huize de vereeniging Eigen Hulp"
is gevestigd, vermoedelijk gedurende
den dag, uit een ongesloten kast, in
dé slaapkamer staande, een som van
800 gulden aan bankbiljetten ont
vreemd. De politie doet ijverig on
derzoek.
Verleden week is een gezin te
Rotterdam vergiftigd door het gebruik
van biefstuk. Gelukkig zal de af
loop niet doodeljjk zijn. Intusschen
is proces-verbaal opgemaakt tegen den
leverancier van het vleesch, voor wiens
waren vroeger reeds in de dagbladen
was gewaarschuwd.
Over eenige dagen zal te Am
sterdam een hal worden geopend, waar
aardappelen bjj het gewicht znllen
worden verkocht. In het buitenland
geschiedt dit algemeen.
Men leest in Semper Virens
Met den eersten dezer maand zijn
te Amsterdam en zeker ook elders de
broodprjjzen verhoogdonzes inziens
bestaat er geen gegronde reden om
dit zoo spoedig te doen; te min
der nog, als men in aanmerking neemt
de veel te dure broodprjjzen door de
verbruikers gedurende de laatste maan
den betaald.
Eenige dagen geleden meldde
zich een arbeider nit Putten ten ge
meentehuize aan om, zooals hjj zeide,
>is een bêtje te gaan trouwen."
Op de vraag met wie hjj zich in den
echt wilde begeven, zag hjj zeer ver
baasd in 't rond, zeggendejao, zieje
dat wèt 'k noen zoo krek niet," hij
had altjjd maar Jannetje gezegd en
de vaoder heitte Garrit: meer wist
hij er niet van te vertellen.
Na lang vragen en zoeken liep het
daarop uit, dat zjjn aanstaande of,
zooals hü het uitdrukte, >zienwief'
eerst sedert vier maanden weduwe
was. Toen hjj nu vernam, dat hjj
nog zes maanden wachten moest,
alvorens te kunnen trouwen, ging hij
geheel en al uit het veld geslagen
weg, zeggende: »Ik stao er beduisd
van."
Uit Stocholm meldt men, dat
de Zweedsche expeditie, onder leiding
van professor Nordenskjöid, langs het
Noorden van Azië omgevaren is en
den 16n Augustus behouden te Yoko-
hama is aangekomen.
De expeditie vertrok uit Zweden
in Juli van het vorige jaar en was
voor twee jaren geproviandeerd. Sedert
23 Januari had men niets van de
moedige Noordpoolreizigers gehoord
en de berichten, die men toen ontving,
waren verre van geruststellend. Men
wist, dat het schip in het jjs bekneld
„mij te verbeelden hoe het je gaan zal, als
ik hier weer uit kom. Je zult worden als
die hutspot, vriendje. Heb je daar nooit aan
gedacht?"
De mulat ging voort met eten, maar ver
loor zijn tegenwoordigheid van geest. Van
nature was hij, zooals reeds vroeger is op
gemerkt, volstrekt niet moedig en 't was
duidelijk dat zijn eten hem eindelijk in de
koel bleef steken.
„Het is alsof ik je daar al zie zitten en
je zelf opeten," ging Salvó na een eenigs-
zins lange poos voort; in diqn tijd had
hij gadegeslagen hoe het gezicht van den
mulat zich uitrekte. „Daarop zal het neer
komen, lieve vriend, tenzij.
„Tenzij.herhaalde de mulat en
spitste de ooren.
„Tenzij je er goed voor zorgt, dat je
van dit oogenblik af je middageten mij
iedcrcn dag hier binnen geeft. Er zijn nog
maar vijf dagen en ik heb negen dagen
gevaat, terwijl jij je dik gegeten hebt,
zoodat je er nog gemakkelijk afkomt. Als
de bootsman ziet dat je mij door dit gat
zat, en de gouverneur van Siberië had
laten weten, dat hjj bevel had gegeven
om te trachten het met rendieren te
bereiken. Verder hoorde men van hen
niets en reeds maakte men zich gereed
een tweede schip uit te zenden, om
de verdoolden op te sporen, toen een
bericht uit Yokohama het welslagen
der onderneming meldde. Aan boord
van het schip is alles wel.
