun
je op aan. Wil je nog een kop koffie?"
„Dat sla ik niet af," zeide hij, terwijl hij
nog een snecdje ham verorberde. Maar alles,
zelfs wisseling van beleefdheden, heeft een
einde. De man begon eindelijk genoeg te
krijgen en stond op. „Je bent een braaf
man, dat je me mijn geld terugbrengt," zei
de vrouw, terwijl zij de kruimeltjes weg
veegde. „O, ik ben eerlijk," antwoordde
hij, „als ik geld vind, dat iemand verloren
heeft, breng ik het altijd terug." „Geef
het dan nu maar, asjeblieft," zei ze, terwijl
hij ziju overjas begon dicht te knoopen.
„Wat geveu vroeg hij. „Dat verloren geld
dat je gevoudeu hebt." „Ik heb geen geld
gevonden. Maar ik zal toch eerlijk met je
handelen als ik hier ooit wat vind. „Oude
schurk! Heb je dan niet gezegd dat je hier
een banknoot van twintig dollars gevonden
hebt?" „Wel neen, vrouw. Ik heb gezegd
dat niemand er mij hier een heeft zien
oprapen." „Betaal nu dan wat je gebruikt
hebt!" schreeuwde zij, hem bij de keel pak
kende. „Ik zal eerlijk met je wezen, ik heb
geen cent!" zeide Lij, terwijl hij haar op
nam en in een steenkolenvat plaatste, waarop
hij het hazenpad koos.
Wel Frans, dat is een gek geval:
Men neemt uw scherts, zoo waar,
Voor ernst en stelt n in 't publiek
Ten toon als leugenaar.
Ik weet: al zijt ge niet verliefd,
Dan stelt ge 't n maar voor
Dat doen de minnedichters veel:
Daar zijn zij dichters voor.
'k Heb meer van u dien toon gehoori
Ik ken u veel te lang,
Om niet te weten hoe gij 't meent
Ga rustig uwen gang
Bedenkmen vindt ook hier, zoo goi
Als elders, sukkels, die
Zoo iets niet vatten, en toch doen
Zij dék aan poëzie.
Zijn ze ook een vers uit eigen brein
Te leev'ren niet in staat,
Een anders werk verknoeien en
Bederven ja, dat gaat
Zoek hem toch onder vreemden niet,
Die zulk een streek beging;
Maar geef eens achtgij vindt den snu
Nog in uw vriendenkring.
En als gij daar den snuiter treft,
Dia zoo den snater roert,
Keer hem den rug toe, vriend, en z^
„Mijnheer, je bent een ploert
29 Aug. 1879. Duderik.
A}
HELDERSCHE MOPPEN.
Lange jaren geleden stond er in zekere
stad een geeselpaal, welke zoo geplaatst was
dat zij, welke de tuchtiging ondergingen, 1
met bun gelaat naar een uit steen gehou- i
wen leeuw, welke in den gevel van het raad- i
huis was aangebracht, gekeerd waren.
Vandaar dat zij, die er aan gehecht wa- J
ren geweest, gezegd werden: den leeuw in
den bek te hebben gezien.
Op zekeren dag nu hadden twee vrouwen j
dier plaats een hevigen woordentwist. Na j
vele liefelijkheden, zeide eindelijk de eene1
„Je hadt zeker gewild dat ik zei, datje
den leeuw in zijn bek hebt gezien maar
daarvoor zal ik wel oppassen
o—
Mijnheer van Lopik was niet zeer geluk
kig getrouwd. Op zekereu avond hoorde hij
dat zijne vrouw, onder hevig misbaar, de
meid de deur uitjoeg, omdat deze van deu
vroegen morgen tot den laten avond twist
zocht.
„Ach ach hoe gelukkig is die meid j
zuchtte van Lopik, „kon ik ook maar mijn
vrouw zoo den dienst opzeggen
aanleiding had gegeven.
