'T VLIEGEND BLAADJE. KLEINE COURANT VOOR HELDER. NIEUWEDIEP EN TEXEL No. 752. Vrijdag 30 April iSSO Achtste Jaargang. Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag. Kalender der Week. per ü.t>onn©m©nt 3 maanden binnen de gemeente 50 Cent. 3 franco per post Afzonderlijke ïummer» 75 2 Uitgevers: BERKHOUT Co. te Helder. Barraux .SPOORSTRAAT en Z( IDSTRAAT. ivdvertentlön van 1 tot 5 regels25 Cent. Elke regel meer5 Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn. MEI, Bloeimaand, 31 dagen, Opgang der Zon 4 u. 85 m. Ondergang 7 n. 28 m. Zondag Maa*da6 Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag Zaterdag Hemelvaartsdag. NIEUWSTIJDINGEN. HELDER, 30 April 1880. Woensdagmiddag ontstond een begin van brand in een perceel op de Westgracht. Door 't dichtstoppen van den schoorsteen slaagde men er gelukkig in den brand weldra meester te worden. Eergisteren had alhier een vreeselijk ongelnk plaats. Een knaap, M. genaamd, was bezig met 't ver richten van schilderwerk aan de Zusterschool. Van die gelegenheid maakte hy gebruik om op 't dak der school vogelnestjes uit te halen. Hij schynt zich wat te veel gewaagd te hebben, althans hy verloor zijn even wicht en viel van 't twee verdiepingen hooge gebouwmet 't noodlottig gevolg, dat hy *fc leven verloor. Het optreden van de Neder- landsche marine tegenover de Eu- gelsche visschers belooft niet schit terend te zullen zyn, te oordeelen volgens een critiek in de N. R. Ct. In plaats van een stoomschip zendt men een logge brik, die de vlugge botters onmogelyk zal kuunen vol gen, en daarmede is natunrlyk van een op heeter daad betrappen der roovers geen sprake. Bovendien is de Zeehond slechts bemand met boots mansleerlingen, jongens dus. Dit geschiedt, ondanks te Nienwe- diep de tYaüsportschoener Naerehout gestationeerd ligt. Het contingent, dat de provin cie Noord-Holland voor de lichttng van 1880 moet leveren is 1732 man, en wel: 1100 voor het 7e reg. infanterie, 85 man voor het le reg. huzaren, 30 man voor het 4e rog. infanterie, 95 man voor het 2e reg. veld-artill.. 180 man voor He afd. de vesting-artillerie, 120 man voor de Ve idem, 90 man voor de Vlle idem, 10 man voor het korps pontonniers, 22 man voor het batfeilion mineurs en sappeurs. De jeneverstokeryen te Schie dam verslonden in 1879 37 mitlioen kilo rogge en 59 millioen kilo mout. Voor diezelfde inrichtingen waren 1,300,000 hektoliter Duitsche steen kolen en 91,250 hektol. Engelsche noodig. Een vrouw te Amsterdam, zon der onderkomen, werd door een an dere vrouw liefderyk opgenomen. Zy beloonde die vriendelijkheid door van haar weldoenster de gouden sieraden te stelen toen deze afwezig was. De politie heeft de karakterlooze opge spoord en haar een onderkomen aan gewezen in een kamer waar men haar gerost alleen durft laten. In de Bloedstraat te Amster dam is een oud vrouwtje hy het koken vau melk op een petroleum- toestel in brand geraakt. De vlammen verteerden haar nagenoeg geheel. Een timmermansknecht heeft zich by gebrek aan werk op sliuk- sche wijze van weeklooa voorzien. Door zyn patroon naar een fabriek hier ter stede gezonden om daar eenige reparatiën te verrichten,die korteren of langeren tijd konden vereischen, moest hy wekelyks een werkbriefje bjj zyn meester indienen, waarop het aantal uren arbeids voorkwam. Die briefjes moesten evenwel door den opzichter dier fabriek van zijn paraaph zyn voor zien, ten blyke dat de timmerman werkelyk zooveel uren gewerkt had. Toen evenwel de werkzaamheden waren afgeloopen, diende de knecht toch werkbriefje8 by zyn meester in en ontving zoodoende eenige weken in werkeloosheid ten nadeele vau zyn meester een niet gering geldsbedrag. Op den IJmI, by Nieuwerkerk, is een schuit door een rukwind omge slagen. De schipper, zyne vronw en een lGjarig dochtertje werden met moeite gered, doch vier van de vyf kinde ren van den schipper konden niet meer gered worden en verdronken. Door