In Engeland is een tjjdiug ont
vangen, die in het geheele land, maar
vooral bjj het gouvernement, met
schrik moet zijn vernomen.
De Afghaansche kwestie, welker
afdoende en eervolle beslechting bjj
de nieuwe verkiezingen voor de aan
hangers van het gouvernement een
groot gewicht in de schaal zou wer
pen, is op nieuw geopend en een
nieuwe veldtocht is onvermijdeljjk
geworden.
In de hoofdstad des lands, Kaboel,
zjjn plotseling do soldaten aan het
muiten geslagen. De bevolking sloot
zich bg hen aan en weldra werd het
gebouw van het Engelsche gezant
schap door een verbitterde hoop aan
gevallen. Men weet, dat de aanval
Woensdag den ganschen dag voort
duurde en dat 's avonds het gebouw
in brand stond. VVat er van het ge
zantschap en zjjn Engelsch eskorte
geworden is, weet men niet.
De Emir schjjnt het mogeljjke ge
daan te hebben om majoor Cavagnari
en de zjjnen te redden, maar hjj vond
geen gehoorzaamheid en werd in zjjn
eigen-paleis belegerd.
Onmiddelljjk na het ontvangen der
tjjding van het gebeurde, ontvingen
Engelschs troepen bevel, naar Kaboel
op te trekken.
Er bestaat maar al te veel grond,
te vreezen, dat zjj te laat zullen ko
men om hun landgenooten te redden.
Het gebouw van het gezantschap
stond in telegrafische verbinding met
Indië en na het bericht van den brand
schijnt geen depêche meer verzonden
te zjjn. Dit doet vermoeden, dat de
Engelschen voor de overmacht zjjn
bezweken.
Het behoeft geen betoog, dat een
harde tuchtiging op de misdaad zal
volgen.
Uit Engeland schrjjft men, dat
daar dit jaar bjjna geen partgen
gegeven werden en dat iemand, die
vroeger miastens driemaal in de week
uit dineeren gevraagd werd, nu nog
geen driemaal in de maand uitging.
Men schrgft dit toe aan de vele ban
kroeten en de zorgvolle tjjden, die de
mcnschen huiverig maken, om meer
te verteren dan hoognoodig is.
eten geeft, dan wordt je gestraft en dus
zal je wel voorzichtig zijn en zelf het
bord voor de opening vasthouden, opdat hij
denkt dat je vlak in mijn gezicht eet."
Dit waren vernederende woorden; en de
mulat gaf niet dadelijk antwoord. Hij zat
maar met gebogen kroeskop in peinzende
houding. Maar den volgenden dag nam
zijn grove persoonlijkheid met het bord in
de hand plaats vlak voor de opening en
Salvé nam zonder dank ieder stuk dat er
oplag, weg.
Het was voor hem een zaak van het
hoogste belang niet achteruit te gaan in
kracht, daar hij wist dat hij zijn leven in
zijn eigen handen had; en dat hij alles
behalve verzwakt was en even klaar was
om te vechten als altijd, toonde hij toen
hij vrij was in een bloedige schermutseling,
waartoe hij zich vrijwillig in de plaats van
Fcderigo aanbood en waarin de Braziliaan
het anders zonder twijfel hard te verant
woorden zou hebben gehad.
(Wordt vervolgd.)
De spoorwegmaatschappij Paris-
Lyon-Méditerranée is, naar de Dèbats
verneemt, bezig de laatste hand te
leggen aan een regeling vau bliksem-
treinen (trains-éclairs), welke de rei
zigers in 12 uur van Parjjs naar Mar-
seille zullen brengen. Half October
zal de dienst beginnen. Bjjzonder
krachtige lokomotieven zullen de trei
nen trekken, die slechts 4maal zullen
ophouden, 's Morgens vau Amsterdam
gaande, is men 's avonds te Parjjs,
wanneer om 8.30 de bliksemtrein"
vertrekt, die u in staat stelt 24 uur,
nadat ge Amsterdam verlaten hebt,
aan deMiddellandsche zee te ontbijten.
