Zonder Concurrentie. Jttlele PlÉraier" W iiiteriieaiitels KANAALffEG. J. SCHAGER. HM Tombola DE TIJDGEEST. P. Luijtzen, torta vu af Md zeer pittoi onerüirt lil lts - Haat: II P. LOIJTZEI. Mfiraat. ZILVEREN KRUIS, J. VAN WILLIGEN, NATIONALE MILITIE. 30 30 P80CH NT. DERTIG PROCENT beneden de gewone winkelprijzen aangeboden. Ontbiedt de Stalen dezer goederen, waarop de gewone winkelprijs zoowel als de verminderde prijs is aangegeven, en vergelijk deze bij die van anderen. Koningstraat. Plaatsvervanger of Nummerverwisselaar STEENKOLEN. Nationale Militie. Vuurvast IJzerglans as ct. per doos. 305de Staatsloterij. Ten kantore van M. A. GRIINWALD, Mins der le klasse: 3 Januari. Verzekering-Maatschappij BROUWER VAN DAL, SPOTVOGEL, Een groote partij donltore-Wintor-iFaponstoffen, meest effen kleuren en grootendeels dit Najaar eerst in Neder land aangevoerd, zoowel gewone als beste kwaliteiten, door het nvrctsctzijn. JDJSï TIJD&E3BST in zijn geheel tot zeer lagen prijs van een in dit artikel likwideerend ENGROS-HUIS aangekocht, wordt door den belangrijken voorraad daarvan aanwezig, De nieuwe gepatenteerde is verkrijgbaar bg Zij, die zich weaschen te verbinden als vervoegen zich bij D. Broeüman, Langestraat, Helder. Aanbrengers genieten een snm van f 15. Uitmuntende grove RUHRKOLEN, ad f0.80 en GASCOAKS, ad f0.60 per Hectoliter. Vrij in holt. VAN RENESSE, Stationschef. dubbel-drstads, volgens de nieuwste vinding, met gebrniks- f OO KA aanwijzing, kosten Worden niet anders dan contant geleverd. Do nog overige 3F». J C?XJ firma M. TELLEMAN, Nieuwe Sloot B 128, te Alkmaar. Gaat, ovenals vorige jaren, voort met het leveren van PLAATSVERVAN GERS en NUMMERVERWISSE- LAARS voor de Nationale Militie voor de lichting 1881. Tevens brengt hg ter kennis van belanghebbenden, dat personen, ge schikt en genegen om als PLAATS VERVANGER of NUMMERVER WISSELAAR zich voor de lichting 1881 te verbinden, zich kunnen aan melden bg W. QUAX, in de Posthoorn te Schagen, iederen werkdag van 10 tot 2 uur. SM Iederen Maandag te spreken bij OVERTOOM, in de Spoor straat en D i n s d a g s bij P. NEUVEL te Anna Paulowna, van 102 uur. ,,de Provincie Groningen" „de Tabaksplant," van P. H. PFEIFFER, Poelestraat lett. C No. 29, Groningen. BRUINEERSEL15 Gent per doos. hoek HOOFDGRACHT, van af lieden verkrijgbaar: BIEFSTUK,CARBON ADI en AARDAPPELEN. K. H. PLATVOET. GOUDSMIT, Paleissteeg, koopten verkoopt gemaakte Kieederen; besteedt de volgende prijzen, voor: ROOD KOPER,, 60 Ct. por Kilo GEEL LOOD ZINK ZEILDOEK TOUW id. 40 15 12 16 13 Vlootstraat te Helder, zijn voor bovengenoemde L o t e r ij weder HEELE- en GEDEELTEN van LOTEN te bikomen. Van een accu rate verwisseling kan men verzekerd zgn. zeer genrig en goed brandend. Kanaalweg No. 37, tegenover de Industrieschool, van CT. HZOHSTIDITJS, zal op Zondag 26 December, (2e Kerstdag,) een worden gehonden van CHOCOLADE, SUIKERWERKEN en lekkere Ver snaperingen, zender nieten, 35 Cent het lot. Qudezijds-Achterburgwal 162, Amsterdam. Geschikte personen, die a!s PLAATSVERVANGER of NUM- MER VER WISSELAAR voor de lichting 1881 wenschen in dienst te treden, voor de hoogste sommen, vervoegen zich bij M. VAN PRAAG, Laan 381, Helder. door de volledigste sorteering zoowel in de dagelijksche of gewone soorten, tot in de fijnste kwaliteiten, vindt men tot de minste doch vaste prijzen aangenoteerd steeds geregeld in grooten voorraad in ALLE WITTE GOEDEREN uit dit Magazijn worden onder waarborg van solide verkocht. Groote Stalen, waarop de breedte in Nederlandsche maat wordt aangegeven, zijn steeds