het aanmaken van het vuur met petroleum is te Oosterzee, gem. Lemsterland, een dezen winter nieuwgebouwd huis, behoorende aan F. P. Munrling en bewoond door K. Jasper, met den geheelen inboedel, een prooi vlammen geworden. Men- schen en dieren zyn gered. Te Brantgum werd Maandag een kalf geboren, dat al bijzonder misgroeid was. Het zat namelyk in een vel, waarvan het haar in plaats van naar buiten naar binnen gekeerd was, terwyl de 4 pooten op een rij op den rug waren gegroeid. Natunrlyk leeft het dier niet. Men herinnert zich hoe onlangs te Raab, in Hongarjje, een misdadiger die ingevolge een vonnis was opge hangen, weer tot bewustzijn kwam. Dat voorbeeld deed zekeren delin quent in een naburige plaats, die juist zich tot ophangen had hooren veroordeelen, watertanden. Hy gaf daarom aan den president zjjner rechtbank den wensch te kennen zyn straf te mogen ondergaan in dat zelfde Raab! De Koningin van Engeland heeft aan den Vlissingschen zeeloods C. W. Arents een fraaie gouden doek speld toegezonden, als een blyk van tevredenheid over den bewezen loods- dienst aan het jacht Victoria and Albert, gedurende den overtocht van Vlissingen naar Queenshoro. Door de rykspolitie te Roosen daal zyn twee emballeurs van het spoorwegstation aldaar in hechtenis genomen, wegens spoorwegdiefstallen. De ontvreemde goederen werden bjj hen gevonden. Tegen een derde is proces-verbaal opgemaakt wegens medeplichtigheid. Prinses Panline van VVurtem- burg zal, naar in Silezische dag bladen beweerd wordt, in het huwe- lyk treden met Dr. Willim, gevestigd te Breslan. Tydens een ongesteldheid van de Hertogin-Moeder te Carlsruhe in Opper-Silezië was bjj adsistent van een professor in Breslan, die haar be handelde. Zonder het te zoeken maakte toen de jonge adsistent een diepen indruk op het hart der Prin- sea, die verklaarde dat zy nooit een ander man zon huwen. Men zegt na dat de Koning van Wurtemburg, na zjjn promotie, de toestemming tot dit huwelijk gegeven heeft, op voor waarde, dat de prinses den naam en den titel zou aannemen van freule van Kirbach. De hertogin Pauline-Mathilda-Ida is geboren 11 April 1854. Haar vader was de Hertog Eugenins, erfelijk lid van het Pruisische heerenhuis, gene raal u la suite van de Pruisische ca valerie, gestorven 8 Jan. 1875. Haar moeder is de hertogin Ma- thilde, dochter van wjjlen George. prins van Schanmhurg-Lippe. Een eigenaardige scherts heeft een boekbinder te Berlyn zich dezer dagen tegenover zyn familie, bestaande uit een vronw en zeven kiuderen, veroorloofd. Hy zond namelyk een besteller met zjjn brieftasch eu een brief aan zyne vrouw, waarin hij haar meldde, dat zy bjj het ontvangen van den brief zyn ljjk op een aan gewezen plaats zon kunnen vinden, daar hy zich het leven wilde be nemen. De ontstelde vrouw deed dade lijk aangifte by de politie, om te trach ten dien zelfmoord te voorkomen. Deze stelde een onderzoek in, maar het ljjk van den man was nergens te vinden. Eindelyk kwam de ver meende zelf moor .He nar, niet doodge schoten, manr tam.Ojk aangeschoten 's avonds luidzingeude naar huis. Hy bad eens een grap met zyn vrouw willen hebben. Een elegante amazone, de vicom- tesse C., wier familie in Versaillee woont, wilde dezer dagen een nieuw Eogelsch paard beproeven in het Bois de Boulogne. Het paard ging echter aan het hollen, de dame gleed nit, doch bleef in den stygheugel hangen en werd tot ontzetting der wandelaars door het woeste dier voortgesleept. Niemand kon het paard stilhouden, en toen het eindeljjk uit geput neerviel, was de bevallige rjjd- ster een verminkte vormlooze massa, die op eeu kar, met een doek bedekt, naar Versailles gebracht kon wordeu. Wederom hoort men van schepen, die het op hun reis naar en van New-York met jjsbergen te kwaad hebben gehad. De prior van Glasgow kwam in aanvaring met zulk eeu ge vaarte, waardoor de boeg zwaar be schadigd werd. De stoomboot Persian, van Boston te