'T VLIEGEND BLAADJE. KLEINE COURANT VOOR HELDER. NIEUWEDIEP EN TEXEL. i !Mo. 822. Vrijdag 31 December 1880. Achtste Jaargang. Verschijnt Dinsdag- en Vrijdagmiddag. Kalender der Week. OP OUDEJAARSAVOND Bij den aanvang van 1881. ütoonnement per 3 maanden binnen de gemeente 50 Cent. 3 franco per post75 Afzonderlijke nummers UitgeversBERKHOUT <fc Co. te Helder. BoreaalSPOORSTRAAT en ZUIDSTRAAT. Advertentlën van 1 tot 5 regels25 Cent. Elke regel meer5 Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Advertentiën moeten uiterlijk des DINSDAGS- en VRIJDAGSMORGENS vóór 10 uur aan de Bureaux bezorgd zijn JANUARI, (Louwmaand,) 31 dagen. Opkomst der Zon 8 u. 13 m. Ondergang 3 u. 54 m. Zondag 2 Maandag 3 dln8da6 4 Woensdag 5 Donderdag 6 Vrijdag 7 Driekoningen. Zatbrnag 8 Eerste kwartier. Nog eenige schreden afgelegd, en weer zgn we genaderd aan een mijl- paai op den levensweg. Hoeveel hebben we nu er al ontmoet en hoeveel zullen we er nog moeten passeeren eer we aan 't doel van onzen tocht gekomen zijn? Zal de weg bij het voortgaan beter wordeu of zullen we er evenveel, misschien nog grooter moeielijkheden aantreffen dan we reeds zijn te boven gekomen Zullen onze geliefde vrienden en betrek kingen ons nog lang vergezellen, of staat deze en gene weldra gereed ons te verlaten, om ons, zonder zijn ge zelschap, verder te laten trekken? Ziedaar vrienden, een aantal vragen, die we iederen dag wel mochten doen, maar waartoe gedachteloosheid of de beslommeringen des levens ons niet altijd de gelegenheid geven. En toch, de vragen die we stelden,, ze zijn ernstig genoeg, om overwogen te worden, al kunnen we ze niet op lossen. Worden ze in de woeling der dagelijksche zorgen, in den strijd om 't bestaan op den achtergrond gedrongen, bij enkele gelegenheden mogen, ja dienen we er wel eens bij stil te staan. De avond van den laatsten dag des jaars is een plech tige avond, 't Zijn de laatste ston den, doorgebracht met een vriend, van wie we afscheid zullen nemen om hem nooit terug te zien. Een vriend, zeggen we, en in waarheid verdient 't bijna afgeloopen jaar dien naam, want 't maakte een deel van ons bestaan uit; 't heeft ons goeds geboden, ons genoegen verschaft. Er zijn gebeurtenissen in voorgevallen, di.o we ons herinneren zullen, al behoort 't reeds lang tot 't verledene. 't Scheidende jaar was voor ons be langrijk in onze betrekking als we reldburger, als Nederlander, in be trekking tot de plaats onzer inwoning en tot ons gezin, bij den een in meerdere bij den ander in mindere mate. Belangrijk was 1880, want dit jaar gaf ons een prachtigen zo mer en een tamelijk goeden oogst. De malaise van een paar vorige jaren verdween langzaam voor meerdere levendigheid in handel en verkeer. De koninklijke familie werd verblijd door de geboorte van een kléine spruit aan den Oranjestam, een prinsesje. Zelden toonde onze volksvertegen woordiging zooveel energie in 't tot stand brengen van nieuwe wetten, meer overeenkomstig met den geest des tijds, als in dit, bijna afgeloopen jaar. Een nieuw strafwetboek, ter vervanging van 't verouderde Code pénal, een drankwet, 't in werking treden van de wet op 't onderwijs noemen we slechts, terwijl nog an dere wetsontwerpen aanhangig zijn. Moge de plaats onzer inwoning in 't bijna verloopen jaar 't niet tot den vorigen bloei gebracht hebben, in onze omstandigheden hebben we geen redenen tot klagen. Door de energie van sommige wakkere maunen uit ons midden zijn er ondernemingen op touw gezet of uitgebreid, waar door velen een middel van bestaan hebben gevonden, 't Verbroken even wicht begint zich langzamerhand te herstellen en wie weet, wat nog de toekomst zal baren, wanneer de ge dachte aan 't karakteristieke Engel- sche spreekwoord »help your zelf", meer algemeen doordringt. Hebben we dan