ter vergelijking verkrijgbaar. Bij eenigszins nauwkeurig nazien zal men geregeld een verschil van tien tot vijftien procent ontdekken. FEUILLETON. Tafereel uit het Beiersclie Volksleven. HERMAN VON SCHMID 30. naverteld. „Ze heeft het dus niet overgereikt P Ze heeft het dus nog!" riep Quirinus voor de derde maal, als sprak hij tot zich zelf. Met een greep hij naar haar hand, die hem het briefje toereikte. Deze hield hij vast, trok ze omhoog tnsschen de tralies van zijn venster en bedekte ze met kussen. „Nu toch gaat het me eerst recht aan het hart, dat alles voorbij is," riep hij. „Ze zullen me opsluiten, wie weet voor hoe lang en me misschien wel heel gauw naar Munchen brengen en daar houd ik het waarlijk niet uit. Ik ben te zeer aan de vrijheid gewoonen je zult het zien, binnen een half jaar' kwijn ik weg als een boom, die geen regen en zonneschijn heeft." „Kom, den moed nog niet verloren," zei Corona zachtkens. „Maar," liet ze er oogen- blikkelijk op volgen, „ik geloof iets te hoorende maan schijnt ook hoe langer hoe helderder laat ik maken dat ik wegkom. Dit alleen wil ik je nog zeggen: Wanneer ze je weer loslaten en je mij soms weer dezelfde vraag wilt doen, zooals te voren op de Gindelweide, dan ben ik niet meer om een antwoord verlegen; dan weet ik er wel een, die graag drie jaar en nog langer wil wachten om je vrouw te verorden." ito f A- Varkens Een hond sloeg aan en uit de verte hoorde men het gerammel van sleutels. De veldwachter was wakker geworden en kwam aangeloopen om naar zijn kostbaren arrestant te kijken. Hij vond niets verdachts. Toen hij naderbij kwam, was het venster van de gevangenis verlaten en weer geslotende bezoekster was verdwenen. Alleen de hond snuffelde voortdurend langs den grond, als wilde hij te kennen geven, dat hem zijn reuk niet bedrogen had. Een heerlijke herfstmorgen lag over de bergen gespreid, die reeds duidelijk eu klaar hunne hoofden omhoog staken, terwijl er van de kant jan het meer nog enkele ne velvlekken tot hen opstegen. Al heel vroeg stond Corona in het boschje bij het pavil joen, 't welk de koning op een der fraaiste gezichtspunten, tegenover den Wallenberg, had laten maken en dat hij gewoon was eiken dag te bezoeken, geheel alleen en in burgerkleeding. In den vriendelijken man, gekleed in donkerblauwen frak met gele knoopen, grijzen pantalon, hooge laarzen en eenvoudigen ronden hoed, zou wel nie mand den beheerscher des lands gezocht hebben. Juist sloeg hij den weg naar huis in, toen de kleine roodbonte hondjes, die hij steeds bij zich had, voor het boschje bleven staan en door een luid geblaf sche nen te kennen geven, dat zich daar iets verborg. Aarzelend en bedeesd kwam het landmeisje op den roep des kocingB te voorschijn. Met gloeiende wangen en neer geslagen blik stond zij daarvoor hem. Toen ze voor de eerste maal de koningstent te Tegernsee moest binnenkomen, was ze niet in 't minst verlegen geweest; thans echter vermocht ze geen woord over haar lippen te brengen. „Wie ben je, meisje P" vroeg de vorst. „Wil je iets van mij? Hé, ik geloof, dat ik je ken „Zeker, ken je me, mijnheer de koning!" antwoordde Corona, niet zonder vrees. „Maar ik weet niet, of je ook boos op me zult wezen, als ik mijn naam noem." „Dus heb je wat gedaan, dat je reden hebt bang voor me te wezen P" „Iets gedaan?" zei ze verwonderd, „dat wil dan zooveel zeggen, als zou ik kwaad uitgevoerd hebben? Neen, dat nu juist niet; maar om maar ronduit te spre ken, ik ben datzelfde meisje, 't welk een jaar geleden,- voor je gezongen heeft; och, je weet het nog