Liverpool aangekomen, ontkwam op 45° 33' noorderbr. en 47° 84' westerl. ter nauwernood aan een jjsberg van 100 voet hoogte en 600 voet leugte. Volgens een telegram nit Mel- bourue houdt men zich in de En gelsche koloniën vau Australië ernstig bezig met de vraag omtrent den uitvoer van versch vleesch, door koude voor bederf bewaard. Er zouden 2000 tonnen per week nit Queensland ver zonden kannen worden, en men neemt maatregelen de noodige scheepsruimte daarvoor te verkrjjgen. Petersburg 28 April. In den afgeloopen nacht heeft de politie alhier eindeljjk den hoofsebuldige hy den aanslag in het Winterpaleis ge vat. Zyn naam is Szewiez hy had als schrijn werker, onder den naam Dimi- triser, in het Winterpaleis toegang gekregen. Szewiez is een bloedverwant van den Keizerlijken gouverneur van Kaluga eu heeft tot 1870 de Petersburgsche Universiteit bezocht. Hy behoort tot de hoofdaanvoerders der nihilisten. In New-York is een gebouw, waarin eenige dames een liefdadig- heids-bazar gehouden hadden, door brand vernield. Men wilde deu op- gewekten dag namelyk met een bal sluiten en bjj die gelegenheid ont stond de brand. Drie dames kwamen in de vlammen om; achttien perso nen werden ernstig gewond. Een Amerikaan, die zich ten doel stelt, door het volmaken van vuurwapenen den oorlog onmogelijk te maken, heeft dezer dagen te New Haven in Connecticnt een tentoon stelling gehouden van door hem uit gevonden nienwe geweren, vernie lers" genaamd; men kan, volgens den uitvinder, 1200 schoten in de minunt doen. Het nieuwe systeem kan worden toegepast op vuurwapenen van alle grootte, van de gewone geweren af tot de grootste veldstukken toe, waarmee men twintig veertig schoten kan doen, door ze een enkele maal af te trekken, tewjjl de hatteryen dragen tot op zes mjjlen afstands en in een minuut veertig malen de volle laag kannen geven. Maar het is de vraag of hy door zyn uitvinding zyn doel bereiken zal, en of volken, zelfs wanneer de »vernie- lerss worden ingevoerd, niet nog de oorlogskans zouden wagen. Want wie er maar het eerst by is om zjjn kanonnen af te schieten vernietigt zyn vjjanden in een oogenblik. In hoeverre de onderstaande mede- deeling van de N. Roti. Ct.joist is, durven wij niet zeggen; in elk geval is het aller grappigst om te lezen en tevens niet kwaad om eens over dewelwillendheid der menscben na te denken! De N. Rott. Ct. schrijft „Te Driebergen en in het naburige Rijsenbarg wordt sinds eenigen tijd de algemeene belangstelling gewekt, door een geschil tuscben een rijken grondbezitter eu een logementhouder aldaar een geschil, dat wellicht tot een belangrijke rechtakwestie kan aanleiding geven, maar in ieder geval tbans reeds door de omstandigheden een allerbelachelijkst karakter heeft. Op de grens tnsschens de gemeente Drie bergen en Riisenburg loopt ccn laan de Loolaan die door den straatweg gesneden wordt. Het gedeelte der laan links van den straatweg wordt uit vrijwillige bijdragen van ingezetenen tot een Hinken, harden, berijd baren weg gemaakt; de laan ter rechterzijde van den straatweg is een mulle zandweg, met diepe wagensporen, en die bij de minste regenbui in een moeras verkeert. Deze laan is een publieko weg, die toegang geeft tot eenige boerderijen en ook tot een perceel grond, dat voor een paar jaren door den rijken grondbezitter aan den logementhouder is verkocht. Deze heeft op dien grond een fraaie villa doen bouwen, met bet doel die te verhoren, en niets natuurlijker dos dan zyn streven om den toegangsweg tot zijn perceel in begaan- en berijdbaren toestand te brengen en te houden. Die toegangsweg de laan is echter het eigendom van den rijken grondbezitter, ofschoon hij geen recht heeft, dien af te sluiten of den toe gang voor iemand, wie het ook zij, op eenigerlei wijze te belemmeren. Reeds voor twee jaren bracht de logementhouder puin en steenen op dien weg, en vooral onder de wagensporen; en het gelakte hem van de