in 't afgeloopen jaar geen verliezen geleden? Zeker hebben we, en wel op elk gebied. Dit is echter in elk jaar gebeurd. Velen, die met ons 't jaar 1880 begroetten in meer of minder opgewekte stem ming, missen we onder onze land- genooten, plaatsgenöoten of in den kring onzer vrienden of bloedver wanten. Ze hebben ons verlaten zoo als ook wij eenmaal na korter of langer tijd onze vrienden zullen moeten doen. Gelukkig voor bet nageslacht, wanneer hunne goede werken nog voortduren na hun ver scheiden, gelukkig zoo we bun aan den laatsten avond des jaars nog een traau van dankbare berinnering mo gen wijden, ja driemaal gelukkig, zoo we in volle overtuiging kunnen zeggen: ze hebben niet te vergeefs geleefd. Op oudejaarsavond gevoelt men eerst wat 't zeggen wil een tehuis" te hebben, want worden vreugde en genoegens op andere dagen vaak, misschien te vaak, buiten de deur gezocht, op dien avond beeft men 't liefst in eigene woning den kring der zijnen om zich heen, verlevendigd als 't kan, door een paar vrienden. Oudejaarsavond noemen we een hui selijk feest bij uitnemendheid. En al geeft ook die avond stof tot ernstige beschouwingen, we be hoeven daarom 't scheidende jaar niet met bedroefde gezichten te zien ver trekken. 't Zou verkeerd zijn den ernst des leven in zuchten en klagen te willen zoeken. Verkieslijker is een hart, dat dankbaar is jegens dén goeden God, voor 't goede dat we nog mogen genieten, voor den tijd die ons nog geschonken wordt. Beschouwen we 't oude jaar als een vertrekkende vriend, die ons meer aangename dan onaaugename oogen- blikken heeft verschaft, dan kunnen we zijn opvolger met blijmoedigheid opwachten, hopende steeds, zooals we vroeger meest altijd hoopten, dat die 't beter zal maken dan zijn voor ganger. Bereid dan 't vertrekkende jaar een recht huiselijk afscheidsfeest. Ieder schot dat men hoort, klinkt ons in de ooien als een saluutschot ter eere van den vertrekkende. Vestig uwe oogen maar met zekere span ning op de wijzerplaat, wanneer 't laatste uur daarop wordt aangewezen en slaat in 't plechtig oogenblik de klok haar dozijn slagen, drukt dan na den laatsten slag elkander de hand, wenscht elkander veel heil en zegen volgens oud gebruik en treedt met een opgeruimd hart 1881 binnen. Een enkel woord nog. Laat ieder bij zich zelf 't heilig voornemen op vatten, al zijne krachteu in te span nen om 't jaar 1881 tot een jaar van heil en zegen voor zich en de zijnen, ja voor zoover hij vermag, ook in ruimer kring, voor zijne me- demenschen te maken. NIEUWSTIJDINGEN. HELDER, 31 Dec. 1S80. Woensdag jl. werd alhier ter aarde besteld het stoffelijk overschot van den Pupil Johannus Willems. Zijne hier met verlof aanwezige ka meraden volgden den lijkstoet en be wezen hem de laatste eer. De heer M. Schippers herdenkt morgen den dag, waarop hij voor 25 jaar zijn dienst aanvaardde bij de firma Gebrs. Zürmuhlen. De passa giers die gedurende die jaren laugs het Noordh.-Kanaal plaats namen op de booten dier firma zagen den heer Schippers van af den eersten dag in functie als kapitein. In deze betrek king heeft hij ieders vertrouwen verworven, maar bovenal de achting zijner patroons. Wij hopen dat het den jubilaris dien dag niet ontbreken zal aan gelukwenschen en dat het hem gegeven moge zijn den dienst nog lang met lust te kunnen vervallen. Bij kon. besluit is bepaald, dat de schepelingen, in het bezit van een brevet als kanonnier, bij bevor dering tot andere graden dan kwar tiermeester of korporaal der mari niers, afstand moeten doen van be doeld brevet. De bepaling is niet van terugwerkende kraGht. Het Amsterdamsche panorama is sedert de opening, 8 dagen geleden, reeds door 3200 personen bezocht. Alleen gedurende de 2 kerstdagen bezichtigden 1500 belangstellenden het schoone doek van den heer