De Loofls en zijn Vrouw.
No. 699.
Dinsdag 28 October 1879.
Zevende Jaargang.
Uitgevers BERKHOUT Co. Helder.
;n:
ne
en
;re
NIE U WSTIJDIN GEN.
FEUILLETON.
Burgerlijke Stand Helder.
't Vliegend Blaadje
HELDER, 28 Oct. 1879.
Voor een groote schare van belang-
ellendeu, nam Dr. J. C.Pool, beroepen
i Ilpendam, Zondagavond van de
flerv. Gemeente alhier afscheid. Met
eed wezen zien de leden dier gemeente
en waardigen predikant vertrekken,
ie gedurende de zeven jaren van
ijn verblijf alhier veler achting en
'jriendschap had verworven.
Kapitein de Boer, van de stoom
leepboot Noordzee, rapporteert een
■rak gezien te hebben, drijvende van
ijkduin O. t. Z. twee kabellengten
fstand, in de witte tonnenlijn, om
e Zuid van het oude Westgat.
De Nederl. schepen Barsinger-
iorn, kapt. v. d. Woude, van Hudiks-
all, en Heemse, kapt. Visser, van
jfiötka, alhier binnen, hebben zwaar
tormweer doorgestaan en een ge-
[eelte van den deklast verloren. De
larsingerhorn verloor verschansing
n zeilen en kreeg de kajuit vol water.
Het st. Koning der Nederlan-
len vertrok van Batavia naar Am-
iterdam 25. Oct. Het st. Prins
rau Oranje arriveerde te Batavia 25
)ct. van Amsterdam. Het st. Ko-
ïingin Emmavan Batavia naar
P Amsterdam, passeerde Kaap Tarifa
2G Oct. Het st. Madura, van Am-
iterdam naar Batavia, arriveerde te
lu*' Napels 25 Oct. en vertrok 26 Oct.
Het st. Conrad, Zaterdagmorgen
|om 10 u. van Amsterdam naar Batavia
vertrokken, kwam eerst des avonds
ten 9 ure in zee.
Wij vernemen, dat Zr. Ms.
stoomschip Marnix vermoedelijk be
stemd zal worden om tot de Kaap-
verdische eilanden deel uit te maken
van de vaak genoemde oefeningsdi-
peijvisie v. Galen, Zilveren Kruis en
Alkmaar, en dat het schip daarna
een reis zou doen naar Liberia, Suri
name en Cura9ao.
Terschelling 27 October. Het
alhier in de Buitengronden vastge
raakte Zweedsche barkschip Anna,
kapt. Wallenius, is vlot en met be-
Elï,
:n-
Ie
DE
tjj(
c
>2
Een verhaal uit Noorwegen, van
JONAS LIË.
UIT HET ENGELSCH VERTAALD DOOR
J. SEPP.
45).
XXII.
Elizabeth volvoerde baar plan om hem
naar Amsterdam te vergezellenzij bracht
daar een bezoek van een paar dagen aan
de Garvloits en het genoegen van het uit*
stapje werd haar alleen vergald door de
verandering die er met Salvé had plaats
gegrepen en waaraan zij zich nu moest
trachten te gewennen, zooals iemand, die
het zonlicht genoten heeft zich aan een
minder schitterend licht gewent.
Zij waren weer op weg naar huis en
zeilden met een lichte bries voort onder
een zachten blauwen hemel, de drukke on
diepe Zuiderzee uit. Elizabeth zat met den
kleinen Gjert op dek; zij zag er uit, bloei
ende als een roos en deed aan den loods,
hulp van een sleepbooot naar hier
vertrokken.
Het lijk van Hansen, afkomstig van
het verongelukte schip Julieis
gevonden.
Het Vad. bevat een brief uit
Atjeh, waarin het uitnemende resul
taat geroemd wordt, dat met den
tocht in de XXVI Moekims verkregen
is. De generaal v. d. Heyden", zegt
de schr.heeft het zoover gebracht,
dat niemand meer met een klewang,
het wapen, dat de Atjeher sints
eeuwen ontbloot in de hand draagt
en waarop hij trotsch is, op den
grooten weg durft verschijnen.
Vraagt men u, of de oorlog nu
uit is, antwoord dan gerust; ja!
Dat de offensieve oorlog het van de
afwachtende houding gewonnen heeft,
zal, dunkt me, nu wel beslist zjjn."
Volgens een door Sempervirens
onder voorbehoud opgenomen bericht
zou er ergens te Haarlem een fabriek
bestaan vanduinaardappelen.