modderlaan een vrij goed begaan baren weg te maken. Dezen winter zette hij dien arbeid voort, maar na komt voor een drie tal weken dt eigenaar en laat hem gerechte lijk sommeeren, de laan in haar vorigen toestand terug te brengen. De logement houder meent echter in zijn recht te zijn, wanneer hij voor zijn kosten een weg traoht te verbeteren, waarover hij recht van toe gang heeft en waaraan de eigenaar aieta laat gelegen liggen en gaat voort met het instampen van pain. Eu wat gebeurt er nu? Ken proces? Neen! Ook de heer L. (de rijke grondbezitter) zendt evenals de logementhouder ccn arbeider naar de laan. De een is gewapend met een houweel; de ander met eeu stamper. Zij ontmoeten elkander aan den ingang van de laan. „Gemerrege Jaep! „Gemerrege Teun!" ,,'t Is friach van merrege jong 1" „Ja® Teun;" we sullen ierst maar es upstêkc, he? wat zeg jail „Wei zeker, Jaep! 't et gicn haoatZij steken eens op, ca babbelen nog een wijl, maar eindelijk aan het werk. En welk werkAls er ooit in deze onvsr- draagiame wereld monnikenwerk is gedaan, dan is het geweest in het voorjaar van 1880, in de Loolaan. Joep met den stamper gaat vooruit en hij stampt er de steenen in, elsof sij er nooit meer uit moetenTeun met het hon- weel volgt onmiddellijk achter Jaep en pikt er de steenen uit, alsof sij er nooit meer in moesten Zoo gaat het een poos voort, tot Jaep zich omkeert en, terwijl hij Teun ccn „pruimpje" aaubiedt, zegt: „'t Is toeh werrem as ie werkt, TeunTe«n, die jnist bezig is een handvol van den hem aangeboden tabak met de tong te verza melen en op de daartoe bestemde plaats in den mond te brengen, kan slechts be vestigend knikken, en werpt tevens een „beteekenenden" blik op den voet van een boompje, waar do beide arbeiders spoedig vertrouwelijk nevens elkander zitten. Teun haalt een Hcachje voor den en terwijl zij zoo genoegelyk tot „achofttyd" zitten te praten over dc dwaasheid der menscbez, komt het niet bij hen op, dat de inhoud Tan hun fleschjc een kanker aan de volks welvaart" zou zijn. De „onverdraagzaamheid wel," meende Jaep. Na „schoften" komen zij terug, en Jaep begint weer te stampen, met Teun achter zich, waar hij 's morgens begonnen iz. Dagen lang heeft die „toestand" gednurd, en wekte niet weinig den lachlust der in gezetenen op. Eindelijk zegevierde het „slijk der aarde." Dc grondbezitter zond vier arbeiden en hij zou desnoods een geheel leger gezonden hebben en de logementhouder trok den zijnen wijselijk terug. Hij wilde zich niet arm stampen I De laan is weer een malle zandweg met diepe wagensporen en de fraaie villa, die de logementhouder voor twee jaren op het Tan den grondbezitter gekochte perceel bouwde, staat nog altijd ledig. Wat er nu gebeuren zal, is nog niet uitgemaakt. Zooveel is zeker, dat dfe wei nig aristocratische handelwijze van den heer L. bij niemand sympathie vindt. Zelfs cir culeert er reeds een lijet, waarop voorna melijk door stadgenooteu van den beer L. ruime bijdragen zijn ingcechreven, om den logementhouder voor de kosten van een eventaeel proc schadeloos te stollen." Heldersche Moppen. V eroxtsc1icldi6iko. „Gij hebt n dezer dagen naar ik ver neem, in een gezelschap een eigenaardige uitdrukking ten opzichte van hot uiterlijke mijner vrouw veroorloofd? Gy hebt durven zeggen dal zy er uitziet als de nackt! Houdt ge dat staande mijnheer?" V\ el zeker heb ik mij die uitdrukking gepermitteerd!" w*t hebt ge tot nw verontschuldi ging in te brengen, mijnbeer?" „Wel dat er ookschoone nachten zyn." ZiEETE-smrroox. Als ik men hoofd schnd, doktor, doen de hersenen mij pijn. Maar moet gij bet hoofd dan schudden Ja, want anders weet 'k immers niet of de hersenen pyn doen „Geef nu uv man pillen; die moet bij nnchter gebruiken, dan isl de maagpijn wel verdwijnen." „Ja, mynhrer de dokter, dan weet ik waarlijk niet wanneer ik hem de pillen geven zal."

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1880 | | pagina 1