Dit is werkelijk bliksemsnel.
Te Roy&u (Beneden Charente)
is de ketel gesprongen van de stoom
boot la France, welke den dienst tus-
schen die stad en Bordeaux verricht.
De stoker werd gedood, de machinist
en twee passagiers zjjn min of meer
ernstig gekwest; verscheiden andere
personen werden gebrand.
De eerste berichten omtrent
den naderenden winter komen uit
Schotland. Sneeuw is er reeds in ruime
hoeveelheid gevallen en de tempera
tuur is zeer laag.
INGEZONDEN.
Mijnheer de Redacteur!
Mag ook ik een plaatsje verzoeken in uw
veelgelezen blad, om ecu antwoord te geven
op de ingezonden stukken van G. L. in uw
blad, en op dat van A. P. in de Held. en
Nieuwed. Ct. van 2 dezer, waarmede U mij
zult verplichten.
G. L. wil toch wel als waarheid erken
nen, dat de leden van het Kiescollegie allen
leden zijn van de Herv. Kerk, dat zij door
hunnen doop en belijdenis verplicht en ge
bonden zijn niemand anders te kiezen (tot
welk ambt in de gemeente ook) of hij moet
met hart en ziel de belijdenis dier kerk ge-
looven, leeren, prediken en handhaven, als
het fondament en de grondwet dier kerk,
en als zij dit niet doen, dan mogen zij hun
zeiven niet in 't aangezicht slaan, maar dan
slaan zij toch hun geweten op den mond,
dat hun overtuigt, dat zij volgens eed en
plicht zullen handelen en is het nu eerlijk
en rechtvaardig van hen, als zij tegen de
klopping van liun geweten in, een moderne
lceraar beroepen, daar zij ten volle over
tuigd zijn, dat geen lid, dat getrouw aan
doop en belijdenis blijft, in de kerk kan
komen en dat zij de kerk out- en de dans
en drankhuizen bevolkt hebben.
Maar nu wil A. P. diegenen weren, die
weigeren om hoofdelijken omslag te betalen,
welke hij het kerkbestuur aanraadt weder
te heffen. Maar heeft A. P. dan nog nooit
de belijdenis en tucht der kerk gelezen rcie
afgesneden behoort te worden.
Moeten zij verbannen worden, die ge
trouw wenschen te blijven, tot hun laatsten
snik aan hunne belijdenis, en deze met
een Godzaligen wandel zoeken te ver
sieren of behooren zij uit het lidmaten
boek geschrapt te woiden, die die leer der
kerk verwerpen, verguizen, ja. soms be
spotten, die vloeken, zwelgen, en een erger
lijk leven lijden, en als nu het kerkbestuur
het snoeimes in do hand nam en zij sneden
dan alle diegenen af, welke den Bijbel en
de belijdenis der kerk niet geiooven, ja vij
anden van haar zijn, en niet wandelen over
eenkomstig hunne belijdenis, hoevele leeraars
denkt A. P. dan wel, dat er in de gemeente
noodig waren? Maar nu komen G. L. en
A. P. op hetzelfde punt van verdeeldheid,
die cr bij de goloovigeu bestaat. Maar ik
had nooit gedacht, dat er bij hen, die zich
rangschikken onder het denkend deel der
natie, zulke onnoozele stumperts werden
gevonden, die dat niet voelen cn tasten
kunnen, wat daarvan de reden is; of hebben
die heeren nog nooit een kudde schapen
gezien, waarvan de herder, in plaats van te
waken en te zorgen voor de aan hem toe
vertrouwde kudde, slapend, zorgeloos en
onverschillig den tijd nutteloos doorbrengt,
hoe de schapen naar alle kanten verstrooid
werden, cn dan voornamelijk als een vreemde
hond onder hen kwam blaffen. En hoevele
jaren zijn nu de ware belijders der kerk
niet herderloos. Heeft de moderne leer
als een hongerige wolf de schapen niet her
en derwaarts gejaagd om voedsel te zoeken
voor hunne onsterfelijke ziel (hoewel zij in
hoofdzaak 't allen eens zijn). En dus, mijne
heeren, wilt gij een zuiveren toestand in de
gemeente zien herrijzen, dan moet er een
ware herder en lceraar beroepen worden;
die zal de schapen weer vergaren, want zij
kennen zijne stem; maar op de stem van
een huurling slaan zij geen acht. Nu ligt
het voor rekening van het Kiescollegie of
't de gemeente uit zijn ongelukkigen toe
stand wil verlossen of nog dieper wil doen
wegzinken.