Tetar van Elven. Te Schagen is het Logement „De Roos," van H. Ran, geheel afgebrand. De oorzaak is onbekend. De stuurman en een matroos van het Ylaardinger vaartuig de Noordster, zijn op de beugvisseherij over boord geslagen; de stuurman werd met de boot gered, maar is eenige oogenblikken daarna overleden. Een Duitscher, zich noemende Jacobi, sinds eenigen tijd zoo het scheen inxhet manufactuurvak werk zaam, heeft vrijdag jl. bij een paar goudsmeden te Amsterdam verschil lende kostbaarheden besteld, bij den een een paar knoppen, medaillon en ring met juweelen omzet, ter waar de van ruim f 600, bij den ander gouden horloges en kettingen, en te zijnent io de spuistraat doen bezor gen, onder voorwendsel zijn meisje, met wie hg eerstdaags in het huwe lijk zou treden, een geschenk te willen aanbieden. Gisteren bleek dat de vogel gevlogen was. Door het hooge water waren eenige kerkgangers te Steenderen verplicht gebruik te maken van een schuitje. Onderweg overviel hun echter een storm, waardoor het vaartuig kantelde en de stuurman overboord sloeg en verdronk. Door de politie te Haarlem zijn 7 jongens aangehouden, die zich voortdurend aan diefstal in winkels schuldig maakten. Gisteren werden zij op heeterdaad in een koek en banketbakkers-winkel betrapt. De oudste dezer dievenbende is 13 jaar. Op 24 en 25 December had te Gennep in de Provincie Limburg een treffend feit van zelfopofferende menschlievondheid plaats. Door het hoog gezwollen water van de Maas waren de dammen van den Teulakker en den Doevenakker onder Gennep doorgebroken, en daar door werden niet minder dan 17 huizen zoodanig door den vloed be dolven, dat de bewoners niets anders dan een onvermijdelijken dood voor oogen zagen, daar niemand een po ging tot redding van de ongeluk- kigen durfde wagen. In dezen wanhopigen toestand kwam de voerman der wagensmeden bij den Noord-Brabantsch-Duitschen spoorweg, Andreas Johannes Yan de Vall, oud-onderofficier van het 3de regement vestingartillerie, op het denkbeeld, om van vier petroleum- tounen een vlot te vervaardigen, en het mocht hem gelukken dit te wa ter te brengen. Met dit vlot waagde hij zich op don onstuimigen vloed, en had de voldoening, met groot gevaar voor eigen leven, en daarmee voor het bestaan van zijn gezin, in twee da gen bijna een twintigtal menschen aan een anders wissen dood te ont rukken, terwijl hij er ook nog in mocht slagen een deel hunner have te redden. Een eenvoudig, maar hoogst verdienstelijk man, de heer Jan Van Meerendonk, wien tal van personen hun redding uit levensgevaar te dan ken hebben, is dezer dagen op 81- jarigen leeftijd te Middelburg over leden. Den 23n Augustus 1799 werd hg geboren te Zierikzee, waar zij u vader onderhavenmeester was. Op zijn 9de jaar trad hij als jongen bij een beurt schipper in dienst en werd later koopvaardijmatroos. Op 19jarigen leeftijd verrichtte hij zijn eerste hel denfeit bij het redden van den acht tienjarigen Stiphant, zoon eener we- djiwe, die in de haven te Zierikzee gevallen was. Deze eerste menschlievende daad werd door tal van andere, meestal met eigen levensgevaar gepaard, ge volgd. Op last der regeering werden in alle scheepsjournalen der ambulante recherche te water zijne menschlie vende daden opgeteekend. Sedert 1820 was hij namelijk schipper op het recherche-vaartuig van 's rijks belastingenin 1830 werd hg com mies le kl. aan wal. Ia 1839 benoemde Z. M. de Koning hem tot broeder der orde van den Nederlandschen Leeuw. De Maatschap pij tot Nut van 't Algemeen schonk hem verschillende medailles. Het Middelburgsch departement dier Maatschappij, alsmede de Middel- burgscbe afdeeling der Schippersver- eeniging »Sehuttevaer" proclameer den hem tot eerelid, en in 1859 ontving hg van Z. M. den Koning de groote medaille voor verdienste