Op zekeren dag toen dc groote klok
voor het middageten geluid had, gaf dc
bootsman een bevel dat Salvé ecnigen tijd
ophield nadat de anderen reeds hun plaats
aan de tafel in dc kajuit hadden ingenomen,
en toen hij binnenkwam was alles opgegeten
en had hij zijn middagmaal verbeurd. Den
volgenden dag gebeurde juist hetzelfde eu
hij moest zich ook dieu dag met ziju ont
bijt en avondrantsoen vergenoegen. Hij
begreep de bedoeling hiervan zeer goed. In
vlugheid en beheudigheid overtrof hij zoo
buiten vergelijking alle andere manschappen
van den voortop, dat de bootsman niet in
staat geweest was om een voorwendsel te
vinden, ten einde hem te kunnen straffen,
en nu begon hij te beproeven hem op een
andere wijze te treffen. In de eenzaamheid
van zijn wacht overlegde Salvé wat hem
te doen stond, als dc poets hem een derde
maal gebakken werd. Het zou beter zijn
op eens tot een uitbarsting te komen, dan
dat gaandeweg zijn krachten werden uit
geput bij voortdurende ontoereikendheid van
voedsel.
(Wordt vervolgd.)
INGE^NDEN.
Geachte Redactie!
Mag ik zoo vrij zijn om in antwoord va
de raadgeving van zich noemende „eenig
leden der Herv. Kerk" ook dit te plaatsei
Iedere geloofs-secte beweert de waarheii
te bezittenomtrent „waarheid" kan echte
geen verschil bestaan; geen van allen be
vatten ze alzoo de waarheid.
Uitgaande van die stelling, vind ik dil
raadgeving beneden alle critiek, daar ze noj
meer tweedraeht zaait, dan reeds onder o n
bestaat. Dit is nu wel eenmaal door som
mige zich noemende leden der Herv. Kcrl
als stelling aangenomen, doch behoeft, vol
gens mijn inziens, niet zoo gepubliceerd ft
worden. Zou het Kiescollegie zich zelf niet
in het gezicht slaan door het beroepen vos
een orthodoxen predikant? en gesteld dal
het 't deed, daar verdraagzaamheid hiei
wel op den voorgrond staat, zou het gcea
boter aau de galg zijn, zou als de beroepei
orthodoxe leeraar het aannam (wat evenecni
te bezien staat als van een moderne) niet
spoedig gewogen maar to licht bevonden
worden Hebben wij hier het bewijs al niet
gehad met Willekes, Grongrijp en Schock,
en wat zou na de iustallatic nu volgen!
Zouden we nog niet na de Evangelisatie in
de Palmstraat, na het gebouw in de Hoog-
straat, na de vrije-zitplaatsen-kerk in de Vij
zelstraat, na de Darbop dc Kerkgracht,
weder iets anders zien verrijzen, dat misschien
nog curieuser, doch stellig niet noodzakelijk
zou zijn. Daarom, Kiescollegie, u niet ge
stoord aan ingezonden stukken, noch aan
het mijne, noch aan een ander. Betreedt
uw weg volgens het aau u opgedragen
mandaat; financiën zijn buiten beschouwing.
Zij zijn geheel afgescheiden vau het hoogere,
dat op u rust. G. L.
Burgerlijke Stand Helder,
Vau 29 Aug. tot 2 Sept. 1879.
ONDERTROUWD: H. Stolk, takelaa
en L. C. Goudhooft. P. G. Baak, vlet
terraan en W. de Wijn. P. Groot, ko
pergieter en N. Budt.
GETROUWD: Geene.
BEVALLENG. Ras geb. Woerd, D,
G. Ahrend geb. Makelaar, D. D.
Linteloo geb. Bakker, D. K. Post geb.
Flens, D. J. KI ut geb. ten Wolde, Z.
M. L. Hendriks geb. Cobalt, D. A.
J. v. d. Meule geb. v. d. Brink, D.
J. J. D. Kater geb. Tismeer, Z. A.
Leijdeckers geb. de Klerk, Z. A. Dienaaz
geb. Boon, D. -- N. Mcrkelbaggeb.Kuijper D.
OVERLEDEN: M. v. d. Wal, 20 j.
T. Forrer, 4 m. S. Wigbout wed. van
C. Zon, 85 j. G. Verweij geb. Blom,
76 j.