E. H. E.
Lid der Ned. Herv. Kerk.
(Ps. 74, vs. 21-22.)
CORRESPONDENTIE.
Aan het bureau van dit blad, liggen nog
8 brieven, onder letter W, welke kunnen
worden afgehaald.
HELDERSCHE MOPPEN.
Schoolopziener„Kunt gij mij een zachten
winter noemen?"
Scholier: „De winter van 1875 was de
zachtste, want toen was onze meester zes
weken ziek."
Mevrouw (tot hare keukenmeid:) „Dientje,
wanneer ge mij, bij het inkoopen op de markt
cn aan de deur, niet alle dagen bedriegt,
zal ik u maandelijks een paar gulden meer
geven."
Dientje: „Ja, mevrouw, daar moet ik
mij nog eens op bedenken."
o
Een burgemeester verbond onlangs twee
leden zijner gemeente in den echt cn hield
als gewoonte een toespraak. Tot den aan
staande heette het:
„Ik wensch u van harte geluk, Jan, met
den stap dien gij doen gaat. Het was toch
bedroevend te zien, dat gij zoo altijd naar
de kroeg gjngt en dikwijls zeilend langs den
weg llept. ïk hoop dat|uw dronkemans-aan-
leg nu door uwe vrouw ten goede zal worden
veranderd en dat wjj voortaan geen klachten
meer over u zullen hooren."
En zich tot de bruid richtend, zeide de
ambtenaar van den burgerlijken stand:
„Wat u betreft, Trijntje..., gij moogt wel
van geluk spreken, dat gij op uw leeftijd en
bij uw gemis aan uiterlijk schoon nog een
man hebt gevonden, maar, als gij hem niet
verbetert, is het er dan ook een man naar
Intusschen heb ik van u nooit iets anders
dan goeds gehoord en beter is het een
volle noot in een leelijken dop te hebben,
dan een vooze noot in een mooien dop. Dat
zal Jan ook hebben begrepen. Weest dus
recht gelukkig met elkaar.
o
Jongmensch (vreemdeling) 's morgens vroeg
uit de club komende. Goeie morgen
meneer (hik), kunt u me zeggen, w.... waar
ik langs dezen weg terecht kom?
Dominé, die een morgenwandeling doet:
Wanneer u langs dezen weg voortgaat
naar 't kerkhof!
Burgerlijke Stand Helder.
Van 5 tot 9 Sept. 1879.
ONDERTROUWDA. Dijkshoorn, brood
bakker en G. J. Andriessen.
GETROUWD: Geene.
BEVALLEN: M. N. A. Grimme geb.
Klinkert D. C. G. v. Kampen geb. ter
Beek D. V. Stijgers geb. Zwart Z.
A. v. d. Peet geb. Louwc Z. F. Zwart
jes geb. de Vries Z. G. Monnier geb.
Bais D. A. Verdonk geb. Koorders D.
G. de Weever geb. Zootjes D.N. Bakker
geb. Vermeulen Z. M. den Pain geb.
de Lange D. F, H. M. Brouwer geb.
Barneveld D.
OVERLEDENJ. de la Fontaine 2 j.
POLITIE.
Dezer dagen op het terrein der Tentoon
stelling van Landbouw gevonden, een gouden
CHARIVARI, zijnde een Koe.
De rechtmatige eigenaar kan zich ter
terug bekoming aanmelden ten Bureele van
den ongeteekende.
A. C. BOONZAJER,
Commissaris van Politie.