wel, toen die vreemde keizers allemaal bij je op visite zijB geweest." „HaNu herken ik je," riep de koning lachende. „Dan ben je immers dat Spot- TOgeltje, waarvan ze eene zangeres wilden maken, en dat mijne Muncheners zoo jam merlijk bij den neus heeft gehadha, ha, ha!" Daar zij merkte, dat de koning in een goeden luim was, keek ook Corona hem lachende aan. „Dan ben je niet boos," zei ze, „dat ik toen weggeloopen ben, en dat al het geld, dat je voor mij uitgegeven hebt, in 't water gesmeten isP" „Neen, ik ben niet boot," gaf de vorst ten antwoord, haar woorden herhalende. „Tot mijn spijt kon ik dien avond niét in den schouwburg zijn, want ik was dol graag van de partij geweest; maar ik had al weer bezoek. Ik heb er echter eens recht hartelijk over gelachen, dat jij je zoo kordaat uit dat netelige zaakje hebt weten te redden; en wat het geld aan gaat, nu, miju rentmeester beweert, dat dit niet het eenige is, 't welk in 't water ge smeten is. Enfin, dat is gepasseerd. Maar vertel me nu eens, wat je op je hart hebt? HaJe wilt zeker trouwen gaan P" „Daar zou ik niets tegen hebben," ant woordde Corona, „als de rechte Jozef er maar was. Ma^r dat nu is juist niet het geval. Luister eens. Verleden jaar heb je mij beloofd, dat ik je een verzoek mocht doeu eu daarmee zoo lang wachten kon, tot ik wat had om je te vragen." „En nu heb je zeker wat, hè Kom, dat is goed. Biecht maar op, wat je graag zoudt willen. Als 't mogelijk is, zal aan je verzoek voldaan worden." Aangemoedigd door de minzaamheid van den koning, vertelde Corona eerst aarzelend, daarna wat vrijmoediger, wat er tusschen haar en Quirinus was voorgevallenhoe hij nu als wilddief gevangen zat en het naar haar meening wel eens slecht kon af- loopen, zoo niet de voorspraak van den vorst, waarom ze voor den jongen kwam smceken, als een helpende en reddende en gel tusschenbeide kwam. De koning was ernstig geworden. „Daar heb je je in een leelijke zaak gewikkeld, Spotvogel!" zei hij. „Hieromtrent kan ik je nog niets belovendat gaat het gerecht aan; dat kan en mag ik niet vooruitloopen. Maar mijn woord wil ik niet breken. Ik zal eerst je beschermeling gaan opzoeken,-met hem spreken, en daarna overleggen, wat er te doen valt." Toen beval hij het meisje hem te volgen, en beiden gingen den berg af naar het rechthuis. Hier heerschte reeds groote drukte. De kantonrechter en zijn griffier waren bezig den strooper te verhooren, en al de wild- dieverijen, waaraaH deze zich sedert jaren had schuldig gemaakt, op te teokenen. Ook de houtvester was tegenwoordig, om, zoo noodig, zijn geheugen nog een beetje te hulp te komen. Dit was echter overbodig. Quirinus had allen wederstand, dien hij toch voor nutteloos hield, opgegeven, en deelde zonder eenige terughouding mee, wat men van hem begeerde. Nog was men vol ijver en vuur aan den arbeid, toch zich eens klaps de deur opende, eu de gewichtigste persoon uit het geheele land de kamer binnentrad, en den verbluften ambtenaar te kennen gaf, dat hij den berechten wild dief, van wien hij zooveel gehoord had, zelf eens in oogenschouw wenschte te nemen. Achter hem in een hoek stond Corona. Niemand bemerkte haar, want aller blikken waren op den koning gericht. Het scherpe oog van Quirinus echter had haar gezien; zijn blik trof den haren, waaruit een straal van hoop glinsterde: met dio hoop kwam ook de trek naar het leven weer en met die levenslust zijne oude vrijmoedigheid en openhartigheid. Slot volgt. Siielpersdrukkerg van C. DE BOER Jr.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1880 | | pagina 4