lijke daden. Al die onderscheidingen heeft hg dubbel verdiend. Maastricht, 27 December. Hoewel het weder druk op regeut, zakt de Maas bij voortduring en raken de straten weder droog. Dit is echter niet het geval met de meeste keld**-® Mlooze voorraden aard appelen, L w oenten, enz, zijn be dorven, en dit wel op punten waar men vroeger nooit last van water heeft gehad. In de richting van Vcnloo, Hasselt en Aken is de spoorwegdienst weder geregeld in werking; met Luik nog niet; men hoopt dezen dienst morgen te kunnen hervatten. Op de beide Kerstdagen is er druk aan die wegen gewerkt moeten worden. De M&as had op vele punten de kiezel tusschen de spoorllggeré weggespoeld en daardoor den weg gevaarlijk gemaakt. De schade, door de landlieden geleden, is groot en algemeen; overal zijn de mest- specieH en het ingezaaide weggespoeld, ko- renmijten bedorven, en de onder den grond bedolven caroten, penen, enz., waar ze als wintervoorraad waren geborgen, door het water weggesleept. Omtrent de beide rampen, boven en be neden onze stad voorgevallen en waarbij menschenlevens verloren gingen, vernemen wij uit vrij vertrouwbare bron het volgende: Bij het ongeluk te Ternaye of Groot-La- naye zijn elf menschen, onder deze vijf jeugdige kinderen, verdronken. De vader dier kinderen was geen visiteur, maar ge- oon ambtenaar. De twaalfde persoon, die zich in het bootje bevond, heeft zich aan vankelijk op een kar, die boven den water spiegel uitstak, weten te redden, maar heeft daar een geaeelen nacht in koude en ellende doorgebracht en is Zaterdag aan de ge volgen daftrvan overleden, Daar hij schier bewusteloos uit zijn gevaarlijken toestand werd weggevoerd, en hij de eenige overge blevene ooggetuige van het ongeluk was, die bijzonderheden kon mededeelen, waren de berichten eerst zeer verward en duister. Bij het tweede ongeluk te Maeseijk zijn minstens drie personen omgekomende postmeester Magniet van Maaseijk, wiens lijk is opgevischt, de doctor Berhhans van Bree en een deurwaarder. In een dorpje van het Fran- sche departement Tarn-Garonne is op Kerstdag, gedurende de Vesper, de kerk ingestort. Er werden vijf menschen gedood en 50 gekwetst. Weer eeu jaar ging voor ons heen! 't Nieuwe, dat vandaag verscheen, Willen wij verheugd begroeten. Moge 't ons al 't leed verzoeten, Wat liet vorig jaar ons gaf. Werpe 't goede winst ons af. 't Jaar, zoo even aangebroken, Worde eens even saam besproken, 't Heeft vier cijfers meegebracht: Tweemaal een en tweemaal acht. Toen 'k die cijfers had bekeken, Was mij aanstonds iets gebleken. Weet gij lezer wat ik dacht! Tweemaal een en tweemaal acht Zijn beteek'nisvol voor allen, Meer dan andere getallen Maar komaangeef even acht, 'k Zeg U dan, wat ik Zoo dacht: Een is ik en .geldt steeds 't eerste, Acht blijft acht; maar acht om 't zeerste 't Woordje acht, tel 't nooit te min, Tel 't dit jaar in dubb'len zin. Een is ik, zoo mag elk spreken Dubbel He zij ons een teeken, Dat elk wat hem beide of wacht, Dubbel zich steeds neme in acht, En voor zelfzucht zich wil mijden, Maar aan 't goede zich wil wijden, Ieder neme zich in acht, Opdat hij naar 't reine tracht. Dubbel acht moet ieder geven Om nooit als een dier te leven. Ora ('t zegt meer dan elke wensch) Staag tc handelen als mensch, Om geen dolheên uit te halen, Om zijn schuld trouw te betalen, "Nooit te lasteren en zoo voort, Wijl dat heel veel vreugd verstoort. Ik, Zoo moge een ieder spreken, De geleerde als de leeken, 'k Neem mij dubbel steeds in acht, Dat ik staag naar 't goede tracht. Zoo dit Nieuwe jaar begonnen En er is reed9 veel gewonnen Wie het doet, hij vindt voorwaar Zegen in het nieuwe jaar. W. M.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Vliegend blaadje : nieuws- en advertentiebode voor Den Helder | 1880 | | pagina 1