Daar wordeu Duitsche aardappelen
van gelijke grootte uitgezocht, van alle
klei gezuiverd, afgeborsteld, eenigs-
zins bevochtigd en dan in droog
duinzand rondgewenteld. Op deze
wijze behandeld, leveren Duitsche
aardappelen de meeste winst op.
Zoo goedkoop als tegenwoordig
het Schapenvleesch op Texel wordt
verkocht, is het zeker in de laatste
20 jaren niet geweest. Het beste
vleesch kost slechts 25 Ct. per half
Kilogramterwijl men voor iets
magerder 20 Ct besteed.
Zondagmiddag kwam te Sche-
veningen een vischbom met treurige
tjjding binnen. Deze had, na den
jongsten storm, gereedstaande de vleet
in te halen een grondzee over het
dek gekregenwelke het vaartuig
geheel op zjjde wierp, ten gevolge
waarvan één matroos en een zoontje
van den stuurman, circa 14 jaren
oud, in de golven zijn omgekomen
en een derde schepeling door den
val zjjn been gebroken heeft. De
overige bemanning heeft vruchtelooze
dien zij genoodzaakt waren geweest aan
boord te nomen, allerlei belangstellende
vragen aangaande de verschillende vlakke,
zandige eilanden en steden, die zij nu en
dan in 't gezicht kregen, terwijl Salvé van
tijd tot tijd met heen en weer loopen op
hield om te luisteren.
Bij Terschelling is het vaarwater van de
Zuiderzee naar de Noordzee als een nauwe
straat door zwarte en roode boeien afgeba
kend; en zelfs in dat kalme water was den
geheelen weg over aan iederen kant van
het schip een schuimende branding. „Wat
moet het dan wel wezen," vroeg Elizabeth
met een sonrt van angst, „bij een storm,
als de volle zee naar binnen gejaagd wordt?"
„Dat is een schouwspel, beter om niet
te zien," antwoordde de loods.
„Maar moet gij buiten zijn, storm of
niet, loods
„Het is mijn broodwinning," antwoordde
hij kortaf.
Salvé bleef staan luisteren toen het ge
sprek deze wending nam.
„Wij hebben in Noorwegen ook loodsen,"
zeide zij, „wij zijn niet bang voor een nat
pak. Het is een schoon leven."
pogingen aangewend tot redding der
twee personen. Het kind worstelde,
onder aanroep van zjjn vader, met
den dood. Wat men tot redding van
den knaap beproefde, niets baatte.
De verdronken matroos is een Eg-
monder en laat, zoo men zegt, een
vrouw en vijf kinderen na.
Ruim drie maanden geleden
verzond de controleur van den waar
borg te Utrecht, per expeditie Gend
Loos, een doosje met 5 gouden
ringen en een gouden slot, hetwelk
door den geadresseerde niet werd ont
vangen. Thans heeft de commissaris
van politie, mr. Vernède, den dader,
een der bedienden van van Gend
Loos, te Utrecht in hechteuis en twee
der gestolen ringen in beslaggenomen.
Men leest in de Dordtsche Ct.
Naar wjj vernemen, met betrekking j
tot den verleden week te Dordt ge-
pleegden moord, heeft de persoon vau j
J. Speekenbrink, die in deu laten
avond van dien dag zwaar verwond
in de nabjjheid van de plaats van het i
misdrijf is aangetroffen, en nauvan-
keljjk beweerd heeft, dat de moord
was gepleegd door een hem onbekend
persoon, die ook hem daarna verwond
had. Vrjjdag heeft hjj bjj zjjn verhoor
in het Gast- of Ziekenhuis, aan de
justitie volledig bekend, dat hjj zelf
de dader van den moord is.
V an andere zjjde vernemen wjj nog
de volgende bijzonderheden Bjj het
verhoor moet Speekenbriuk o, a. ver
klaard hebben, dat hjj in den laten
avond van 16 dezer met zjjn slacht
offer naar het Boonepad is gegaau,
met het opzetteljjk doet baar daar
het leven te benemen. Na zich eerst
te zamen, uit een ftesch met sterken
drank te goed gedaan te hebben
(welke flesch te geljjker tjjd met het
moordtuig uit de sloot is opgehaald),
heeft hij haar een diepe snede onder
de kin toegebracht, waarop zjj ont
vlucht is en hjj haar achtervolgde.
Na haar gegrepen te hebben is er
een worsteling ontstaan, waarbjj hjj
wonden aan de rechterhand heeft
bekomen. Hij bleef per slot echter
overwinnaar en heeft haar beide hals
slagaderen afgesneden, waardoor haar
hoofd dns bjjna van den romp was
gescheiden, en daarna in het water
geworpen. Door bloedverlies uit de
zelf bekomen wonden ontbrak hem
de kracht om zich zelf den hals af
te snjjden, zoodat hjj zich slechts
een niet doodeljjke wonde daar ter
plaatse heeft toegebracht. Nn werd
de eenzaamheid hem te bang in de
nabjjheid van het ljjk der verslageue
en wierp hjj zjjn mes in de sloot,
waarna hjj in allerjjl op de vlucht is
gegaan, totdat hjj op den Paralelweg,
door bloedverlies uitgeput, neerzeeg
en daar door de politie werd opge
nomen, die hem naar een herberg bjj
het Bagjjnhof heeft vervoerd, om hem
van daar naar het gasthuis te doen
overbrengen.
Het lijk der verslagene is onder
toezicht der justitie ter aarde besteld.
De Hollander merkte op koelen toon als
antwoord op die opmerking alleen maar aan
„In twee opeenvolgende jaren 't is nu
drie jaar geleden verloren zij bier op
op de hoogte van Ameland in 't geheel
vijftig loodsen."
„Toch is het een schoon leven zeide
zij en Salvé zette zijn wandeling weer voort.
Een paar avonden later stampte de Apollo
over de Doggersbank hij maanlicht met ge
reefde marszeilen. Elizabeth was nog niet
naar beneden gegaan en zat met haar kind
warm toegedekt op haar schoot, terwijl Salvé
op het dek heen en weer liep en vau tijd
tot tijd naar haar keek. Een beetje verder
bij het grootluik zaten Nils Buvaagcn (dien
Salvé weer te Ootterö ontmoet en overge
haald had, bij hein dienst te nemen) en een
paar van 't volk die niets te doen hadden,
verdiept in 't vertellen van geschiedenisjes,
terwijl de anderen om hen heen stonden te
luisteren. Ook Elizabeth luisterde.
Zij hadden dien dag een breede uitge
strektheid dood water doorsneden en de
timmerman wist verscheidene geheimzinnige
voorvallen te dien opzichte te verhalen,
waarvan hij naar zijn beweren ooggetuige
Van 24 tot 28 Oct. 1879.
ONDERTROUWD: J. H. vau Loon,
schiemansmaat en F. Leijen. M. Holdcrikx,
matroos en C. Spil.
GETROUWD: E. Rakkeren E. de Bie.
BEVALLEN: A. Noot geb. Kosscn, D.
K. de Jong geb. Glazcr, Z. J. Rode geb.
Kok, Z. A. F. Trap geb. Huijbcn, D. M.
Fleur, geb. Maat, Z.
OVERLEDEN: B. C. Visser. 7 m. J.
M. Schreuder, 15 j.
was geweest, lu volle zee zulk dood water
tegen te komen, beduidde in den regel dat
er iets op het punt stond te gebeuren.
Gelijk alle landciijk bewoners van een
fjord helde Nils Buvaagen zeer sterk over
tot allerlei s>ort van bijgeloof, en opzijn
vele reizen over dc Noordzee had hij meer
dan eens ondervinding op het punt in kwestie
opgedaan. Hij had tot nu toe een onafge
broken stilzwijgen bewaard.
„Hmmerkte hij nu op, en deed pein
zend een trek aan zijn pijp. „Ik zou er een
eed op durven docu, dat hier op dc Dog
gersbank menigeen gebleven is. Waar wij
uu zijn, ik zeg het jelui, is het om zoo te
zeggen een oud kerkhof."
Met dat woord verzonk bij weer tot zijn
vorige stilte en begon met kracht aan zijn
pijp te trekken hij nam een houding aau,
alsof hij zonder er bij te denken meer ge
zegd had dan hij eigenlijk had bedoeld.
Maar nadat hij eenmaal aan zijn lust had
toegegeven om te beginnen, was hij wel
verplicht de nieuwsgierigheid die hij had
opgewekt te voldoen, cn hij nam het woord
dus weer op en begon op gedempten toon
te fluisteren, nadat hij eerst behoedzaam had
rondgekeken.
„Weet jelui," vroeg hij geheimzinnig,
„hoe de visschen, die oud zijn geworden,
sterven
Niet een van zijn gehoor was in staat
op die onverwachte vraag een antwoord te
geven.
„Weet jelui het niet?" ging hij voort;
er is ook niemand die het weet. Maar dit
is zeker, dat er iederen dag zooveel dui
zendtallen sterven, dat als er niets buiten
gewoons plaats had, de gansche oppervlakte
der zee met hun witte lijken bedekt moest
wezen, dan moesten wij dagen lang door
doode visschen heenzeilen. Het is een „mys
terie" even als het een „mysterie" is wat
er van de oude schepen in de wereld wordt."
Uit zijn mond had dat woord „mysterie"
een zeer geheimzinnigen en beteekenisvollen
klank.